“1,5 meter niet per se veilig in ruimte met slechte ventilatie”
Op 16 maart schreven wij al over het belang van ventilatie om eventuele transmissie van het coronavirus via de lucht tegen te gaan. Dit naar aanleiding van de guidelines die REHVA had opgesteld over dit thema. Tot dusverre heeft het RIVM nog geen officieel standpunt ingenomen hierover. En dat terwijl volgende week bijvoorbeeld al de scholen open gaan.
De REHVA was er al snel bij. In een aantal interviews met Installatienet legde vice-president dr.ir. Atze Boerstra afgelopen maanden uit waarom ventilatie zo belangrijk is. “We weten we dat de hoofdmoot van de besmettingen met het coronavirus via direct contact of via de ‘korte luchtroute’ plaatsvindt. Bij direct contact moet je dan bijvoorbeeld denken aan hand-op-hand contact of het aanraken van oppervlaktes die kort tevoren zijn aangeraakt door een besmet persoon. Bij luchtoverdracht zit het grootste risico in het verspreiden van druppeltjes (grootte: circa 10 micrometer) waar virussen in zitten, na niezen en hoesten. Die druppeltjes verdwijnen binnen een paar milliseconden na uitademing en/of slaan snel neer, vandaar dat standaard gesteld wordt dat een afstand tot een besmet persoon van 1 tot 2 meter als de gevarenzone geldt.”
‘Tweede luchtroute’
“Los van de standaard besmettingsroutes: er zijn aanwijzingen in de literatuur dat er in sommige situaties ook sprake kan zijn van een ‘tweede luchtroute’ waarbij Corona virussen in aerosolvorm (als ultrakleine deeltjes of druppeltjes) langere tijd in de lucht aanwezig blijven en (binnen) grotere afstanden af kunnen leggen, waarna ze (bij de juiste dosis) tot besmettingen kunnen leiden, met name in slecht geventileerde binnenruimten moet men de aerosolroute niet onderschatten. Vandaar het advies van REHVA om (ALARA-aanpak, voorzorgsprincipe) tijdens de huidige pandemie een aantal ventilatiemaatregelen te nemen die vaak relatief eenvoudig zijn.”
Advies
Met een mogelijke transmissie van het virus over langere afstanden, is het volgens Boerstra dus verstandig (specifiek in gebouwen die vol in gebruik blijven tijdens de pandemie) om het risico op verspreiding van het virus via ventilatiesystemen te beperken. Met name de ventilatie en het voorkomen van hoge bezettingsgraden zijn daarbij belangrijk.
Voortdurend ventileren
Boerstra benadrukt daarbij nog eens extra het belang van voldoende ventileren op kamerniveau. “Idealiter moet je dan denken aan 60 kuub verse lucht per persoon (= klasse A niveau van het PvE Gezonde Kantoren) als ondergrens; bij voorkeur op een zo efficiënt mogelijke manier toegevoerd. Dus niet zodanig dat de uitgeademde lucht van de ene persoon bijvoorbeeld langs de ademzone van een andere persoon in de ruimte wordt gevoerd alvorens deze lucht afgezogen wordt.”
1,5 meter grens
“Tot dusverre legt de RIVM de nadruk op het aanhouden van 1,5 meter afstand. Dat gaat prima op in buitensituaties en gebouwen die goed geventileerd worden. Maar in een slecht geventileerde ruimte waarin men langere tijd met meerdere personen verblijft, zou het aanhouden van deze regel wel eens alleen schijnveiligheid kunnen opleveren”, zegt Boerstra. Hij denkt dan bijvoorbeeld aan vergaderruimtes, bussen, klaslokalen of oefenruimtes voor koren.
Scholen
Volgende week gaan de scholen weer gedeeltelijk open. “De bezetting van de klassen is gehalveerd, maar het zou maar kunnen dat het vanaf juni weer business as usual is. Er zijn gelukkig in het kader van ‘Frisse Scholen’ programma’s flink wat scholen onder handen genomen, waardoor de ventilatie verbeterd is. Maar voor tientallen procenten van de schoolgebouwen is dat nog niet het geval en is de verse luchttoevoer nog steeds onder de maat.”
Zorgen
Boerstra maakt zich hier oprecht zorgen over. “We moeten in ieder geval bij de leraren tussen de oren krijgen dat ze de komende maanden de ramen vaak (bij voorkeur continue) openzetten, tijdens de lessen en/of tussen de lessen door. Ook is het belangrijk dat een eventueel aanwezig mechanische ventilatiesysteem in de lokalen aanstaan.”
RIVM
Uiteraard zou het helpen als het RIVM de REHVA guidelines overneemt. “De afgelopen maanden stond het RIVM in een andere modus, ze moesten eerst de uitbraak beteugelen. Ik snap dat heel goed. Nu zitten we echt wat mij betreft in een nieuwe fase en met de openstelling van scholen en over een paar weken misschien ook de horecagelegenheden is het thema ventilatie en corona plotseling super actueel. De druk op het RIVM om hierover een standpunt in te nemen wordt nu wel van verschillende kanten opgevoerd.”
EenVandaag
Zo deed de bekende viroloog Ab Osterhaus afgelopen week nog de nodige uitspraken over het onderwerp. Op de website van EenVandaag valt bijvoorbeeld nog het volgende te lezen: ‘Feit is dat de besmettingskansen groter zijn in afgesloten ruimtes waar veel mensen bij elkaar zijn dan buiten. Ventilatie speelt hierbij een belangrijke rol. Er is buiten veel meer sprake van luchtbeweging. Bovendien is het buiten lastiger om iemand anders te besmetten, doordat er veelal beter afstand kan worden gehouden dan binnen.’
Techniek Nederland
De REHVA heeft het thema ‘corona en ventilatie’ al begin maart op de kaart gezet. In de afgelopen maanden is hierover ook contact geweest met branchevereniging Techniek Nederland. Op 6 mei heeft de branchevereniging bij monde van voorzitter Doekle Terpstra een brief verstuurd aan het RIVM met de vraag of het aanpassen van ventilatiesystemen de verspreiding van het coronavirus kan voorkomen. Op het moment van schrijven had het RIVM nog geen officiële reactie gegeven.