Minder mbo-studenten in de metaal kiezen voor installatietechniek
Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 105 seconden
Vergeleken met vorig schooljaar zijn er weer meer mbo-studenten die een opleiding in de techniek volgen. Voor de metaal, elektro- en installatietechniek is het aantal met 3 procent gestegen. Vooral de flinke toename van het aantal bol-studenten met 10 procent is hier de oorzaak van, zo blijkt uit onderzoek van kennis- en adviescentrum Kenteq.
Ook bij de nieuwkomers is het aantal bol-studenten gestegen. Dit zorgt ervoor dat het totaal aantal instromers met 400 is toegenomen tot 11.700 studenten. Niet elke opleidingsrichting profiteert echter van de toename. Vergeleken met schooljaar 2013 – 2014 is het totaal aantal mbo-studenten in de installatietechniek met zo’n 6,5 procent gedaald. In de elektrotechniek is een daling van 2 procent te zien. Terwijl het aantal mbo’ers in de metaal met bijna 6,5 procent is gestegen.
Van de 24 kwalificatiedossiers van Kenteq zijn de volgende vijf de belangrijkste: Middenkader engineering, Installeren, Metaalbewerken, Machinebouw mechatronica en Service apparatuur en installaties. Samen zijn deze dossiers goed voor driekwart van de mbo-studenten in de metaal, elektro- en installatietechniek. Het aantal studenten Middenkader engineering neemt al vrij lang toe. Vanaf 2009 groeit ook het dossier Machinebouw mechatronica. De dossiers Installeren en Service apparatuur en installaties vertonen sinds 2008 een sterke afname.
Bij de verdeling naar opleidingsniveau valt de ongunstige ontwikkeling van mbo-niveau 2 op. Deze daling is al sinds 2008 gaande en komt alleen voor in de bbl. Ten opzichte van schooljaar 2013 – 2014 was er een daling met bijna 7 procent. De niveaus 3 en 4 doen het aanzienlijk beter. Niveau 3 laat een stijging van bijna 11 procent zien. Niveau 4 kent een toename van bijna 7 procent. Het zijn vooral bol-studenten die voor deze positieve percentages zorgen.
Verspreid over Nederland zijn er grote regionale verschillen in het aantal mbo’ers dat een technische opleiding volgt. Opvallend is dat in de arbeidsmarktregio’s Rijk van Nijmegen, Stedendriehoek en Rivierenland sinds 2006 het aantal mbo’ers met een kwart is afgenomen. In vergelijking met het afgelopen schooljaar doen vooral Zuid-Limburg, Drenthe en Rijk van Nijmegen het slecht. De sterkste toename is te zien bij Drechtsteden met een stijging van zo’n 13 procent. Ook Midden-Holland en Helmond-De Peel doen het goed met een toename van ruim 10 procent.
Voor meer informatie: www.kenteq.nl