Imago-risico warmtepomp
De warmtepomp is aan een gestage opmars bezig, maar loopt een flink imagorisico. Dat zegt Michel van Bronkhorst van het Opleidingscentrum GOº voor de koudetechniek. “We zien helaas dat het vaak mis gaat bij het berekenen, plaatsen en inregelen van deze systemen. Het gevolg is dat installaties slecht presteren en daardoor ook nog eens energie gaan slurpen in plaats van besparen”.
Meten, weten en goed inregelen zijn essentieel voor het goed functioneren van warmtepompen en airco-units die vaak worden gebruikt om ’s winters te verwarmen maar ook om ’s zomers te koelen. Van Bronkhorst: “Om die installaties goed te laten functioneren is voldoende elementaire kennis nodig van de natuurkundige processen waarmee deze installaties werken. Alles wat koeltechnisch niet goed presteert wordt elektrisch gecompenseerd. De klant krijgt daarvan de rekening gepresenteerd.”
Ins en outs
Van Bronkhorst: “We zien dat installatiebedrijven zich steeds meer toeleggen op het plaatsen van warmtepompen. Dat is een goede ontwikkeling, omdat deze nieuwe techniek een bijdrage kan leveren aan energiebesparing en energietransitie. Het gevaar is dat installateurs vaak nog onvoldoende kennis hebben van de ins en outs van de techniek. Wij zijn ervoor om die kennis toe te voegen.”
Regelmatig fout
Er zijn fabrikanten en groothandels die inzien dat de werking van hun installaties staat of valt met deskundigheid waarmee de benodigde capaciteit is uitgerekend, in combinatie met het plaatsen en inregelen. En nog gaat het regelmatig fout, zegt Van Bronkhorst. Hij constateert dat de fabrikant dan ten onrechte de schuld krijgt. “Bij Opleidingscentrum GOº (zie kader, red) leiden we honderden installatiemonteurs op. Het vereist specifieke kennis om te begrijpen hoe warmtepompen en aircosystemen in de winter verwarmen en in de zomer kunnen koelen en hoe dat energie-technisch werkt. Het energiegebruik dat je in de winter bespaart, kun je in de zomer aanwenden om te koelen. Dat is heel fijn in zomers waarin hittegolven steeds vaker voorkomen. Maar het werkt alleen als de capaciteit goed is berekend en de installatie nauwkeurig is ingeregeld. Doe je dat niet goed, dan krijg je ontevreden klanten.”
Halvering
Van Bronkhorst noemt een voorbeeld uit zijn eigen omgeving. Voor een goede kennis had hij een berekening gemaakt voor een lucht/lucht-warmtepomp in huis. Hij kwam uit op een installatie van 6 kW. “Die kennis schrok wel van de aanschafprijs van de benodigde installatie en vroeg nog wat andere offertes aan. Een paar weken later kwam hij bij me met de berekening van een installateur. Volgens die offerte was 3,5 kW voldoende. Het betekende voor hem een halvering van het investeringsbedrag, dat is natuurlijk nogal wat. Maar wat ik hem met grote moeite kon duidelijk maken was dat de capaciteit van de installatie niet alleen bepalend is voor het warmtecomfort in huis, maar ook voor het elektriciteitsgebruik. Met een kleinere capaciteit zou hij opgescheept zitten met een energieslurper van jewelste”.
Verantwoordelijkheid
Van Bronkhorst vindt dat de installatiebranche en zijn eigen branche samen de verantwoordelijkheid moeten nemen om met voldoende kennis en expertise klanten te adviseren over plaatsing en werking van de steeds geavanceerdere apparatuur die momenteel op de markt komt. “Het draait allemaal om kennis en kunde. De klant – zeker particulier – let meestal vooral op het investeringsbedrag. Ik weet dat er bedrijven zijn daar handig gebruik van maken, de doos uitpakken, de installatie aan de muur schroeven en er weer vandoor gaan. Dan praten we ook over het veilig omgaan met koudemiddel, waarvoor installateurs wettelijk gecertificeerd moeten zijn. Die bedrijven berokkenen niet alleen onze sectoren schade, maar dragen ook bij aan scepsis over de klimaatdoelstellingen. Dat moeten we niet willen.” De certificering zoals in het voorbeeld hiervoor beschreven geldt overigens alleen voor synthetische koudemiddelen tot 3 kg koudemiddelinhoud of 5 ton CO2 equivalent (training f-gassen categorie 2)
Goed inregelen is bepalend
De meet- en regeltechniek in de installaties is geavanceerd, maar bepalend voor het succes is de kennis van degene die inregelt, zegt Van Bronkhorst. “Moderne warmtepompen hebben een gemiddeld rendement van 4 SCOP. Zet dat even af tegen een moderne gasgestookte cv-ketel met een rendement van 0,9. Het rendement van een cv-ketel haal je door het directe karakter van het systeem eigenlijk altijd; een cv-ketel heeft altijd overcapaciteit en kan pieken. De opbrengst van de warmtepomp staat of valt met het inregelen en het begrip van de werking van het warmtetransport in het koelsysteem.”
Veilig gebruik
De nieuwste trend bestaat uit de opkomst van warmtepompen die werken met natuurlijke koudemiddelen, zoals koolwaterstoffen, waaronder propaan. Die installaties hebben het voordeel dat ze functioneren met een traditionele warmteafgifte, zodat deze warmtepompen een cv-ketel één-op-één kunnen vervangen. De installateur en de gebruiker moeten zich dan wel bewust zijn van de risico’s omdat propaan bij onjuist gebruik een explosie- en brandgevaar geeft. Ook hiervoor geldt dat kennis en kunde bepalend zijn voor een effectief en veilig gebruik”
Dit is een artikel uit de print-editie van het vakblad IZ. De digitale edities van IZ zijn gratis te raadplegen via www.installateurszaken.nl. Liever een print-editie op uw deurmat? Maak dan gebruik van onze tijdelijke actie en meld u nu aan voor een gratis abonnement op IZ via www.installateurszaken.nl