Vanaf 1 januari 2020 gelden er nieuwe energieprestatie-eisen voor de nieuwbouw. We nemen afscheid van de EPC en in plaats daarvan komen de BENG-eisen. Hoe die er precies uit gaan zien, is vooralsnog een raadsel. Wat is er aan de hand? Installatienet sprak erover met expert Carl-peter Goossen.

Carl-peter Goossen is mededirecteur van adviseur BouwNext. Daarnaast zat hij in een werkgroep die de NTA 8800 opstelde, een rekenmethode om de energieprestatie van gebouwen vast te stellen.

Uitleg BENG
“Met de BENG-eisen gaan we vanaf 2020 toetsen hoe energiezuinig een gebouw is”, vertelt Goossen. “Ze bestaan uit drie onderdelen. BENG 1 heeft betrekking op het totale energiegebruik voor het verwarmen en koelen in kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar. BENG 2 gaat over de hoeveelheid fossiele brandstof in kWh per m2 gebruiksoppervlakte per jaar die nodig is voor verwarming, koeling, warmwaterinstallaties en opwekking. En BENG 3 zegt dat het percentage zelf opgewekte hernieuwbare energie, minimaal 50% moet bedragen.”

Eisen van 2015
Er zijn inmiddels twee ‘voorgenomen versies van de BENG-eisen’ verschenen. De eerste dateert uit 2015. Die werd niet bepaald enthousiast onthaald door de markt. Partijen in de bouwkolom maakten zich bijvoorbeeld grote zorgen of de eis om maximaal 25 kWh per m2 aan primaire energie te gebruiken wel haalbaar en betaalbaar zou zijn. Volgens Goossen was dat volstrekt onnodig. “Met passief bouwen is het prima haalbaar om aan de eis van maximaal 25 kWh per m2 per jaar aan primair energiegebruik te voldoen. Bovendien ben je dan goedkoper uit als je naar de hele levenscyclus kijkt van een gebouw.”

Eisen van 2018
Van overheidswege werd in 2018 gereageerd met een vernieuwde opzet voor de BENG-eisen. Ook deze ‘voorgenomen BENG-eisen’ kregen een weinig enthousiast onthaal. Deze keer struikelden stakeholders bijvoorbeeld over het raamwerk voor de ventilatie-eisen.
“Die zijn doorgeschoven van BENG 1 naar BENG 2. Absurd. Door de ventilatie-eisen uit BENG 1 te halen worden plotseling systemen met natuurlijke ongeregelde ventilatie als maatstaf genomen. Die gebruiken echter 4x meer energie dan de hedendaagse geregelde systeem C- en D-varianten. De stimulans om bouwkundig de BENG 1 naar beneden te brengen gaat daarmee grotendeels verloren. Terwijl in BENG 2 kWh'tjes sprokkelen door opwekking juist wordt gestimuleerd. Hierdoor wordt het mogelijk om bijvoorbeeld minder luchtdichte huizen neer te zetten. Een verkeerde gedachtegang. Je moet namelijk, getrouw aan de Trias Energetica, eerst de energievraag zoveel mogelijk beperken. Bovendien zou je zo ook het elektriciteitsnet zwaarder gaan belasten.”

Goedkoop bouwen
De grote vraag is nu natuurlijk waarom men dan toch van overheidswege aanstuurt op deze invulling van de BENG-eisen? Goossen heeft er wel zo zijn gedachten over. “De overheid wil zo snel en zo goedkoop mogelijk nieuwe woningen laten bouwen die van het gas af zijn. Daarbij wordt vooral uitgegaan van traditionele bouwmethodes. Er is weinig oog voor innovatie.”

En nu?
Hoe nu verder? Wanneer wordt definitief de knoop doorgehakt over inhoud van de BENG-eisen? Op de website van RVO valt er dit over te lezen: “In 2018 is getoetst of de voorgenomen BENG-eisen op een kostenoptimaal niveau liggen. De kostenoptimaliteitstudie is eind 2018 afgerond en gepubliceerd. Op basis van deze studie zijn de concept eisen uit 2015 aangepast. Vanaf 2 februari vindt de internetconsultatie plaats. De Tweede Kamer besluit in de loop van 2019 over de definitieve eisen. Deze worden naar verwachting na de zomer van 2019 gepubliceerd in het Staatsblad.” Wat verwacht Goossen zelf? “Ik denk dat ze in grote lijnen de voorgenomen eisen uit 2018 zullen aanhouden. Er zit een krachtige lobby achter. Ach, zolang de markt weet dat je tegen een aantrekkelijke prijs gebouwen kan neerzetten die beter scoren, zal je uiteindelijk eerder meer dan minder klanten krijgen.”

Meer weten? Lees dan het uitgebreide artikel in het maartnummer van InstallateursZaken