Bijna energieneutraal en toch ontwerpvrijheid
Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 81 seconden
Architecten die ontwerpen volgens de komende BENG-regelgeving behouden hun ontwerpvrijheid. Dat blijkt uit een onderzoek van ingenieurs- en adviesbureau DGMR en TU Delft. Wel moeten ze bij de eerste schetsen hebben nagedacht over energie-efficiënte maatregelen. De regelgeving voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG) gaatvanaf 1 januari 2020 gelden.
BENG staat het ontwerpen van interessante architectuur niet in de weg. Uit een onderzoek van BNA blijkt dat veel architecten nog onvoldoende op de hoogte zijn van de mogelijkheden met BENG. Het is van belang dat architecten gaan aanhaken. Want creatief omgaan met de omstandigheden, maar toch een energie-efficiënt gebouw ontwerpen, wordt de nieuwe uitdaging, zo concludeert een whitepaper van DGMR die architecten suggesties aandraagt voor het halen van de BENG-eisen.
BENG-waaier
Vanaf de start van een ontwerpproces is het nodig na te denken over welke maatregelen nodig zijn om aan de BENG-eisen te voldoen, meldt het whitepaper. Compact bouwen draagt hieraan bij, maar ook slim oriënteren en aandacht voor details evenals de installatiekeuze. Kiezen voor een systeem op basis van een hernieuwbare bron brengt BENG ook dichterbij. Om architecten te helpen stelde DGMR in samenwerking met TU Delft naast de whitepaper een BENG-waaier samen. Deze waaier geeft informatie over de drie BENG-indicatoren, een overzicht van de voorlopige eisen en aanbevelingen voor verschillende ontwerpparameters.
De whitepaper ‘Energie-efficiënt ontwerpen met BENG’ is een weerslag van het afstudeeronderzoek van Hessel Ridder dat in opdracht van DGMR en TU Delft is uitgevoerd. Tijdens haar onderzoek zijn vijftien varianten op woongebouwen onder de loep genomen. Ze vormen de basis van een methode die inzicht geeft in de mogelijkheden bij het ontwerpen van een BENG-gebouw.