- oktober 31, 2022
- 228 views
Nieuw Kleintje Infraroodpanelen verschenen
Het nieuwe ‘ISSO Kleintje Infraroodpanelen, elektrische stralingsverwarming’, is verschenen. Elektrische stralingsverwarming is in opkomst. Soms wordt deze verwarming ingezet als alternatief voor centrale verwarming met watergevoede systemen, zoals radiatoren en vloerverwarming. Dit nieuwe Kleintje biedt de vakman in zo’n geval actuele kennis over de toepassing van infraroodpanelen en elektrische stralingsverwarming.
In de moderne woningbouw is all-electric steeds vaker het uitgangspunt. Dat wil zeggen dat de klimaatinstallatie uitsluitend met elektriciteit wordt gevoed. Om die reden kijkt men steeds kritischer naar het klimaatsysteem en overweegt de ontwerper om weinig gebruikte ruimtes niet meer op een centraal verwarmingssysteem aan te sluiten. In dat geval kiest hij of zij voor lokale verwarming en niet zelden zijn dit elektrische infraroodpanelen.
Hulpmiddel
“In de basis een slimme keuze”, zegt Dennis van der Kooij van ISSO, “maar er zijn wel veel randvoorwaarden die bij de keuze en installatie komen kijken. Kortom, er is behoefte, zo blijkt ook uit onderzoek, aan goede richtlijnen voor toepassing, het benodigde vermogen en hoe dit vermogen over de ruimte(n) te verdelen. Dit ISSO Kleintje helpt de markt bij het maken van dergelijke keuzes en het geeft handvatten voor het kiezen van de juiste plek en het installeren van de IR-panelen.”
Aan bod in deze publicatie komen onderwerpen als goed dimensioneren, de optimale regeling, de comfortbeleving van elektrische infraroodverwarming en vooral hoe en wanneer je deze toepast. De wettelijke eisen die gelden voor verwarming met IR-panelen worden ook besproken. Wie elektrische infraroodpanelen als verwarmingssysteem voor ruimten toepast, krijgt wel te maken met speciale randvoorwaarden. Zo is minimaal een goede kierdichting en na-isolatie bij renovatietoepassingen nodig.
Voor- en nadelen
Als men aan deze randvoorwaarden voldoet, levert elektrische IR-verwarming voordelen op. Dit zijn bijvoorbeeld lage aanschaf- en installatiekosten, weinig ruimtebeslag, nagenoeg geen onderhoud, snelle responstijd en vrijwel geen systeemverliezen. Nadelen zijn er ook, zoals de potentieel hogere energielasten en de toenemende druk op het elektriciteitsnet door een hogere piekbelasting.
Dit ISSO Kleintje behandelt de toepassing van elektrische IR-panelen in woningen, kantoren en vergelijkbare situaties. De kennis is niet bedoeld voor industriële toepassingen. Ook hoge temperatuurstralers, zoals terrasverwarmers, vallen buiten de scope van deze uitgave. Het Kleintje is beschikbaar via https://open.isso.nl.
[pt_view id="2030ee9kvi"]
- oktober 27, 2022
- 345 views
Strengere handhaving op apparatuur met F-gassen
Apparaten zoals airco’s, industriële koelinstallaties en warmtepompen worden doorgaans gekoeld met schadelijke koudemiddelen (F-gassen). In de praktijk blijkt dat deze apparaten nog te vaak worden geïnstalleerd en onderhouden door niet-gecertificeerde bedrijven en monteurs. Onjuiste installatie en onderhoud, verkeerd gebruik van F-gassen en de illegale handel in deze gassen hebben grote gevolgen voor het milieu. Daarom gaat de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) strenger handhaven op de installatie en het onderhoud van apparatuur gevuld met F-gassen door niet-gecertificeerde bedrijven en monteurs.
Aan de hand van binnengekomen meldingen, advertentieteksten op het internet en andere bronnen voert de ILT bedrijfsbezoeken uit bij koeltechnische installatie- en onderhoudsbedrijven. Bedrijven en monteurs die apparaten gevuld met koudemiddelen plaatsen en/of onderhouden zonder geldige BRL-certificaten, krijgen bij constatering een boete van €3.000,- (bedrijven) en €1.500,- (monteurs). Daar bovenop komen de kosten voor het behalen van de benodigde certificaten. Zonder deze mogen de installatie- en onderhoudswerkzaamheden namelijk niet worden voortgezet.
Schade voor het milieu
Gefluoreerde broeikasgassen (F-gassen) zijn zware broeikasgassen die vele malen sterker zijn dan het broeikasgas CO2. Om de schade voor het milieu zoveel mogelijk te beperken, gelden voor het gebruik van en de handel in F-gassen strenge, Europese eisen. Zo mogen apparaten die werken op F-gassen alleen worden geplaatst en onderhouden door erkende installateurs en bedrijven. Installatiebedrijven moeten beschikken over een BRL-100 certificaat; dit geldt ook voor ZZP’ers en eenmanszaken. Monteurs dienen een BRL-200 certificaat te hebben.
Schade aan het apparaat
Naast mogelijke milieuschade bij installatie van of onderhoud door een bedrijf of monteur zonder geldig certificaat, kan dit ook gevolgen hebben voor de gebruiker van de apparatuur. Niet alleen kan het leiden tot schade aan het apparaat en het vervallen van de garantie, maar het apparaat moet in dat geval alsnog opnieuw worden geïnstalleerd door een erkende installateur. Dit betekent dus dubbele plaatsingskosten van bijvoorbeeld de airco of warmtepomp.
Minder broeikasgassen
Het toezicht van de ILT is gericht op de hele keten van productie, import, export, doorverkoop en toepassing van broeikasgassen. De inspectie wil een bijdrage leveren aan de vermindering van de uitstoot van broeikasgassen en van de afbraak van de ozonlaag. Daarvoor wordt binnen het programma Minder broeikasgassen en het team Broeikassen en Brandstoffen ingezet op het terugdringen van de illegale handel in en de uitstoot van deze stoffen.
- oktober 22, 2022
- 150 views
“Uitstel Gasketelwet is niet meer uit te leggen”
De Gasketelwet wordt niet op 1 januari 2023 volledig ingevoerd, maar pas op 1 april. Dat liet minister De Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening afgelopen week weten in een brief aan de Tweede Kamer. Techniek Nederland is buitengewoon ontstemd over het besluit. Voorzitter Doekle Terpstra: “De Gasketelwet vraagt een enorme inspanning van onze leden. Zij hebben alles op alles gezet om er op tijd klaar voor te zijn. Dat de invoering nu wéér wordt uitgesteld, is niet meer uit te leggen.”
Al in 2015 publiceerde de Onderzoeksraad voor Veiligheid een verontrustend rapport over de koolmonoxide-risico’s van cv-ketels. Techniek Nederland zet zich sindsdien in voor de invoering van de Gasketelwet. De ‘harde’ invoering van de wet is de afgelopen jaren keer op keer uitgesteld. Op dit moment geldt nog steeds een overgangsperiode zonder verplichtingen voor klanten en installateurs.
Verkeerd signaal
Veel leden van Techniek Nederland hebben al geïnvesteerd in bijscholing van monteurs, nieuwe meetinstrumenten en certificering van hun bedrijf. Doekle Terpstra: “Uitstel van de volledige invoering van de Gasketelwet is niet nodig en niet wenselijk. Er zijn op 1 januari 2023 al veel bedrijven gecertificeerd.” Dat nog niet meer installateurs het proces hebben afgerond, komt onder meer doordat de overheid de regelgeving uitermate complex heeft gemaakt. Daardoor zijn pas vorige maand de eerste certificerende instellingen aangewezen. Door het uitstellen van de Gasketelwet geeft de overheid volgens Techniek Nederland een verkeerd signaal af naar bedrijven die nog geen actie hebben ondernomen om te voldoen aan de CO-certificering.
Grote opgave voor kleinbedrijf en zzp’ers
Voor kleinere bedrijven en zzp’ers kan CO-certificering een forse opgave zijn, aldus Techniek Nederland. Voor deze groep ondernemers kan het CO-Keur uitkomst bieden. Bij deze vorm van CO-certificering neemt een externe partij het volledige certificeringstraject over. De overheid heeft hier inmiddels positief op gereageerd. Techniek Nederland verwacht dat veel kleine bedrijven en zzp’ers met CO-Keur relatief eenvoudig en op korte termijn aan de certificering kunnen voldoen.
Publiekscampagne
In de brief aan de Tweede Kamer laat minister De Jonge weten dat een publiekscampagne zo spoedig mogelijk van start zal gaan. De campagne is een essentieel onderdeel van de invoering van de Gasketelwet. Zo’n campagne moet consumenten en bedrijven wijzen op de verplichting om een gecertificeerde installateur in te schakelen. Techniek Nederland benadrukt dat de publiekscampagne uiterlijk in januari 2023 van start moet gaan. De brancheorganisatie vindt het ook belangrijk dat nog dit jaar voorlichtingsmateriaal van de overheid beschikbaar is dat gecertificeerde bedrijven aan hun klanten kunnen overhandigen.
- oktober 21, 2022
- 156 views
“Pas over ruim jaar productie warmtepompen weer op niveau van vraag”
Er komt dit jaar 62 miljoen euro extra beschikbaar voor wie zijn koophuis wil verduurzamen. Het gaat om uitbreiding van de zogeheten ISDE-regeling, waarbij geld beschikbaar is als je bijvoorbeeld een warmtepomp of zonneboiler wilt aanschaffen. Ook is er geld voor het isoleren van huizen of een aansluiting op het warmtenet. “Logisch dat de subsidiepot wordt aangevuld”, zegt Jan Bosch, manager Marketing Communications bij Nefit-Bosch. “Er zijn immers overheidsdoelen te halen. Maar subsidie-uitbreiding zal niets veranderen aan de al stijgende vraag naar warmtepompen en de problemen met de toelevering ervan vanwege het ontbreken van onderdelen.”
Ook Rudy Grevers, manager woningbouw van Alklima, juicht de extra subsidie toe, maar vindt dat het overstappen op warmtepompsystemen bij bestaande bouw enkel nut heeft als er ook geïsoleerd wordt. Hierdoor zal de pot weer sneller leeg gaan, wat het aantal subsidieverstrekkingen per huishouden zal verminderen.
Gigantische vraagtoename warmtepompen
“Maar subsidie of niet, het echte probleem is dat de vraag naar warmtepompen het afgelopen jaar wereldwijd maar liefst is verzeventienvoudigd”, stelt Grevers. “Dit heeft ervoor gezorgd dat er niet alleen een tekort is aan grondstoffen maar ook aan productiecapaciteit, omdat de huidige capaciteit nu eenmaal niet 1-2-3 is ingericht op zo’n enorme vraagtoename. Onze toeleverende fabrikant, Mitshibushi, probeert de grootste pieken momenteel af te vangen door een aantal productiefaciliciteiten van aircosystemen steeds meer te gaan inzetten voor warmtpompsystemen. Daarmee is echter de bottleneck nog niet ondervangen. Het is een veelkoppig monster dat in de complete keten moet worden bestreden. Je bent als fabrikant natuurlijk net zo afhankelijk van je leveranciers verderop in de supply chain. Als je in een fabriek 98% van de product zelf af kunt maken, maar je mist nog 2% door die ene ontbrekende component dan heb je als leverancier feitelijk geen product.”
Grevers spreekt de verwachting uit dat pas eind 2023 begin 2024 de productieketen weer op het niveau van de vraag zou moeten zitten. Hij stelt daarbij wel dat ook de aanbestedende partijen transparanter naar hun opdrachtgevers moeten zijn. “De tijd dat je kon zeggen dat je volgende maand tachtig systemen nodig hebt, bestaat gewoon niet meer. De aanbesteder moet veel realistischer in samenspraak met zijn leverancier plannen.”
Maatregelen om levertijden te verkorten
Ook Nefit-Bosch denkt bij monde van Jan Bosch dat de extra ronde aan subsidie niets zal veranderen aan de huidige situatie. De vraag naar warmtepompen blijft stijgen en de toelevering van onderdelen blijft een knelpunt. “Maar ondanks alle onzekerheden, zien we ook lichtpuntjes. In de loop van volgend jaar is een verbetering van de situatie te verwachten. Andere producten, zoals onze hr-toestellen, zijn bovendien op dit moment uit voorraad leverbaar.”
Wat doet Nefit-Bosch momenteel om levertijden te verkorten? Jan Bosch legt uit: “We hebben in Europa ruim voldoende productiecapaciteit om aan de marktvraag te voldoen. De productie wordt echter geremd door het wereldwijde tekort aan halffabricaten en onderdelen, zoals chips, elektronica en pompen. Bosch werkt actief samen met de leveranciers van die onderdelen bij het uitbreiden van hun productiecapaciteit en het opvoeren van de toeleveringen. Daarnaast zetten we extra middelen in, zoals luchtvracht- en express-transporten, om de onderdelen sneller op onze productielocaties te krijgen. Onderdelen voor producten die in Europa worden geproduceerd, halen we bovendien steeds meer uit Europa in plaats van uit Azië of Amerika. Verder zoeken onze logistieke experts dagelijks naar alternatieve oplossingen en kopen deze, als het nodig is, tegen hoge prijzen in.”
Om in de nabije toekomst minder afhankelijk te zijn van de wereldwijde markt investeert Bosch ook in de eigen productie van kritische onderdelen. Jan Bosch: “En omdat de markt voor warmtepompen in heel Europa de komende jaren zeer fors blijft groeien, verviervoudigen we in 2023 nog eens onze eigen productiecapaciteit. Met al deze maatregelen werken we hard aan een verbetering van de huidige problematische situatie. Dat neemt niet weg dat we zeker het komend half jaar nog met lange levertijden te maken blijven houden.”
- oktober 21, 2022
- 143 views
100 jaar oude kazerne stapt over op gasloze stadsverwarming
Fort Isabella, met haar geschiedenis als verdedigingswerk van ’s-Hertogenbosch en als kazerne, gaat over op een volledig gasloos verwarmings- en koelsysteem. Op vrijdag 21 oktober wordt het systeem geactiveerd. Twee Vughtenaren realiseren op het 10 hectare grote terrein momenteel een nieuwe samenleving waar wonen, werken, educatie en recreatie worden samengebracht.
Samen met OVVIA en Van Hout Installateurs en adviseurs heeft de Isabella Groep enkele jaren geleden een 2-staps strategie bedacht om het gasloze verwarmings- en koelingssysteem te realiseren. Ten eerste zijn alle bestaande (deels monumentale, meer dan honderd jaar oude) gebouwen geïsoleerd naar energielabel A of hoger. Daarnaast is op het terrein een netwerk van warmte en koude leidingen aangelegd die alle gebouwen verbindt met de (elektrisch aangedreven) energiecentrale. Hierdoor werkt het terrein als een warmtebatterij; in de zomer wordt overtollige warmte van de gebouwen opgeslagen in de grond en in de winter wordt dit opnieuw gebruikt. In de tussenseizoenen kan overtollige energie op de ene plek direct worden hergebruikt op een andere locatie. Door het ontwerp van het systeem kan dit zeer efficiënt gebeuren. De benodigde elektriciteit voor het systeem en het terrein wordt grotendeels geleverd door meer dan 1800 PV-panelen.
Samenwerking
Het terrein gaat hiermee van meer dan 1.800.000 m3 gas verbruik per jaar in het verleden (2004) naar een volledig elektrisch systeem dat grotendeels gevoed wordt door eigen PV-panelen. Voor zover bekend is Fort Isabella het eerste gecombineerde renovatie- en nieuwbouwproject dat overgaat op een volledig gasvrij systeem.
“De keuze om hier extra in te investeren was voor ons de enige juiste. Om een dergelijke herontwikkeling en verduurzaming te kunnen realiseren heb je de hulp en samenwerking met andere partijen nodig”, aldus Olivier Koning. Samen met Tjeerd Saatrube is hij initiatiefnemer van het project en eigenaar van het terrein. “Gelukkig zagen de gemeente Vught en de provincie Noord-Brabant direct de toegevoegde waarde van het plan voor de nieuwe samenleving voor de locatie zelf en de omgeving”, vervolgt Saatrube. Vanuit de gemeente Vught kwam de goedkeuring om het terrein van het COA te kopen en de medewerking aan de benodigde wijziging van het bestemmingsplan. Voor de Erfgoedfabriek was Fort Isabella een van de belangrijke militaire erfgoederen in de provincie. De door hen verstrekte subsidie heeft haalbaarheidsonderzoeken naar de verduurzaming mogelijk gemaakt.
- oktober 20, 2022
- 139 views
Binnenklimaat Label voor kantoorgebouw DGMR
Het kantoorgebouw van DGMR Den Haag heeft het Binnenklimaat Label gekregen van het kenniscentrum Binnenklimaattechniek. Dit Label is gebaseerd op het Programma van Eisen (PvE) gezonde kantoren, waarin standaard eisen staan voor een gezond en comfortabel binnenklimaat. De eisen gaan over de thema’s lucht, licht, klimaat en geluid. In het PvE staan praktische informatie en handvatten om de eisen te beoordelen. bba binnenmilieu werkte mee aan de ontwikkeling van het verificatieprotocol voor het label. Hiermee is op een efficiënte manier in kaart te brengen aan welke klasse een kantoorgebouw voldoet.
Er zijn drie categorieën voor de beoordeling, klasse C geeft een ‘voldoende’ aan, klasse B betekent ‘goed’ en de beste beoordeling is klasse A, met een ‘zeer goed’. De beoordeling van de thema’s gebeurt door middel van een gebouwinspectie, een vragenlijst onder de gebruikers en duurmetingen van het binnenklimaat.
‘Practice what you preach’
Paul van Bergen van DGMR: “Wij zijn als bureau dagelijks bezig met het binnenklimaat en binnenklimaat vraagstukken. Niet alleen thermisch, akoestisch en visueel maar ook met gezonde materialen, beweging en groen. ‘Practice what you preach’ is ons motto en daarom lieten wij ook een Binnenklimaat Label voor ons eigen pand opstellen. Nu eerst voor ons kantoor in Den Haag en als we gesetteld zijn in ons nieuwe kantoor in Arnhem en ook in Drachten. Meten is een belangrijk onderdeel van het label, dus het gaat om werkelijke prestaties: het heeft echte waarde.”
Inzicht waar kansen liggen
“Wij zijn er trots op dat we het label goed - Klasse B - hebben gekregen, zegt Marije te Kulve van bba binnenmilieu, ook werkzaam in het pand van DGMR in Den Haag. “De uitkomsten van de beoordeling geven echt inzicht in waar kansen liggen voor verdere verbetering van het binnenklimaat. Na het behalen van dit label blijven wij de luchtkwaliteit natuurlijk monitoren en verbeteren, voor zowel onze eigen medewerkers als voor onze klanten.”
Onafhankelijke methodiek
Remi Hompe, voorzitter kenniscentrum Binnenklimaattechniek: “Met deze onafhankelijke methodiek zorgen we ervoor dat in één oogopslag duidelijk is hoe het met het binnenklimaat van een gebouw gesteld is. Je moet als eigenaar kunnen aangeven welke klasse wenselijk is en er zeker van zijn dat de vooraf gestelde prestatie-eisen ook behaald kunnen worden. Daarom is borgen en monitoren een belangrijk onderdeel van het label. Scoor je een B? Dan geven we advies over hoe je een A kunt bereiken. We zijn ontzettend trots dat we nu bij DGMR het tweede label mogen uitreiken en hopen dat er nog vele zullen volgen.”
Database van gebouwen
Organisaties die het Binnenklimaat Label behalen, komen in een database van gebouwen die aantoonbaar gezond zijn. Het label is ontwikkeld vanuit kenniscentrum Binnenklimaattechniek, door Binnenklimaat Nederland, TVVL, TNO, BBA, OfficeVitae en DWA.
- oktober 18, 2022
- 141 views
BDR Thermea Group verhoogt productie van warmtepompen
BDR Thermea Group, fabrikant van binnenklimaatoplossingen, breidt zijn warmtepompproductie uit om aan de snelgroeiende vraag van consumenten te voldoen naar duurzame en energiezuinige verwarmingsoplossingen. Stijgende gasprijzen en zorgen over energiezekerheid versnellen de Europese vraag naar warmtepompen en hybride oplossingen.
BDR Thermea Group zal daarom nieuwe productielijnen voor warmtepompen openen op haar productielocaties in Apeldoorn, Nederland en Bassano del Grappa, Italië. Vanaf juli 2023 gaan de productielocaties naast de cv-ketels ook warmtepompen produceren. Het bedrijf vergroot ook de capaciteit met 50% op zijn bestaande productielocaties voor warmtepompen in Mertzwiller, Frankrijk en Vilafranca del Penedès, Spanje. Bovendien intensiveert het concern de productie van warmwaterboilers – een belangrijk onderdeel van warmtepompsystemen – in Istanboel, Turkije. BDR Thermea Group streeft ernaar de jaarlijkse productie van warmtepompen te verhogen tot 800.000 in 2026.
Anticiperen op verdere uitbreiding
Peter Snel, CTO bij BDR Thermea Group, zegt: “Warmtepompen en hybride oplossingen spelen een sleutelrol in de energietransitie. Ze zijn zeer efficiënt en bieden de mogelijkheid om de opwekking van warmte op de plek waar je deze nodig hebt koolstofarm te maken. De huidige stijgende gasprijzen en zorgen over energiezekerheid stuwen de vraag naar ongekende hoogten. De afgelopen jaren hebben we geïnvesteerd in het uitbreiden van ons assortiment warmtepompen en het opleiden van installateurs om deze oplossingen te onderhouden. Nu is het tijd om op te schalen om aan de vraag te kunnen blijven voldoen. En aangezien de vraag blijft stijgen, anticiperen we nu al op verdere uitbreiding."
Vooroplopen in energietransitie
Als een van 's werelds grootste fabrikanten van verwarmings- en koelingsproducten, variërend van hr-ketels tot innovatieve warmtepomptechnologie en aangesloten diensten, wil BDR Thermea Group vooroplopen in de energietransitie met zijn assortiment producten en oplossingen voor het koolstofarm maken van verwarming. In 2021 breidde BDR Thermea Group zijn productassortiment uit met 24 nieuwe warmtepompoplossingen. Het bedrijf voert sinds 2019 succesvolle tests uit met 100% waterstofketels voor residentieel gebruik. Vorige maand kondigde ze al aan dat de allereerste pure waterstofketel voor commerciële toepassingen klaar is voor tests.
Internationale speler
BDR Thermea Group, opgericht in 2009, is een fabrikant van thermische comfortoplossingen voor huishoudelijk en commercieel gebruik. Het bedrijf heeft meer dan 6.200 mensen in dienst en is actief in meer dan 100 landen wereldwijd. BDR Thermea Group, dat in 2021 een omzet van EUR 2,1 miljard realiseerde, bedient klanten onder merken zoals BAXI, De Dietrich, Remeha, Brötje, Chappée en Baymak. Het hoofdkantoor van BDR Thermea Group bevindt zich in Apeldoorn, Nederland.
[pt_view id="8558b29y9g"]
- oktober 18, 2022
- 133 views
Ruim kwart voetbalclubs bezig met aanschaf warmtepomp
Door de gestegen energieprijzen is een gemiddelde sportvereniging dit jaar €15.000 extra kwijt aan de energierekening. Dit is een stijging van bijna 100% ten opzichte van vorig jaar. Verenigingen hebben ontzettend veel moeite om de energierekeningen te kunnen betalen en maar liefst 38% van alle verenigingen vreest inmiddels voor het voortbestaan van de club. De helft van alle clubs hebben op dit moment een variabel contract en van nog eens 22% loopt het contract binnen 6 maanden af. Deze verontrustende cijfers komen uit recent onderzoek dat de KNVB samen met Groene Club sponsor Mitsubishi Electric heeft laten uitvoeren.
“Als duurzaamheidspartner van de KNVB herkennen we de onzekerheden waar veel voetbalverenigingen mee te maken hebben. Maar waar voor veel verenigingen een warmtepomp eerst nog geen interessante investering was is dit nu volledig omgeslagen”, geeft Arjen de Jong, algemeen directeur bij Alklima de exclusief distributeur van Mitsubishi Electric aan. “Steeds meer verenigingen hebben baat bij het plaatsen van een warmtepomp als één van de mogelijkheden om energie te besparen en de club te verduurzamen. Ondanks dat we merken dat meer bedrijven, particulieren en zeker ook sportverenigingen interesse tonen in verduurzamen en de aanschaf van een warmtepomp hebben we er begrip voor dat veel zaken nog onduidelijk zijn. Daarom ben ik enorm trots dat we onze campagne “de Energietrainer” kunnen aankondigen.”
‘Energietrainer’ John Williams
“Iedereen heeft het over verduurzamen en het verlagen van de energierekening. Maar waar begin je en waar houdt het op? Ook ik worstel daarmee”, geeft John Williams aan. “Als Energietrainer help ik samen met de experts van Mitsubishi Electric de Nederlandse voetbalclubs met het verduurzamen en verlagen van de energierekening. Naast mijn presentatie-werk bij onder andere “Help mijn man is klusser” ben ik een groot voetballiefhebber en iemand die enorm veel affiniteit heeft met verduurzamen. Ik hoefde in ieder geval niet lang na te denken toen Mitsubishi Electric en de KNVB mij vroegen voor de functie van Energietrainer. Ik ben heel erg trots en blij dat ik een onderdeel mag zijn van dit project. Want hiermee kunnen wij heel veel clubs en dus mensen helpen. Want dit zijn zware tijden voor iedereen.”
Veel verenigingen maken al goede stappen
Marc Nipius is vanuit de KNVB één van de grondleggers van De groene Club: “We zijn de Groene Club in 2018 gestart om verenigingen te helpen met verduurzamen. En we zien dat veel verenigingen al goede stappen hebben gemaakt. Voornamelijk met zonnepanelen en LED-verlichting. Maar de vraag vanuit verenigingen is veranderd. We zien op dit moment een stijgende vraag naar warmteoplossingen bij verenigingen. Met Mitsubishi Electric hebben wij een partner met veel kennis op het gebied van warmtepompen. Iets waar onze verenigingen veel naar vragen. Maar liefst 27% van de verenigingen is nu al bezig met het aanschaffen van een warmtepomp en dat zal de komende jaren alleen maar toenemen. We zijn daarom ook enorm blij dat Mitsubishi Electric partner is geworden van De Groene Club.”
[pt_view id="239b9c6659"]
- oktober 17, 2022
- 144 views
Prefab warmtepompen voor op het dak
Nefit Bosch en iBuild hebben een contract getekend waarin een meerjarige samenwerking wordt vastgelegd. Nefit Bosch gaat iBuild honderden prefab-installaties leveren op basis van de all-electric dakwarmtepomp die Nefit Bosch volgend jaar op de markt brengt.
Als ambitieuze start-up komt iBuild met een nieuw woningbouwconcept dat het bouwproces versnelt. Woningen worden gebouwd vanuit een vaste bodemplaat met volledig in de fabrieken van partners voorgeproduceerde elementen. Voor de duurzame verwarming en warmwatervoorziening kiest iBuild voor de nieuwe lucht-water dakwarmtepompen van Nefit Bosch, de Compress 5800i AWR ('Air Water Rooftop'). Deze specifiek voor schuine daken ontwikkelde, volledige geïntegreerde monoblockoplossing wordt in zijn geheel op het dak geplaatst. Alleen de aansluitingen, waarvoor geen specifieke certificering vereist is, gaan door het dak.
Prefab installatie
Het binnendeel, bestaande uit de compacte binnenunit, een 200 of 300 liter warmwaterboiler en een buffervat, wordt samen met een WTW-unit voorgemonteerd in het prefab configuratiecentrum van Nefit Bosch in Deventer. De complete unit wordt aangeleverd als prefab skid, zodat de installatiewerkzaamheden op locatie tot een minimum worden beperkt.
Dingen slimmer doen
“Deze werkwijze bespaart niet alleen veel tijd en schaarse menskracht, hij verlaagt ook faalkosten en minimaliseert de impact op het milieu. Als iBuild willen we een bijdrage leveren aan het oplossen van de woningnood, door dingen slimmer te doen. Maar wel met oog voor de prijs én op een zo duurzaam mogelijke wijze”, zegt William van Rijn, één van de oprichters van iBuild.
Mark Dekker, key accountmanager nieuwbouw bij Nefit Bosch, vult aan: “Als Nefit Bosch hebben we sterke ambities om te groeien op de nieuwbouwmarkt met de nieuwste warmtepomptechnologie, maar ook met prefab oplossingen. Voor ons is de samenwerking met iBuild een perfecte match.”
“Door jarenlange ervaring in de bouwwereld en het ontwerpen van gebouwen met diverse functies te combineren, hebben we een samenwerking gevonden die baanbrekend kan zijn voor de toekomstige huizenmarkt”, stelt William van Rijn.
Onderhoudsarm
“Dat iBuild kiest voor deze oplossing is eigenlijk heel logisch. Een dakopstelling kent minder beperkingen ten aanzien van geluid en ruimte”, licht Mark Dekker toe. “Onze nieuwe dakwarmtepomp is uniek in de markt. Superstil en geen risico op trillingen in de dakconstructie. Het ontwerp is gebaseerd op Nederlandse woningen en windbelastingen. Er wordt gebruikgemaakt van een natuurlijk koudemiddel (Propaan) waardoor hoge aanvoertemperaturen worden gehaald. De unit kent een lange levensduur en is onderhoudsarm.”
De nieuwe dakwarmtepomp rolt vanaf medio 2023 van de band bij Nefit Bosch in Deventer.
[pt_view id="231fb7d2ty"]
- oktober 7, 2022
- 137 views
Ook verhoogd prijsplafond maakt warmtepomp duur
Ook het verhoogde prijsplafond biedt geen soelaas voor wie een warmtepomp heeft of van plan was deze aan te schaffen. In de meeste gevallen speel je quitte ten opzichte van verwarmen met een cv-ketel. Huishoudens die onlangs een nieuw energiecontract afsloten zijn zelfs ruim 700 euro meer kwijt wanneer zij de warmtepomp prefereren boven verwarmen op gas. Dat concludeert vergelijkingswebsite Slimster, nadat het twee weken geleden al berekende dat de eerste variant van het prijsplafond voor warmtepompeigenaren een klap in het gezicht was.
Nadat er de nodige ophef ontstond over het vorige prijsplafond - het bedrag van 70 cent per kWh was te hoog en het verbruiksplafond van 2400 kWh per jaar juist te laag - besloot het kabinet dit aan te passen naar 40 cent en 2900 kWh. Slimster berekende wat deze aanpassingen voor verschillende soorten huishoudens betekenen. Een huishouden met een gemiddeld verbruik ziet de energiekosten door de aanschaf van een al dan niet hybride warmtepomp met 100 tot 120 euro per jaar dalen. “Een minieme besparing die niet opweegt tegen de hoge aanschafkosten van een warmtepomp, zeker niet in een periode waarin veel gezinnen het spaargeld ook goed voor andere zaken kunnen gebruiken”, aldus Marco Schuurman, eigenaar van Slimster.
Nieuw contract
Huishoudens die onlangs overstapten naar een andere energieleverancier zijn nog veel duurder uit. Sterker, voor hen is het gunstiger om op gas te blijven verwarmen dan de stap naar elektrisch te zetten, concludeert Slimster. Dat komt omdat je met een warmtepomp gegarandeerd ruim over het verbruiksplafond van 2900 kWh heengaat. Heb je daarbij net een nieuw contract afgesloten, dan betaal je de torenhoge prijzen die leveranciers momenteel hanteren in hun modelcontracten. Bij Vattenfall, Eneco en Essent gaat het om gemiddeld 92 cent per kWh. Die prijs geldt dan voor bijna de helft van je elektriciteitsverbruik, wat dus niet onder het prijsplafond valt. In de praktijk komt het erop neer dat huishoudens in deze situatie met een volledig elektrische warmtepomp ruim 700 euro per jaar meer kwijt zijn aan energiekosten dan met een ouderwetse cv-ketel. Bij de keuze voor een hybride warmtepomp komt het neer op een nadeel van ruim 300 euro, blijkt uit de berekeningen van Slimster.
Elektrisch bijverwarmen
Wat nog wel uitkomst kan bieden is gebruikmaken van een airco of infraroodpaneel als elektrische bijverwarming. De thermostaat kan dan lager worden gezet, waardoor flink wordt bespaard op gaskosten en alleen de ruimte op stroom wordt verwarmd waar iemand op dat moment verblijft. Dat kan gunstig zijn wanneer iemand bijvoorbeeld overdag thuiswerkt.


