• augustus 10, 2016
  • 145 views
Uneto-VNI roept op bezwaren tegen herziening Warmtewet kenbaar te maken

Uneto-VNI heeft ernstige bezwaren tegen de herziening van de Warmtewet, die begin juli 2016 door de minister van Economische Zaken is voorgesteld. Deze herziening beperkt de marktwerking en kan daarom grote consequenties hebben voor installatiebedrijven, stelt de branchevereniging. Per brief zal de brancheorganisatie de minister op de hoogte brengen van haar bezwaren. Uneto-VNI roept de branche daarom op om bezwaren tegen de herziening van de Warmtewet kenbaar te maken.

De nu voorgestelde herziening van de Warmtewet moet belangrijke knelpunten in de huidige wet oplossen die in de evaluatie naar voren zijn gekomen. Het doel is om de consument beter te beschermen en om de energietransitie straks beter vorm te kunnen geven. Uneto-VNI vindt echter dat deze herziening de marktwerking beperkt of zelfs tegengaat, ten nadele van installatiebedrijven. De keuze voor een centraal gereguleerde markt geeft energieaanbieders de ruimte en ontmoedigt innovatie en nieuwe aanbieders die zich uitgedaagd voelen door de energietransitie.

De brancheorganisatie zet zich tot het uiterste in om te zorgen voor een eerlijke markt met kansen voor iedereen. Al eerder heeft Uneto-VNI deelgenomen aan een aantal marktconsultaties van het ministerie van Economische Zaken. Binnenkort zullen de bezwaren ook in een brief aan de minister kenbaar worden gemaakt.

Op haar website vraagt Uneto-VNI naar uw mening over de internetconsultatie. ‘Misschien bent u betrokken bij het leveren van warmte of plaatst u warmtewisselaars voor stadsverwarming. Dan heeft de herziening van de Warmtewet ook consequenties voor u!’, zo schrijft de brancheorganisatie. ‘Via een internetconsultatie kan iedereen online zijn mening kan geven over de nieuwe Warmtewet. De reacties kunnen leiden tot aanpassing van de wet. Daarom is het belangrijk dat u zelf reageert op de consultatie. Zeker als de maatregelen uw bedrijf treffen omdat u omzet kwijtraakt, is dit een belangrijk signaal naar de overheid’, aldus Uneto-VNI.

U kunt tot uiterlijk 17 augustus reageren op: www.internetconsultatie.nl/herzieningwarmtewet. Reacties zijn voor iedereen zichtbaar, tenzij u anders aangeeft.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 10, 2016
  • 145 views
Ventilatiebuizen te dicht bij elkaar: al 14 jaar poeplucht

 

Een opmerkelijk verhaal in het AD van vanmorgen. Appartementencomplex De Harmonie in Rotterdam-Charlois wordt geteisterd door een misselijkmakende poepgeur. Bewoonster Annie strijdt al veertien jaar tegen de overlast in het gebouw, waarin zij direct na oplevering kwam wonen en dat nooit fris heeft geroken. Keer op keer heeft ze geklaagd bij wooncorporatie Woonstad. Zonder succes. Een kennis van haar was echter snel klaar met het lokaliseren van de oorzaak: de ventilatiebuizen voor elke woning -één voor uitstromende lucht en één voor instromende lucht – liggen te dicht bij elkaar. Er zou minimaal 6 meter tussen moeten zitten, maar het is maar 25 centimeter. Woonstad betreurt dat de tot nu toe genomen acties niet tot tevredenheid hebben geleid. De corporatie zal nogmaals contact opnemen met de bewoners.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 10, 2016
  • 144 views
Nieuwe praktijkrichtlijn rookgasafvoersystemen voor gesloten hr-toestellen

cvketel_nenNEN heeft een nieuw deel 46 gepubliceerd van de serie NPR 3378 Praktijkrichtlijn Gasinstallaties. Het is gericht op de rookgasafvoer voor de meest gebruikelijke gesloten cv-toestellen. Deze NPR is van belang voor installateurs, ontwerpers en inspecteurs van verbrandingstoestellen en rookgasafvoersystemen. In de nieuwe NPR wordt de keuze van materialen en constructies van enkelvoudige afvoersystemen vanaf de aansluitstomp van het toestel tot aan de uitmonding toegelicht. De inhoud van de oude NPR 3378-delen 42, 43 en 44 is nu voor type C-toestellen met ventilator opgenomen in deze richtlijn.

Met deel 46 is er vanaf nu een goede relatie verkregen met o.a. CE-gemarkeerde RGA-systemen volgens de Bouwproductenverordening. De titel van deel 46 luidt: ‘Praktijkrichtlijn gasinstallaties – Sectie afvoersystemen – Deel 46: Verbrandingsluchttoevoer en enkelvoudige rookgasafvoer voor gasgestookte condenserende type C toestellen – Keuze van constructies en materialen – Leidraad bij NEN 2757-1 en NEN 8757’.

Dit deel van de NPR geldt bij nieuwbouw en bij toestelvervanging, voor toestellen met een temperatuurklasse van ten hoogste T120.

Afvoersystemen voor overige (open) toestellen worden behandeld in een nieuw deel 47 van de NPR 3378. Omdat NPR 3378-46 en -47 deels de inhoud van de delen 42, 43 en 44 overnemen, worden deze laatste delen ingetrokken.

De gehele NPR 3378-serie, evenals de voor gasinstallaties van belang zijnde normen, maakt deel uit van de webtool ‘Werken met NPR 3378’.

[related_post themes=”text”]

 

  • augustus 9, 2016
  • 168 views
Vraag om verplichte erkenningsregeling wordt breed gedragen

Uit recent onderzoek blijkt dat een ruime meerderheid van de installateurs voorstander is van een verplichte en mogelijk zelfs strengere erkenningsregeling. Uneto-VNI en andere branchepartijen sluiten zich hier bij aan. Ook het onafhankelijk nationaal kwaliteitsregister van de (duurzame) bouw- en installatietechniek, QBISnl, maakt zich inmiddels sterk voor erkende of gecertificeerde installatiebedrijven. QBISnl heeft tot taak consumenten bewust te maken van het belang van kwaliteit en vakbekwame installatiebedrijven vindbaar te maken. Het kabinet moet overigens nog een beslissing nemen over zo’n verplichte erkenningsregeling.

Vooral als het gaat over gasinstallaties moet een strengere erkenningsregeling bedrijven uitsluiten die hun zaken niet op orde hebben. Zo ontstaan volgens de Onderzoeksraad voor de Veiligheid koolmonoxide ongelukken met name door de onhandigheid van klussers en bedrijven die het niet zo nauw nemen met de voorschriften. Met name is het opvallend dat er steeds meer ongelukken gebeuren met relatief jonge cv-ketels.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 9, 2016
  • 150 views
NEN publiceert eisen voor verbrandings installaties

CV-ketel1NEN 3028:2016 is gepubliceerd. Deze norm bevat eisen voor stookruimten en opstellingsruimten en regelt met name de brandveilige opstelling van verbrandingstoestellen volgens Bouwbesluit 2012. De norm is bedoeld voor iedereen die te maken heeft met het ontwerpen, installeren en controleren/inspecteren van verbrandingstoestellen.

De laatste herziening in 2011 was grotendeels beperkt tot het toevoegen van de eisen voor opstellingsruimten. In de nieuwe versie is de gehele norm NEN 3028 tegen het licht gehouden en geactualiseerd. In het bijzonder is de norm aangepast aan de Europese norm NEN-EN 12828 ’Verwarmingssystemen in gebouwen – Ontwerp voor watervoerende verwarmingssystemen’. Dit betreft o.a. de eisen aan veiligheidskleppen en expansievaten. De norm is zowel voor gebouwgebonden als voor industriële installaties.

Overige wijzigingen zijn:

-de normatieve verwijzingen (hoofdstuk 2) zijn aangepast;

-de indeling van de norm is gewijzigd door de eisen aan de opstellingsruimten in hoofdstuk 6 en die aan stookruimten in hoofdstuk 7 te plaatsen;

-er is een categorie ‘plaatsing in de buitenlucht’ toegevoegd (5.2 en 11.4.4);

-in bijlage C zijn enkele onderdelen in lijn gebracht met de overige inhoud van de norm en zijn aanwijzingen toegevoegd voor de uitvoering van het uitlaatsysteem.

De voor gasinstallaties van belang zijnde normen, evenals de gehele NPR 3378-serie, maakt deel uit van de webtool ‘Werken met NPR 3378’.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 8, 2016
  • 146 views
“Surinaamse slager” keurt eigen vlees

SWM-kantoorDe Surinaamse Waterleiding Maatschappij, SWM, treedt toe tot de markt van installateurs. Anders dan traditioneel, wordt het bedrijf directe concurrent van tientallen waterinstallateurs. Beroepsvereniging VIS is woedend. De SWM beperkte zich tot nu toe tot het controleren en goedkeuren van huis- en bedrijfsinstallaties. Het systeem werkte prima en SWM gold als Surinaams keurmerk. Het waterbedrijf zoekt kennelijk naar nieuwe in komstenbronnen. Maar dit wordt bepaald niet op prijs gesteld. “Dit kan toch niet. Wie controleert de SWM en wie keurt de installaties dan?”, zegt VIS-voorzitter Brindaben Panday tegenover het Surinaamse Dagblad De Ware Tijd. Het is ook de vraag hoe eerlijk het afhandelen van installatiewerk zal verlopen.

Volgens SWM-directeur Marlon Oosterling is er niets aan de hand. Het bedrijf doet al geruime tijd huisinstallaties. Er is ook een sociale reden. Soms wordt het bedrijf geconfronteerd met huishoudens die niet in staat zijn installatietarieven te betalen. “Dan moeten wij toch helpen”, aldus Oosterling.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 8, 2016
  • 166 views
“Meer dan honderdduizend Nul-op-de-Meter woningen in 2020 gaat niet lukken”

nulnuWim van den Bogerd, CEO bij Klimaatgarant en Itho Daalderop én lid van de Stroomversnelling, meldt in Cobouw dat het niet gaat lukken om in 2020 meer dan honderdduizend Nul-op-de-Meter woningen te realiseren. Redenen: te weinig samenwerking, te hoge kosten en targets die niet worden gehaald. Tien corporaties en bouwbedrijven ondertekenden op 20 juni 2013 het initiatief ‘de Stroomversnelling’. Voor 2017 zouden er 11000 woningen onder handen worden genomen, de teller staat nu op ongeveer 700.

Van den Bogerd wijst vooral op de te hoge kosten van het renoveren van oude woningen. “Iedereen is te optimistisch geweest. Zo van, dat gaan we wel even doen. Op dit moment is het gewoon niet rendabel.” Hij vindt dat de industriële partners meer moeten gaan denken in processen en de partijen met elkaar moeten gaan samenwerken. “Bijna iedere bouwer vindt het wiel voor zichzelf uit

In het zelfde interview erkent Leen van Dijke, voorzitter van de Stroomversnelling, dat het allemaal niet zo snel gaat als gepland maar dat wil volgens hem nog niet zeggen dat de dingen mislukt zijn. “Het aantal betrokken corporaties, bouwbedrijven en fabrikanten is doorgegroeid naar zestig en bovendien geniet de Stroomversnelling inmiddels ook internationale belangstelling.” Hij verwacht dat na de zomer het aantal opdrachten snel zal groeien. “Veel corporaties hebben gewacht op de wettelijke kaders die investeringen in Nul op de Meter woningen rendabel maken.”

[related_post themes=”text”]

  • augustus 4, 2016
  • 143 views
NEN-eisen voor verbrandingsinstallaties gepubliceerd

Geo_pump_room_610x406NEN 3028 is gepubliceerd. Deze norm bevat eisen voor stookruimten en opstellingsruimten en regelt met name de brandveilige opstelling van verbrandingstoestellen volgens Bouwbesluit 2012. De norm is bedoeld voor iedereen die te maken heeft met het ontwerpen, installeren en controleren/inspecteren van verbrandingstoestellen. De laatste herziening in 2011 was grotendeels beperkt tot het toevoegen van de eisen voor opstellingsruimten. In de nieuwe versie is de gehele norm tegen het licht gehouden en geactualiseerd. In het bijzonder is de norm aangepast aan de Europese norm NEN-EN 12828 ’Verwarmingssystemen in gebouwen – Ontwerp voor watervoerende verwarmingssystemen’. Dit betreft o.a. de eisen aan veiligheidskleppen en expansievaten. De norm is zowel voor gebouwgebonden als voor industriële installaties.

Overige wijzigingen die zijn opgenomen, betreffen:

-de normatieve verwijzingen (hoofdstuk 2) zijn aangepast;

-de indeling van de norm is gewijzigd door de eisen aan de opstellingsruimten in hoofdstuk 6 en die aan stookruimten in hoofdstuk 7 te plaatsen;

-er is een categorie ‘plaatsing in de buitenlucht’ toegevoegd (5.2 en 11.4.4);

-in bijlage C zijn enkele onderdelen in lijn gebracht met de overige inhoud van de norm en zijn aanwijzingen toegevoegd voor de uitvoering van het uitlaatsysteem.

De voor gasinstallaties van belang zijnde normen, evenals de gehele NPR 3378-serie, maakt deel uit van de webtool ‘Werken met NPR 3378’.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 3, 2016
  • 145 views
Op Lowlands jongeren enthousiasmeren voor techniek

Lowlands-960x540Deze zomer werkt het Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf (OTIB) op Lowlands aan materiaal om jongeren te enthousiasmeren voor techniek. Vele installateurs werken er hard aan om dit muziek- en cultuurfestival op te kunnen bouwen voor de jaarlijks circa 55.000 bezoekers, waaronder ook vele jongeren. Door middel van vloggen, het maken van videoverslagen, zal OTIB vijf verschillende installatiebedrijven volgen. Bij deze bedrijven worden met name jonge techneuten op diverse niveaus in zowel de voorbereidingsfase als op het festival gevolgd.

Met Lowlands als decor en Virtual Reality (VR) als instrument maakt OTIB jongeren enthousiast over de laatste ontwikkelingen binnen de techniek. Om zoveel mogelijk jongeren te inspireren en enthousiasmeren voor techniek zal OTIB een VR-film maken over jonge techneuten van verschillende bedrijven die mee hebben gewerkt aan het tot stand brengen van het festival. Wat zijn de uitdagingen? Wat zijn de kick-momenten? Hoe is het om mee te werken aan zo’n groot festival? Op deze vragen en andere vragen geven jonge medewerkers van verschillende bedrijven een antwoord. Het gaat om de volgende bedrijven: MTD Groep (watertechniek), The Powershop (stroomvoorziening), Gigtech (draadloos internet, telefonie en glasvezel)  LedLease (led-systemen en design), en Tenfeet (audiovisuele aankleding en design). Naast de productie van een interactieve VR-film, wordt vanuit het festival dagelijks gevlogd over de techniek en de techneuten achter het festival.

OTIB wil jongeren van nu inspireren om een toekomst in de technische installatiebranche te kiezen. “We weten dat het beeld dat jongeren hebben over de branche niet altijd klopt. Daarom kiezen we voor nieuwe middelen om vooral een meer up to date beeld te laten zien. Lowlands biedt ons die mogelijkheid. Techneuten van nu inspireren de vaktalenten van morgen door vlogs”, aldus projectleider Jorn Marks van OTIB.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 2, 2016
  • 138 views
Meeste seinen in het MKB-metaal staan op groen

MKB-metaalNa zes kwartalen met een voorzichtige plus, is het MKB-metaal in het tweede kwartaal forser gegroeid. Onder deze sector valt ook de installatiebranche. Op bijna alle onderdelen van de Economische Barometer geven ondernemers aan positiever te zijn dan in voorliggende kwartalen. Aan het einde van het eerste kwartaal waren de verwachtingen over het tweede kwartaal al positief, maar de realisatie heeft de verwachtingen overtroffen. Dit blijkt vooral uit grotere orderportefeuilles en een stijgende vraag naar nieuwe medewerkers.

Zowel de binnenlandse- als buitenlandse orderportefeuilles zijn ten opzichte van het eerste kwartaal toegenomen. De waardering van de beide orderportefeuilles is overwegend positief. Voor het derde kwartaal verwacht ruim de helft van de exporterende ondernemers een verdere toename van de buitenlandse orderportefeuille.

Op de vraag hoe de omzet zich in 2016 zal ontwikkelen ten opzichte van 2015, geeft ruim 25% van de bedrijven aan dat men in 2016 een lagere omzet denkt te realiseren, 15% verwacht een zelfde omzet en bijna 60% van de ondernemers verwacht voor 2016 een hogere omzet.

Eén op de zes bedrijven heeft de verkoopprijzen weten te verhogen. Voor het eerst in vijf jaar wisten relatief veel bedrijven hun verkoopprijzen te verhogen. Dit heeft er toe geleid dat ondernemers in het MKB-metaal een iets beter bedrijfsresultaat hebben weten te realiseren ten opzichte van het vorige kwartaal. Ook het aantal bedrijven dat aangeeft winst te maken is in het tweede kwartaal toegenomen.

De groei in orderportefeuille komt ook tot uitdrukking in de ontwikkeling van de arbeidsplaatsen. Bij de ondervraagde MKB-metaalbedrijven werken gemiddeld 25 medewerkers waarvan 3,2 medewerkers op een flexibel contract, de overige medewerkers hebben een vast dienstverband. Een kwart van de bedrijven heeft in het tweede kwartaal meer mensen in vaste dienst dan in het eerste kwartaal. Ook het aantal bedrijven met meer flexibel personeel is toegenomen, zij het dat de toename minder sterk is dan bij het vaste personeel.

Het aantal bedrijven met openstaande vacatures is ook relatief hoog. De afgelopen kwartalen hadden 20 tot 30% van de bedrijven gemiddeld een a twee vacature open staan, nu geven bijna vier op de tien bedrijven aan gemiddeld 2,1 vacatures te hebben. In een aantal sectoren verwacht men deze vacatures het komende halfjaar niet in te kunnen vullen in verband met een tekort aan vakbekwaam personeel.

Dat het vertrouwen nog niet heel overtuigend is, blijkt uit de investeringsverwachtingen. Sinds het uitbreken van de financiële crisis verwachten meer ondernemers minder te zullen investeren het komende halfjaar dan dat er ondernemers zijn die verwachten meer te gaan investeren. Dit gold ook in het tweede kwartaal van 2016.

Sectoren die het meest positief zijn over het tweede kwartaal, zijn de aan de bouw toeleverende bedrijven en de metaalwarenbedrijven. De verspanende bedrijven zijn minder positief dan gemiddeld in het MKB-metaal. Dit komt mede door de prijsdruk in deze sector. Daar staat tegenover dat relatief veel verspanende bedrijven verwachten het komende halfjaar meer te gaan investeren in hun machinepark. De aan de landbouw gelieerde bedrijven zijn het afgelopen kwartaal het minst positief.

[related_post themes=”text”]