Drinkwater in Nederland beter dan in VS en Groot-Brittannië
Nederland heeft de minste uitbraken van ziekten door vervuild drinkwater. Dit terwijl er geen chloor aan het drinkwater wordt toegevoegd. De VS en Groot-Brittannië voegen wel chloor toe. Dit blijkt uit onderzoek van Amerikaanse, Britse en Zwitserse universiteiten, die de drinkwatersystemen in deze landen met elkaar hebben vergeleken. Zij publiceerden recent over hun studie in het wetenschappelijk tijdschrift Science. Het Nederlandse systeem bewijst volgens de onderzoekers dat desinfecterende middelen in principe niet nodig zijn, als er maar andere passende voorzorgsmaatregelen zijn getroffen om microbiële besmetting tegen te gaan. In de studie scoort Nederland met name goed op het onderhoud van het drinkwatersysteem. In de Verenigde Staten en Groot-Brittannië zijn leidingen vaak verouderd, met lekpercentages van respectievelijk 16 en 25 procent. In Nederland lekt 6 procent van het water weg. Als een leiding lek is, kunnen schadelijke stoffen het drinkwatersysteem binnendringen. Daardoor stijgt de noodzaak om desinfecterende middelen toe te voegen.
Het ontwerp, de aanleg, het gebruik en het beheer en onderhoud van de leidingwaterinstallatie speelt een cruciale rol. De kwaliteit van het water in de installatie zal altijd iets afnemen als gevolg van temperatuur, stilstand of leidingmateriaal. Maar de afname van de kwaliteit moet beperkt blijven zodat het water aan de tap ook altijd blijft voldoen aan de wettelijke eisen. De norm NEN 1006 helpt dit te realiseren. (Bron: NEN)
Bea Berndsen wordt nieuwe directeur van het OTIB
Bea Berndsen wordt per 15 juni 2016 de nieuwe directeur van OTIB (Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch InstallatieBedrijf). Zij volgt dan Elly Verburg op die per 14 september met pensioen zal gaan. Berndsen is nu nog directeur van OOMT, het opleidingsfonds voor de mobiliteitsbranche. Verburg laat na een periode van ruim 15 jaar een opleidingsfonds achter dat de technische installatiebranche op vele wijzen ondersteunt. Verburg: “Het is met een gevoel van grote dankbaarheid voor het vertrouwen dat ik van de branche en de medewerkers heb gekregen dat ik nu start met het inwerken van mijn opvolger.” Elly Verburg blijft tot 14 september eindverantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken.
Bea Berndsen was de afgelopen jaren als directeur verantwoordelijk voor het opleidingsfonds voor de mobiliteitsbranche. In deze periode heeft ze zich succesvol ingezet voor meer instroom, duurzame inzetbaarheid en goed werkgeverschap. “Ik kijk er nu naar uit om me in te zetten voor de technische installatiebranche. Een innovatieve branche die volop in beweging én in de lead is als het gaat om het meewerken aan de oplossingen voor de maatschappelijke uitdagingen van vandaag en morgen. Ik hoop snel nader kennis te maken met de werkgevers en de werknemers van deze mooie branche.”
Volumegroei in de bouw zet gematigd door
De bouw is één van de sectoren die het meest profiteren van het economische herstel dat zich in 2016 zal voortzetten in nagenoeg alle Nederlandse bedrijfssectoren. In de zojuist gepubliceerde Rabobank Sectorprognoses 2016 noemt de bank een volumegroei van 4%. Daarmee vlakt de forse groei in de bouw van het afgelopen jaar (8,2%) af maar blijft het de blikvanger in de sectoren met meeste volumegroei. De (nieuwbouw) woningmarkt profiteert het sterkst en die groei is met name zichtbaar in de Randstad. Verdergaande innovatie van producten en diensten is nodig om de groei in de bouwsector te bestendigen. Bij die innovatie zijn oog voor duurzaam bouwen, verbruik en hergebruik van bouw- en sloopmateriaal belangrijk.
Eric Saris, directeur Bedrijven bij de Rabobank: “De groei in vrijwel alle bedrijvensectoren zet gelukkig door. In vergelijking met onze verwachtingen een half jaar geleden zijn de prognoses voor de meeste sectoren wel getemperd. En groei in de sector is nog geen garantie voor succes voor de ondernemer. Prijzen blijven onder druk staan en concurrentievoordeel is steeds moeilijker vast te houden. Ondernemers moeten met een onderscheidend product of dienst de klant keer op keer zien te verleiden. Om die slag te maken, is het belangrijk dat de ondernemer, die wil profiteren van het economisch herstel, over zijn eigen schaduw durft heen te springen en op een bepaald thema samenwerking zoekt met ketenpartijen of met branchevreemde partijen. Zo kunnen ondernemers vanuit eigen kracht elkaar versterken.”
Van 70 naar 18 liter water per persoon per dag voor doorspoelen toilet
Drinkwater wordt steeds minder gebruikt bij het doorspoelen van ons toilet. 50 jaar geleden gebruikte één persoon ongeveer 70 liter water per dag voor het doorspoelen van het toilet. Dankzij moderne spoeltechnologie wordt er nog maar 18 liter per persoon per dag gebruikt. Dat is een besparing van meer dan 50 liter water per persoon per dag. Toch is een optimale sanitaire werking gegarandeerd. Eén van de fabrikanten die deze ontwikkeling hebben ingezet is Geberit. Met de introductie van de stop-and-go spoelfunctie en daarna de 2-toets bediening, bood Geberit de consument de mogelijkheid het spoelvolume per spoeling zelf te bepalen. Tegelijkertijd is de maximaal beschikbare hoeveelheid water per spoeling geleidelijk aan gereduceerd. Al enige tijd levert Geberit de stortbak met een 2-toets bediening, voorzien van een grote spoeling van 6 liter en een kleine spoeling van 3 liter water, respectievelijk voor het doorspoelen van een grote en kleine boodschap.
Het verminderen van het spoelvolume, met het behoud van een optimale werking, is alleen mogelijk geworden door het verbeteren van het gehele systeem, als de verbinding tussen de stortbak en het wc-keramiek, de binnenvorm van de toiletpot en de oppervlakteafwerking daarvan. Een belangrijk aspect in deze ontwikkeling is tevens de afmeting van de afvoerleiding en de wettelijke richtlijnen daarin. Je kan immers met minder water het toilet doorspoelen, de riolering achter het toilet moet ook nog goed doorgespoeld kunnen worden.
Moderne toiletontwikkelingen, zoals de opkomst van de douchewc, ondersteunen deze ontwikkeling. Buiten het feit dat deze moderne toiletten juist water gebruiken voor het reinigen van het onderlichaam na het gebruik van het toilet, hoeft er minder vaak doorgespoeld te worden, door het verminderde of het niet gebruiken van toiletpapier. Immers het onderlichaam is middels warm water reeds schoongespoeld en wordt met een föhn of middels minimaal wc-papier droog gemaakt. De nieuwste AquaClean douchewc van Geberit heeft bovendien een vernieuwde keramiekvorm en spoeling, waardoor nog minder water verbruikt wordt bij elke spoeling.
FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming: “Investeer in technische skills”
FME-voorzitter Ineke Dezentjé Hamming pleit voor een ambitieuze agenda van sociale partners en de Europese Commissie om arbeidsmarkten te dynamiseren en te investeren in technische skills en competenties. Dezentjé Hamming deed deze oproep tijdens de Europese Social Summit voorafgaande aan de Europese Raad, in aanwezigheid van onder meer de voorzitter van de Europese Raad Donald Tusk, de Eurocommissarissen Dombrovskis en Thyssen, Minister-President Mark Rutte en Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Lodewijk Asscher. Naast een Europees wetgevend kader dat flexibel werken stimuleert, pleitte Ineke Dezentjé Hamming onder meer voor het bevorderen van digitaal leren en open educational resources. Ook onderstreepte zij het belang van het zo vroeg mogelijk aanleren van digitale skills, het ruim baan geven aan leven lang leren en wederzijdse erkenning van skills en kwalificaties tussen EU-landen.
Dezentjé Hamming – sinds 2014 ook president van de Europese werkgeversorganisatie voor 200.000 bedrijven in de metaal en elektrotechnische industrie Ceemet –benadrukte de belangrijke rol die sociale partners hierbij spelen. “We moeten ons voorbereiden op een enorme transitie en onze verantwoordelijkheid nemen om te voorkomen dat mensen aan de kant blijven staan.” Zij verwees naar het Nederlandse initiatief voor een fieldlab sociale innovatie, waarin werkgevers, werknemers en het Ministerie van SZW verkennen wat digitalisering in de industrie betekent voor de manier van werken en wat dat vraagt aan nieuwe vaardigheden van medewerkers.
Vakwijzer van KvINL alleen nog maar digitaal
De nieuwsbrief Vakwijzer van Kwaliteit voor Installaties Nederland (KvINL) verschijnt alleen nog maar digitaal. Gecertificeerde en erkende bedrijven installatiebedrijven en opleidingen ontvingen deze nieuwsbrief tot voor kort nog als gedrukte uitgave. De digitale Vakwijzer is te downloaden vanaf www.kvinl.nl. Erkende en gecertificeerde bedrijven krijgen de Vakwijzer toegestuurd via de mail. De Vakwijzer informeert bedrijven over ontwikkelingen rondom certificering, accreditatie en erkenning. Aan de orde komen ook nieuwe of gewijzigde Beoordelingsrichtlijnen (BRL-en) en erkenningsregelingen. In de editie van maart staan artikelen over o.a. het wetsvoorstel Kwaliteitsborging voor het bouwen en de uitleg van het product- en systeemlabel. De digitale Vakwijzer is voor alle soorten apparatuur geschikt gemaakt. Zo is de nieuwsbrief te lezen op zowel de computer als op tablet of smartphone. Alle links naar internetsites zijn direct te openen. De digitale Vakwijzer verschijnt 4 keer per jaar. De volgende editie verschijnt in juni.
Hevac Controls winnaar internationale KNX Award
Hevac Controls is uitgeroepen tot winnaar van de internationale KNX Award 2016 van het continent Europa. Koen van de Donk, eigenaar van Hevac Controls, had Kasteel Biljoen (zie ook InstallateursZaken april 2016) als kandidaat ingediend. Met ditzelfde project werd in 2015 al de Nederlandse KNX Professionals Award gewonnen, die tijdens de Beurs Elektrotechniek werd uitgereikt. Het meest bijzondere aan dit project is het enorme aantal KNX RF componenten dat in het kasteel is toegepast.
Op het internationale KNX Event, dat tijdens de beurs Light+Building in Frankfurt werd gehouden, versloeg Hevac Controls vier andere genomineerden met KNX-projecten. Eén van de genomineerden was het Nederlandse bedrijf Instaver dat het KNX-project Grand Hotel Huis ter Duin had ingediend. Het uitreiken van de KNX Awards 2016 was het hoogtepunt van het KNX Event, dat verder in het teken stond van de start van KNX in de Verenigde Staten en de introductie van de nieuwe concepten KNX Internet of Things en ETS Inside.
De winnaar van de internationale KNX Award 2016 ontvangt een prijs van € 1000,-. Daarnaast is er voor de winnaar van elke categorie een KNX-trofee. De jury bestaat uit neutrale KNX-experts en de KNX Association zelf. De internationale KNX Award is een erkenning voor het meest intelligente, efficiënte en vooruitstrevende KNX-project. Er kwamen honderden inschrijvingen binnen vanuit de hele wereld. De prijzen werden verdeeld in een aantal categorieën: International (opgedeeld in: Europa, Azië, Americas/Africa/Oceanië) Publicity, Energy Efficiency, Young en Special.
De internationale KNX Award is vooral een bekroning en onderscheiding voor de vakman. Bij de beoordeling is slechts in mindere mate gelet op de grootte en omvang van een project. De beoordeling is veel meer gebaseerd op:
– de verscheidenheid aan functies,
– de flexibiliteit en uitbreidingsmogelijkheden,
– de automatiseringsgraad en complexiteit,
– de gebruiksvriendelijkheid en appreciatie door de gebruiker,
– de argumenten waarmee de klant overtuigd werd,
– het gebruik van producten van verschillende fabrikanten.
Hoe moderniseer je een eeuwenoud kasteel zonder dat je in muren mag boren of frezen? Voor dat vraagstuk stond Installatiebedrijf Wim Bosman uit Vorden toen zij van Stichting Het Geldersch Landschap (GLK) de opdracht kreeg. Installatiebedrijf Wim Bosman vroeg vervolgens aan KNX Professional Hevac Controls om een ontwerp te maken en het bestek te schrijven. Koen van de Donk durfde het aan om kasteel Biljoen vergaand te automatiseren met KNX RF componenten van Hager. Hij werd daarbij geassisteerd door Eric Mertens van i-Casa Domotica, die een belangrijk deel van de KNX-programmering verzorgde.
De intelligentie, een slimme, draadloze actor op basis van KNX, is achter praktisch alle schakelaars in de muur weggewerkt. Dat geldt ook voor de tientallen mediakoppelaars van Hager, die de draadloze signalen van alle schakelaars en tasters opvangen en naar de visualisaties doorsturen. Soms zijn de mediakoppelaars letterlijk achter het behang geplakt. Elke mediakoppelaar vertegenwoordigt op die manier een KNX-buslijn waarop alle KNX-componenten draadloos worden aangesloten. In totaal kent het kasteel 19 mediakoppelaars en meer dan 460 busdeelnemers. Over het algemeen zijn dit de schakelaars voor verlichting en de regelaars van de verwarming. Ook de deurintercom, de ventilatie, de airco-units en de beveiliging zijn allemaal op de KNX-automatisering geïntegreerd.
Tekort aan kwalitatief goed personeel in installatiesector
Twee op de vijf bedrijven uit de bouwsector erkent dat er op dit moment een tekort aan kwalitatief goed personeel is. Dit probleem wordt met name gezien door installateurs en aannemers. De grootte van het bedrijf speelt hierbij geen rol; wel zijn het de bedrijven met 20 man personeel of meer die nog veel problemen verwachten voor de komende twee jaar. Tevens wordt onderkend dat er een kwantitatief personeelstekort is, maar dat is relatief gezien minder groot. Dit alles blijkt uit onderzoek van USP Marketing Consultancy dat in januari – februari 2016 is uitgevoerd onder 700 bedrijven in de bouw- en installatiesector. Van alle bouw en installatie gerelateerde bedrijven ziet op dit moment 40% een kwalitatief tekort aan personeel (kennis). Nog eens 20% verwacht dat dit binnen nu en 2 jaar een rol zal gaan spelen. In totaal is dus drie op de vijf bedrijven van mening dat dit een groot probleem is voor de sector. Daar waar zes op de tien bedrijven een kwalitatief tekort ervaart of op korte termijn verwacht, is een kwantitatief tekort bij vijf op de tien bedrijven aan de orde. Ook dit speelt voornamelijk bij installateurs, aannemers en de grotere bedrijven.
Ernstig tekort aan vakbekwame loodgieters
Nederland kampt met een ernstig tekort aan vakbekwame loodgieters. Uit onderzoek in opdracht van Uneto-VNI blijkt dat er per jaar werk is voor circa 800 extra loodgieters. Rekening houdend met een marktgroei van 3% zal dat aantal de komende jaren alleen maar toenemen. De ondernemersorganisatie voor de installatiebranche liet het onderzoek uitvoeren omdat het vandaag Wereld Loodgieters Dag is.
In diverse economische sectoren blijft de groei van de werkgelegenheid achter, maar voor een goede loodgieter is steeds meer werk. Het vakgebied wordt groter, innovatiever en veelzijdiger. Bovendien bereiken veel oudere loodgieters de komende jaren de pensioenleeftijd, waardoor er nóg meer behoefte ontstaat aan nieuwe, degelijk opgeleide vakmensen. OTIB, het opleidingsfonds voor de installatiebranche, heeft becijferd dat de sector jaarlijks zeker 800 extra loodgieters werk kan bieden. Gezien de goede marktvooruitzichten kan dat aantal zelfs nog verder oplopen.
Duurzaam en energiezuinig
De installatiebranche grijpt Wereld Loodgieters Dag aan om duidelijk te maken dat het vak van loodgieter al lang geen traditioneel ambacht meer is. De loodgieter van vandaag komt met slimme, innovatieve oplossingen voor een duurzaam en energiezuinig huis of kantoor. In de moderne opleidingen voor loodgieter is veel aandacht voor energiebesparing en de toepassing van duurzame energie. Het vak draagt ook bij aan de mogelijkheden voor ouderen om langer zelfstandig te blijven wonen. Zo levert de loodgieter allerlei aanpassingen in het sanitair, die voor meer comfort en veiligheid zorgen.
Informatietechnologie
Naast het toilet en de gootsteen houdt de loodgieter zich nu bezig met zonneboilers, warmtepompen en sensoren in de waterleiding. De rol van de informatietechnologie wordt daarbij steeds groter. Zo maakt de loodgieter op de computer een 3D-ontwerp van de badkamer en verloopt de controle op legionellabacteriën in waterleidingen volledig geautomatiseerd. Ook de klimaatverandering heeft invloed op het werk van de loodgieter, die bijvoorbeeld oplossingen biedt om wateroverlast door extreme regenval te voorkomen.
‘Klant betaalt het liefst cash voor duurzame maatregelen’
Energie coöperatie ZummerePower presenteerde recentelijk de resultaten van een onderzoek naar energiebesparing. Een conclusie was op z’n zachtst gezegd opmerkelijk. Uit de interviews met respondenten kwam naar voren dat de grote meerderheid het liefst maatregelen wil financieren door contant te betalen. Voor lenen was slechts een kleine groep te porren. De ervaren verkoper en adviseur Gerard Kolkman van installatiebedrijf WKZ zet grote vraagtekens bij deze uitkomst. “Ik draai nu al 30 jaar mee en heb nog nooit een klant meegemaakt die cash wilde afrekenen.”
ZummerePower voerde het onderzoek uit om te achterhalen welke motieven mensen hebben om wel of niet bezig te zijn met energiebesparing. Financiële voordelen en zorg om het milieu kwamen als belangrijkste redenen uit de bus. Verder maakte het onderzoek duidelijk dat het energielabel weinig bekendheid geniet en de kennis erover beperkt is. Ook weet niet iedereen wat de belangrijkste veroorzakers zijn van gas- en elektriciteitsgebruik. Maar de meest opvallende conclusie was zonder meer de voorkeur van de respondenten om cash af te rekenen voor duurzame maatregelen.
Verbaasd
Installateur WKZ telt 35 werknemers die opereren vanuit vestigingen in Amsterdam en Apeldoorn. Het bedrijf timmert al jaren aan de weg als ‘duurzame installateur’ en met succes. Zo vinden PV-panelen, warmtepompen en waterbesparende douchekoppen gretig aftrek. Als verkoper en adviseur komt Gerard Kolkman regelmatig bij klanten over de vloer. Hij heeft nog nooit meegemaakt dat klanten contant willen afrekenen voor duurzame maatregelen. “En ik draai al 30 jaar mee. Klanten kunnen wel heel enthousiast reageren na het eerste gesprek en vragen of ze bijvoorbeeld direct een waterbesparende douchekop mogen afnemen. De facturering volgt dan later.”
Laconiek
De realiteit ziet er dus beduidend anders uit dan het onderzoek van ZummerePower ons wil laten geloven, volgens Kolkman. “Kijk, Kamp heeft niet voor niets 70 miljoen in een subsidiepot gestopt en banken moeten kansen ruiken, als ze klanten proberen te lokken met lage rentes voor duurzaamheidsinvesteringen. Er is een markt om te lenen en mensen maken daar volop gebruik van.” Kolkman kan dan ook weinig waarde hechten aan het onderzoek. Hij is er laconiek over. “Ach, al die onderzoeken; de ene keer is pindakaas gevaarlijk voor je, de volgende week mag je het weer eten. Wij zetten als bedrijf gewoon onze eigen koers uit, dat pakt veel beter uit.”
