• oktober 14, 2015
  • 138 views
FNV en CNV: Akkoord over nieuwe cao Metaal & Techniek

De vakbonden FNV Metaal, CNV Vakmensen en De Unie hebben met werkgeversorganisatie FWT een akkoord gesloten over een nieuwe cao Metaal en Techniek (kleinmetaal). De metaalwerkers krijgen er 4,05% bij tot mei 2017 en eenmalig 0,65%. De jeugdloonschalen stijgen zelfs met gemiddeld 7%. FNV-onderhandelaar Jacqie van Stigt: ‘De massale inzet van vele duizenden stakers heeft tot dit principeakkoord geleid. Zonder hun actiebereidheid hadden we dit nooit kunnen bereiken!’ In de nieuwe cao verschuift de zeggenschap over werk en privé meer naar de werknemers. Zij krijgen de mogelijkheid om hun tijd zo in te delen dat ze vaker een vierdaagse werkweek krijgen, met behoud van een voltijd dienstverband. Ook krijgt iedereen er op 1 januari 2017 een vakantiedag bij. De seniorendagen gaan later in en lopen langer door, het totaal aantal hersteldagen blijft gelijk. Metaalwerkers kunnen meer zelf bepalen wanneer ze hun vrije tijd gebruiken en wanneer ze hersteldagen inzetten. Marco Hietkamp, onderhandelaar CNV Vakmensen: “De vastberadenheid van de leden en het creatief zoeken naar oplossingen heeft tot dit positief akkoord geleid. Werknemers krijgen nu meer mogelijkheden voor persoonlijke ontwikkeling en meer zeggenschap.” FNV-kaderlid Peter Varenbrink: “Ik ben blij met de verbetering van de jeugdlonen en de extra vrije dag in dit akkoord.” Naast deze punten zijn er nog afspraken gemaakt over scholing, reparatie van de WW en flexwerk. De leden kunnen in de komende weken over het akkoord stemmen. Jacqie van Stigt: “Ik ben ongelooflijk trots op al die werknemers in de kleinmetaal die hun nek hebben uitgestoken en zo de werkgevers hebben gedwongen weer aan de onderhandelingstafel terug te keren.” De acties in de Metalektro (grootmetaal) gaan door totdat ook daar een fatsoenlijke cao ligt. Van Stigt: “Dit principeakkoord in de kleinmetaal is een geweldige opsteker voor de werknemers in de grootmetaal. Het laat zien dat actievoeren wel degelijk zin heeft.” Voor meer informatie: http://www.fnv.nl/sector-en-cao/alle-caos/caos-metaal/technisch_installatie/

  • oktober 9, 2015
  • 135 views
Social media campagne ‘De techniek achter Nederland’ bestaat een jaar

Woensdag 7 oktober was het precies een jaar geleden dat Uneto-VNI de social media campagne ‘De Techniek achter Nederland’ officieel lanceerde. De campagne maakt techniek zichtbaar voor zakelijke opdrachtgevers van installatiebedrijven en is zeer succesvol. Een mooi moment om terug te blikken op de resultaten van het eerste jaar. ‘De Techniek achter Nederland’ is een campagne in opdracht van Uneto-VNI die bestaat uit een website, www.detechniekachternederland.nl, met projecten van leden van de brancheorganisatie. Elke week zijn hier nieuwe, baanbrekende projecten te vinden die onder de aandacht worden gebracht via social mediakanalen, zoals Twitter, LinkedIn, Facebook, Instagram en Google+. Sinds de lancering van de website zijn er maar liefst 31.033 gebruikerssessies geweest en zijn er 91.401 pagina’s weergegeven. Dat zijn bijna drie pagina’s per bezoeker. De website is optimaal ingesteld voor mobiele apparaten. Dat is belangrijk voor het succes van de campagne. Bijna de helft van de bezoekers van de website belandt op de website via een mobiele telefoon of tablet. Dat dit percentage hoog ligt, is te verklaren vanuit het social aspect van de campagne. Ruim 39% van het verkeer op het platform komt namelijk binnen via sociale kanalen. ‘De Techniek achter Nederland’ is een stimulans voor branchesamenwerking. Tijdens het eerste campagnejaar werd samengewerkt met Building Holland, Nederland Innoveert, Solar Solutions, Energiebeurs, Safety & Security Amsterdam, Platform Duurzame Huisvesting, Rijkswaterstaat, het Ministerie van Infrastructuur en Milieu en Circulairondernemen.nl (een initiatief van onder andere MVO Nederland). De campagne kwam bovendien als duurzaam initiatief terecht in het Duurzame Dinsdag koffertje. Binnenkort staat ‘De Techniek achter Nederland’ extra in de belangstelling. Vanaf november tot half december is de campagne voor alle automobilisten die via de A12 naar Den Haag rijden, te zien op de Malietoren, het kantoor van werkgeverskoepels VNO-NCW en MKB-Nederland.

  • oktober 9, 2015
  • 122 views
Legionellapreventie: VVD wil minder verplichtingen

De VVD wil de regeldruk omtrent legionellapreventie  verminderen. De liberalen pleiten voor een herziening van de lijst van prioritaire instellingen, zodat de huidige strenge regelgeving alleen nog van kracht blijft voor plekken waar de echte risico’s zich voordoen, zoals  zorginstellingen en sauna’s. Minder verplichtingen voor ondernemers en meer voorlichting, zo staat in een initiatiefnota over legionellaregelgeving van de VVD Tweede Kamerfractie. Die initiatiefnota, van Kamerlid Erik Ziengs, is ter behandeling voorgelegd aan de Kamercommissie voor Infrastructuur en Milieu. In de nota staat dat het  Drinkwaterbesluit voorschrijft dat prioritaire instellingen stevige maatregelen nemen om schoon (drink)water te leveren aan derden. Hij constateert dat dit voorschrift dubbelop is en geen (gekende) risico’s wegneemt. Het  Drinkwaterbesluit bepaalt, los van legionellaregels, al dat drinkwater vrij moet zijn van gevaarlijke microben.  Knellende regels (aanschaf risicoanalyse, beheersplan uitvoeren, logboek bijhouden) voor bijvoorbeeld hotels, campings en jachthavens dragen niet bij aan de veiligheid, constateert Ziengs aan de hand van uitspraken van enkele deskundigen. ‘De uitgebreide verslaglegging voor hen kan daarom worden afgeschaft. Voor deze instellingen is het legionellapreventiebeleid schieten met een kanon op een mug, waarschijnlijk ook nog de verkeerde kant op. Want teveel eisen kunnen het zicht wegnemen van de werkelijke risico’s’,  aldus Ziengs. Will Scheffer lid van de TVVL expertgroep sanitaire technieken, bespreekt deze notitie in de aankomende novemberuitgave van TVVL magazine en InstallateursZaken.

  • oktober 9, 2015
  • 129 views
Nederlanders scoren slecht op brandveiligheid

Meer dan de helft (53%) van de Nederlandse huishoudens, ongeveer 4 miljoen, heeft geen vluchtroute. Alarmerend omdat 45% van de geïnstalleerde rookmelders niet blijken te werken. Uit onderzoek van Nest Labs blijkt dat 8 op de 10 van de Nederlandse huishoudens is uitgerust met minstens één rookmelder, maar dat 4 op de 5 zijn rookmelder niet maandelijks test. Dat terwijl zeker 45% van de rookmelders in Nederland niet werkt, volgens een rapport van de IFV (Brandacademie). Bovendien is het verontrustend dat meer dan de helft (53%) niet weet hoe hij zijn huis moet ontvluchten in het geval van brand. Om inzicht te krijgen in de situatie in Nederland vroeg Nest, in samenwerking met onderzoeksbureau YouGov voorafgaand aan de Nationale Brandpreventieweken, die op oktober 2015 van start zijn gegaan, aan 1001 Nederlandse volwassenen naar hun kennis en houding over brand- en koolmonoxideveiligheid. Koolmonoxide, een vijand om in de gaten te houden Koolmonoxidemelders zijn nog niet wettelijk verplicht gesteld, hoewel er jaarlijks 1005 mensen gewond raken en 10 mensen het leven laten door koolmonoxidevergiftiging. Hoewel drie kwart van de respondenten van het Nest onderzoek correct antwoordde dat blootstelling aan koolmonoxide dodelijke gevolgen kan hebben, gaf bijna 70% van de respondenten toe niet over een koolmonoxide alarm te beschikken. Verontrustend is ook dat bijna één op de vier Nederlanders denkt dat een koolmonoxidelek te herkennen is aan een opvallende geur en dat meer dan één op de tien denkt dat koolmonoxide een zichtbaar gas is. Beide beweringen zijn onjuist en er is dan ook een duidelijke noodzaak voor goede educatie. ( Foto) De Nest Fire Truck werd speciaal ingericht door West Coast Customs. Deze bijzondere brandweerauto rijdt tijdens de Nationale Brandpreventieweken in oktober door Nederland. Nest zal brandweerhelmen uitdelen, handige veiligheidstips geven en het publiek tijdens demonstraties laten kennismaken met de tweede generatie Nest Protect. Voor meer informatie: www.nest.com/nl en www.brandpreventieweek.nl

  • oktober 8, 2015
  • 140 views
Aandacht voor wetenschap & techniek op basisscholen schiet tekort

Het overgrote deel van de leerkrachten vindt dat er in het basisonderwijs onvoldoende aandacht wordt besteed aan wetenschap & techniek. En dat terwijl 89% van de leerkrachten vindt dat onderwijs over wetenschap & techniek bijdraagt aan de talentontwikkeling van kinderen, en 85% meent dat het belangrijk is om kinderen hier al vroeg kennis mee te laten maken. Ze zijn dan ook blij met dit thema tijdens de Kinderboekenweek 2015. Dit blijkt uit een recente peiling van TNS NIPO onder ruim 500 leerkrachten, in opdracht van TechniekTalent.nu. Naast belangrijk vindt ruim drie kwart van de ondervraagde leerkrachten les geven over wetenschap & techniek leuk, maar ook moeilijk. Op 7 oktober begint de Kinderboekenweek 2015. Het thema van dit jaar is ‘Raar maar waar: natuur, wetenschap en techniek’. In de aanloop naar en tijdens de Kinderboekenweek besteden veel basisscholen extra aandacht aan wetenschap en techniek, veelal in de vorm van projectlessen. TechniekTalent liet TNS NIPO een peiling uitvoeren onder leerkrachten in het basisonderwijs. De belangrijkste uitkomsten: Slechts 16% van de leerkrachten meent dat er in het basisonderwijs voldoende aandacht wordt besteed aan de thema’s wetenschap & techniek. 38% vindt wel dat dit het geval is op hun eigen basisschool. Maar liefst 86% van de ondervraagde leerkrachten vindt techniek een belangrijk onderwerp voor leerlingen, en 90% vindt lesgeven over wetenschap & techniek nuttig. 88% vindt een Kinderboekenweek die gewijd is aan wetenschap & techniek een goed initiatief. 77 % van de leerkrachten vindt het ook leuk om in de klas aandacht te besteden aan techniek. Het aandeel leerkrachten dat dit ook makkelijk vindt, is beduidend kleiner: 25%. 63% vindt het spannend. 46% vindt dat er op basisscholen onvoldoende kennis in huis is om lessen over wetenschap & techniek te geven. Gelukkig wordt er de komende jaren veel aandacht besteed aan techniekonderwijs. Zo ondertekenden 60 partijen uit onderwijs, overheid en bedrijfsleven het TechniekPact, met…

  • oktober 5, 2015
  • 137 views
NEN publiceert nieuwe laagspanningsnorm NEN 1010

Elektrotechnisch Nederland loopt weer voorop in Europa. NEN presenteerde vorige week tijdens de vakbeurs Elektrotechniek 2015 in de Jaarbeurs Utrecht een volledig nieuwe editie van de Nederlandse elektrotechnische norm NEN 1010. Deze is niet alleen aangepast aan de jongste internationale elektrotechnische eisen, waarover de afgelopen jaren binnen de Europese Unie overeenstemming is bereikt. Hij loopt daar zelfs op vooruit met aanvullende nationale eisen op het gebied van onder meer zonnestroominstallaties en laadinstallaties voor elektrische mobiliteit. “Normen zijn voor ons heel belangrijk”, zegt voorzitter Titia Siertsema van brancheorganisatie Uneto-VNI, die de elektrotechnische sector in ons land verenigt. “Er komt zo ongelooflijk veel nieuwe technologie op ons af. Hoe gaan we die als elektrotechnische engineers en installateurs samen toepassen? Daar moet je met z’n allen als sector afspraken over maken, die worden vastgelegd in normen. Anders werkt het niet. NEN 1010 is van alle elektrotechnische normen voor ons de belangrijkste.” De brancheorganisatie is zelf dan ook ruim vertegenwoordigd in verschillende normcommissies bij NEN en heeft een belangrijke bijdrage aan de inhoud van de nieuwe NEN 1010 geleverd. Dat werd benadrukt door directeur Willem Wolf van het Koninklijk Nederlands Elektrotechnisch Comité (NEC). Uit zijn handen ontving Siertsema het eerste deel van de nieuwe laagspanningsnorm. De huidige NEN 1010 is acht jaar oud. Ook Willem Wolf ging bij de overhandiging in op de vele technologische veranderingen die in die periode op de samenleving afgekomen zijn. De Nederlandse norm dreigde hierdoor achterop te raken bij de ontwikkelingen in de rest van Europa. “Maar met de nieuwe laagspanningsnorm loopt Nederland weer helemaal voorop”, zo benadrukt ook hij. “Er staan zelfs tal van aanvullende specifiek Nederlandse eisen in op het gebied van onder meer zonnestroominstallaties en laadinstallaties voor elektrische auto’s.” Wolf sprak veel dank uit voor de inspanningen van de vertegenwoordigers van de bedrijfstak in de normcommissie, die bij NEN verantwoordelijk is voor NEN 1010. Naast leden…

  • oktober 2, 2015
  • 134 views
Consumenten hebben andere drijfveren voor energiebesparing dan u denkt

Professionals hebben vaak een heel ander idee waarom consumenten al dan niet energiebesparende maatregelen nemen of een zeer energiezuinige nieuwe woning kopen. In veel gevallen zijn consumenten nauwelijks bekend met de mogelijkheden. Bovendien hebben ze veelvuldig behoefte aan heel andere informatie dan professionals denken. Dat blijkt uit een enquête-onderzoek van BPD over consumenten en energiebesparing. Op de vraag waarom zij wel of geen energiebesparende maatregelen nemen, geven consumenten aan dat een lagere energierekening een belangrijke rol speelt; geld is dus de drijfveer. Verder zijn extra wooncomfort en zorg voor klimaat en milieu, vaker dan professionals denken, doorslaggevende argumenten. Maar misschien nog belangrijker dan dat zijn het vooral ook positieve verhalen van anderen die consumenten kunnen overhalen om te investeren, iets wat professionals vaak nauwelijks op het netvlies hebben. Zij vinden bijvoorbeeld subsidie- en financieringsmogelijkheden veel belangrijker. Dat blijkt uit de rondvraag onder 860 professionals van overheid, ingenieurs- en adviesbureaus, ontwikkelaars en bouwers. Opvallend is dat veel consumenten vaak nog nooit hebben nagedacht over het nemen van energiebesparende maatregelen, laat staan de aankoop van een zeer energiezuinig huis. Het kost ze teveel tijd en moeite om dit allemaal uit te zoeken en op dat moment haken consumenten gemakkelijk af. Dat geldt voor welke besparingen er allemaal mogelijk zijn, hoe ze werken, wat ze kosten en wat ze opleveren. Ook is er te weinig bekend over extra financieringsmogelijkheden van bijvoorbeeld banken. Zo blijft voor veel consumenten onbekend of ze de investeringen ooit terugverdienen. In de vastgoedsector en de bouw is lange tijd vóór de consument gedacht. De professional weet wat goed is voor de mens, waar behoefte aan bestaat en welke producten en diensten daar het beste bij aansluiten. Zo ook rondom het thema energiebesparing. Uit het nu verrichte onderzoek komt duidelijk naar voren dat in de woningbouwsector nog een wereld te winnen valt rondom energiebesparing door consumenten. Zowel in de bestaande…

  • oktober 1, 2015
  • 134 views
Geheel vernieuwd Handboek WoonKeur Nieuwbouw

Het geheel vernieuwde Handboek WoonKeur 2015 is verschenen. Het nieuwe handboek omvat naast de eisen voor WoonKeur Nieuwbouw nu óók de eisen voor Woonkeur Bestaande woningen.  WoonKeur stelt eisen aan de gebruiksveiligheid, de toegankelijkheid en toekomstbestendigheid van woningen en woongebouwen. In het handboek staan de eisen die voor de architect van belang zijn en de eisen die voor uitvoerende partijen relevant zijn in aparte modules weergegeven. Het waarom van iedere eis wordt in het boek toegelicht en het boek is voorzien van vele verhelderende tekeningen. WoonKeur is ontwikkeld in samenwerking met onder andere consumentenorganisaties (Ouderenbonden, VACpunt Wonen) en koepelorganisaties als Bouwend Nederland en Aedes. Het Handboek WoonKeur is te bestellen via de website van SKW Certificatie, www.woonkeur-skw.nl. Binnenkort is er ook een mogelijkheid om losse modules te bestellen. Er zijn zes verschillende modules die naar verwachting per 1 oktober als digitale versie beschikbaar komen. SKW Certificatie is onderdeel van SKG-IKOB Certificatie. SKG-IKOB Certificatie levert het totale certificeringspakket voor de bouw in één efficiënt traject, zowel KOMO-certificering als Bouwen aan MVO, ISO 9001-, VCA- en milieucertificering (ISO 14001).

  • september 29, 2015
  • 124 views
Reactie Duurzame Energie Koepel op RLI advies

Het RLI advies Rijk zonder CO2: naar een duurzame energievoorziening in 2050 levert een aantal interessante doorkijken naar de toekomst en laat tegelijkertijd op een aantal essentiële onderwerpen steken vallen. Vooral de eenzijdige focus op CO2, zonder een duidelijke doelstelling voor hernieuwbare energie, is een keuze die de energietransitie onvoldoende sturing geeft. De duurzame-energiesector is positief over de oproep voor een Klimaatwet die over de looptijd van regeringen heen sturing gaat geven aan het proces om de energievoorziening tegen het midden van deze eeuw energieneutraal te maken. Beter dan een voorgestelde ‘klimaatcommissaris’ zou een apart ministerie voor Energie en Klimaat zijn. Ook oordeelt de duurzame energiesector positief over de voorstellen om snel met flexibilisering van het energiesysteem te beginnen, de oproep de fiscaliteit en energiebelasting sterker te richten op het principe dat de vervuiler betaalt en de onderkenning dat een impuls aan innovatie en implementatie noodzakelijk is, bovenop het krachtig doorzetten van het Energieakkoord. Wat de duurzame-energiesector totaal onbegrijpelijk vindt is  dat er in het RLI advies een eenzijdige keuze wordt gemaakt voor een CO2-only beleid. Dat kan alleen werken als ook de integrale kosten van CO2 in de prijs van fossiele bronnen is verwerkt. Dat is nu en in de nabije toekomst totaal niet het geval en daarom wijst de duurzame energie sector deze route af tenzij deze in combinatie wordt gebracht met concrete tussendoelen voor hernieuwbare energie en energiebesparing vanaf 2025. Verder worden de grote veranderingen in de Nederlandse warmtevoorziening onvoldoende geadresseerd. Op dat onderwerp zijn grote verschuivingen te verwachten en zal het Energierapport richting willen geven. Het advies mist een mate van concreetheid waarmee de komende jaren substantiële voortgang kan worden geboekt. Kortom, dit advies levert wat bouwstenen, maar we verwachten van het Energierapport een beduidend concretere richting voor de komende jaren, met duidelijke keuzes voor de energietransitie, inclusief tussendoelen en bijbehorende maatregelen voor hernieuwbare energie en…

  • september 25, 2015
  • 136 views
Woningen vervangen bespaart veel energie

Het op grotere schaal vervangen van oudere huizen door duurzame energieneutrale woningen kan een substantiële bijdrage leveren aan de doelstellingen in het Energieakkoord. Dankzij innovatie in de bouwindustrie kunnen oude woningen nu binnen 1-6 weken worden vervangen door comfortabele, energiezuinige nieuwe huizen. Als gedateerde woningen met een EFG-label worden vervangen door nieuwe energiezuinige huizen kan de CO2-uitstoot uit de gebouwde omgeving fors worden teruggebracht. Tot 2050 kan 206 miljoen ton CO2-uitstoot worden vermeden en 240 petajoule aan energie worden bespaard. Dat is bijna de helft van het jaarlijks energiegebruik in de bestaande woningbouw. Dit blijkt uit onderzoek van TNO uitgevoerd in opdracht van het Nederlands Verbond Toelevering Bouw (NVTB). De voorzitter van het NVTB, Michiel Dankers, overhandigde gisteren het eindrapport aan Ed Nijpels, voorzitter van de SER-borgingscommissie Energieakkoord voor duurzame groei. Dankers liet weten dat het NVTB-initiatief breed wordt gesteund door alle bouwgerelateerde branches. Als de aanbevelingen uit het rapport worden opgevolgd kunnen de doelen van het Energieakkoord in 2020 worden gehaald dankzij de naar schatting extra 30 PJ besparing die met versnelde vervangende nieuwbouw kan worden bereikt. Concreet gaat het dan om een opschaling van 15.000 naar 45.000 woningen per jaar die vervangen gaan worden. Nijpels noemde vervangende nieuwbouw ‘een interessante optie voor woningen waar een nul-op-de-meter renovatie niet mogelijk of niet rendabel is, maar waarvan de eigenaar toch de ambitie heeft om een sprong in energie-efficiency te maken’. Vervangende nieuwbouw is ook interessant omdat deze variant zou kunnen helpen de realisatie van de doelstellingen van het Energieakkoord te versnellen. Zowel op het gebied van energiebesparing als in banengroei. Nijpels gaat het rapport van de NVTB ter beoordeling aan de Borgingscommissie voorleggen. TNO adviseert de overheid subsidieregelingen en stimuleringsprogramma’s zoals de Stroomversnelling ook open te stellen voor duurzame vervangende nieuwbouw en opschaling te faciliteren. De overheid stimuleert woningcorporaties om oude woningen te renoveren door middel van de Step-regeling waarin…