HR-manager hebben meer technische basiskennis nodig
HR-managers werkzaam bij bedrijven in de techniek en industrie hebben meer technische basiskennis nodig om goede opleidingsplannen op te stellen voor technici. Dat blijkt uit online onderzoek van technisch opleider ROVC onder 166 respondenten. 87 procent van de respondenten is het eens met de stelling. De overige 13 procent kan zich er niet in vinden. Meer technische knowhow op de HR-afdeling brengt veel voordelen met zich mee voor zowel de organisatie zelf, als de technici die er werkzaam zijn. ROVC signaleert dat veel HR-functionarissen graag een betere gesprekspartner voor hun technische medewerkers willen zijn. Vooral bij de terugkerende functionerings- en ontwikkelgesprekken is dit voor hen van belang. Technische kennis geeft de HR-manager handvatten om de juiste leervraag te achterhalen en te formuleren. Hierdoor kunnen zij de best passende opleidingsoplossing kiezen. Met meer technische kennis is de kans op een goede match groter. Roel Greutink, manager Business Development bij ROVC: “Het valt op dat binnen de techniekbranche steeds vaker HR-professionals verantwoordelijk zijn voor het samenstellen van opleidingsprogramma’s. De HR-afdeling heeft immers een afdelingsoverstijgende visie. Dat brengt een uitdaging met zich mee, omdat zij minder bekend zijn met technische termen. Uiteraard wordt van hen niet verwacht dat ze volledig op de hoogte zijn van alle technische vakgebieden en processen, maar basiskennis is essentieel. Niet alleen de technici profiteren hiervan, maar ook het bedrijf als geheel. Goed opgeleide mensen werken efficiënter, zijn gemotiveerder en leveren een hoger rendement op. Een scenario dat waarschijnlijk iedere HR-manager aanspreekt.” Voor meer informatie: www.rovc.nl
Installateur kan zijn voordeel doen met toolkit balansventilatie
Vanaf heden is de toolkit Mijnbalansventilatie beschikbaar. Het doel van deze toolkit is om woningcorporaties, projectontwikkelaars en installateurs te ondersteunen bij het informeren van consumenten over balansventilatie. Consumenten krijgen inzicht in wat balansventilatie is, hoe het werkt en op welke manier het systeem optimaal gebruikt wordt. Met balansventilatie ervaart de bewoner de juiste balans tussen gezondheid, comfort én energiezuinigheid. De toolkit richt zich qua inhoud op bewoners van huizen met een balansventilatiesysteem en potentiële kopers en huurders van woningen met dit ventilatiesysteem. Het is een aanvulling op de recent gelanceerde vernieuwde website www.mijnbalansventilatie.nl. De toolkit bestaat uit: Animatiefilm balansventilatie. De film informeert consumenten op een prettige manier over de werking van het balansventilatiesysteem. Digitale folder. In dit tweezijdig document is snel te lezen waarom ventileren belangrijk is en wat de voordelen van balansventilatie zijn. Beeldmateriaal. Op basis van de animatie zijn afbeeldingen beschikbaar gesteld die de woningcorporatie, projectontwikkelaar of installateur in zijn eigen verhaal kan gebruiken ter illustratie. De toolkit is digitaal beschikbaar via www.mijnbalansventilatie.nl/toolkit. Indien gewenst kan er meer ondersteuning plaatshebben. Meer informatie hierover is te verkrijgen via telefoon (088) 400 85 15 of via e-mail vla@fme.nl. De toolkit Mijnbalansventilatie is een initiatief van de Kring HR Balansventilatie van de VLA (Vereniging Leveranciers Luchttechnische Apparaten) en is door de leden van deze Kring (bestaande uit fabrikanten en leveranciers van balansventilatie-units) ontwikkeld.
Zaanstad verplicht zichzelf tot energiezuinige investeringen
Het college van B&W van Zaanstad heeft op 1 september een belangrijke stap gezet naar een verdere verduurzaming van de eigen bedrijfsvoering. Vanaf nu is het verplicht om duurzame gemeentelijke investeringen te doen als deze zichzelf terugverdienen binnen maximaal vijftien jaar. Een eerste voorbeeld hiervan is het aanleggen van 2.700 zonnepanelen op gemeentelijk vastgoed. De gemeente Zaanstad verkent op dit moment de mogelijkheden hiervoor. Zaanstad heeft zich een belangrijk doel gesteld op het gebied van duurzaamheid. In de praktijk komt het echter nog vaak voor dat energiezuinige én voordelige investeringen niet van de grond komen, als gevolg van bestaande investeringsregels en verrekenafspraken. Denk hierbij aan eigen opgelegde investeringsplafonds of financiële voordelen die een andere partij toekomen dan degene die investeert. In het geval van het aanbrengen van een energiezuinige ketel bij een zwembad, waar het beheer bij het zwembad zelf is ondergebracht, zou de gemeente wel een extra investering doen, maar plukt het zwembad de vruchten van de lagere energiekosten. Dat compliceert de besluitvorming over dergelijke investeringen. Zaanstad lost dit dilemma met dit besluit op en wil hiermee een versnelde verduurzaming van de eigen organisatie realiseren. Zij wil hiervoor investeringen verplichten die zich binnen maximaal vijftien jaar terugverdienen. De raad moet dit collegevoorstel nog goedkeuren. Zaanstad is zover bekend één van de weinige gemeenten die een dergelijke stap zet en in de praktijk gaat uitvoeren. Wethouder ‘Duurzaamheid’ Dick Emmer: “De gemeente Zaanstad heeft de ambitie om in 2020 klimaatneutraal te zijn. Deze doelstelling wordt alleen gehaald als de gemeente zelf het goede voorbeeld geeft en investeert in duurzaamheidsmaatregelen. Onze ervaringen zijn ongetwijfeld ook interessant voor andere organisaties en bedrijven.” Een eerste project waar Zaanstad deze nieuwe werkwijze gaat toepassen, is het plaatsen van zonnepanelen op de daken van alle gemeentelijke gebouwen. De gemeente onderzoekt de komende maanden waar het haalbaar is om zonnepanelen aan te brengen, zonder dat dit leidt…
Nieuwe Vrienden blijft werkgevers en werknemers raken
Het Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technische Installatiebedrijf, OTIB, heeft besloten dit najaar een nieuwe reeks voorstellingen Nieuwe Vrienden te plannen. Na bijna 20 volle zalen blijft de belangstelling voor deze muziektheatervoorstelling groeien, zowel binnen de installatiebranche als bij andere sectoren zoals aannemers, de bouw en leveranciers. Inmiddels zijn de eerste plaatsen bekend en kunnen bedrijven kaarten voor Nieuwe Vrienden bestellen. Nieuwe Vrienden is een verhaal over nieuwe samenwerkingspartners, innoveren, boeien en binden van een nieuwe generatie jonge vakmensen, en geloof in eigen kunnen. Nieuwe Vrienden gaat over het werk en het leven van Bram van Diest, een al 40 jaar hardwerkende ondernemer die in een economisch weerbarstige tijd zijn installatiebedrijf overeind probeert te houden. Links wordt hij ingehaald door innovatieve concepten en rechts door nieuwe spelers in de branche die grote projecten aanpakken. Het roer moet om. Maar op wie kan hij nog bouwen? En wie kan hij werkelijk vertrouwen? Ruim 2.000 werkgevers en werknemers bezochten afgelopen half jaar de voorstelling. Elly Verburg, directeur OTIB, kijkt hier met voldoening op terug: “We wilden met Nieuwe Vrienden op een andere manier de branche bereiken en laten zien welke uitdagingen ons te wachten staan. Het moest herkenning brengen maar vooral inspiratie en inzicht. Ik ben blij met de vele positieve reacties en de vaak bijzondere ervaringen die na de voorstelling worden gedeeld. Het besluit voor een volgend seizoen was daarom bijna een logische. De vele verzoeken uit de regio en vooral de vele keren dat we mensen hebben moeten teleurstellen omdat de zalen vol waren, hebben ons ervan overtuigd in het najaar weer de regio in te gaan.” Inmiddels zijn de eerste locaties bekend en kunnen bedrijven zich weer aanmelden via www.nieuwevrienden.otib.nl. Alle bij OTIB aangesloten bedrijven ontvangen ook een persoonlijke uitnodiging. De voorstelling Nieuwe Vrienden staat niet op zichzelf. Waar de voorstelling eindigt met het belang van samenwerken en innoveren,…
Meer bedrijven worden klimaatneutraal
Sinds november vorig jaar hebben zo’n tweehonderdvijftig bedrijven en organisaties zich aangemeld voor de Klimaatcoalitie. Daarmee beloven ze uiterlijk in 2050 klimaatneutraal te zijn en binnen vijf jaar al belangrijke stappen te zetten. Om nog meer bedrijven te stimuleren looft MVO Nederland vier Climate Makeovers uit, gratis adviestrajecten op maat door het Klimaatplein. De winnaar gaat in één jaar over naar volledig klimaatneutraal. “Zowel grote als kleine bedrijven kiezen voor klimaatneutraal ondernemen. Ze maken werk van energiebesparing, duurzame energie en CO2-compensatie”, zegt Michel Schuurman, programmamanager Planet bij MVO Nederland. “Zeker in de zakelijke markt neemt klimaatneutraal een vlucht. Er bestaan inmiddels uiteenlopende klimaatneutrale producten en diensten, zoals leasen bij Kyoto Lease, verlichting door Lumeco en klimaatneutraal schoonmaken door Asito. Bewust omgaan met energie is de trend.” De wereld stevent af op een gemiddelde temperatuurstijging van meer dan twee graden, met desastreuze klimaatverandering als gevolg. Bedrijven hebben een groot aandeel in het verbranden van fossiele grondstoffen, dus de positieve impact die ondernemers kunnen bereiken door klimaatneutraal te gaan ondernemen is groot. “De Climate Makeover start met een nulmeting”, legt Rob van der Rijt van het Klimaatplein uit, “een berekening van de huidige CO2-uitstoot. Daarna volgt een individueel adviesgesprek, waarin we onderzoeken op welke onderdelen de meeste winst te behalen valt. Meer dan tachtig partners van het Klimaatplein kunnen helpen bij de uitvoering. MVO Nederland volgt de bedrijven het hele jaar door en doet verslag van het traject.” De winnaars van de Climate Makeover krijgen niet alleen advies, maar mogen ook mee in de Groene Top Trein die op 27 november door Nederland rijdt, voorafgaand aan de VN Klimaattop in Parijs. Deze trein zit vol reizigers met initiatieven om de uitstoot van broeikasgassen tegen te gaan. De Groene Top Trein biedt een landelijk podium aan al deze initiatieven. – Wie kans wil maken op een van de vier Climate Makeovers van MVO…
Zoek- en vergelijkingsplatform voor de bouw
Op 25 augustus is de crowdfunding voor Quantibus succesvol afgerond. Quantibus is het allereerste zoek en vergelijkingsplatform voor de bouw. Naar voorbeeld van Tripadvisor, Zoover, Iens. In totaal hebben er 124 investeerders € 172.500,- bij elkaar gebracht. Onder de investeerders een aantal grote ondernemers, grote en middelgrote bouwbedrijven en ontwikkelaars. Dit bevestigt dat de markt gelooft in de plannen van Quantibus. Naast het geld zullen de investeerders betrokken worden in de verdere ontwikkeling van Quantibus. Dit om een zo groot mogelijk draagvlak te krijgen in de gehele bouwsector. Quantibus is een platform, waarop consumenten en (bouw)bedrijven de ruimte krijgen, om beoordelingen te geven aan de door hen ingeschakelde bouwleveranciers en -partners. Het geeft volgende gebruikers inzicht hoe deze bouwleveranciers hebben gepresteerd en hoe de ervaringen werden gewaardeerd. Quantibus bouwt hiermee een schat aan ervaringen op en zal daardoor een belangrijke bijdrage leveren aan het versterken van de reputatie, kwaliteit en transparantie van de bouwsector. De volgende stap in de ontwikkeling is om projecten te kunnen plaatsen en offertes aan te vragen. De bouwprofessionals kunnen zo geselecteerd worden aan de hand van de prijs en de prestaties uit het verleden. Het geselecteerde team kan op het platform virtueel met elkaar bouwen in 3D en BIM modellen. Quantibus is bijzonder, omdat het klanten en bouwprofessionals verbindt op één platform. Op Quantibus komen projecten, prijzen en prestaties op transparante wijze samen. Meer transparantie leidt tot meer vertrouwen en dus meer bouwen. Quantibus draagt daarmee bij aan het Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. De transparantie wat betreft de geleverde prestaties van professionals leidt tot kwaliteitsverbetering en tot reputatieverhoging van de bouwsector. Voor meer informatie: www.quantibus.nl
Samen aan de slag voor toekomstig vakmanschap
Succesvolle verduurzaming van de gebouwde omgeving vraagt om excellent vakmanschap. Daarom ontwikkelt het consortium BuildUpSkillsNL lesmateriaal dat inspeelt op deze ontwikkelingen en de vakmensen van nu voorbereidt op morgen. De resultaten worden gedeeld op 17 september 2015 in Harderwijk tijdens een nationale werkconferentie. Met onder andere Maxime Verhagen (Bouwend Nederland) en Titia Siertsema (Uneto-VNI) bouwen technische vakmensen, docenten en ondernemers aan het vakmanschap van morgen. Grootschalige verduurzaming van gebouwen en realisatie van duurzame nieuwbouw zijn nodig om Nederland klaar te maken voor de toekomst. Dit biedt volop kansen. Maar verduurzaming vraagt wel om excellent vakmanschap en scherpe keuzes. Het consortium BuildUpSkills waarvan OTIB penvoerder is, ondersteunt vakmensen hierbij met lesmateriaal, trainingen en een jaarlijkse werkconferentie. De resultaten van de afgelopen jaren en de handvatten voor de toekomst staan centraal tijdens de Werkconferentie 2015. De werkconferentie is van toegevoegde waarde voor ondernemers, bedrijfsadviseurs, HR-medewerkers en professionals uit het onderwijs. De werkconferentie 2015 start met afwisselende presentaties over het vakmanschap van de toekomst en de ontwikkelingen in de gebouwde omgeving. Onder andere Maxime Verhagen, Titia Siertsema en Teun Bokhoven (Topsector Energie en voorzitter de Duurzame Energie Koepel) geven hun antwoord op vragen als ‘Hoe ziet de vakman van 2025 eruit? Wat zijn de gevolgen van verduurzaming voor de bouwproductie? En hoe werkt dit door in de arbeidsvraag?’ In de middag gaan de aanwezigen zelf aan de slag in interactieve workshops. Deze gaan over (bij)scholing, samenwerking in en tussen regio’s en omgaan met actuele en toekomstige marktkansen. De werkconferentie vindt plaats op donderdag 17 september 2015 bij het Bouw & Infra Park te Harderwijk. De dag vangt aan vanaf 10:00. Voor meer informatie: http://buildupskills.otib.nl/werkconferenties/werkconferentie_2015/
ISSO-publicatie lucht-luchtwarmtepompsystemen
Mede vanwege de ‘groene revolutie’ groeit de vraag naar lucht-luchtwarmtepompsystemen. Daarom is het verschijnen van ISSO-publicatie 99 perfect getimed. Aan de hand van dit technische kennisdocument kan de installatiesector en opdrachtgevers kwaliteit gericht met dergelijke systemen aan de slag. ISSO-publicatie 99 geeft tekst en uitleg bij het ontwerp, de realisatie en het beheer van Lucht-luchtwarmtepompinstallaties. Hierdoor kunnen deze installaties aan alle verwachtingen in comfort en energiegebruik voldoen. Het gaat vooral om het ontwerpen van installatieconcepten met een warmtepomp met lucht als energiebron. Lucht-luchtwarmtepompinstallaties zijn voortgekomen uit systemen die worden gebruikt voor koeling van gebouwen. Door een slim gebruik van het thermodynamisch proces, kunnen deze installaties ook worden ingezet als warmtepomp voor het verwarmen van gebouwen. Een dergelijke installatie wordt vaak al standaard aangelegd in kantoren en winkels. De vraag naar lucht-luchtwarmtepompsystemen groeit hard. Zo dragen deze installaties bij aan de nationale doelstelling voor energiebesparing en toepassing van duurzame energie. ISSO-projectcoördinator Arjan Schrauwen: “Vooral in het voor- en naseizoen ontstaat een zeer energiezuinig koel- en verwarmingssysteem als de optie ‘energie-uitwisseling’ wordt toegepast. Is het aan de zuidkant van het gebouw te warm en aan de noordkant te koud, dan kun je de warmte met lucht-luchtwarmtepompen transporteren naar de andere ruimten. Daarbij vragen lucht-luchtwarmtepompen relatief weinig grote leidingen en kanalen, wat het esthetisch aantrekkelijker maakt. Ze kunnen een hoog comfort leveren en de ruimtes zijn individueel regelbaar.” Toch is niet elk utiliteitsgebouw geschikt voor een lucht-luchtwarmtepomp. Met de publicatie wordt een (juiste) keuze goed onderbouwd. Voor adviseurs en installateurs is de publicatie een leidraad voor ontwerp, onderhoud en beheer. Opdrachtgevers kunnen aan de hand van de publicatie snel een selectie maken uit installatieconcepten. Ook kunnen zij zich een goed beeld vormen van het noodzakelijke onderhoud in de beheerfase. ISSO-publicatie 99 ‘Lucht-luchtwarmtepompinstallaties in utiliteitsgebouwen’ bestaat op papier en digitaal. Het boek is voor € 100, – (excl. btw en verzendkosten) te bestellen via…
Commentaar gevraagd op herziene norm ‘Eisen voor verbrandingsinstallaties’
NEN 3028 ‘Eisen voor verbrandingsinstallaties’ is herzien. Deze norm geeft eisen voor het (brand)veilig opstellen van verbrandingsinstallaties, zoals cv-ketels. Voor bijvoorbeeld installateurs is NEN 3028 een belangrijke norm waarnaar verwezen wordt vanuit het Bouwbesluit 2012. Na een beperkte herziening in 2011 wordt nu de gehele norm geactualiseerd. In 2011 is de norm alleen aangepast voor de aansluiting op het Bouwbesluit 2012. Daarbij zijn naast de stookruimte ook de eisen aan de opstellingsruimte uitgewerkt. In het nieuwe normontwerp zijn onder andere de volgende aspecten aangepast: Het onderscheid stookruimte – opstellingsruimte is verduidelijkt en de eisen daaraan zijn nu in aparte hoofdstukken geplaatst; De norm is in overeenstemming gebracht met de Europese norm (NEN-EN 12828 ‘Verwarmingssystemen in gebouwen – Ontwerp voor watervoerende verwarmingssystemen’). Dit betreft een Europese norm met enige overlap met NEN 3028. Deels wordt daar nu naar verwezen en in ieder geval is nu voorkomen dat er sprake is van strijdigheid; Conform Bouwbesluit 2012 is de vrije doorgang bij de deur van een stookruimte van 0,6 m gewijzigd in 0,85 m; Naast ‘aanvullende eisen voor stookruimten voor verbrandingstoestellen gestookt met vloeibare brandstof’ is ook een specifieke tekst voor situaties met vaste brandstof in voorbereiding. Dit is echter nog niet gereed. Input hiervoor wordt zeer op prijs gesteld. De verwijzing naar het ‘Besluit emissie-eisen middelgrote stookinstallaties’ (BEMS) is vervangen door verwijzing naar het Activiteitenbesluit, met verduidelijking van de verantwoordelijkheden voor keuring en onderhoud; Bijlage C met aanvullende eisen voor gasmotoren in opstellingsruimten en stookruimten is grondig herzien; Verwijzingen naar andere normen zijn geactualiseerd. Belanghebbenden kunnen tot 15 november 2015 via www.normontwerpen.nen.nl commentaar indienen op het ontwerp van NEN 3028. Op deze website is het voor iedereen mogelijk de normontwerpen in te zien en elektronisch commentaar in te dienen. Voor meer inhoudelijke informatie over deze norm of over het normalisatieproces: Arie de Jong, Consultant Bouw & Installatie, telefoon (015) 2 690 162…
Discussiebijeenkomst persproeven sanitaire installaties
De TVVL Innovatiegroep Sanitaire Technieken organiseert op 25 september a.s. een openbare discussiebijeenkomst over de nieuwste voorstellen voor de uitvoering van persproeven en visuele controles van verbindingen in waterleidingen. Deze voorstellen maken deel uit van de herziening van Waterwerkblad WB 2.3. Aanleiding hiertoe is de nieuwe uitgave van NEN 1006:2015 met Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties, maar ook de recente berichten dat er jaarlijks 50.000 meldingen zijn van waterschade door lekkende afvoer- en waterleidingen. Al enige jaren is een toename van waterschade door lekkende waterleidingen zichtbaar. Een groot probleem zijn lekkende verbindingen van in vloeren en wanden weggewerkte waterleidingen, in het bijzonder persverbindingen van kunststof- en meerlagenbuissystemen. Verzekeraars constateren dat de problemen zich vooral voordoen in woningen en andere gebouwen van de laatste vijftien jaar. Een van de knelpunten is het grote aanbod van verschillende kunststofleidingsystemen waarvoor bovendien soms systeemeigen persgereedschap nodig is. Een probleem is ook dat de verschillende systemen vaak niet uitwisselbaar zijn. Als men dat toch probeert, lijken de verbindingen aanvankelijk wel dicht te zijn, maar gaan ze na verloop van tijd toch lekken. Een groot knelpunt blijkt dat een persproef in de praktijk geregeld achterwege wordt gelaten. De redenen hiervoor zijn de snelheid van bouwen en de uren die met persproeven gemoeid zijn. Afhankelijk van het kunststofleidingsysteem en de fasen waarin het totale systeem kan worden aangebracht, zijn daarvoor relatief veel manuren en afperstijd per woning nodig. Dat drukt enorm op de kostprijs en bouwtijd van de installatie. Toch zou dat geen reden mogen zijn, omdat de bouwvoorschriften (NEN 1006) een persproef verplicht stelt. Ook fabrikanten/leveranciers van de leidingsystemen schrijven in hun technische handleidingen een (aangepaste) persproef voor. Een werkgroep met vertegenwoordigers uit de TVVL Expertgroep Sanitaire Technieken heeft een werkdocument opgesteld met voorstellen voor het Waterwerkblad WB 2.3 ‘Uitvoering persproeven en visuele controles van verbindingen’. De voorgestelde testmethoden zijn afgestemd op de verschillende fasen van aanleg…