• juni 17, 2015
  • 145 views
Social media in de bouw: oriënteren en netwerken

Bijna de helft van de aannemers B&U noemt social media inmiddels als bron voor zakelijke oriëntatie. Onder E-installateurs zijn social media bijna net zo populair. Klusbedrijven, W-installateurs en architecten blijven iets achter. Vooral laatstgenoemde marktpartij gebruikt social media om te netwerken. Dit blijkt uit de BouwKennis Communicatie Monitor 2015. Het rapport brengt onder andere in kaart welke media door partijen in de bouw worden ingezet voor zakelijke oriëntatie. Hierbij is er specifieke aandacht voor het gebruik van social media. Zij nemen een steeds grotere plek in binnen onze maatschappij en daarmee ook binnen de bouwsector. Uit de BouwKennis Communicatie Monitor 2015 blijkt dat social media nog relatief weinig als meest gebruikte oriëntatiebron voor zakelijke communicatie uit de bus komen. Ze worden hier echter wel degelijk voor gebruikt. Het zijn vooral de aannemers B&U (48%) en E-installateurs (45%) die social media noemen als oriëntatiebron voor zakelijke gebruik. Wanneer er specifiek via social media wordt gezocht naar informatie betreft het vooral productinformatie. Het zijn met name de klusbedrijven (26%) die aangeven op zoek te zijn naar dit soort informatie. Naast oriëntatie is uiteraard ook gekeken naar andere redenen om zakelijk gebruik te maken van social media. Hieruit blijkt dat netwerken via dit medium populair is, met name bij architecten. Het gebruik van LinkedIn lijkt hier nauw mee samen te hangen. Netwerken is vooral populair onder architecten en zij maken tevens het meest gebruik van dit specifieke kanaal. In mindere mate worden social media ook gebruikt voor het verbeteren van de naambekendheid en het imago en het stimuleren van de eigen verkoop. Het delen van kennis, het informeren van de doelgroepen en het bereikbaar zijn voor klanten blijven nog ver achter. Voor meer informatie: http://www.bouwkennis.nl/persberichten/social-media-in-de-bouw-orienteren-en-netwerken/

  • juni 16, 2015
  • 134 views
Ventilatie- en luchtbehandelingsbranche slaat handen ineen

Op basis van een samenwerkingsovereenkomst tussen het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) en De Vereniging Leveranciers van Luchttechnische Apparaten (VLA) is een project opgestart om standaard bestekteksten samen te stellen voor luchttechnische apparaten. Adviesbureau DWA heeft de opdracht gekregen om een actieve bijdrage te leveren aan de totstandkoming van deze standaard bestektekst voor luchttechnische apparaten. Deze standaard bestektekst heeft tot doel om een gezond binnenklimaat te creëren (gezondheid), te zorgen voor een optimaal binnenklimaat (comfort), te voldoen aan de meest energiezuinige luchtbehandelingsinstallatie (energiebesparing) en de levenscyclus van de luchtbehandelingsinstallatie te verlengen (duurzaamheid). DWA zal vanuit de rol als rapporteur – in overleg met de verschillende stakeholders – een standaard contractstuk tot stand brengen. Zowel het RVB als de VLA vindt het belangrijk dat er een ontwerpbestek ontwikkeld wordt waarin de minimale kwaliteit is vastgelegd. Door deze samenwerking ontstaat draagvlak vanuit de markt en wordt het bestek herkend in de branche. Opvallend is dat het bestek eenvoudig aanpasbaar gemaakt wordt voor andere branches. Het bestek wordt zo ontwikkeld dat dit met enkele aanvullingen ook voor de onderwijssector gebruikt kan worden. Het project wordt gecoördineerd door De Vereniging Leveranciers van Luchttechnische Apparaten (VLA). Vanuit de VLA zijn een zevental leden geselecteerd die samen met enkele personen vanuit het RVB zitting hebben in een technische commissie (TC). De Technische Commissie is inhoudelijk verantwoordelijk voor de totstandkoming van de publicatie. Voor onderhoud is recent al een bestek ontwikkeld. Deze is bij de VLA verkrijgbaar. Theo Klok, projectleider bij DWA: “DWA herkent zich in de behoefte van kwaliteitsborging en standaardisatie waar dat mogelijk is. Wij leveren graag een bijdrage aan de totstandkoming van de standaard. Deze opdracht past uitstekend bij ons als onafhankelijk en gespecialiseerd adviesbureau op het gebied van klimaattechniek en duurzaam bouwen.” Xander van Bree, bestuurslid VLA: “Het doel van een standaard bestektekst is om de kwaliteit te verbeteren en de kwaliteit te borgen. Bij het…

  • juni 15, 2015
  • 119 views
250 miljoen euro extra voor MKB van EIB

Voor MKB-ondernemers en groot zakelijk ondernemers die willen investeren hebben DLL en de Rabobank deze week 250 miljoen euro extra beschikbaar gekregen van de Europese Investeringsbank (EIB). Met deze faciliteit ondersteunt de EIB het herstel van het bedrijfsleven in Nederland en in de rest van Europa. Ondernemers, van MKB tot groot zakelijk, die voor de financiering van hun investering behoefte hebben aan een bancair-krediet of lease en die voldoen aan de criteria kunnen profiteren van een rentekorting tot 0,65%. “Nu de Nederlandse economie zich herstelt kunnen ondernemers een extra ruggensteun om te investeren goed gebruiken. De vorige EIB tranche van 300 miljoen euro voor bancair krediet heeft geleid tot ruim het drievoudige aan investeringen. Met deze extra steun stimuleren we ondernemers in het MKB en groot zakelijk om te investeren in een gezond bedrijf en daarmee in een gezonde Nederlandse economie”, aldus Paul Dirken, directeur Bedrijven van de Rabobank. Aan DLL heeft de EIB 150 miljoen euro beschikbaar gesteld en aan de Rabobank de overige 100 miljoen euro. Naar verwachting kunnen zeker 250 ondernemers dankzij deze faciliteit een lening krijgen met een aantrekkelijke korting. Milko Wijckmans, algemeen directeur DLL Nederland, over de regeling: “We zijn zeer verheugd de Nederlandse ondernemer opnieuw een rentekorting aan te kunnen bieden voor nieuwe lease-aanvragen voor investeringen. Deze investeringen zijn vaak van vitaal belang voor de ambities van ondernemers. Het doet ons goed op deze manier een bijdrage te leveren aan het Nederlandse ondernemingsklimaat.” De EIB is verheugd dat zij via de Rabobank en DLL met 250 miljoen euro Nederlandse ondernemers kan stimuleren om verder te investeren. Vice-President Pim van Ballekom verwelkomt de overeenkomst: “Het Nederlandse bedrijfsleven heeft de laatste tijd de crisis het hoofd geboden en verdient zeker een steuntje in de rug. De afgelopen vijf jaar hebben we in Nederland bijna drie miljard euro aan leenfaciliteiten voor het MKB uitgezet, waarvan maar liefst…

  • juni 12, 2015
  • 137 views
Register vakbekwame monteurs brandwerende producten

Monteurs, eindgebruikers, installatiebedrijven, en producenten worden regelmatig geconfronteerd met ondeugdelijke toepassing van materialen en systemen. Hierdoor ontstaat een schijnveiligheid waarvan de opdrachtgever in letterlijk en figuurlijke zin de rekening gepresenteerd krijgt. Brandveiligheid is alleen dán effectief als met kennis van zaken wordt gewerkt en betrokkenen verantwoording nemen voor wat ze doen. Monteurs met vakkennis zijn tot nu toe onherkenbaar. Producenten investeren veel in de ontwikkeling van producten, maar als deze onjuist worden gemonteerd zijn ze waardeloos. Installatiebedrijven met deelnemende monteurs en deskundige zelfstandige monteurs kunnen zich onderscheiden van partijen die ondeugdelijke afdichtingen monteren. Om aan deze ongewenste situatie aan einde te maken, is Stichting Register Montage Expert Brandveiligheid (MEB-register) opgericht. MEB-register wil zich inzetten voor een brandveiliger Nederland. Het doel is de kwaliteit en deskundigheid van montage van brandwerende producten te bevorderen en beschermen. Om zich te kunnen registreren, moeten monteurs aan de criteria van de stichting voldoen. Ze zullen onder meer aan moeten kunnen tonen dat ze een goede praktische en theoretische opleiding hebben gehad en dat ze één jaar minimaal 50% werkzaam zijn in dit vakgebied. Daarnaast moeten ze bereid zijn werk te laten zien aan onafhankelijke controleurs. Geregistreerden die voldoen aan de criteria zijn daarna gekwalificeerd monteur en herkenbaar als MEB-geregistreerd. Zij mogen dan de titel ‘MEB’ dan achter hun naam voeren. Deelnemers zijn monteurs die zelfstandig of in loondienst werken. De stichting zal speciaal voor de deelnemers activiteiten organiseren, zoals opfrisavonden bijscholingen, begeleiding en bijeenkomsten. In de door de stichting goedgekeurde opleidingen, die zowel door producenten als onafhankelijke opleidingsinstituten gegeven kunnen worden, zullen praktijk en theorie aan bod moeten komen met onderwerpen als regelgeving, normering, en het kunnen lezen van testrapporten en bouwtekeningen. Zo hebben en houden deelnemers vakkundigheid op het gebied van de brandveiligheid, vergroten ze de kwaliteit van hun kennis en vaardigheden en houden dit in stand. Daarnaast onderzoekt de stichting de kwaliteit van…

  • juni 9, 2015
  • 138 views
ISSO neemt keurmerken en kwaliteit onder de loep

‘Kwaliteit is méér dan een keurmerk’: dit is het thema van de ISSO-najaarsbijeenkomst op donderdag 1 oktober in theater LantarenVenster in Rotterdam. Het kennisinstituut voor de installatiesector houdt de invulling van kwaliteit tegen het licht. En dat gebeurt vanuit verschillende invalshoeken. We zijn er nog niet met keurmerken, stelt ISSO, kennisinstituut voor de installatiesector. Hoe geven bedrijven invulling aan kwaliteit en hoe tonen ze vakmanschap aan? Wat is de betekenis van keurmerken? Daarop zoekt ISSO deze middag de antwoorden. Zo neemt gastspreker Bas Haring de bezoekers mee in zijn visie op kwaliteit. Haring is volksfilosoof en bijzonder hoogleraar ‘publiek begrip van wetenschap’ in Leiden en onder meer bekend van tv-programma’s als ‘Stof’, ‘Haring’ en ‘Altijd Wat’. Gastspreker Willem Koppen neemt een aantal uitvoeringsfouten uit de bouwsector onder de loep: dat kan vermakelijk en pijnlijk zijn, maar bovenal leerzaam! Koppen is directeur van het onafhankelijke bouwkundige expertisebureau Koppen Vastgoed dat de database BIOM.nl beheert, een verzameling van ruim 1.000 foto’s van uitvoeringsfouten. Onderdeel van de ISSO-najaarsbijeenkomst is de uitreiking van de ISSO-award 2015, ereprijs in de installatiesector. Dit jaar zoekt ISSO bedrijven die hun kwaliteit in beeld kunnen brengen aan de hand van een recent project. Hoe toont een bedrijf de kwaliteit aan van de processen in de organisatie, anders dan met een certificaat, erkenning of diploma? De finalisten krijgen een podium op het ISSO-najaarsoverleg, doorgaans bezocht door circa tweehonderd bedrijven uit de installatiesector. Een vakjury kiest de finalisten en de bezoekers van de bijeenkomst kiezen de uiteindelijke winnaar. Voor het inschrijfformulier verwijst ISSO naar isso.nl. Het ISSO-najaarsoverleg vindt plaats op donderdag 1 oktober van 13.30 tot 18.00 uur in theater Lantaren Venster op de Kop van Zuid in Rotterdam. Aanmelden kan via www.isso.nl, menukeuze kennisoverdracht. De kosten zijn € 225,- (excl. btw).

  • juni 5, 2015
  • 124 views
UNETO-VNI: Laag BTW maakt woningen sneller energiezuinig

Branchevereniging UNETO-VNI pleit voor een blijvend laag btw-tarief voor renovatie en onderhoud om woningen in ons land versneld energiezuinig te maken en daarmee de doelstellingen van het Energieakkoord te halen. Dit schrijft de installateurskoepel in een brief aan de Tweede Kamer. Volgens UNETO-VNI is het 6% btw-tarief het duwtje dat veel woningbezitters en woningcorporaties nodig hebben om te investeren in energiezuinige maatregelen. De afgelopen jaren zijn dankzij de maatregel al veel woningen voorzien van zonnepanelen, energiezuinige hr-ketels en energiezuinige  en inbouwapparatuur. Beëindiging van de lage btw heeft een negatief effect op deze marktontwikkeling. Voorzitter Titia Siertsema van UNETO-VNI: ‘Uit een rondvraag onder onze leden blijkt dat veel opdrachtgevers hun energiebesparingsplannen weer op de lange baan schuiven als de btw weer naar 21% gaat.  Na 1 juli verwachten installateurs zelfs een daling van het aantal opdrachten met circa 20%’. Siertsema roept de Tweede Kamer daarom op om de lage btw blijvend te maken en daarmee de verduurzaming van de gebouwde omgeving een impuls te geven. Siertsema: ‘Zo’n 40% van het totale energieverbruik in ons land komt voor rekening van gebouwen en woningen. Dankzij de lage btw nemen we meer energiebesparende maatregelen en gaat dat percentage drastisch omlaag. Laten we die kans niet onbenut laten.’ Het lage btw-tarief zorgt er ook voor dat ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Siertsema: ‘Door woningen levensloopbestendig te maken met slimme techniek, kunnen ouderen langer in hun vertrouwde omgeving blijven én gaan de zorgkosten omlaag. Ook kunnen we de lage btw inzetten om woningen in Groningen die gevaar lopen als gevolg van de gaswinning aardbevingsbestendig te maken.’ Uit onderzoek blijkt dat dankzij de lage btw de afgelopen jaren duizenden banen behouden zijn gebleven in de installatiesector. Siertsema: ‘Ook voor de overheid pakt een structureel lage btw niet ongunstig uit. Er wordt weliswaar minder btw afgedragen, maar aan de andere kant bespaart de overheid aan WW-uitkeringen en wordt er meer loon-…

  • juni 5, 2015
  • 132 views
Bouw mee aan rekentool energiezuinige concepten

Tijdens het congres Nulnu2015, op 1 juni in Utrecht, reageerde de bouw- en installatiesector enthousiast op de introductie van de NZEB-tool (NZEB staat voor Nearly Zero Energy Building).  Deze zomer kunnen professionals meebouwen aan de definitieve versie die eind september op de markt komt. Veel congresdeelnemers meldden zich aan om input en feedback te geven. Deze onafhankelijke ontwerpberekening maakt energieprestaties nauwkeurig voorspelbaar, zodat bouwers bewoners garanties kunnen geven op het werkelijk gebruik. Oproepen samen te werken om de bouw- en installatiesector, maar ook de bewoner te verleiden tot een energieneutrale aanpak, liepen als een rode draad door het congres. Nulnu2015 is georganiseerd door DNA in de Bouw en de Jaarbeurs. Al aan de voorkant van projecten met elkaar samenwerken, met oog voor elkaar, zal een energieneutrale stroomversnelling tot stand brengen. De techniek is er en de wil ook. De nieuwe NZEB-tool vormt een zuiver en objectief hulpmiddel om ambities waar te maken en energieprestaties te garanderen. SBRCURnet gaat de tool vanaf eind september verkopen en ISSO heeft de intentie hem te valideren. De basis van de NZEB-tool is de bouwfysische berekening PHPP, die al jarenlang wereldwijd wordt toegepast om energiezuinig te ontwerpen en bouwen. Wie meebouwt loopt mee voorop met de ontwikkeling van wat naar verwachting de nieuwe nationale ontwerpberekening gaat worden voor zeer energiezuinig bouwen. Voor meer informatie en aanmelden: www.dnaindebouw.nl

  • juni 4, 2015
  • 125 views
Samenwerkende ZZP’ers nemen grote klussen aan

Driekwart van de ZZP’ers neemt regelmatig een klus aan waarbij hulp van andere ZZP’ers nodig is. En bijna 30 procent van de ZZP’ers denkt dat de middelgrote aannemer die voor particulieren werkt op den duur verdwijnt, omdat steeds meer ZZP’ers gaan samenwerken. Deze trend is ontstaan gedurende de crisis in de bouw. Dit blijkt uit een onderzoek van Werkspot.nl onder eigen ZZP’ers (N = 549). 77% van de ZZP’ers neemt regelmatig een klus aan waarbij een andere ZZP’er nodig is om een deel van de opdracht uit te voeren. Bijna de helft van de ZZP’ers heeft ooit bij een aannemer in loondienst gewerkt en is bekend met deze manier van werken. Grote klussen worden nu zowel door aannemers als door zelfstandigen aangenomen. Maar liefst een vijfde van de ZZP’ers werkt zes tot tien keer per jaar samen aan een klus en 21 procent zelfs meer dan 16 keer per jaar. Ronald Egas, CEO van Werkspot.nl, zegt hierover het volgende: “Ik denk niet zozeer dat de middelgrote aannemer volledig verdwijnt, maar dat deze bedrijven zijn gaan werken met een kleine vast kern van medewerkers en indien nodig opschalen met een flexibele schil van ZZP’ers. Daarnaast is er een hele nieuwe werkvorm ontstaan, namelijk die van de samenwerkende ZZP’ers. Dit is een verschuiving die we zien ten opzichte van tien jaar geleden.” Men zoekt vooral via het eigen netwerk (86%) naar een geschikte collega om een klus aan te nemen. Maar ook online (14%) weten ZZP’ers elkaar goed te vinden om samen een klus op te pakken. Particuliere opdrachtgevers plaatsen steeds vaker grote klussen online, waarbij meerdere vakmensen nodig zijn. ZZP’ers grijpen deze kansen aan en schakelen zelf andere ZZP’ers in als dat nodig is. Het CBS berichtte dat de omzet in de bouw met vijf procent is gestegen in het eerste kwartaal van 2015. Het aantal opdrachten neemt ook flink toe,…

  • juni 2, 2015
  • 149 views
Bindend verklaard: BRL 6000-serie KOMO-Instal

De BRL-delen 6000-00 t/m 6000-08, beter bekend als de BRL 6000-serie KOMO-Instal, hebben aanpassingen gekregen. De vernieuwde serie is per 1 mei 2015 bindend verklaard. De BRL 6000-serie gaat over het ontwerpen en installeren van elektriciteits-, gas- en leidingwaterinstallaties. Op hoofdlijnen is de serie onder meer aangepast aan eisen uit het Bouwbesluit en aan eisen van de Raad voor Accreditatie. Andere aanpassingen hebben te maken met het verbeteren van de eenduidigheid van controles door de Certificerende Instellingen (CI’s). Zo zijn er in de serie interne audits opgenomen, zoals dat het geval is in het managementcertificatiesysteem ISO 9001. Ook heeft elke BRL nu een onderdeel over vakbekwaamheid. Hierin worden concrete eisen gesteld aan ‘deskundigen elektro-, gas- en leidingwaterinstallaties’. De delen zijn aangepast door de stichting Kwaliteit voor Installaties Nederland (KvINL) en zijn vastgesteld door het Centraal College van Deskundigen (CCvD). Vervolgens heeft KvINL de delen voorgelegd aan de Stichting KOMO. Begin maart 2015 heeft de Stichting KOMO de serie ter aanvaarding aangeboden aan Stichting Bouwkwaliteit (SBK). De bindend verklaring is ingegaan per 1 mei 2015. Organisaties, die al zijn gecertificeerd voor (een van) de delen uit de BRL-serie, behoren uiterlijk vanaf 1 mei 2016 volgens de nieuwe delen te werken. Dit is de overeengekomen overgangstermijn na de bindend verklaring van 1 mei 2015. De herziene delen zijn verkrijgbaar via www.isso.nl

  • mei 29, 2015
  • 131 views
Waterzuinige closets kunnen volksgezondheid bedreigen

Waterzuinige closets aansluiten op een traditioneel ontworpen en aangelegde riolering kunnen gezondheidsrisico’s met zich meebrengen voor bewoners. Indien de riolering niet goed functioneert, is er verhoogd risico op verspreiding van ziektes en rioolvliegjes kunnen indirect ziektes overbrengen. Dat blijkt uit een studie van de TVVL Expertgroep Sanitaire Technieken waarover op het Nationaal Congres Sanitaire Technieken op 10 juni a.s. in Theater de Flint in Amersfoort verslag wordt gedaan. Aanleiding voor die studie is een door de Europese Commissie gepresenteerd voorstel waarin maximale limieten zijn opgenomen voor de waterspoeling van closets. Van meer dan 95% van de waterclosets die in de EU worden verkocht, bedraagt het maximale spoelvolume 6 liter per spoeling. Dat spoelvolume moet minder, vindt de  Europese Commissie. Een rapport van de EU erkent dat er in Europa sprake is van een complexe situatie ten aanzien van rioleringssystemen in gebouwen. De rioleringssystemen in de EU zijn zeer heterogeen, en dat betekent dat op sommige systemen zonder aanvullende maatregelen, closets met spoelvolumes lager dan 6 liter niet kunnen worden aangesloten. In  Nederland staat het Bouwbesluit een kleinere spoeling voor de fecale stoffen dan ook niet toe. De Europese Commissie wil bevorderen dat closets met een geringere maximale spoeling  worden toegepast. In de TVVL-studie is onderzocht onder welke omstandigheden dat in Nederland mogelijk is. Kortweg komt het er op neer dat korte afvoerleidingen onder een groter afschot van cruciaal belang zijn voor het goed functioneren van de riolering. Dit betekent dat closets met een maximale spoeling van 4 liter, die al op de markt zijn, niet kunnen worden aangesloten op bestaande riolering. Voor nieuwbouw zijn in het studierapport twee voorstellen opgenomen voor een aangepast ontwerp. Deze worden op het congres gepresenteerd. Beide voorstellen bevatten afschotten voor liggende afvoerleidingen die in de huidige Nederlandse bouwpraktijk niet of nauwelijks zijn te realiseren. Zonder aanpassing van vloerdikten en plafondhoogten zijn die afschotten niet mogelijk.…