• september 28, 2021
  • 137 views
Kantoor DWA Gouda voorzien van eerste Binnenklimaat Label

Het verduurzaamde kantoorgebouw van DWA aan de Harderwijkweg in Gouda is als eerste in Nederland voorzien van een gecertificeerd Binnenklimaat Label. Het gebouw heeft het allerhoogste niveau gekregen: Binnenklimaat Label A ‘zeer goed’. Met het label kunnen zowel gebouweigenaren als werkgevers aantonen dat de werkplek gezond en comfortabel is.

Jaap Dijkgraaf, algemeen directeur bij DWA: “Bij de renovatie van ons kantoor in Gouda is vanzelfsprekend aandacht besteed aan gezondheid en comfort. Het is voor ons buitengewoon inspirerend dat onze resultaten getoetst en gewogen zijn en bekroond met Binnenklimaat Label A ‘zeer goed’. Opnieuw hebben we daarmee aangetoond dat met vakmanschap, creativiteit en doorzettingsvermogen ook bij renovatie hoge standaarden zijn te halen.”

Tweede leven
Reinier van Kooten, directeur bij Duijnstede Beheer: “Wij zijn enorm trots op deze certificering voor een kantoorpand uit de jaren ’80. Velen hadden dit pand al afgeschreven, maar zowel DWA als Duijnstede waren ervan overtuigd dat we met onze gezamenlijke ambitie en de professionele kennis van DWA dit pand een tweede leven zouden kunnen geven. Gezien de bijzonder goede certificering kunnen we niet anders dan concluderen dat dit is gelukt. Zo’n resultaat is ook voor ons weer een inspiratiebron om binnen onze portefeuille verder te verduurzamen en op zo’n wijze onze bijdrage te leveren aan het klimaat.”

Klasse A-gebouw
Of een kantoor voldoet aan de normen van het Binnenklimaat Label, wordt getoetst aan de hand van vier onderdelen uit het Programma van Eisen Gezonde Kantoren: lucht, licht, klimaat en geluid. Het PvE Gezonde Kantoren is een handreiking voor het ontwikkelen en herontwikkelen van kantoren die niet alleen energiezuinig moeten worden, maar ook gezond en comfortabel moeten zijn. Voor de vier onderdelen zijn drie ambitieniveaus geformuleerd. Klasse C geeft een ‘voldoende’ aan, klasse B betekent ‘goed’ en de beste beoordeling is klasse A, met een ‘zeer goed'.

[pt_view id="53f14cdw9n"]

  • september 24, 2021
  • 151 views
Foutloos installeren en inregelen van ventilatie

Marco van Alen, accountmanager en voormalig trainer bij Zehnder, komt het regelmatig tegen: ventilatiesystemen die niet naar behoren functioneren doordat er fouten zijn gemaakt bij de installatie of het inregelen. Dat is zonde, vindt hij, want “met een korte training en wat oefening heb je het correct installeren en inregelen van een WTW-systeem zo onder de knie.” Welke installatie- en inregelfouten komt hij het meest tegen én hoe kun je ze voorkomen.

  1. De droogsifon is (niet goed) toegepast
    Met stip op 1 staat het niet, of niet goed, toepassen van een droogsifon. Pas je bijvoorbeeld een standaardsifon toe in plaats van een droogsifon? Of plaats je de droogsifon aan de kant van de toevoerlucht in plaats van de afvoerlucht? In beide gevallen blijft condenswater dat met de lucht uit de woning afgezogen wordt, in de WTW-unit staan. Dit kan rampzalige gevolgen hebben: denk aan lekkage, kortsluiting en ernstige beschadiging van de ventilatie-unit. Doordat condensatie voornamelijk optreedt in de winter, wordt deze installatiefout soms pas maanden later ontdekt. Controleer dus altijd voor je begint met inregelen of er een droogsifon is toegepast en of deze aan de juiste kant van de ventilatie-unit is aangesloten.
  2. Geluiddempers ontbreken
    Op plek 2 van meest gemaakte fouten staat het ontbreken van geluiddempers. De regelgeving bepaalt dat het geluid van een ventilatiesysteem in een verblijfsruimte nooit 30 dB(A) mag overschrijven. Ga je inregelen zonder dat er geluiddempers zijn toegepast, dan wordt het behalen van dit lage geluidsniveau een hele uitdaging. Maak het jezelf daarom makkelijk en creëer maximaal wooncomfort door geluiddempers toe te passen.
  3. Inregelen met alleen de ventielen
    Het starten bij de ventielen bij het inregelen van het ventilatiesysteem, is een derde veelgemaakte fout. De echte start hoort namelijk bij de ventilatie-unit zelf te liggen. Ter illustratie: je gaat inregelen bij een woning waar 200 m3/h behaald moet worden. Bij het meten van de totale luchthoeveelheid blijkt er 300 m3/h de woning in te komen. Wat veel installateurs doen, is het ‘smoren’ (dichtdraaien) van de luchtventielen tot de 200 m3/h wordt gemeten. In de praktijk betekent dit dat niet het totale luchtdebiet wordt verminderd. In tegendeel: de ventilatie-unit doet extra hard z’n best om de lucht door de kleine spleet te drukken die overblijft in de ventielen. Het gevolg? Comfortklachten als geluid en tocht. De juiste stap die bij een te hoog debiet moet worden ondernomen, is het terugschroeven van het debiet op de ventilatie-unit. Dit brengt naast comfort voor de eindgebruiker, ook energiebesparing met zich mee.
  4. Meten met de ventielen deels dicht
    Voor je de hoeveelheid lucht per verblijfsruimte gaat inregelen, moet het totale luchtdebiet voor de woning op orde zijn. Daarvoor moet je meten. Dat brengt ons op fout nummer 4: meten met de ventielen deels dicht. Om comfortklachten te voorkomen en het energiegebruik van het ventilatiesysteem optimaal te houden, is het van belang om de ventielen niet onnodig ver dicht te hebben staan. Een ‘gesmoord’ ventiel verhoogt namelijk de luchtweerstand. Zorg daarom dat alle ventielen volledig openstaan, voordat je het totale luchtdebiet gaat meten en instellen.
  5. Het verste ventiel is gesmoord
    Is het ventiel dat het verste weg is van de ventilatie-unit (gedeeltelijk) gesmoord? Dan heb je waarschijnlijk de ventilatie-unit onnodig hard staan. Dit maakt het ventilatiesysteem minder zuinig en minder stil. Voorkom deze fout door te beginnen met inregelen met alle ventielen open, waarbij je het totale luchtdebiet aanpast op de ventilatie-unit. Als het goed is, houd je na het instellen van de andere ventielen precies genoeg lucht over voor de laatste ruimte.
  6. Er zijn plooibochten toegepast
    De zesde, meest gemaakte fout is het toepassen van plooibochten. Veel installateurs willen kosten besparen door geplooide bochten toe te passen in plaats van gladde bochten. De lucht die door de bochten heengaat zal botsen tegen de plooien. Dit zorgt voor extra weerstand waardoor de ventilatie-unit harder moet draaien. Dit resulteert in meer geluid en hogere energiekosten. Niet ideaal dus! Hetzelfde gebeurt wanneer een geluiddemper in een rare bocht wordt gewrongen. Pas dus gladde bochten toe en zorg dat er voldoende ruimte is om de geluiddemper recht te monteren.

Volg een training
De gouden tip om bovenstaande fouten te voorkomen is volgens Marco het volgen van een training bij de Zehnder Academy. Marco: “Je kunt kosteloos een training volgen. Het is dé perfecte manier om in korte tijd veel kennis op te doen. De Zehnder Academy is een plek om ervaringen uit te wisselen en te oefenen zonder consequenties. Daarnaast zijn de trainingen ook gewoon heel leuk. Trainer Gerben-Jan zal vol passie z’n expertise met je delen.”

CTA: Bekijk het trainingsaanbod: https://www.zehnder.nl/service/trainingen-ventilatie.

[pt_view id="b3e0892kqw"]

  • september 22, 2021
  • 128 views
Historische ruimte in Vaticaan voorzien van speciale klimatisering

De historische Rafaël-zalen van de Vaticaanse Musea zijn voorzien van een maatoplossing voor verwarming en koeling. Het is voor het eerst dat in de zalen airconditioning is toegepast. Onzichtbaar voor bezoekers zijn er kleine ventilatorconvectoren met een grote capaciteit ontworpen, die onder de ramen in de zalen zijn geïnstalleerd en zorgen voor het circuleren van de lucht. Ook de koelers staan op een onopvallende plek en er is een gebouwautomatiseringssysteem geïnstalleerd om de HVAC-systemen te optimaliseren om zo een gezonder, veiliger en efficiënter binnenklimaat te creëren.

Het systeemontwerp dat zowel verwarming als koeling levert met een kwart van de traditionele voetafdruk en zonder de bestaande historische infrastructuur te beïnvloeden, is ontworpen door Carrier. Eerder, in 2014, had het bedrijf al de Sixtijnse Kapel van een speciale klimatiseringsoplossing voorzien.

Aangenaam binnenklimaat
Barbara Jatta, directeur van de Vaticaanse Musea. “Het resultaat helpt ons niet alleen bij het behoud van de kunstwerken voor toekomstige generaties maar zorgt er tevens voor dat ieder jaar meer dan 6 miljoen mensen de zalen op een aangename manier kunnen bezoeken.” In de Rafaël-zalen hangen fresco's die tussen 1508 en 1524 door de renaissancekunstenaar Rafaël zijn geschilderd

Bescherming historische elementen
Didier Genois, vicepresident en algemeen directeur, Carrier HVAC Europe: “We zijn bijzonder trots op het eindresultaat. De juiste oplossing voor de ruimte moest worden geïnstalleerd zonder de historische elementen in de zalen aan te tasten. Daarbij moest er gezorgd worden voor een goede ventilatie en een aangename temperatuur.

Kleine, krachtige ventilatorconvector
“De beschikbare ruimte voor apparatuur in de Rafaël-zalen was zeer beperkt”, legt Michel Grabon, directeur van Carrier, uit. “We moesten een kleine ventilatorconvector van 2,5 kW ontwerpen, maar met een krachtige capaciteit van 10 kW. Een dergelijk product bestond nog niet. Dat maakt dit project uniek.” Naast deze ventilatorconvector zijn AquaSnap 30RQVkoelers en een gebouwautomatiseringssysteem van Carrier geïnstalleerd.

[pt_view id="a9be941mvy"]

  • september 20, 2021
  • 135 views
Remeha in documentaire National Geographic over waterstof

Remeha is betrokken bij de National Geographic documentaire ‘Waterstof, onze nieuwe energie? Hierin onderzoekt presentatrice Anic van Damme de mogelijkheden van waterstof en de uitdagingen die er zijn voordat de energiedrager op grote schaal toepasbaar is. Een onderdeel in de documentaire zijn de activiteiten van Remeha om waterstof in te zetten voor het verwarmen van de gebouwde omgeving. De documentaire is op 22 september om 22.00 uur voor het eerst te zien op National Geographic.

Remeha is een van de eerste bedrijven die de mogelijkheden van waterstof onderzocht en aan de slag ging met oplossingen. Zo presenteerde de fabrikant en leverancier van klimaatoplossingen een prototype van een waterstofketel. Daarnaast is Remeha actief in diverse waterstofprojecten om zo meer kennis op te doen over dit alternatief voor aardgas.

Waterstofketel
Op de Bouwbeurs van 2019 lanceerde Remeha de eerste waterstofketel, een hr-ketel die waterstof verbrandt in plaats van aardgas. Nog hetzelfde jaar maakte het duurzame toestel zijn debuut bij een project in Rozenburg, waar het een bijdrage levert aan de verwarming van een appartementencomplex. Hierna won de waterstofketel op de VSK 2020 de VSK Award. Later zette Remeha het toestel ook in bij diverse waterstofprojecten.

Waterstofprojecten
Zo levert de Apeldoornse fabrikant de Remeha Hydra, zoals de waterstofketel werd gedoopt, voor de toepassing in het Hydrogen Experience Centre. Op deze demo- en opleidingslocatie in Apeldoorn leren installateurs hoe ze de aardgasvoorziening in woonwijken kunnen aanpassen om huizen met waterstof te verwarmen. Daarnaast is Remeha projectpartner bij de ontwikkeling van een waterstofwijk in Hoogeveen en doet het mee aan Stad Aardgasvrij, waarbij het dorp Stad aan ’t Haringvliet op Goeree-Overflakkee volledig wil overstappen op waterstof.

Toestellen geschikt voor (bijmenging met) waterstof
Behalve de Remeha Hydra, die 100% waterstof als brandstof gebruikt, brengt Remeha ook andere verwarmingstoestellen op de markt die (deels) op waterstof werken. Zo zijn de Remeha GAS 120 Ace, de GAS 320 Ace, de GAS 620 en de Quinta Ace al geschikt om op aardgas bijgemengd met 20% waterstof te branden. Ook de wandtoestellen uit de Avanta-, Calenta-, en Tzerra-serie zijn geschikt voor bijmenging met 20% waterstof. Tegelijk werkt Remeha door aan een aangepaste versie van de GAS 320 Ace die uitsluitend op waterstof kan branden.

  • september 14, 2021
  • 178 views
Duurzame keuzes met een knipoog

Nefit Bosch wil met video’s en andere uitingen consumenten en installateurs met een knipoog verleiden tot het maken van duurzame keuzes. Tijdelijk voordeel moet dit nog aantrekkelijker maken. Bovendien kunnen consumenten ook dit jaar hun CO2-uitstoot compenseren door bomen te laten planten.

Naast volledig elektrische oplossingen, zoals bodemwarmtepompen, luchtwarmtepompen en ventilatiewarmtepompen, staan de spotlights bij Nefit Bosch op hybride oplossingen. Met de grootschalige uitrol van hybride warmtepompen kan op de middellange termijn grote klimaatwinst behaald worden, wijst de producent op verschillende rapporten. Toch blijft ook de cv-ketel voorlopig nog gewild. “De grote groep die bij vervanging kiest voor een hr-ketel bieden we ook dit jaar de mogelijkheid hun CO2 te compenseren”, zegt Jan Blom van Nefit Bosch. “Zelf werken we sinds 2020 100% CO2-neutraal. Niet alleen wij in Deventer, maar al onze 400 vestigingen.”

150.000 bomen
In het kader van de vorige actie heeft Nefit Bosch 150.000 bomen laten planten. Die zijn samen goed voor CO2-reductie van 30.000 ton en dragen voor een deel ook bij aan het natuurherstel in Nederland. Naast de bomenactie maken consumenten dit najaar aanspraak op een financieel voordeel tot 375 euro.

Installateursactie
Bij het installeren van twee of meer hr-ketels, airco’s, warmtepompen of zonneboilers van Nefit Bosch kunnen installateurs dit najaar professioneel Bosch Blauw gereedschap cadeau krijgen met een winkelwaarde tot 290 euro.

Recycle-service
Installateurs kunnen het hele jaar door kosteloos gebruikmaken van de Recycle-service van Nefit Bosch. Oude cv-ketels worden opgehaald en voor 90% gerecycled door een gecertificeerd bedrijf. Voor elke ingeleverde ketel ontvangt de installateur een vergoeding. Meer informatie over de acties is te vinden op www.nefit-bosch.nl/alle-acties.

 

  • september 14, 2021
  • 126 views
Hoppenbrouwers Techniek blijft groeien

Technisch dienstverlener Hoppenbrouwers Techniek breidt uit met twee technisch bedrijven en komt hiermee op 18 vestigingen verspreid over het land. Het gaat om Van Wijk Installaties & Constructies uit Goedereede en Vroegh & Hobbel uit Oostvoorne. Deze integratie sluit aan op de ambitie van de technisch dienstverlener om te groeien naar landelijke dekking.

Henny de Haas, algemeen directeur Hoppenbrouwers Techniek: “Met de aansluiting van beide bedrijven breiden we onze aanwezigheid in de regio Zuid-Holland verder uit. Hierdoor kunnen we klanten in deze regio optimaal bedienen en beperken we de reisafstand van onze medewerkers. We vinden het belangrijk om zowel voor klanten als medewerkers lokaal geworteld te zijn.”

Bundeling van krachten
Van Wijk Installaties en Constructies B.V. is een familiebedrijf dat sinds 1900 bestaat. Het is gespecialiseerd in installatiewerkzaamheden, constructies en duurzame energie in de luxe villabouw, nieuwbouw en renovatie projecten. De werkzaamheden lopen uiteen van het installeren en onderhouden van cv’s, warmtepomp installaties tot zonne-energie systemen, rioleringen en sanitair. In 2018 is het installatiebedrijf Vroegh & Hobbel in Oostvoorne aangesloten bij Van Wijk. De bedrijven hebben een gezamenlijke omzet van 11 miljoen en een personeelsbestand van 50 vaste medewerkers. Martin van Wijk, eigenaar en directeur: “Van Wijk Installaties & Constructies en Vroegh & Hobbel zijn klaar voor de volgende fase. De vraag neemt toe om een compleet dienstenpakket aan te bieden. We hebben daarom aansluiting gezocht bij een landelijk opererend installatiebedrijf met alle technische disciplines onder één dak. We kunnen nu naast werktuigbouwkunde ook elektrotechniek aanbieden. Bovendien helpt deze stap om verder te kunnen professionaliseren en digitaliseren om groei en de toekomst van onze medewerkers en ons bedrijf te kunnen waarborgen.”

Groeiambitie naar landelijke dekking
De technieksector verandert momenteel in sneltreinvaart. Er vinden veel overnames plaats door installatiebedrijven die zijn gericht op verbreding van de portefeuille (product-, service en kennisaanbod) met als doel om een bredere basis te creëren voor de rol van ‘system integrator’. Dit betekent dat technische dienstverleners verschillende systemen kunnen ontwerpen, onderhouden en integreren. Hoppenbrouwers neemt regelmatig andere installateurs over om de portefeuille aan disciplines uit te breiden en bovendien landelijke dekking te krijgen. Het bedrijf wil van 1500 medewerkers groeien naar 2500 medewerkers, verspreid over 25 vestigingen in heel Nederland.

  • september 3, 2021
  • 135 views
Milieuprestatie en ‘BENG 4’

Per 1 juli 2021 is een milieuprestatie-eis van 0,8 van kracht voor nieuwe woningen. Het doel is om de eis stapsgewijs scherper te stellen en uiterlijk in 2030 te halveren. Deze regelgeving zal op termijn ook verregaande gevolgen hebben voor installateurs, vertelt Harm Valk, senior-adviseur energie & duurzaamheid bij Nieman Raadgevende Ingenieurs.

De MilieuPrestatie Gebouwen (MPG) is bij elke aanvraag voor een omgevingsvergunning verplicht. De MPG geeft aan wat de milieubelasting is van de materialen die in een gebouw worden toegepast. Het gaat hierbij om nieuwe kantoorgebouwen (groter dan 100 m2) en om nieuwbouwwoningen. Let op, de nieuwe eis van 0,8 geldt alléén voor nieuwbouwwoningen.

Levenscyclus
Hoe lager de MPG, hoe duurzamer het materiaalgebruik. De milieuprestatie van materialen van gebouwen zal een steeds belangrijkere factor worden in de totale milieubelasting van een gebouw. Om de milieubelasting van een enkel materiaal te bepalen, wordt een LevensCyclusAnalyse (LCA) uitgevoerd. De LCA moet wordt uitgevoerd door een gekwalificeerde deskundige. De LCA resulteert in 11 indicatoren voor de milieubelasting van een product. Deze 11 indicatoren worden samengevoegd tot één waarde: de schaduwkosten per eenheid van het product (kg, m3, m2 of iets dergelijks).

Som schaduwkosten
De MPG van een gebouw is de som van de schaduwkosten van alle toegepaste materialen in een gebouw. Hierbij moet ook rekening worden gehouden met de materialen die worden vervangen tijdens de levensduur van het gebouw. De totale som wordt gedeeld door de levensduur en door het bruto vloeroppervlak van een gebouw. De MPG wordt vervolgens uitgedrukt in de schaduwkosten per vierkante meter bvo per jaar.

Rekenregels
Om een MPG uit te rekenen, moet elk materiaal in een ontwerp worden geïdentificeerd en moet worden bepaald hoeveel ervan wordt toegepast. Ondanks dat in de softwarepakketten veel met standaardproducten gewerkt kan worden, kost het goed uitrekenen van de MPG relatief veel tijd. De rekenregels zijn gedefinieerd in de EN 15978. Programma's waarmee je de MPG kan berekenen, vind je op Rekeninstrumenten - nationale milieudatabase.

Maatwerk
Gebouwdelen die de grootste bijdrage aan de MPG leveren zijn gevels, vloeren en installaties. In totaal is dit vaak 60% tot 80% van de MPG. Een en ander kan echter sterk variëren, afhankelijk van de geometrie en het installatieconcept.

Installateurs
Welke consequenties heeft de aanscherping van de milieuprestatie-eis nu voor de installateur? Harm Valk van Nieman Raadgevende Adviseurs maakt eerst een kritische kanttekening. “Het probleem is dat er voor veel installaties geen goede milieudata beschikbaar zijn”, vertelt hij. De bouw lijkt haar zaakjes al meer op orde te hebben, de installatiebranche moet nog een inhaalslag maken.

Belang data
Die inhaalslag is broodnodig, om nieuwbouwprojecten in de toekomst ook te laten voldoen aan de steeds strenger wordende milieuprestatie-eisen. Hier ligt een taak voor de fabrikanten en leveranciers. Zij zullen in eerste instantie alle data moeten vergaren over de milieu-impact van de door hun gebruikte materialen, waarbij ze kijken naar de gehele levenscyclus van winning tot het moment dat ze worden afgedankt. “Daarbij worden onder andere de toxiciteit en embedded energy meegenomen.” Voor alle duidelijkheid: embedded CO2, in het Nederland ‘ingesloten energie’ is de som van alle energie die nodig is om goederen of diensten te produceren, beschouwd alsof die energie in het product zelf was opgenomen of 'belichaamd’. “In de (nabije) toekomst zal het invloed gaan hebben op het werk van de installateur; als een leverancier zijn gegevens niet op orde heeft, kan toepassing van zijn producten lastig worden; de aanwezigheid en kwaliteit van de informatie in de materiaaldatabase wordt dan een extra selectiecriterium in de werkvoorbereidingsfase”, aldus Valk.

Energieprestaties
Zoals iedereen weet, worden niet alleen de materiaaleisen aangescherpt, maar liggen de energieprestatie-eisen ook al jarenlang onder de loep. Ook op het laatgenoemde terrein zijn dit jaar belangrijke wijzingen doorgevoerd, stipt Valk nog maar eens aan.

EPDB
Om die aanscherping toe te lichten en begrijpelijk te maken, is wel enige achtergrondinformatie vereist. Op 10 juli 2018 heeft de Europese Commissie de herziene Europese Energy Performance of Buildings Directive (EPBD III) vastgesteld. Deze richtlijn heeft als doel om de energie-efficiëntie van gebouwen te verbeteren, waardoor het energiegebruik daalt. De richtlijn is op 10 maart 2020 geïmplementeerd in de Nederlandse wet- en regelgeving. Vanaf deze datum moet aan de regeling en eisen worden voldaan. De regeling bevat onder andere bepalingen over:
-systeemeisen voor technische bouwsystemen;
-het documenteren van de energieprestatie van technische bouwsystemen;
-zelfregulerende apparatuur voor het regelen van de temperatuur per kamer of zone;
-laadinfrastructuur voor elektrische auto’s;
-keuringen van verwarmings- en airconditioningssystemen;
-gebouwautomatisering- en -controlesystemen.

Technische Afspraak
Een deel van de EPBD is in Nederland uitgewerkt in de Nederlands Technische Afspraak (NTA 8800). In de NTA 8800 is de bepalingsmethode voor de energieprestatie van gebouwen vastgelegd. Op 1 januari 2021 is de NTA 8800 in werking getreden. Een prestatieberekening volgens, in overeenstemming met de NTA 8800 is verplicht bij de aanvraag van een Omgevingsvergunning. Het gaat hierbij dus alleen om nieuwbouw. Voor nieuwe en bestaande gebouwen wordt het Energielabel ook op een NTA 8800-berkening gebaseerd.

BENG
De energieprestatie wordt uitgedrukt in drie indicatoren, de zogenaamde BENG-eisen. Het gaat dan om de behoefte aan energie voor verwarmen en koelen, het primair (fossiele) energiegebruik en het aandeel hernieuwbare energie. Met het van kracht worden van de drie BENG-eisen is de EPC vervallen. Een Omgevingsvergunning mag alleen worden verleend als uit berekening blijkt dat een gebouw aan de eisen voldoet.

Systeemrendement
Daarnaast wordt er een aparte eis gesteld aan het systeemrendement van installaties in de woningbouw en utiliteit. We hebben het dan over de totale prestaties van ingebouwde verlichting en een ruimteverwarmings-, ruimtekoelings-, warm tapwater- en ventilatiesysteem. “Zowel in de nieuwbouw als bij vervangingswerkzaamheden in de bestaande bouw geldt nu dat installaties een bepaald minimum rendement moeten hebben, en ingeregeld moeten kunnen worden en dat de eindgebruiker invloed moet kunnen hebben op de instellingen.” Stel dat je als installateur een ketel gaat vervangen, dan gebruik je dus nu voorinstelbare ventielen. Overigens geldt deze eis van instelbaarheid en regelbaarheid in de bestaande bouw alleen als de meerkosten niet hoger uitvallen dan 20% van de oorspronkelijke kosten.

BENG 4
Ook nieuw is de TO-juli-eis, ook wel ‘BENG 4 eis’ genoemd op de werkvloer. TO-juli staat voor ‘Temperatuur Overschrijding juli’ en is een aanvullende eis. TO-juli is een indicator voor verlaging van het risico op oververhitting. Om dit tegen te gaan staat de installateur en ook bouwkundig aannemer een breed pallet aan oplossingen tot zijn beschikking. Je kunt dan onder andere denken aan zonwering, de toepassing van warmtepompen met koelingsmogelijkheden en zomernachtventilatie. Kortom: op het gebied van regelgeving zijn belangrijke wijzingen doorgevoerd. Het is raadzaam om alles nog eens rustig na te lezen.

Dit is een artikel uit de print-editie van het vakblad IZ. De digitale edities van IZ zijn gratis te raadplegen via www.installateurszaken.nl. Liever een print-editie op uw deurmat? Maak dan gebruik van onze actie en meld u nu aan voor een gratis abonnement op IZ via www.installateurszaken.nl

[pt_view id="3ed93d1tsr"]

  • september 2, 2021
  • 136 views
Legionella in drinkwater-installaties zijn geen zeldzaamheid

Bijna dertig procent van de drinkwatermonsters bleek in 2020 legionellabacteriën te bevatten. Dat is een stijging van 11 procent ten opzichte van 2019. Dit blijkt uit onderzoek van ENVAQUA Expertgroep Legionella. Dit leidt jaarlijks tot zo’n 400 gevallen van de veteranenziekte.

Installatie Vakbeurs besteedt dit jaar uitgebreid aandacht aan legionellabestrijding. Logisch, volgens Eline Kuijsters van de beurs, “De installateur speelt een belangrijke rol in het voorkomen van dit soort gevaarlijke situaties bij drinkwaterinstallaties in bijvoorbeeld kantoren, scholen en overheidsgebouwen. We werken samen met leden van ENVAQUA, de branchevereniging van ambitieuze water- en milieutechnologiebedrijven, om een stuk bewustwording en tips & tricks mee te geven.”

Installatie Vakbeurs wordt op 14, 15 en 16 september gehouden in Evenementenhal Hardenberg, met dus speciale aandacht voor Legionellabestrijding. Op het Legionellaplein worden dagelijks kennissessies en demonstraties gehouden. Zo zal Rogier Sterk ingaan op  de miscommunicatie tussen legionella adviseur en installateur. Voorzitter Esther Huygen van stichting Veteranenziekte kaart op haar beurt de risico’s van een legionellabesmetting aan en onderstreept de noodzaak van preventie.

Andere onderwerpen die worden besproken zijn: Het gebruik van Hennep in drinkwaterinstallaties, 5 grootste problemen in vastgoed, efficiënt en veilig drinkwaterbeheer, herziening van de BRL14010-1 en nieuwe mogelijkheden voor UV-C techniek en ultrafiltratie in drinkwaterinstallaties.

  • augustus 27, 2021
  • 139 views
Duurzaam warmte- en koudesysteem voor drie deelgebieden in Amsterdam

Energieleverancier Eneco gaat zorgen voor het collectief warmte- en koudenet voor verwarming, koeling en warm kraanwater in drie deelgebieden in Amsterdam. In het gebied worden in de komende jaren ongeveer 3.200 woningen, drie basisscholen, detailhandel, twee supermarkten, horeca, kantoren en diverse maatschappelijke voorzieningen gerealiseerd. Vanuit twee technische ruimtes in het gebied gaat Eneco warm water produceren en naar de woningen en de andere gebouwen brengen voor de verwarming en het warme kraanwater. Eneco zorgt daarnaast het hele jaar voor koeling voor gebouwen die dat nodig hebben (in de zomer dus ook voor woningen) via een apart leidingnet met koel water. De energieleverancier ontwerpt, bouwt, beheert, onderhoudt en exploiteert het warmte- koudenet voor de komende dertig jaar.

Eneco bouwt een modulair thermisch smartgrid. Het bestaat uit warmte en koude opslagsystemen in dieper gelegen ondergrondse bronnen onder het gebied, lucht-water-warmtepompen, een distributienet met leidingen, zonnepanelen en per gebouw een afleverstation. Het systeem is ‘smart’ omdat uitwisseling van warmte en koude mogelijk is tussen gebouwen, afgestemd op de vraag. Daarnaast wil Eneco zonnepanelen plaatsen op de daken van de nieuwbouw in het gebied, in afstemming met de desbetreffende projectontwikkelaars. De verder benodigde elektriciteit komt van eigen opwek door Eneco in Nederland. Daarmee is het systeem volledig energieneutraal en geheel volgens de eisen van de gemeente.

Aanleg en levering
De opbouw van het warmte- en koudenet volgt de fasering van het bouwprogramma in Weespertrekvaart Midden/Oost, Amstelkwartier 3e fase en Kauwgomballenkwartier. Nieuwe gebouwen kunnen worden aangesloten op het warmte- en koudesysteem in de twee technische ruimtes in het gebied. Deze besparen de ontwikkelaars veel ruimte in de panden. De eerste werkzaamheden zullen in 2022 plaatsvinden en de eerste warmte/koudelevering wordt verwacht begin 2024. In de toekomst kunnen ook bestaande woningen en andere gebouwen in de omgeving worden aangesloten, zodat deze ook gebruik kunnen maken van duurzamere warmte en koude en CO2 wordt bespaard.

[pt_view id="4d18aecpxv"]

  • augustus 23, 2021
  • 135 views
Tomaten telen dankzij speciale luchtbehandelingskasten

Technokas is deze week gestart met de assemblage en installatie van de eerste van in totaal 16 luchtbehandelingskasten op de nieuwe tomatenkwekerij van Schenkeveld. Via deze geavanceerde klimaatinstallatie kan Schenkeveld straks via de principes van Het Nieuwe Telen op een energiezuinige manier tomaten telen. Aan het eind van dit jaar zal de nieuwe kwekerij van circa 11 hectare nabij Schiphol volledig in bedrijf worden genomen.

De uitbreiding op de bestaande kwekerij die Schenkeveld op dit moment laat bouwen is een aanvulling op de ruim 20 hectare die in eerdere fases is gebouwd. In tegenstelling tot in die eerste kassen, kiest de tomatenkweker er nu voor om de nieuwe kas uit te rusten met de installatie voor Het Nieuwe Telen. Na een gedegen adviestraject, waarvoor onder meer specialisten van de WUR zijn geraadpleegd, koos Schenkeveld voor de klimaatinstallatie die Technokas heeft ontwikkeld.

LBK’s in plaats van belichting
De nieuwe kas wordt, in tegenstelling tot de twee eerder gebouwde kassen, zonder belichting uitgerust. Om een optimaal klimaat in de nieuwe kas te krijgen, kiest Schenkeveld nu voor luchtbehandelingskasten (LBK’s) die voor voldoende ventilatie met droge buitenlucht zorgen, maar de aangevoerde lucht ook kunnen opwarmen met een speciaal verwarmingsblok. De capaciteit waarmee de LBK’s droge buitenlucht naar binnen kunnen blazen bedraagt ca. 5 m3/m2/h. Elke LKB hangt midden tussen het gewas en heeft straks twee uitblaasopeningen en twee verwarmingsblokken - aan beide uiteinden één - met een verwarmingscapaciteit van ca. 20 watt/m2. Via een speciaal gemaakte animatie toont Technokas de werking van het systeem.
“Wij hebben dit systeem al één keer eerder op deze wijze in de teelt voor tomaten geïnstalleerd”, vertelt Maurice Hartman, directeur van Technokas. “Dit deden we bij Tomatenkwekerij Van den Belt in IJsselmuiden; daar hebben we in een kas van 7 hectare voor de belichte tomatenteelt deze installatie met buitenluchtaanzuiging door het kasdek geïnstalleerd met een veel grotere ventilatiecapaciteit. Later dit jaar leveren we opnieuw bij Van den Belt, voor een uitbreiding van 4,5 hectare, 8 extra luchtbehandelingskasten voor een onbelichte teelt. Daarnaast staat dit jaar ook de levering van 14 luchtbehandelingskasten voor de nieuwe aardbeienkwekerij bij Van der Avoird Trayplant in Bavel op stapel. Verder hebben we de nieuwbouw van chrysantenkwekerij UGrand voorzien van 35 LBK’s.”

Kleinere temperatuurverschillen
De belangrijkste voordelen van een klimaatsysteem met LBK’s is dat deze ervoor zorgen dat de kweker in zijn kas op lichte overdruk, de luchtvochtigheid optimaal kan regelen. De LBK’s maken ook recirculatieventilatoren overbodig. De verwachting van zowel Technokas als de specialist van WUR is dat de temperatuurverschillen in de kas met dit systeem aanzienlijk kleiner zullen zijn dan bij andere klimaatsystemen. “Voor chrysantenkwekers, maar ook kwekers van diverse andere sierteeltproducten, leveren we al vele jaren ons systeem met LBK’s. Maar we zien nu, mede door het type LBK dat we voor Van den Belt en Schenkeveld op maat ontwerpen en leveren, dat ze ook in de groenteteelt enorme voordelen bieden”, aldus Hartman.

[pt_view id="a4a4888jlg"]