• mei 1, 2023
  • 137 views
Alleen méér technische vakmensen maken energietransitie mogelijk

“De technieksector ondersteunt de stevige duurzame ambities van het kabinet”, zegt Doekle Terpstra voorzitter van Techniek Nederland. “Wij zijn onmisbaar bij het behalen van de klimaatdoelen voor 2030. Dat geldt voor het verduurzamen van de gebouwde omgeving, het uitbreiden van het aantal laadpalen én het vergroenen van de industrie. Daarvoor heeft onze sector wél tienduizenden vakmensen nodig. Daarom hebben we samen met het kabinet het Aanvalsplan Techniek opgesteld. We gaan jongeren en zij-instromers massaal opleiden, om- en bijscholen voor een carrière in de techniek. Alleen met méér technische vakmensen maken we de energietransitie mogelijk.”

Techniek Nederland vindt het verstandig dat het kabinet slecht geïsoleerde woningen met voorrang aanpakt. Terpstra: “Dat levert de grootste winst op voor het klimaat én voor burgers met een krappe portemonnee.” Ook het plan om méér zonnepanelen op huurwoningen te plaatsen valt goed bij de branchekoepel. “Duurzaam opgewekte energie heeft de toekomst, maar dat vraagt wel om extra investeringen in de innovatie van batterijopslag. We moeten elektriciteit langere tijd kunnen opslaan. Ook een groter, zwaarder en slimmer elektriciteitsnetwerk is hard nodig.”

Harde keuzes
Voor een duurzame industrie is grootschalige beschikbaarheid van groene waterstof nodig, aldus Terpstra: “Goed dat het kabinet daarop inzet. Er is veel installatiecapaciteit nodig: bijvoorbeeld voor grote zon- en windparken en voor de uitbreiding van de oplaadinfrastructuur voor elektrisch rijden. Dat betekent ook: harde keuzes maken. Want zonder voldoende technici gaat het niet lukken.’

 

 

 

[pt_view id="064dea4q21"]

  • april 25, 2023
  • 141 views
Maatwerkadvies voor verduurzaming

Met de lancering van twee nieuwe ISSO-publicaties hebben EP-maatwerkadviseurs alle kennis die zij nodig hebben voor het opstellen van maatwerkadviezen. Het maatwerkadvies biedt een heldere richting voor de wijze waarop vastgoedeigenaren een verdere energiebesparing en/of de verduurzaming van hun energievraag kunnen realiseren. ISSO-publicatie 75.2 beschrijft de werkzaamheden voor de utiliteitsbouw en ISSO-publicatie 82.2 doet hetzelfde voor woningen en woongebouwen.

Naast adviezen voor de energiebesparing, biedt de kennis in de publicaties en het daarop gebaseerde maatwerkadvies ook inzicht in de maatregelen die het gebouw of de woning(en) energiezuinig(er) maken. Het behandelen van de kennis gebeurt op een gestructureerde wijze die leidt tot het maatwerkadvies. Door de kennis in ISSO-publicaties 75.2 en 82.2 weet de EP-adviseur wat hij of zij moet doen om alle informatie te verzamelen en het advies te kunnen opstellen. Het uitbrengen van een maatwerkadvies gebeurt door een gecertificeerde EP-maatwerkadviseur. De EP-maatwerkadviseur werkt over het algemeen bij energieadviesbureaus, energiebedrijven, bouwkundig aannemers of installateurs.

Cursus volgen en examen afleggen
Elke EP-maatwerkadviseur moet beschikken over de juiste kennis op energetisch, (bouw- en installatie)technisch, sociaal als ook financieel/economisch gebied. Voordat iemand een maatwerkadvies mag opstellen, moet hij of zij vakbekwaam EP-adviseur zijn. Om vakbekwaam te worden, moeten adviseurs een examen afleggen. In voorbereiding op het examen kunnen ze een cursus volgen, waarbij de beide ISSO-publicaties de belangrijkste hulpmiddelen vormen. Er zijn meerdere scholings- en exameninstituten die de cursussen en examens aanbieden.

Methode voor opstellen
Deze methode voor het opstellen van het Maatwerkadvies sluit aan bij de ambitie van de Europese en landelijke overheid om CO2-emissies te reduceren. Bovendien sluit de methode aan bij het Klimaatakkoord, de Renovatiestandaard voor utiliteitsbouw en de Standaard voor woningisolatie (zie website RVO). Het maatwerkadvies is gebaseerd op de NTA 8800 en is te koppelen aan zowel een indicatief als formeel Energielabel. Het maatwerkadvies wordt geregistreerd op basis van BRL9500-MWA-U voor utiliteitsbouw en BRL 9500-MWA-W voor woningbouw. Daarmee is het advies een geborgd instrument in de bepaling van de energietransitie in Nederland. De publicaties zijn beschikbaar op ISSO Open, waar binnenkort ook de BRL-en te vinden zijn.

 

[pt_view id="3bd2d60uzy"]

  • april 18, 2023
  • 198 views
Technische sector nog steeds niet vrouwvriendelijk

De technische sector kampt nog steeds met een ondervertegenwoordiging van vrouwen. Zowel technici (64%) als HR-beslissers (72%) uit de branche onderschrijven dit. Zes op de tien (59%) technici bestempelen de branche momenteel zelfs als onaantrekkelijk voor vrouwen. Om hier verandering in te brengen, zien technici vooral (57%) dat bedrijven een cultuurverandering moeten ondergaan. Dat betekent: meer diversiteit toepassen in leeftijd, geslacht en achtergrond. Dit blijkt uit de achtste editie van de TechBarometer van technisch opleider ROVC onder ruim 1.000 HR-beslissers, 2.700 technici en 1.000 potentiële zij-instromers.

Ondanks dat 66 procent van de HR-beslissers een divers personeelsbestand zegt na te streven, blijft actie grotendeels uit. Zo investeren bijvoorbeeld slechts vier op de tien (39%) HR-beslissers in het actief werven van vrouwen. Het aantal technische bedrijven dat diversiteit heeft opgenomen in de organisatiedoelstellingen voor de komende jaren is nog lager: vier procent.

Mannenwereld
John Huizing, directeur bij ROVC: “De techniek is van oudsher een mannenwereld. Hoewel uit diverse onderzoeken blijkt dat hier langzaam verandering komt, zijn vrouwen nog steeds sterk ondervertegenwoordigd. Daarnaast is sprake van een discrepantie tussen de in- en uitstroom van vrouwen die voor een technische functie kiezen. Dat vind ik, zeker gezien de huidige tijd, erg opmerkelijk. Als branche moeten we de hand in eigen boezem steken: dit moet én kan beter. Gezamenlijk moeten we aan de slag om vrouwen te enthousiasmeren voor de techniek en te zorgen dat ze dat ook blijven. Dit vraagt om aandacht en investeringen. Focus op het aantrekken en behouden van een divers personeelsbestand is enorm belangrijk voor de sector. Het personeelstekort waar de branche mee kampt is een aanhoudend probleem. Dit tekort loopt bovendien de komende jaren alleen maar verder op, onder andere door de energietransitie die om duizenden, zo niet tienduizenden extra vakmensen vraagt.”

Niet aantrekkelijk
Zeven op de tien (71%) HR-beslissers vinden dat de branche even geschikt is voor vrouwen als mannen. Wel ziet een meerderheid (56%) van de HR-beslissers in dat de branche momenteel niet aantrekkelijk is voor vrouwen. En dat beeld klopt, kijkend naar de uitkomst van potentiële vrouwelijke zij-instromers. Van hen zou slechts vijftien procent graag in de techniek werken.

Weg met de voltijdcultuur
De vraag dringt zich op waarom de technische branche onaantrekkelijk wordt gevonden voor en door vrouwen. Het antwoord hierop ligt in het feit dat de branche onvoldoende flexibel lijkt. Veel HR-beslissers vinden bijvoorbeeld dat zowel de gehele branche (44%), als de eigen organisatie (34%) onvoldoende openstaat voor deeltijdwerken. Daarnaast kampt de technische sector nog steeds met een imagoprobleem. Zij-instromers bestempelen het vakgebied vaak onterecht als moeilijk (19%), voor mannen (15%) en iets om vieze handen van te krijgen (10%). Ook technici zelf beamen dat imagoverandering noodzakelijk is voor meer diversiteit: 49 procent vindt het nodig om het imago van de technische sector te veranderen om zo meer vrouwen aan te trekken.
Huizing vervolgt: “Naast het veranderen van het imago van de techniek moet er ook anders gekeken worden naar dienstverband om het vak aantrekkelijk te maken. Goed werkgeverschap draait anno 2023 niet meer om enkel een goed salaris of een vast contract. Zaken als een gezonde werk-privébalans en autonomie worden steeds belangrijker. Ook – en misschien wel juist – in de technische branche, waar over het algemeen nog weinig aandacht is voor deze zaken. De schijnbaar dwingende voltijdcultuur maakt de sector minder aantrekkelijk voor vrouwen en jongeren, twee groepen die enorm belangrijk zijn om de personele uitdagingen in de techniek het hoofd te bieden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat veel mensen die na een korte technische carrière weer uitstromen, deeltijd gaan werken in een sector waar dit meer gemeengoed is. Als branche laten we hier enorme kansen liggen. Willen we een bredere groep enthousiast maken én houden voor het technische vak, dan moet er meer ruimte komen voor diversiteit en flexibiliteit in dienstverband, werktijden en roosters. Ook moeten werkgevers aandacht schenken én tijd vrijmaken voor het ondersteunen van persoonlijke ambities en ontwikkelmogelijkheden.”

[pt_view id="c16fe5aixv"]

  • april 7, 2023
  • 134 views
“Veel W-installateurs vinden meet- en regeltechniek iets voor E”

Meet- en regeltechniek zit in de lift, merkt opleider ROVC. Toch lijken veel installateurs nog vaak meer bezig te zijn met de ‘hardware’ dan de ‘software’. Wel ziet Nico van Leeuwen, Business Developer bij ROVC, dat het aantal cursussen op het gebied van meet- en regeltechniek het afgelopen jaar bijna is verdubbeld. “Je praat dan al snel over honderden cursisten.”

Al jaren neemt het belang van Meet- en Regeltechniek toe voor de werking en monitoring van W-installaties. Toch bleef het aantal cursisten stabiel. Van Leeuwen had al eerder een kentering verwacht.

Waarom dan nu wel?
“Verschillende factoren. Allereerst natuurlijk de gestegen energie- en gasprijzen. Klanten tonen meer belangstelling voor monitoringsoplossingen en mogelijkheden om hun installaties te optimaliseren. Daar heb je meet- en regeltechniek voor nodig. Daarnaast heeft ook Corona, onder andere vanwege de aandacht voor de binnenklimaatkwaliteit, een duit in het zakje gedaan. Tot slot wordt er in 2026 Europese wetgeving ingevoerd die de monitoring van energieprestaties van gebouwen verplicht maakt.”

Het lijkt erop alsof installateurs vaak meer bezig zijn met ‘de hardware’, lees concrete producten en systemen, dan de ‘software’, zoals bijvoorbeeld een digitaal platform voor energiemonitoring. Hoe komt dat?
“Dat klopt, ik denk dat er verschillende redenen voor zijn aan te wijzen. Allereerst duikgedrag. Veel W-installateurs vinden meet- en regeltechniek iets voor E. Dus ze willen er zich niet mee bezig houden. Daarnaast heeft de hele branche het al razend druk met de reguliere werkzaamheden. ‘Waarom zou ik me dan nog gaan verdiepen in meet- en regeltechniek’, denkt menig installateur dan. En tot slot is ook hier sprake van ‘onbekend maakt onbemind’.”

Hoe bedoel je?
“Ze vinden het soms een beetje eng. Ze zien er ook tegen op. Een aantal jaar geleden was alles dat met automatisering had te maken veel ingewikkelder dan nu. Als je nog met dat idee in het achterhoofd zit, lijkt het een hele kluif.”

Als je het nu al zo druk hebt, waarom zou je je dan toch gaan verdiepen in meet- en regeltechniek?
“Verschillende redenen. Allereerst gaan klanten toch vragen om oplossingen voor energiemonitoring en -analyse en willen ze dat installaties worden geoptimaliseerd. Daar heb je, zoals ik eerder al zei, in veel gevallen meet- en regeltechniek voor nodig. Daarnaast moet je ook realistisch blijven. Het gaat nu lekker, maar blijft dat zo als je vasthoudt aan het bestaande en je niet mee ontwikkelt?”

Dit is de verkorte versie van een artikel uit de komende uitgave van IZ. Hele artikel lezen? Surf dan komende maand naar www.installateurszaken.nl of nog beter abonneer je gratis op IZ via https://installateurszaken.nl/gratis-abonnee-worden/!

 

  • april 6, 2023
  • 136 views
Nieuwe kennis over installaties voor leidingwater

De vernieuwde ISSO-publicatie 55 biedt een update van bestaande kennis, maar ook een aantal nieuwe onderwerpen voor het ontwerpen en realiseren van leidingwaterinstallaties. De publicatie is een herziening van de uitgave uit 2013 over ‘Leidingwaterinstallaties voor woon- en utiliteitsgebouwen’. Het naslagwerk biedt een gestructureerd overzicht van alle facetten die nodig zijn voor de realisatie van leidingwaterinstallaties.

Omdat deze publicatie al relatief lange tijd niet is geüpdatet, was alleen het actualiseren van de bestaande inhoud onvoldoende. Diverse ontwikkelingen in het vakgebied zorgen dat er nieuwe en belangrijke onderwerpen aan de publicatie zijn toegevoegd. Bovendien is de structuur van het kennisdocument ook grondig aangepast, waardoor hij beter aansluit bij het volledige ontwerp- en realisatieproces van leidingwaterinstallaties. Specifieke onderwerpen, die voorheen verspreid door de publicatie aan bod kwamen, zijn vanwege hun belang en voor een beter overzicht in één hoofdstuk bij elkaar gebracht. Een voorbeeld is het prominente onderwerp waterkwaliteit, dat nu in een eigen paragraaf extra aandacht krijgt.

Aandacht voor duurzaamheid
Het reduceren van het energiegebruik is al in de ontwerpfase van een leidingwaterinstallatie belangrijk. In deze publicatie is daar uitgebreid aandacht aan besteedt. Zo is er een volledige paragraaf waarin drinkwaterinstallaties in relatie tot duurzaam bouwen worden behandeld. Dit maakt het voor ontwerpers duidelijk hoe zij ook levensduurkosten van een leidingwatersysteem in hun berekeningen en voorstellen kunnen meenemen.

NEN 1006 als basis
Omdat de NEN 1006 en de Waterwerkbladen de functionele eigenschappen voor leidingwaterinstallaties bepalen, is de publicatie feitelijk een praktische en gedetailleerde uitwerking van deze norm en Waterwerkbladen. Naast aangepaste passages op basis van geactualiseerde wet- en regelgeving en resultaten van recent onderzoek bevat deze publicatie ook onderwerpen die niet in NEN 1006 zijn opgenomen.

Gloednieuwe onderwerpen
Een heel nieuw onderwerp is de beschrijving van koudtapwatersystemen met actieve koeling, waarmee je ongewenste opwarming van drinkwaterleidingen kunt bestrijden. Met name in gebouwen waar vrijwel permanent een hoge ruimtetemperatuur heerst, zoals zorgcentra, zwembaden en sauna’s, is dit geen overbodige maatregel meer. In deze publicatie is ook de beschrijving van warmtapwateropwekking geheel vernieuwd en in lijn gebracht met de NTA 8800. Een ander, nieuw onderwerp is een methodische en toepassingsgerichte beschrijving van inregelventielen. Dit is kennis die bij warmtapwatercirculatiesystemen onontbeerlijk is.

Kennis over materiaalkeuze
Nieuw is ook de nieuw toegevoegde kennis met betrekking tot materiaalkeuze, in relatie tot bacteriologische aangroeipotentie. Om leidingwater gezond en schoon te houden heeft de vakman – zeker nu de keuze in materialen fors is toegenomen – meer behoefte aan deze kennis. Tot slot zijn ook de SIMDEUM® berekeningsmethodiek en kengetallen aan de publicatie toegevoegd. Verder bevat de nieuwe publicatie meer instructieve afbeeldingen, schema's en rekenvoorbeelden die het ontwerpproces inzichtelijk en toegankelijk maken.

 

  • maart 30, 2023
  • 156 views
KSB geeft jonge technici kans en uitdaging

Welk bedrijf in de industrie kampt er niet mee? Het bestaande personeelsbestand is aan het vergrijzen maar het aantrekken van (jonge) instroom blijkt problematisch. Landelijk, regionaal en lokaal worden verschillende initiatieven ontplooid om nieuwe, vooral jonge werknemers te vinden én aan het bedrijf te binden. KSB zet daarbij in op nauwe samenwerking met regionale opleidingscentra. Een gesprek met enkele jonge servicemedewerkers bij deze fabrikant van onder andere pompen en afsluiters leert echter dat het om meer gaat dan alleen samenwerken.

Neem Mike Huisman. Hij volgde de mbo-opleiding Werktuigbouwkunde toen hij in 2017 een stageplek zocht. Die vond hij bij KSB. “KSB voelde als een thuis waar ik serieus werk vond, leuke opdrachten kreeg en gemotiveerd werd om door te studeren. Inmiddels zit ik in mijn derde jaar van de hbo-opleiding Werktuigbouwkunde. Wat begon met een stage is inmiddels een prachtjob die mij ook kennis laat maken met het buitenland. Ik heb al tien weken bij KSB in Duitsland op de onderzoeksafdeling mogen werken, waar ik heb geleerd hoe onderzoeksontwikkelingen worden vertaald naar de praktijk. En inmiddels ben ik alweer met KSB aan het vooruitkijken naar de volgende vijf jaar.”

Afwisselende werkzaamheden
Steven Ohm werkt met Mike samen in de KSB-werkplaats in Zwanenburg. Ook hij leerde KSB kennen tijdens zijn mbo-stage. “Al snel merkte ik dat KSB afwisselend werk biedt: revisie, onderhoud, lassen – ik krijg eigenlijk met alles te maken. Tegelijkertijd motiveert KSB me wel om door te gaan met mijn studie. Mijn afstudeerproject was een vlaktafel waar ik nu bij KSB dagelijks aan sta te werken. Voorlopig wil ik hier nu eerst ervaring opdoen. En dat lukt uitstekend in een omgeving waarin veel jonge collega’s om je heen lopen die ondersteund worden door enkele ‘oude rotten’ in het vak.” Collega Dennis Loogman is dezelfde mening toegedaan: “Ik was van oorsprong automonteur maar zocht een nieuwe uitdaging; een baan met meer mechanica en minder elektronica. Die vond ik bij KSB, waar ik het overgrote deel van de tijd in de werkplaats actief ben maar af en toe ook meega naar onderhoudsopdrachten bij klanten.”

Hard nodig
Mike Breure is momenteel bezig met revisies. Als HBO-er Werktuigbouwkunde werkt hij inmiddels één jaar bij KSB en heeft in dat jaar naar eigen zeggen veel geleerd. “KSB biedt ook veel gelegenheid om te leren. Het heeft me het eerste jaar wel verbaasd dat er zoveel kon; ik ben zelfs ook al twee keer in Duitsland op cursus geweest. Voor mij is het een mooi bewijs dat KSB investeert in de eigen medewerkers. En dat merk ik ook als ik over mijn eigen ontwikkeling op het werk praat; ik ben aangenomen voor de service-buitendienst maar heb ook al aangegeven dat ik te zijner tijd graag op de engineeringafdeling zou werken. Ik ervaar dat KSB je helpt om naar zo’n positie door te groeien. Dat doet je niet alleen beseffen dat industriële bedrijven als KSB hard nodig zijn, maar ook dat wij als jonge werknemers onmisbaar zijn.”

Volop uitdagingen
Tim de Boer werkt al vier jaar bij KSB als buitendienstmonteur. Wat hem aanspreekt zijn de openheid en de sfeer. “Iedereen kan het goed met elkaar vinden omdat je geaccepteerd wordt zoals je bent. Ik heb de eerste drie maanden in de werkplaats gewerkt en ben daarna als buitendienstmonteur aan de slag gegaan. Het is zeer divers werk bij uiteenlopende klanten waarvoor je veel vrijheid krijgt maar ook goed moet kunnen improviseren. KSB investeert veel tijd in ons en dat geeft een goede binding met het bedrijf; het voelt een beetje als een familie.”

Boven mbo-niveau
Naast Tim werkt Rick Huisman. Met 20 jaar is hij de jongste. Momenteel doet hij de mbo-opleiding Werktuigbouwkunde en het werk bij KSB sluit daar op aan. “De techniek waar ik hier mee te maken krijg, ligt boven het mbo-niveau. Dat maakt het zo interessant en uitdagend om hier te werken. Momenteel loop ik stage waarbij ik als opdracht een Sewatec afvalwaterpomp zelf moet repareren. Samen met collega’s heb ik de pomp mogen uitbouwen. Momenteel haal ik de pomp uit elkaar waarna die gestraald wordt en onderdelen worden vervangen. Tenslotte mag ik de pomp weer volledig gereviseerd inbouwen in een ziekenhuis.”

Jonge collega’s
Desley Kisoor is de laatste KSB-jongeling. Hij kwam als constructiewerker in dienst bij de KSB-werkplaats waar hij pompen reviseert en onderhoudt en laswerkzaamheden verricht. “Ik ben via een kennis met KSB in contact gekomen en had al snel in de gaten dat het een bijzondere werkomgeving biedt met veel jonge collega’s en uitdagend werk. Al tijdens mijn stage kreeg ik het aanbod om aanvullende opleidingen te gaan doen. Dat gaf direct een goed gevoel en dat is eigenlijk altijd zo gebleven. Eén van die opleidingen was in Duitsland, waar je dan ook merkt hoe groot ons bedrijf is.”

  • maart 29, 2023
  • 196 views
Meisjes kiezen steeds vaker voor technische carrière

Meisjes vinden steeds vaker de weg naar een opleiding in de techniek. Die conclusie trekt Techniek Nederland aan de vooravond van Girls’ Day, op donderdag 30 maart. Het aantal meisjes dat dit schooljaar heeft gekozen voor een technische vmbo-opleiding ligt maar liefst 21% hoger dan in 2021- 2022. Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland: “Voor meisjes wordt een keuze voor techniek bijna net zo gewoon als een keuze voor de zorg of het onderwijs. Dat is goed nieuws voor de werkgevers in onze sector, maar ook voor de meiden zelf. Want de technieksector biedt enorme carrièrekansen.”

De toename van de instroom van meisjes op technische opleidingen komt niet als een verrassing. Terpstra: “Van alle sectoren biedt de techniek waarschijnlijk het allerbeste uitzicht op een interessante en succesvolle loopbaan. Het vak wordt breder, innovatiever en digitaler. Zwaar materiaal maakt meer en meer plaats voor slimme techniek. Daar komt bij dat de cultuur in techniekbedrijven volop in beweging is; communicatieve vaardigheden, creativiteit en teamwork zijn belangrijker dan ooit. Werken in de techniek wordt daardoor steeds aantrekkelijker, voor mannen én vrouwen.”

Vrouwen zijn onmisbaar
Ondertussen neemt de maatschappelijke betekenis van de technieksector snel toe. De energietransitie is onuitvoerbaar zonder techniek, voor innovaties in de gezondheidszorg geldt hetzelfde. Het is niet realistisch om te denken dat de omvangrijke maatschappelijke opgaven te realiseren zijn met de helft van de beroepsbevolking, aldus Techniek Nederland. Meisjes hebben in de technieksector volop kansen als installatiemonteur, maar bijvoorbeeld ook als adviseur, ontwerper en data-analist.

Vrouwen zijn in aantocht
De instroom in het vmbo bij het technisch profiel Produceren, Installeren en Energie (PIE) groeit licht. Dit schooljaar is 5,8% van de studenten een meisje; in het schooljaar 2021-2022 was dat 5%. Terpstra: “Er moet dus nog veel gebeuren. Daarom is het goed dat veel techniekbedrijven op Girls’ Day in actie komen en activiteiten organiseren. Techniek moet je zien en beleven, in de praktijk.”

Girls’ Day 2023: donderdag 30 maart
Girls’ Day is bedoeld om meisjes tussen de 10 en 15 jaar enthousiast te maken voor technische opleidingen en beroepen. De dag is een initiatief van VHTO, het expertisecentrum genderdiversiteit in bèta, techniek en IT.

[pt_view id="0f89ee68c0"]

  • maart 29, 2023
  • 189 views
Interland Techniek bundelt krachten met specialist luchtvochtigheid

Interland Techniek, specialist in klimaatbeheersing en luchtverdeeloplossingen, heeft een exclusieve samenwerkingsovereenkomst getekend met DriSteem. DriSteem is leverancier van oplossingen voor bevochtiging, adiabatische koeling en waterbehandeling voor commerciële en industriële toepassingen. Het bedrijf biedt op maat gemaakte systemen voor uiteenlopende marktsegmenten, zoals gezondheidszorg, datacenters, kantoren, cleanrooms, waarin nauwkeurige controle van luchtvochtigheid een belangrijke rol speelt.

Stephen Finkel, regionaal verkoopmanager West-Europa bij DriSteem, legt uit dat werken met Interland Techniek "de logische keuze is, gezien hun ervaring en expertise." Finkel vervolgt: “Ik heb er alle vertrouwen in dat hun inzet voor de beste service en productkennis van DriSteem de tools en ondersteuning zal bieden die in Nederland nodig zijn. Ze zijn een geweldige aanvulling op ons verkoopteam en we zijn blij dat we ze aan boord hebben. We zijn erg trots om samen met Interland Techniek de Nederlandse marktpositie uit te bouwen.”

Gezond en comfortabel binnenklimaat
Sander van den Hoven, algemeen directeur van Interland Techniek: “Interland Techniek is al meer dan 70 jaar actief in klimaatbeheersing en is onderdeel van de Nederlandse HC Groep. Een gezond en comfortabel binnenklimaat heeft een positieve invloed op mensen; als Nederlands marktleider op het gebied van klimaatbeheersing speelt HC Groep, met meer dan 100 jaar ervaring, hierin een belangrijke rol. Innovatief, betrouwbaar, maatschappelijk verantwoord, milieubewust en betrokken. Dit zijn enkele kernwaarden die alle bedrijven van HC Groep hun klanten te bieden hebben. Dagelijks zetten ruim 400 medewerkers zich, verdeeld over diverse locaties in Nederland en één locatie in het buitenland, in om specialistische vraagstukken op het gebied van klimaattechnologie op te lossen.”

Creatief met lucht
Peter van der Velde, commercieel directeur van Interland Techniek, vult aan: “Duurzame totaaloplossingen op het gebied van klimaatbeheersing zijn ons uitgangspunt. Wij zijn creatief met lucht en deskundig in eenvoudige tot zeer complexe vraagstukken op het gebied van klimaatbeheersing, zodat elk klimaat-technisch vraagstuk met de juiste adviezen en producten wordt opgelost. Maatwerk is onze passie. Dat bewijzen we door technisch advies te geven voor een probleemloze werking van onze producten en systemen.”

[pt_view id="4d3b85654n"]

  • maart 27, 2023
  • 258 views
Nederlands kampioen sanitair en verwarming

Sam Strijbis uit Dirkshorn is Nederlands kampioen geworden in zijn vakgebied ‘sanitair- en verwarmingstechnicus'. De tweede plaats ging naar Jasper Klein uit Hoofddorp. Ariën Koolmees uit Overijssel werd derde. De in totaal acht finalisten hebben afgelopen donderdag 23 maart en vrijdag 24 maart in de RAI gestreden om het kampioenschap. Zeven van de acht finalisten in deze categorie komen uit de stallen van IW-opleidingsbedrijven.

De wedstrijdopdrachten die de finalisten krijgen, zijn elk jaar anders. Deelnemers in de competitie ‘sanitaire-en verwarmingstechnicus’ moeten bijvoorbeeld een koud- en warmwaterleiding aanleggen en een cv- of rioolinstallatie volgens tekening maken. Naast veilig en netjes werken moeten de deelnemers vaardig zijn in het buigen en bewerken van alle soorten installatietechnisch leidingwerk, het maken van verbindingen en kennis hebben van afsluiters, kleppen, ventielen en de wijze waarop die gemonteerd moeten worden.

Trends en ontwikkelingen
De wedstrijdopdrachten representeren enerzijds nieuwe trends en ontwikkelingen in het vakgebied, zoals gebruik van moderne gereedschappen en nieuwe producten die op de markt komen. Ook doen de opdrachten een beroep op zowel de vakkennis als de vakvaardigheden van de finalisten. Daarnaast worden deelnemers beoordeeld op vakoverstijgende vaardigheden als creatief en probleemoplossend denken.

Leerwerktraject
De jaarlijkse Skills competities zijn vakwedstrijden voor mbo- en vmbo-studenten. De meeste deelnemers volgen een leerwerktraject. Ze werken bij een leerbedrijf en gaan daarnaast naar school. Elk jaar worden er wedstrijden georganiseerd in ongeveer 50 vakrichtingen, van verpleegkundigen en automonteurs tot ICT-beheerders en schoonheidsspecialisten. Via voorrondes op school en kwalificatiewedstrijden kunnen deelnemende studenten in de nationale finales komen. Daar strijden ze om de titel beste vakman of -vrouw van Nederland. Afgelopen week hebben in totaal ruim 700 finalisten van Skills Talents (vmbo) en Skills Heroes (mbo) in de Amsterdamse RAI gestreden om Nederlands kampioen te worden in hun vakgebied.

[pt_view id="1acadd3oaf"]

  • maart 24, 2023
  • 285 views
ISH 2023, een ‘serieuze’ verademing

De ISH is altijd een feestje. In een sneltreinvaart krijg je als bezoeker een totaaloverzicht van alle trends en noviteiten. Deze editie stond duidelijk in het teken van ‘haalbare oplossingen om de verduurzamingstransitie succesvol te doorlopen’. De beurs had de nodige noviteiten in petto om de bezoeker te verrassen. Tegelijkertijd liet de ISH ook goed zien welke trends op dit moment de toon aangeven in de installatiebranche.

Het was een verademing om na de ‘coronajaren’ weer elkaar face-to-face te ontmoeten viel van diverse kanten te horen. Een gelukkige bijkomstigheid was dat er ook echt iets te zien en te ervaren viel. In tegenstelling tot bijvoorbeeld de VSK, Hardenberg en de Bouwbeurs, sparen fabrikanten nog wel hun noviteiten op om ze voor het eerst te tonen tijdens de megabeurs in Frankfurt am Main.

Exposanten
Tijdens deze ISH-editie waren er 2025 exposanten aanwezig, een daling vergeleken met de vorige ‘fysieke’ ISH in 2019 toen er 2.532 kwamen opdraven. Ze waren afkomstig uit 54 verschillende landen. Daarmee wordt een langjarige trend voortgezet. Zo was meer dan 60% van de exposanten tijdens de edities van 2017 en 2019 afkomstig uit andere landen dan Duitsland. Deze internationalisering van de beurs is overigens geheel in lijn met ontwikkelingen in het vakgebied zelf, waar ook steeds makkelijker over de grenzen wordt gekeken. Deels uit noodzaak, vanwege internationale klimaatafspraken, deels uit nieuwsgierigheid, eigen netwerken en businessventures die zich over verschillende landen uitstrekken. De exposanten waren over het algemeen te spreken over de kwaliteit van de bezoekers. Een fabrikant merkte, terecht, op dat de bezoekers meer gericht zoeken naar informatie. “Een verschil met vroeger toen de ISH voor menig installateur vooral een ‘feestje’ was. Door alle regelgeving en de stijgende energieprijzen worden installateurs nu echter gedwongen zich meer te verdiepen in bijvoorbeeld warmtepompen. We merken dat ze zich volop aan het oriënteren zijn.”

Bezoekers
Inmiddels duurt de ISH vijf dagen, deze editie van 13 tot en met 17 maart. Volgens ingewijden zijn vooral maandag tot en met donderdag interessant voor vakspecialisten, want “vrijdag komen vooral de consumenten”. Dit jaar bezochten rond de 154.000 bezoekers de ISH. Een forse daling, die helaas, de beurs al langer parten speelt. In 2019 kon de ISH nog 190.000 bezoekers begroeten, in 2017 rond de 200.000. Evenals bij de exposanten zet wel de internationalisering van de beurs door, maar met ups and downs. Was in 2017 40% van de bezoekers afkomstig uit andere landen dan Duitsland, in 2019 ging het om 48% en dit jaar om 44%. Tot de toplanden behoorden Nederland, Italië, Frankrijk, Zwitserland, België, China, UK, Polen, Oostenrijk en Turkije. Duizenden landgenoten namen dus wederom de moeite om de ISH te bezoeken. Ze waren erg te spreken over de beurs, aldus de organisatie. Deze ISH-editie scoorde, evenals de afgelopen twee keer, extreem hoge cijfers. Volgens een onderzoek van de Messe zelf gaf 94% van de bezoekers aan hun doelen voor het beursbezoek te hebben gerealiseerd. Bovendien was 96% tevreden over de rijke verscheidenheid van de exposanten en de getoonde oplossingen.

Aandachtsgebieden
Wat kregen al die bezoekers voorgeschoteld? De beurs liet de laatste ontwikkelingen zien op het gebied van verwarming, airconditioning, ventilatie, domotica en GB-systemen. Daarnaast kon de bezoeker zich uitgebreid verdiepen in moderne en duurzame oplossingen voor de sanitairbranche en de installatietechniek in de brede zin des woords.
Uiteraard was in alle subdisciplines ruimschoots aandacht voor de energietransitie. Hal 8 was eigenlijk de warmtepomphal. Opvallend was verder de grote aandacht voor houtgestookte verwarmingsoplossingen. Ook dit is in lijn met ontwikkelingen in Nederland. Zo liet de brancheorganisatie voor leveranciers van bioketels (NBKL) al eerder dit jaar weten dat in 2022 de vraag naar haar systemen sterk was gestegen. Ook neemt op het gebied van ventilatie en luchtbehandeling de aandacht voor gebalanceerde ventilatiesystemen sterk toe. Dat geldt eveneens voor filtering en de monitoring van de binnenluchtkwaliteit. Onder andere via CO2- en RV-sensoren. Dit heeft alles te maken met de pandemie van de afgelopen jaren. Hetzelfde geldt voor de grote verscheidenheid aan ‘touch-free’ oplossingen die de exposanten lieten zien. Tot slot: circulariteit begint ook steeds meer opgang te maken in onze branche. Dat heeft niet alleen te maken met Europese wetgeving, maar ook met het gebrek aan materialen, componenten en producten door de verstoorde logistieke aanvoerlijnen tijdens de pandemie én de naweeën daarvan.

De volgende ISH vindt plaats van 17 – 21 maart in 2025 in Frankfurt am Main.

[pt_view id="3fbb14aw8o"]