• februari 19, 2021
  • 115 views
Temperatuuroverschrijding

Nu woningen steeds beter geïsoleerd worden, komt ook steeds vaker de koeling van woningen aan de orde. Net zoals met alles zal er hiervoor bij het begin moeten worden begonnen. Om warmte binnen te houden isoleren we goed, maar om warmte buiten te houden zal er goede zonwering aanwezig dienen te zijn bij een woning.

Vorig jaar schreef ik al over de kracht van de WTW-installatie in het helpen koelen van een woning door ’s avonds buitenlucht via een bypass in te blazen. Steeds meer fabrikanten leveren tegenwoordig ook koelbatterijen waarmee topkoeling gerealiseerd kan worden. Een mooie oplossing in combinatie met een bodemsysteem die de regeneratie van de bron ook meehelpt. Bij een lucht/water-systeem zal er echter actief gekoeld dienen te worden om koude voor deze batterij aan te leveren.

Wellicht kan echter een PCM-batterij in samenwerking met de WTW-installatie zorgen voor de versterking van de passieve koeling die de WTW-installatie kan leveren. Zonder de hele woning van PCM te voorzien. Hiermee kan de energie van de koudere nachtlucht opgeslagen worden en deze overdag gebruikt worden, zonder hulp van actieve koelapparaten.

Het belangrijkste punt zal zijn dat de batterij in de nacht goed ontladen dient te worden, zonder dat dit negatieve effecten heeft op de koeling die ’s nachts gedaan kan worden. Er kan wellicht wel meer geventileerd worden, zonder dat dit ’s nachts geluidsklachten geeft, omdat de lucht van het ontladen kortgesloten kan worden naar een retourkanaal. Misschien een volgende stap voor fabrikanten om naar te kijken. Om in de toekomst te helpen met temperatuuroverschrijvingen. Ik wil het voor mijzelf binnenkort wellicht eens proberen!

Tim Visser, Installatiebedrijf Visser in Twisk

[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser, schrijven om beurten een column op persoonlijke titel]

 

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="06468afhlq"]

  • februari 12, 2021
  • 120 views
Market getting

Een niet alledaagse titel boven een column: market getting. Het is de kern van het vakgebied marketing. Het ‘(ver)krijgen van de markt’. Marketing is een vak en zoals bij elk vak is er de juiste combinatie van kennis en kunde nodig om een goede vakvrouw of -man te worden.
Het krijgen van een goede positie in de markt hangt af van veel onderwerpen. Het gaat om organisaties, producten en diensten. Over strategie en over uitvoeren. Marketing gaat over gedrag. Over mensen. Over jou en mij. En dat maakt het vak zo boeiend.
Vooropgesteld, het hebben van een goed product of goede dienst is een voorwaarde voor het bestaansrecht van een organisatie. Het gaat dan wel over meer dan ‘een goede kwaliteit’. Wat betekenen uw installaties, oplossingen en producten voor uw klant? Of misschien wel voor de klant van de klant van uw klant. Wat levert eindgebruiker nu precies op? Welke waarde brengt het?
Dit is het domein van marketing: de klant in samenhang met uw aanbod. Weten wat belangrijk is voor de klant of opvolgende afnemers in de keten. Hoe u kunt inspelen op wat klanten en hun afnemers belangrijk vinden. De zogenaamde klantbehoeften en hoe u daarop in kunt spelen. En, een positie in de markt mee kunt verwerven.
Helaas kom ik in de praktijk nog wel wat opmerkelijke aannames tegen. U (her)kent deze voorbeelden vast: dat een goed product zichzelf verkoopt; dat marketing gaat om het maken van reclame; dat marketing geen zin heeft, want klanten kiezen toch alleen voor ‘de goedkoopste’. Sommige van deze aannames zijn overtuigingen, diep geworteld in technische omgevingen. En daarom spit ik de komende columns in dit magazine toe op het thema ‘de mythes van marketing’. Volgende keer: ‘marketing is geen reclame’.

Maarten van der Boon, maarten@novitek.nl
Vanuit zijn bedrijf Novitek helpt Maarten technische bedrijven in organisatiestrategie, innovatie en communicatie

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="012ffa1ht2"]

  • februari 5, 2021
  • 116 views
Een leven lang samenwerken

Het jaar 2020 ligt achter ons. En ook voor u zal gelden dat u met gemengde gevoelens terugkijkt. Eén ding is zeker: niets is meer hetzelfde. Corona heeft het kompas van de branche misschien niet veranderd maar dat van het reguliere leven en werken wel. Het lijkt soms al zo lang geleden dat je als team even kan bijpraten, onbezorgd in een bus met elkaar naar een klus gaat.

Het lijkt zo lang geleden dat trainingen, workshops en scholing gewoon verliepen; in één ruimte met elkaar in plaats van op afstand.
Het belang van (actuele) kennis werd nog helderder. Als het gaat om bijvoorbeeld ventilatie in gebouwen. Maar denk ook aan de inzet op verduurzaming die een extra impuls kreeg. Alles vanuit het idee: het moet anders. En daar staan wij als branche voor aan de lat. Kennis en leven lang ontwikkelen horen bij die opgave. Maar er is meer! Het gaat ook om een leven lang samenwerken. Op de werkvloer. In de keten. In het opleiden.
Mbo- en hbo-scholen zijn de natuurlijk samenwerkingspartners van bedrijven en vakmensen in de regio. Verder zien we ook dat steeds meer WO opgeleiden onze sector versterken. Een leven lang ontwikkelen is een leven lang samenwerken om praktijk en theorie samen te brengen met als doel het beste uit de vakman of vakvrouw te halen. Een voorbeeld is House of Skills, een publiek-private samenwerking in de Metropoolregio Amsterdam. Bedrijfsleven, brancheorganisaties, werknemers- en werkgeversorganisaties, kennisinstellingen, onderwijs en bestuurders uit de regio werken hier nauw samen mensen op te leiden op basis van de uitdagingen van nu en morgen. Dit soort initiatieven zien we overal opduiken.
Samenwerken is de norm om samen ontwikkelen mogelijk te maken. We stappen over elkaars grenzen heen om het beste uit ons zelf te halen. Dat samenwerken wens ik iedereen in 2021. Zodat we met het verschil kunnen maken.

Sven Asijee, Directeur Wij Techniek

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="6de7208flt"]

  • januari 29, 2021
  • 122 views
All electric vraagt kennis, kunde en zorgvuldigheid

Voor optimaal comfort van een all-electric verwarmingstoepassing is de bewoner afhankelijk van de bouwkundige details. Deze moeten goed toegepast en uitgevoerd worden door de ontwerper en installateur om zodoende comfortklachten te voorkomen. Dit vraagt de nodige kennis en kunde van zowel ontwerper als installateur. Een ander punt van aandacht is het formaat van het voorraadvat, die – afhankelijk van de gezinssituatie – al gauw een inhoud van 200-300 liter water vraagt.
Als aan bovenstaande vereisten is voldaan, is het installeren van een all-electric verwarmingsoplossing een prima oplossing voor nieuwbouwhuizen. Maar daarmee ben je er qua duurzaamheid en energiebesparing nog niet. Je kunt nóg meer energie besparen door het systeem goed te laten inregelen (tot 20% besparing), toepassing van zoneregeling bij vloerverwarming (tot 10% besparing) en laten installeren van thermostatische radiatorventielen (tot 10% besparing). Deze energiebesparende opties zorgen voor maximale besparing én maximaal comfort.
Toepassing van een all-electric variant in de bestaande woningbouw wordt een behoorlijke uitdaging. Het is noodzakelijk om de woning grondig te isoleren (label A niveau) anders wordt er teveel ingeleverd op zowel rendement als comfort. Voor woningen gebouwd voor 1970 is het zelfs nodig een extra schil om de woning aan te brengen. Daarnaast is het nodig om het afgiftesysteem aan te passen naar een laag-temperatuursysteem. En ook hier een groot punt van aandacht: waar wordt het voorraadvat geplaatst (rekening houdend met formaat en gewicht).
Het toepassen van een all- electric verwarmingstoestel in een bestaande woning vergt een uiterst zorgvuldig ontwerp en dito uitvoering waarbij de slotsom vaak luidt: te duur. Om een dusdanige ingrijpende en kostbare verbouwing te voorkomen zou een hybride verwarmingssysteem voor de bestaande woningbouw een haalbare en betaalbare oplossing zijn.

Anne Jaap Deinum, Branchemanager
De Nederlandse Verwarmingsindustrie

 

[pt_view id="bf653043hb"]

  • januari 22, 2021
  • 124 views
Positief vooruitkijken

Op het moment dat ik dit schrijf zitten we aan de vooravond van memorabele kerstdagen en een jaarwisseling zonder vuurwerk. De Corona Lock-down is inmiddels een feit. Net als de vorige keer probeert iedereen er het beste van te maken. Toch worden nog vaak de regels overtreden en/of wordt aan die regels een eigen invulling gegeven. Maar laten we vooral positief blijven denken: de vaccinatie is gestart en laten we hopen dat dit de aanzet is voor Nederland en de rest van de wereld om weer een ‘normaal’ leven op te pakken. We gaan het beleven.

Wat voor alle ondernemers aan het einde van het jaar ondertussen belangrijk blijft, is het financieel afronden ervan. Ik vrees dat er in menige boekhouding flink negatieve coronacijfers te zien zullen zijn. Dat geldt natuurlijk vooral voor de horeca, entertainment industrie, niet-essentiële winkels, verenigingen en clubs. De installatiesector mocht gelukkig wel doordraaien. Toch zal bij het afsluiten van het jaar blijken dat door alle extra organisatie, uitval van personeel en voorzieningen die moesten worden getroffen, heel veel extra kosten zijn ontstaan. Ik denk dat dit zo maar kan oplopen tot zo’n 10,000,- euro per werknemer; een bedrag dat het eindresultaat flink zal beïnvloeden. De cijfers zullen wellicht niet rood kleuren, maar de winsten zullen beduidend lager zijn en de invloed op premies en voorzieningen komen daar zeker nog achteraan. Iets om zeker even bij stil te staan aan het begin van het nieuwe jaar. Maar laat ik vooral positief afsluiten en vooruitkijken naar een in alle opzichten weer gezond 2021, voor iedereen.

Dick Visser
Installatiebedrijf Visser in Twisk

[pt_view id="4c107f5zys"]

  • januari 15, 2021
  • 115 views
Rol van ventilatie onderschat

De Nederlandse overheid stelt 360 miljoen euro beschikbaar om schoolbesturen en gemeenten te helpen bij het aanpassen van de ventilatiesystemen op scholen. Op 1 januari 2021 trad de ‘Specifieke Uitkering Ventilatie in Scholen’ (SUVIS) in werking om het binnenklimaat van bestaande schoolgebouwen te verbeteren. Hoe lang speelt covid-19 nu al, wordt het niet eens tijd voor actie?

Volgens de overheid staat de subsidie los van het feit dat het aantal corona-besmettingen op scholen vlak voor de lockdown fors toenam. Onbegrijpelijk! Mede omdat het RIVM op haar eigen site aangeeft dat goed ventileren juist wel helpt om de overdracht van luchtweginfecties zoals covid-19 te beperken.

Neem nu de situatie op de middelbare scholen en het voortgezet onderwijs. Zelf heb ik drie zonen waarvan de oudste twee op het ROC. Beiden gaan slechts twee dagen per week een halve dag naar school en volgen de rest van de week een paar uur online les. De jongste zit op de middelbare school, waar twee weken voor de lockdown al overgeschakeld was naar online les vanwege ernstige corona-besmetting bij vele leerlingen en leraren. Al mijn kinderen missen de interactie, het sociale aspect en lopen leerachterstand op.

In april vorig jaar was al bekend dat de ventilatie in het vooroorlogs schoolgebouw van mijn jongste zoon onvoldoende was. In de tussentijd is er helaas niks zichtbaars gedaan om dit voor de leerlingen en leraren te verbeteren. Ook hier geldt dat de rol van ventilatie wordt onderschat.

Uit internationaal wetenschappelijk onderzoek blijkt dat corona-besmetting via aerosolen wel degelijk plaatsvindt en dat grondig ventileren het aantal besmettingen significant laat afnemen. Als alle scholen wel optimaal geventileerd zouden zijn, zouden onze kinderen dan wel normaal les gevolgd kunnen hebben?

Het wordt tijd voor actie!

Wouter Wijma, Voorzitter Binnenklimaat Nederland

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="4113856xu5"]

  • januari 8, 2021
  • 129 views
Subsidies en financiële regelingen in de projectenmarkt

Na een jaar lang proberen, onderzoeken en uitwerken in de praktijk, keert het tij voor wat betreft de uitvoering van het Klimaatakkoord in de Gebouwde Omgeving. Dit op basis van voortschrijdend inzicht en na diverse publicaties. 2050 het jaar waarin alle ambities uit het Klimaatakkoord gerealiseerd moeten zijn, blijkt te ver weg om daadwerkelijk aan de slag te gaan. Er wordt nog teveel afgewacht wat de (politieke) toekomst brengen zal. Met 2030 als realistische tussenstop kunnen nu de handen uit de mouwen. Want met duurzaam installeren kunnen we nu al beginnen.
Voor nieuwbouw staan de regels duidelijk op papier, waardoor nieuwe gebouwen en woningen zo goed als energieneutraal worden opgeleverd. De grote winst valt te behalen in de bestaande woningvoorraad. Juist hiervoor geldt: wat je niet verbruikt hoef je ook niet op te wekken. Naast isoleren en het plaatsen van hybride verwarmingssystemen is met tal van energiebesparende maatregelen het energiegebruik fors terug te dringen door toepassing van bijvoorbeeld: thermostatische radiatorventielen, automatische ontluchter/ontgassing, een magneetfilter, douche-waterterugwinning en zelfregelende vloerverwarmingssets. En voor alle verwarmingsinstallaties (dus zowel cv-ketels als [hybride] warmtepompen) geldt dat goed installeren en inregelen van groot belang is voor kwaliteit, prestatie én wooncomfort.
De kleine utiliteitsbouw blijft qua energiebesparing een nog wat onderbelicht thema. Fabriekshallen, bedrijfsunits, sporthallen en showrooms worden vaak nog verwarmd door niet-condenserende toestellen. Dit terwijl er met HR luchtverwarmers 20% besparing gerealiseerd kan worden.
Om te voorkomen dat het Klimaatakkoord vooral een papieren realiteit blijft, een oproep aan installerend Nederland: ga aan de slag en pak die kans! De producten en technieken zijn er, het is aan de installatiebranche om ze aan de man te brengen. Want als installateur kun je de rol van duurzaamheidsambassadeur prima oppakken. Nu al grote energiebesparingen inboeken begint bij duurzaam installeren.

Coen van de Sande
Directeur De Nederlandse Verwarmingsindustrie

 

[pt_view id="7210210j0y"]

  • december 18, 2020
  • 118 views
Bestendig voor de toekomst

We zijn op weg naar de verkiezingen van de Tweede Kamer in 2021. Het kan u bijna niet ontgaan zijn. Nieuwe partijleiders staan op. Verrassende nieuwe kandidaten op de lijst. En de eerste verkiezingsprogramma’s zijn al verschenen; vol goede voornemens en plannen.

Zelf probeer ik in de gaten te houden wat al die plannen betekenen voor onze sector. Eén ding staat vast. Corona en de gevolgen van de pandemie bepalen de toon. Maar de erkenning voor vakmanschap lees ik ook terug! En dat is mooi. Want één ding is helder: de technische beroepen zijn pandemie-bestendig én recessieproof. Dat zien we ook terug in de plannen. Klimaat, verduurzaming en gasloos zijn de termen die ik lees. Er ligt ambitie, maar ook urgentie.

Door de coronacrisis staan de zorg en het onderwijs echter ook in de schijnwerpers. En ook daar spelen we als sector een belangrijke rol in. Geen topzorg zonder de goede technische infrastructuur. E-health en zorg op afstand kunnen niet zonder techniek. En als we denken aan het onderwijs heeft de inzet op hybride vormen een appel gedaan op de technische infrastructuur van de scholen op alle niveaus. We zijn profs geworden in het boeien van studenten en leerlingen op afstand. En die kracht ligt bij docenten, maar ook bij de mogelijkheden van techniek.

Dus in de komende maanden van debatten, politici die naar elkaar wijzen, cijfers, prioriteiten en opiniepeilingen, hoop ik dat we blijven nadenken over de dag van morgen heen. Durven denken in kansen. En dat we naast klappen voor de helden in de zorg en het onderwijs óók onze vakmensen in de techniek blijven waarderen.

Sven Asijee, Directeur Wij Techniek

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="62925245an"]

  • december 11, 2020
  • 130 views
Digital rocks

Een van de grote versnellers van innovatie is digitalisering. De snelle ontwikkelingen in ‘digital’ brengen structurele veranderingen in de branche. Geen enkel bedrijf of organisatie ontkomt aan de impact van digital. In een sectoranalyse van een bank, met de titel ‘Digitalisering in de bouw – een wereld te winnen’, las ik eens hoe de digitalisering de bouw raakt. Ondanks dat dit rapport wat ouder is, is het goed de inhoud te bekijken.

Vanuit het rapport zijn de parallellen naar de installatiebranche onmiskenbaar te maken. Ik lees er diverse kansen in voor de sector. Het proces van digitalisering zorgt ervoor dat sectorbedrijven van correctief onderhouden naar predictive beheren gaan. Door 24/7 de technische oplossingen en onderliggende producten en diensten te monitoren, zijn we in staat harde prestatiegaranties af te geven. Diezelfde data zorgen ervoor dat voorraden naar beneden gaan. Sterker nog: ik verwacht binnen nu en 5 jaar de eerste 3D-printers die in aantallen kleine componenten op oproep produceren. Het brengt nieuwe business met andere verdienmodellen. Dat verdergaande digitalisering ook de werkgelegenheid gaat raken, staat voor mij als een paal boven water. De scheiding van capaciteits- en kennisbedrijven wordt scherper en daardoor ook de benodigde arbeidskrachten.

Het rapport beschrijft de invloed van digitalisering op processen, materiaal en arbeidsmarkt in de bouw. Onderwerpen waar digitalisering ook de branche raakt in ons voordeel. Want de essentie van digitalisering is technologie. De vele data die onze techniek verzamelt en in toenemende mate beschikbaar maakt, zorgt voor nieuwe kantelingen. De installatiebranche is – als het goed is – intrinsiek beter voorbereid op de impact van digitalisering. Installateurs die dit doorgronden, transformeren naar datagedreven servicebedrijven. Digital rocks!

Maarten van der Boon, maarten@novitek.nl
Vanuit zijn bedrijf Novitek helpt Maarten technische bedrijven in organisatiestrategie, innovatie en communicatie

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="a8a137duyb"]

  • december 4, 2020
  • 123 views
Vraaggestuurd ventileren

Ventileren op basis van CO2 is een goede maatstaaf voor wat betreft de bezetting in een ruimte. In ontwerpen en bestekken eindigt er echter nog wel eens alleen een CO2-sensor in de woonkamer om de ventilatie-unit aan te sturen. Op het moment dat de bezetting in de woonkamer het grootst is, gaat dit goed. Zit er echter één persoon in een studieruimte en verder niemand in de woonkamer, dan zal er in die ruimte tekort geventileerd worden. Ook in een verzamelkanaal meten zal geen goed resultaat geven, doordat er menglucht gemeten wordt. Wel energie-efficiënt, maar onvoldoende geventileerd.

De meeste fabrikanten geven hierin goed advies: iedere verblijfsruimte dient een eigen CO2-sensor te hebben of een eigen kanaal met een klepregeling. Als er echter een normale MV-unit aanwezig is die alleen afzuigt in de keuken, berging, badkamer en het toilet, dan zal er een ‘menglucht’ afgezogen worden, die uit verschillende ruimtes afkomstig is. Uiteindelijk zal de CO2 in de ruimte met de hoogste waarde zakken (zolang daar goede toevoer is), maar de unit zal hiervoor langer moeten draaien doordat deze ook andere ruimtes afzuigt. Het toevoegen van extra afzuigpunten in veel gebruikte ruimtes kan een oplossing bieden.

Tim Visser, Installatiebedrijf Visser in Twisk

[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser, schrijven om beurten een column op persoonlijke titel]

 

Ander relevant nieuws van onze redactie

[pt_view id="68e91c6ek6"]