Gebouwen koelen met waterdruppels
Adiabatische koeling, het koelen door het effect van verdampend water, is geen onbekende technologie. Maar om het ook in gebouwen toe te passen, is voor veel ontwerpers en installateurs vaak nog een lastig te nemen horde. Deels door onbekendheid met de techniek en deels door een bepaald (voor)oordeel over mogelijke risico’s. Samen met een groep adviseurs en de brancheorganisatie NVKL schreef ISSO een rapport dat de voor- en nadelen van deze techniek in kaart brengt.
“We hopen met dit rapport een antwoord te geven op de ontbrekende kennis over verdampingskoeling onder installatietechnisch geschoolde professionals”, vertelt Noortje Alders, senior specialist bij ISSO.
Veel vragen uit de markt
Het ISSO-rapport Indirecte adiabatische koeling behandelt een specifieke vorm van adiabatische koeling, namelijk de indirecte. Bij deze vorm van koeling bevochtigt het systeem de afvoerlucht die vervolgens, via een warmtewisselaar, de binnenstromende, verse lucht afkoelt. “Vanuit de markt krijgen we al jaren veel vragen over de toepassing van verdampingskoeltechnieken, waaronder indirecte adiabatische koeling. Er is wel de nodige kennis beschikbaar, maar het toepassen van de techniek blijft achter. In 2017 en 2018 is in opdracht van RVO al eens onderzocht welke belemmeringen er zijn rond de toepassing van indirect adiabatische koeling in bouwprojecten. Dat onderzoek was in 2019 de opstap voor een project dat uiteindelijk in een publicatie zou moeten resulteren”, zegt Alders.
Interessant alternatief
Omdat de publicatie er nog niet is, wilden verschillende marktpartijen graag op korte termijn al iets ondernemen om het gebrek aan kennis in de markt op te lossen. “Daarom hebben we via dit nieuwe, gratis beschikbare rapport de voor- en nadelen van deze techniek in kaart gebracht. Ook hebben we geprobeerd kengetallen te geven, al is het niet eenvoudig te voorspellen hoe het energieverbruik en de -besparing precies zullen uitvallen wanneer je deze techniek toepast”, zegt Alders. “Die besparing is namelijk van zoveel factoren afhankelijk, zoals de luchtvochtigheid in de ruimte, de luchtweerstand in de installatie en natuurlijk de daadwerkelijke koellast. Je kunt dit rapport daarom beschouwen als een startpunt van waaruit men de techniek kan beoordelen én overwegen. Ontwerpende installateurs en adviseurs kunnen de kennis toepassen om indirecte adiabatische koeling te waarderen ten opzichte van andere manieren van koeling. Op het moment dat een bodemwarmtepomp met passieve koeling bijvoorbeeld geen optie is, kan dit een interessant alternatief zijn.”
Meer weten over adiabatisch koelen van gebouwen? Lees hier het gehele artikel in de InstallateursZaken van januari 2022.