Sector bioketels groeit met 15%

De sector bio-energie is het afgelopen jaar, net als in 2018, gegroeid met ongeveer 15 %. Dat blijkt uit het jaarverslag van de branchevereniging NBKL. Met name in de glastuinbouw en de landbouw, bij de stadsverwarming en in woningen werden meer bioketels in bedrijf gesteld.

Ondanks de groei blijft er in Nederland nog steeds sprake van een overschot aan duurzame biomassa. Nederland bleef per saldo een exportland van (houtige) biomassa voor energiedoeleinden. De productie van houtchips uit resthout, afkomstig van milieuparken en openbaar groen, groeide namelijk ook mee en daarmee verminderde de hoeveelheid stortafval.

Uitstoot
Uit metingen blijkt dat zelfs de kleinste bioketel een zeer lage emissie heeft, aldus de NBKL. De uitstoot van fijnstof door een kleine bioketel is minder dan de helft van de uitstoot door een elektrische auto. De NBKL ziet mogelijkheden om de emissies van zakelijke installaties verder te beperken tot bijna nul, onder andere door meer rookgasreiniging en filters, zowel voor fijnstof en emissies.  De branchevereniging pleit al jaren bij het ministerie om de controle op de naleving van de emissienormen te verbeteren.

Aangepast beleid
De overheid paste in 2019 het beleid ten aanzien van bio-energie aan; de ISDE-subsidie voor pelletkachels en bioketels werd afgeschaft en de SDE+ subsidies verlaagd. Daardoor zullen de eerstkomende jaren naar verwachting nog maar een beperkt aantal nieuwe bio-energieprojecten starten, verwacht de NBKL. Zonder een stijging van de gasprijs zal op termijn zal de omvang van de duurzame warmteproductie zelfs dalen, vreest de branchevereniging.

Wat zijn bioketels?
Bioketels werken ongeveer hetzelfde als cv-ketels, maar dan op snoei- en houtafval in plaats van gas: ze zetten dit om in warmte en soms ook elektriciteit. Deze brandstof komt vaak uit de regio. Daarnaast lopen er nu proeven om voedselafval en bermgras om te zetten naar brandstof voor bioketels. De nieuwste generatie bioketels kent rendementen die oplopen tot ver boven de 90% en hebben een hele lage uitstoot van fijnstof. Bioketels gaan bovendien wel tot twee keer zo lang mee als cv-ketels, claimt NBKL. Omdat bioketels dezelfde leidingen en radiatoren als een cv-ketel gebruiken zijn ze eenvoudig aan te sluiten als vervanger. Grotere bioketels verwarmen zwembaden, bedrijven, sauna’s en – meestal via een miniwarmtenet – zelfs hele buurten.

NBKL
De NBKL is de brancheorganisatie voor leveranciers van bioketels. De organisatie geeft informatie over bioketels, werkt aan kwaliteitskeurmerken en behartigt de belangen van haar leden bij overheden. Bij de NBKL waren in 2019 21 leden aangesloten. Bij deze bedrijven zijn circa 650 werknemers actief op het gebied van de productie, import en distributie van bioketels, en brandstof voor ketels (houtchips, houtpellets, pyrolyseolie). Dit betreft bioketels van klein (10 kW) tot groot (60 MW).

Op onze nieuwsbrief abonneren

Krappe netcapaciteit brengt stevige groei zonne-energie in gevaar

In 2019 werden er 8,1 miljoen zonnepanelen geïnstalleerd in Nederland, waardoor het totaal opgestelde vermogen met 53% steeg tot bijna 7 gigawatt. Dit blijkt uit het Nationaal Solar Trendrapport 2020 van onderzoeksbureau Dutch New Energy Research. De sterke groei zorgt wel voor capaciteitsproblemen op het elektriciteitsnet. Een forse upgrade van het Nederlandse stroomnet is daarom noodzakelijk.

“Nederland is bezig aan een serieuze inhaalrace,” aldus Rolf Heynen, directeur van onderzoeksbureau Dutch New Energy Research. “In vergelijking met de rest van Europa halen we nog steeds maar een klein deel van onze energie uit duurzame bronnen. We horen nu echter wel tot de wereldwijde top wat betreft het aantal zonnepanelen dat we jaarlijks installeren.”

Capaciteitsproblemen
Dankzij de 8,1 miljoen nieuwe panelen is de zon inmiddels goed voor ruim 5% van de totale Nederlandse elektriciteitsproductie. De overheid heeft al subsidies toegekend voor genoeg projecten om dit aandeel in de komende jaren te verdubbelen. Maar deze sterke groei zorgt wel voor capaciteitsproblemen op het elektriciteitsnet.

Netcapaciteit tijdig vergroten
Rolf Heynen: “Vooral in de noordelijke provincies lopen de netbeheerders tegen hun grenzen aan. Hierdoor staat er nu voor 750 MWp aan projecten stil: net zo veel als nodig is om alle huishoudens in een stad als Breda van stroom te voorzien. Om de Nederlandse klimaatdoelen te halen is het dan ook van essentieel belang om de netcapaciteit tijdig te vergroten.”

Het onderzoek voor het Nationaal Solar Trendrapport 2020 werd uitgevoerd door onderzoeksbureau Dutch New Energy Research in samenwerking met Techniek Nederland, de ondernemersorganisatie voor de installatiebranche, en Solar Solutions International, de grootste vakbeurs voor zonne-energie in Noordwest-Europa. Het volledige rapport (à €175 excl. BTW) en de gratis samenvatting zijn te downloaden op www.solarsolutions.nl/trendrapport.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Professionals en studenten gaan samen strijd aan om verduurzaming in Limburg

In Limburg gaan multidisciplinaire teams van professionals - aangevuld met studenten -  dit jaar oplossingen ontwikkelen voor de verduurzaming en energietransitie van Limburgse woonwijken en gebouwen. Aan het eind van het jaar zal een jury de oplossingen beoordelen en de winnaars bekend maken. De oplossingen moeten haalbaar en schaalbaar zijn en kunnen rekenen op maatschappelijk draagvlak.

Het Platform Ketensamenwerking Zuid voor professionals in de Limburgse bouwsector organiseert deze wedstrijd onder de naam Limburgse Contest. Op 5 februari vindt een startbijeenkomst plaats op de locatie van Green Park Venlo, onder leiding van dagvoorzitter Kirsten Paulus. Alle betrokken partijen zullen hierbij aanwezig zijn: gemeenten, teams en jury. Het doel van dit alles is een showcase te ontwikkelen voor innovatieve verduurzaming van de gebouwde omgeving waarbij samenwerking tussen alle betrokken partijen voorop staat. In de visie van het platform kan alleen door samen te werken de opgave- aardgasvrij, nul op de meter, energieleverend en CO2-reductie - met succes tegemoet getreden worden.

Teams gaan aan de slag
Tijdens de startconferentie zullen wethouders van verschillende Limburgse gemeenten hun vraagstuk pitchen over de aanpak in bestaande wijken. Ook worden dan de teams geformeerd en zullen studenten van mbo/hbo uitleggen hoe zij ingezet kunnen worden als onmisbare schakel in de keten van de energietransitie. De teams zullen bestaan uit deelnemers aan het platform uit overheid, bedrijfsleven, onderwijs en gemotiveerde studenten mbo en hbo. Gedurende het jaar gaan ze aan de slag om hun inspiraties en ambities om te zetten in een praktisch toepasbare oplossing. Deze oplossing presenteren zij op de slotbijeenkomst op 9 december aan een deskundige jury. De winnaars worden dan ook bekend gemaakt.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Herziene norm gebouw gebonden rookgasafvoer gepubliceerd

De herziene norm voor gebouwgebonden rookgasafvoersystemen, NEN 2757-1, is gepubliceerd. Deze norm betreft gebouwgebonden systemen met een belasting tot 130 kW. Het Bouwbesluit 2012 stelt de eisen en verwijst voor de bepalingsmethoden naar deze norm.

Op dit moment verwijst het Bouwbesluit 2012 nog naar de vorige versie van NEN 2757-1. Met name voor houtgestookte installaties wordt nu veel duidelijker omschreven hoe de juiste plaats van uitmonding moet worden bepaald waardoor de overlast door geurhinder wordt verminderd. Mede daarom adviseert NEN om vanaf nu de nieuwe versie te hanteren.
Voor grotere installaties bestaat NEN 2757-2. Daarvoor is ook een herziening in voorbereiding.

Wat is er gewijzigd?
De wijzigingen in NEN 2757-1 ten opzichte van de versie van 2011 zijn met name:
- Onderwerp en toepassingsgebied (hoofdstuk 1) zijn herschreven en aangevuld met een tabel om meer duidelijkheid te verschaffen.
- De bepalingsmethode in 5.3, voor de richting van de stroming in voorzieningen voor de afvoer van rookgas voor mechanische afvoer via een ventilator buiten het toestel, is sterk ingekort met een verwijzing naar hoofdstuk 7.
- Het begrip hinder is in hoofdstuk 6 nader uitgewerkt en de toegelaten plaats voor een uitmonding is duidelijker geregeld en aangescherpt. Zo is een uitmonding onder een balkonvloer in gestapelde bouw niet meer toegestaan.
Voor installaties met brandstoffen anders dan gas is de uitmonding altijd in het zgn. vrije uitmondingsgebied.
- Hoofdstuk 7, met de omvangrijke bepalingsmethoden voor de capaciteit, is sterk ingekort door verwijzing naar de relevante Europese normen.
- Hoofdstuk 8, met de berekeningsmethode voor de verdunningsfactor, is aangepast door de figuren voor de verschillende situaties direct bij de beschrijvingen daarvan te plaatsen in plaats van in een grote tabel.
- De bijlagen C, D en E zijn vervallen.

Naast deze norm en enkele andere normen die van belang zijn voor gasinstallaties, bestaat er de bekende NPR 3378 serie ‘Praktijkrichtlijn Gasinstallaties’. Deze normen en delen van de NPR maken deel uit van de webtool 'Werken-met-NPR-3378'. Een aantal delen uit deze NPR 3378-serie geeft toelichting en voorbeelden voor rookgasafvoersystemen voor gasgestookte installaties. De betreffende delen 60 en 61 zullen nog op de gewijzigde norm worden aangepast.

Voor toelichting op installaties voor andere brandstoffen en voor zgn ‘Custom built RGA’ zijn aparte praktijkrichtlijnen in voorbereiding.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Normen beproeven slagvaste PVC-leidingen voor gas gepubliceerd

NEN heeft drie ontwerpnormen gepubliceerd met eisen en beproevingsmethoden voor kunststofleidingsystemen van slagvast PVC voor gasvoorziening. De ontwerpnormen zijn NEN 7230, NEN 7231 en NEN 7232. Deze reeks normen heeft tot doel om tot een eenduidige werkwijze te komen in zowel gebruik als kwaliteitsbeoordeling van deze kunststofleidingsystemen.

De herzieningen vervangen de versies uit 2011. De normen zijn op een aantal punten aangepast om een betere aansluiting op de huidige praktijk te krijgen. De normatieve verwijzingen, termen en definities, en verwijzing naar wet- en regelgeving zijn geactualiseerd. Na publicatie van deze reeks wordt NEN 7240 'Kunststofleidingsystemen voor gasvoorziening - Trekvaste (overgangs)koppelingen van slagvast polyvinylchloride (slagvast PVC) voor PE-leidingsystemen - Eisen en beproevingsmethoden' waarschijnlijk ingetrokken. De reden hiervoor is omdat de scope van NEN 7240 overeenkomt met de scope van NEN-ISO 17885 ‘Kunststofleidingsystemen - Mechanische hulpstukken voor drukleidingsystemen - Specificaties'.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Van antieke geisers tot een heuse bitumenketel

Jaap Schut was 15 jaar oud toen hij in het bedrijf van zijn vader stapte. Net 20 jaar geworden, werd hij eigenaar en dat zou hij tot aan zijn pensioen in 2017 blijven. Al die jaren verzamelde hij historisch gereedschap en oude installaties. Van antieke geisers, baden en gaskachels tot afsnijtangen en een heuse bitumenketel. De zestiger wil nu de nalatenschap van zijn familiebedrijf en andere installateurs veiligstellen voor het nageslacht. Het liefst in de vorm van een museum en als het even kan in zijn geliefde Naaldwijk.

“Mijn opa startte in 1901 zijn eigen bedrijf in Naaldwijk”, vertelt Schut. “Ik heb nog installaties en gereedschap uit die tijd.” Hij wijst daarbij naar zijn gereedschapshoek. De zestiger deed na zijn pensionering zijn bedrijf van de hand, maar heeft nog wel een eigen loods waar al zijn historische curiositeiten staan uitgestald. Regelmatig leidt hij op aanvraag groepen rond. “Ze vinden het fantastisch. Herkennen nog een oud apparaat dat in het huis van oma stond, vragen waar dat stuk gereedschap voor dient…”, vertelt Schut aanstekelijk.

Gascilinders op de fiets
Beneden zijn onder andere oude baden, gaskachels, gereedschapsartikelen, toiletten en thermostaten te zien. Maar ook de fiets waarmee zijn oom nog gascilinders rondbracht in de streek. Boven is een hele zaal gewijd aan geisers. Over alles valt wel een verhaal over te vertellen. Zo toont Schut een wc die nog met een voetpedaal moest worden bediend, een zinken bad voor de gewone man en een fraaie groene voor de elite. “Dat groene bad is afkomstig uit een oud herenhuis. Waar dat huis precies stond, hebben ze me nooit willen vertellen”, voegt hij er geheimzinnig aan toe.

Lessen uit het verleden
In het ontvangstgedeelte van de collectieruimte drinken we een kopje koffie. Hij vertelt over zijn eigen carrière. Hoe er lessen vallen te leren uit het verleden en hoe een museum voor oude ambachten (waaronder installatietechniek/loodgieterswerk)  kan bijdragen aan beroepstrots. Het huidige pand heeft hij nog twee jaar tot zijn beschikking, daarna moet hij een andere locatie zien te vinden. Hij is al naarstig op zoek.

Mocht u nog oud gereedschap, historische installaties of interessante tips hebben voor Schut, neem dan gerust contact op via: jwschut@kabelfoon.nl

Op onze nieuwsbrief abonneren

Drie kanshebbers op prijs voor koeltechnische innovaties

Er zijn drie genomineerden bekendgemaakt voor de NVKL Koeltrofee. Deze prijs voor de beste innovatie in de koeltechniek wordt uitgereikt op de VSK-beurs in de Jaarbeurs. De brancheorganisatie voor koudetechniek en klimaatbeheersing reikt deze prijs elke twee jaar uit.

De innovatie moet toepasbaar zijn in de praktijk en tot succesvolle resultaten leiden in technische, economische en/of maatschappelijke zin om in aanmerking te komen. De drie genomineerde bedrijven hebben innovaties gerealiseerd die als milieuvriendelijke dan wel energiezuinige alternatieven voor huidige technieken worden gezien.

Filtersysteem met uitzonderlijk lage drukval
Zo heeft genomineerde Air@Work een duurzaam en efficiënt luchtbehandelingssysteem ontworpen dat zorgt voor verse luchttoevoer, gefilterd met een gesloten elektrostatische filter, die ook de ultrafijne, nanodeeltjes afvangt. Het filtersysteem heeft een uitzonderlijk lage drukval, gebruikt geen koudemiddelen, heeft een EER van >20 en bevat EC-ventilatoren. Hiermee wordt het systeem als zeer energie efficiënt en duurzaam gezien.

Kraanwater als koudemiddel
Menerga Klimaattechnologie ontwierp een koelmachine die kraanwater als koudemiddel gebruikt. Chemische koudemiddelen hebben voor dit proces grote drukverschillen nodig. De eChiller van Menerga werkt onder vacuüm met lage drukken en dit resulteert in een lager energiegebruik. Daarnaast is de innovatie een antwoord op de F-gassenverordening.

Warmtepomp-droogconfiguratie
Wagenaar Koeltechniek ontwikkelde een op maat geoptimaliseerde warmtepomp-droogconfiguratie met natuurlijk koudemiddel, afgestemd op de hoeveelheid, vochtinhoud en vocht-evenwichtscondities van het product. De energiebesparing ten opzichte van warmeluchtsystemen loopt op tot meer dan 50% en directe CO2-uitstoot wordt voorkomen.

De drie genomineerden zullen hun innovatie op de beurs gaan presenteren in het NVKL paviljoen (hal 11, stand B07). Oud-schaatser Erben Wennemars zal de prijs daar uitreiken op donderdag 6 februari.

Op de foto de winnaars van 2018

Op onze nieuwsbrief abonneren

Wel of niet een nieuwe cv-ketel op gas?

Zeker 600.000 mensen zullen in de komende drie jaar voor de vraag komen te staan: wat te doen als de cv-ketel binnenkort aan vervanging toe is? Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal denkt dat het een verstandige keuze kan zijn om toch de oude cv-ketel te vervangen door een nieuwe op gas. Die keuze hangt af van de woning en woonwijk. Om huiseigenaren te helpen, presenteert de organisatie een online maatadvies.

“Het is logisch dat mensen twijfelen over de vervanging van hun cv-ketel”, vertelt Mariken Stolk van Milieu Centraal. “Een nieuwe hr-ketel op aardgas is niet meer vanzelfsprekend, want Nederland gaat op den duur van het gas af”. Het antwoord op de vraag: ‘wat nu’ is voor iedere situatie anders. “Zo speelt mee hoe oud de cv-ketel is en of deze nog werkt, hoe goed de woning is geïsoleerd en natuurlijk wat de plannen van de gemeente zijn. Komt er een warmtenet, en zo ja op welke termijn?”

Advies op maat
Is een huis bijvoorbeeld redelijk geïsoleerd, is de cv ketel aan vervanging toe en heeft de gemeente nog geen warmteplan? Het advies is dan om de nieuwe cv ketel te combineren met een hybride warmtepomp. De kans is namelijk groot dat er geen warmtenet in de wijk komt voor 2030. Tegen de tijd dat er een warmtenet komt, heeft een huiseigenaar al veel jaren kunnen besparen op gasverbruik en CO2-uitstoot. In de periode tot 2030 kan hij of zij elke verbouwing aangrijpen om de isolatie te verbeteren.

Slecht geïsoleerd dan geen warmtepomp
Een slecht geïsoleerde woning is nog niet geschikt voor een warmtepomp. Deze bewoners krijgen juist het advies om zo lang mogelijk met de cv-ketel te blijven doen en deze te repareren indien nodig. Daarnaast is het verstandig om zo snel mogelijk te beginnen met het verbeteren van de isolatie. Voor mensen die weten dat er op korte termijn een warmtenet komt in hun wijk, kan het de beste oplossing zijn om tijdelijk een cv-ketel te huren en niet meer te investeren in een nieuwe ketel.
Een zeer goed geïsoleerde woning is geschikt voor een volledig elektrische warmtepomp. Staat de woning in het buitengebied, dan komt daar vrijwel zeker geen warmtenet, en is het advies om een volledige warmtepomp te overwegen.

Energiezuinig en aardgasvrij wonen
Installatiebedrijf Feenstra is enthousiast over de tool en kijkt naar de mogelijkheden om deze voor haar vakmensen in te zetten. “Hiermee kunnen onze monteurs de dagelijkse vragen van bewoners over de eerste stappen naar een duurzamere woning snel, eenduidig en objectief beantwoorden”, aldus Feenstra. De ontwikkeling van de advies op maat module past in een langer lopende aanpak van Milieu Centraal om mensen verder te helpen naar energiezuinig en aardgasvrij wonen.

De tool is in te vullen via milieucentraal.nl/cv-ketel-vervangen.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Theater als decor voor gezond en comfortabel binnenklimaat

Platform Binnenklimaattechniek zal op de VSK-beurs een nieuw concept presenteren: het Binnenklimaat Theater. Het theater biedt een programma met diverse sprekers. Daarnaast worden keurmerken en nieuwe praktische tools gelanceerd voor een gezond en comfortabel binnenklimaat. Er is veel aandacht voor interactie. Zo geven de experts van de KennisBank bezoekers advies en informatie over innovaties op het gebied van een gezond binnenklimaat en energie.

Het doorlopende thema van het theater is ‘Een gezond binnenklimaat’, waarbij de nadruk zal liggen op gezondheid, energie en standaardisatie. Het theater op de beurs is een initiatief van een groep partners van de Vereniging Leveranciers Luchttechnische Apparaten (VLA) waaronder AL-KO, Robatherm, Rosenberg Klimaattechniek, TROX, WOLF Energiesystemen, FläktGroup, NedAir, OC Verhulst en Systemair. Het programma biedt de bezoeker kennis, praktische tools en advies voor een gezond binnenklimaat en installatiekwaliteit in de (utiliteits)bouw. Dit initiatief wordt gedragen door diverse partners uit de markt, zoals: DBCA, TNO, FME, TVVL, VLA en het Rijksvastgoedbedrijf.

Gezondheid, energie en standaardisatie
De speerpunten gezondheid, energie en standaardisatie, zullen tijdens de lezingen aan bod komen. Zo zijn er presentaties van Hennes de Ridder en het Rijksvastgoedbedrijf (RVB), waarin standaardisatie belicht zal worden. Het RVB gaat samen met branches in de binnenklimaattechniek de standaardbestekken voor ventilatie, verwarming en koeling lanceren. Ook zal er in het theater een programma verzorgd worden over kwaliteitsborging (commisioning), energie en een gezond binnenklimaat. Denk hierbij aan onderwerpen als: gezond gasloos, fijnstof en filtratie, Programma van Eisen (PvE) gezonde kantoren en Werkelijk EnergieNeutrale Gebouwen (WENG).

In gesprek met experts bij de KennisBank
Interactie met de bezoekers is een belangrijk uitgangspunt voor het Theater Binnenklimaat. Zo bevat het theater niet alleen een programma met lezingen, maar is er ook de KennisBank. Een fysieke balie waar bezoekers kunnen spreken met experts over gezonde kantoren, ontwerp- en realisatiekwaliteit, luchtbehandeling, kwaliteitskeurmerken zoals Eurovent en de relatie met fiscale regelingen en Ecodesign. De KennisBank zal ook demo’s bevatten van een mooie tool: de VLA Levenscyclustool Luchtbehandelingskast (LCC-tool). Met deze tool kunnen luchtbehandelingskasten vergeleken worden op levenscycluskosten. De tool laat zien dat investeren in kwaliteit het binnenklimaat bevordert en zich over de levenscyclus uitbetaald.

Bekijk het volledige programma op www.binnenklimaattechniek.nl/vsk2020

Op onze nieuwsbrief abonneren

Groei in bouw valt komende twee jaar stil

De stikstofproblematiek zorgt ervoor dat de groei van de bouw in 2020 en 2021 zal stilvallen. Vooral de nieuwbouw van woningen wordt zwaar getroffen. Door bronmaatregelen kan de vergunningverlening volgend jaar weer flink op stoom komen, zodat de bouw vanaf 2022 weer een sterke groei tegemoet kan zien. Niet alleen komen de vertraagde woningbouwprojecten weer op gang, ook extra investeringen in duurzaamheid leveren een belangrijke bijdrage. Dit concludeert het EIB in de zojuist verschenen studie ‘Verwachtingen bouwproductie en werkgelegenheid 2020’.

De groei was in het afgelopen jaar bijzonder krachtig bij de utiliteitsbouw. De totale productie nam hier met 7,5% toe, waarbij de nieuwbouw de katalysator was. De nieuwbouw heeft in 2019 een groei gerealiseerd die ruim in de dubbele cijfers is beland, nadat in 2018 ook al een zeer krachtige groei had plaatsgevonden.
De groei bij de woningbouw vertoonde een veel gematigder beeld. De productiegroei lag rond de 2% en dit groeibeeld is ook terug te zien bij de nieuwbouw van woningen. De werkgelegenheid steeg met 3,5%. Voor het derde jaar op rij slaagde de bouw er in om de arbeidscapaciteit fors uit te breiden, zowel bij werknemers als zelfstandigen.

Bouwsector valt stil
In 2020 en 2021 komt de groei van de bouwsector stil te vallen. De vergunningverlening bij de nieuwbouw van woningen liep in de eerste maanden van 2019 al duidelijk terug en zette in de tweede helft van het jaar versterkt door als gevolg van de stikstofcrisis. Een belangrijk gevolg hiervan is dat dit jaar de bouwproductie licht kan krimpen en in 2021 wordt de groei naar verwachting niet hervat. De woningbouw wordt het zwaarst getroffen op de korte termijn. De nieuwbouwproductie van woningen daalt in beide jaren met zo’n 5% per jaar.
De utiliteitsbouwproductie ontwikkelt zich relatief gunstig binnen dit beeld, maar ook hier leidt dat tot niet meer dan een stabilisatie. De nieuwbouw staat licht onder druk, terwijl renovatie en onderhoud tegenwicht bieden.

Dalende werkgelegenheid
Na jaren van hoge werkgelegenheidsgroei slaat ook het beeld op de bouwarbeidsmarkt dit jaar om. De werkgelegenheid daalt naar verwachting geleidelijk in de loop van het jaar en komt gemiddeld dit jaar nog net uit boven die van 2019. In 2021 daalt de werkgelegenheid met 1,5%. Over beide jaren gemeten neemt het arbeidsvolume met 5.000 arbeidsjaren af. De krapte op de arbeidsmarkt neemt hiermee af en de instroom vanuit de opleidingen is de komende twee jaar voldoende om de vraag op te vangen. Van grote werkloosheid zal geen sprake zijn.

Structureel perspectief blijft sterk
Dit jaar staat de vergunningverlening naar verwachting nog onder druk. De maatregelen die het kabinet neemt om stikstofdepositie van verkeer en veehouderijen te beperken hebben tijd nodig om effectief te kunnen worden ingezet voor woningbouw. Vanaf 2021 kan de vergunningverlening weer flink op stoom komen.
Bij een sterk dynamische onderliggende vraag en inhaalvraag van eerder vertraagde projecten kan de bouwproductie zich in de periode 2022-2024 weer sterk gaan ontwikkelen. De nieuwbouwproductie van woningen kan weer met gemiddeld 7% in deze jaren groeien, waarbij een belangrijk deel van het productieverlies in eerdere jaren wordt ingelopen. Het aantal opgeleverde woningen kan dan weer groeien naar 70.000 tegen het eind van de periode. Tot een verruiming van de woningmarkt leidt dit overigens nog steeds niet. Het CBS verwacht een groei van het aantal huishoudens dat elk jaar hier nog ruim boven ligt.
De nieuwbouwproductie in de utiliteitssector blijft achter, maar na de hoge groeicijfers in afgelopen jaren is een solide groei van 2% per jaar geen ongunstig resultaat. De herstel en verbouwproductie in zowel de woningbouw als de utiliteitssector groeien in deze periode met 3 tot 4% op jaarbasis. Extra investeringen in verduurzaming van bestaand vastgoed in samenhang met het klimaatbeleid spelen hierbij een belangrijke rol. De totale bouwproductie kan in de periode 2022-2024 jaarlijks met gemiddeld 3,5% toenemen, waarbij het productieniveau in 2024 uitkomt op ruim €81 miljard. Dit niveau ligt 15% boven het niveau van de reële bouwproductie dat net voor de crisis nog werd gerealiseerd.
De werkgelegenheid kan weer toenemen van 458.000 in 2021 tot 483.000 in 2024. Dit komt neer op een werkgelegenheidsgroei van 2% per jaar. Niet alleen biedt dit een goede baanzekerheid aan bestaande werknemers in de bouw. Ook zal de bouw opnieuw de concurrentie moeten aangaan met andere sectoren om extra personeel aan te trekken.

Op onze nieuwsbrief abonneren