• Bedrijf
  • december 13, 2024
  • 4 views
“Beroep van technische vakmensen moet meer aanzien krijgen”

De beroepen van praktische techneuten moeten veel aantrekkelijker worden en meer aanzien krijgen. Een leuke opleiding, fijne werkomstandigheden, mooie carrièrekansen en een goed salaris zijn daarbij belangrijk. “Alleen dan zullen er ook meer leerlingen afkomen op technische mbo-opleidingen”, waarschuwt Martha van den Hengel van Mensen Maken de Transitie

Terwijl er nu al een nijpend tekort is aan praktisch opgeleide technici, daalt de instroom van nieuwe studenten aan technische mbo-opleidingen. Dat is zorgelijk, want volgens cijfers van NGinfra zijn er nu al 100.000 tot 150.000 technisch opgeleide arbeidskrachten te weinig.

In gevaar
“De dalende instroom van mbo-studenten is niet alleen vervelend omdat vakmensen zoals bijvoorbeeld verwarmingsmonteurs nauwelijks meer te vinden zijn, het brengt ook de energietransitie als geheel in gevaar”, van den Hengel. “Om Nederland te verduurzamen, moeten het elektriciteitsnet worden verzwaard, warmtenetten aangelegd, huizen geïsoleerd, transformatiehuisjes aangelegd en ga zo maar door. Allemaal praktisch, uitvoerend werk.”

Minst populair
“Hoewel er werk in overvloed is, is mbo nog altijd het minst populaire opleidingsniveau”, vervolgt van den Hengel. “Bedrijven uit de energiesector werken wel al nauw samen met opleidingen om dit aan te pakken. Door bijvoorbeeld opleidingen modulair te maken, kunnen studenten veel sneller aan de slag in een betaalde baan. Ook zijn er goede zij-instroomtrajecten voor jongeren, ouderen, mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt en statushouders. Daarnaast zijn er programma’s die het vak een leven lang interessant en afwisselend maken.”

Cruciaal
“Er wordt al tientallen jaren aan gewerkt, maar helaas is het tij nog niet gekeerd”, besluit van den Hengel. “Een havo-diploma heeft nog altijd meer aanzien. Daarom blijft investeren in het aantrekkelijk maken van technische mbo-opleidingen en loopbanen cruciaal voor de toekomst van Nederland.”

  • Branche
  • december 12, 2024
  • 3 views
Installateurs belangrijk bij versnelde bouw nieuwe woningen

De technieksector gaat zich op verschillende manieren inzetten om de nieuwbouw van woningen te versnellen. Tijdens de Woontop in Nieuwegein heeft de branchevereniging daarover vergaande afspraken gemaakt met het kabinet én diverse partijen in de bouwkolom. De vereniging wil zo bijdragen aan het doel om jaarlijks 100.000 woningen te realiseren. Bij de Woontop waren niet alleen de woon-, bouw- en installatiebranche vertegenwoordigd, maar ook het kabinet. Naast premier Dick Schoof waren de ministers Mona Keijzer en Fleur Agema in Nieuwegein aanwezig.

Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland vindt dat het hard nodig is om de woningnood aan te pakken: “Veel te veel mensen in ons land wachten op een woning. Installateurs kunnen een sleutelrol vervullen bij het realiseren van duurzame, aardgasvrije nieuwbouw.”

Netcongestie terugdringen
Techniek Nederland gaat, samen met Netbeheer Nederland en Bouwend Nederland, op diverse manieren bijdragen aan een versnelling van de woningnieuwbouw. Als gevolg van netcongestie is het aansluiten van nieuwbouwwoningen op het elektriciteitsnet op dit moment vaak niet mogelijk. De technieksector kan de belasting van het net laag houden door netbewust te installeren. Als apparatuur slim wordt aangestuurd, kan de gemiddelde netbelasting met 20% omlaag. Hierdoor kunnen méér woningen op het elektriciteitsnet worden aangesloten.

Efficiënter installatieproces
De bouw- en installatiebranche kan veel winst behalen door het installatieproces efficiënter in te richten. Zo kunnen aannemers straks rechtstreeks een installateur inschakelen voor het realiseren van huisaansluitingen, zonder tussenkomst van de netbeheerder. Dit bespaart kostbare tijd. Daarnaast heeft Techniek Nederland met andere organisaties in de bouwkolom de afspraak gemaakt om prefab meterkasten en stekkerbare aansluitingen te gaan toepassen. Het installatieproces verloopt daardoor sneller en er zijn minder schaarse technici nodig.

Overbodige regels schrappen
Om vaart te maken met de nieuwbouw van woningen wil woonminister Mona Keijzer overbodige regels schrappen met het programma STOER (Schrappen van Tegenstrijdige en Overbodige Eisen in Regelgeving). Het Bouwberaad (overlegplatform voor overheid, ontwerp-, bouw- en technieksector) maakt een inventarisatie van regels die geen nut hebben en het bouwproces vertragen. In een video roept Doekle Terpstra in zijn functie van voorzitter van het Bouwberaad marktpartijen op om voorbeelden van overbodige regelgeving te melden.

Brede samenwerking
Techniek Nederland is één van de partijen in de bouwkolom die vandaag afspraken over versnelling van de woningbouw hebben gemaakt met het kabinet. Naast Techniek Nederland zaten bij de Woontop in Nieuwegein onder meer NEPROM, Bouwend Nederland, Vastgoedbelang, Aedes, Vereniging Eigen Huis en WoningbouwersNL aan tafel.

  • Branche
  • december 11, 2024
  • 3 views
Drie praktijkbegeleiders installatiebranche onderscheiden voor bijzondere kwaliteiten

Maatschappelijke betrokkenheid en impact zijn dit jaar een centraal thema in de TopCoach van het Jaar-verkiezing 2024, zo blijkt uit de juryrapporten. De jury heeft dinsdag, tijdens een feestelijke uitreiking in de Utrechtse Jaarbeurs, Ron Dupuis, Harold Hellings en Kornee van Terheijden de titel ‘TopCoach van het Jaar 2024’ toegekend in de respectievelijke categorieën Grootbedrijf, Opleidingsbedrijf en Mkb.

Elk jaar worden honderden praktijkopleiders door studenten en collega’s voorgedragen als TopCoach van het Jaar. Uit die ruime selectie zijn dit jaar 21 van hen genomineerd. De jury heeft de finalisten beoordeeld en drie winnaars aangewezen, één per bedrijfscategorie. De praktijkopleiders begeleiden leerlingen techniek op hun weg naar een loopbaan in de technische installatiebranche.
Opmerkelijk is de aandacht die de jury dit jaar schenkt aan de maatschappelijke impact van de praktijkopleider. Alle drie de TopCoaches zetten zich nadrukkelijk in om studenten te helpen bij het overwinnen van uitdagingen. Daarbij kan het gaan om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt, maar ook om zij-instromers die op latere leeftijd een carrièreswitch maken naar de technieksector.

Zij-instromers
Ron Dupuis is daarvan een goed voorbeeld. Hij is in dienst bij installatiebedrijf Feenstra in het Limburgse Venray en werkt daar als praktijkopleider en -begeleider veel met zij-instromers. Daarin valt hij bij de juryleden op door zijn talent om heel scherp de potentie van een student te duiden. “Zelfs wanneer dat niet direct aansluit bij het bedrijfsbelang dat hij dient”, zegt de jury daarover. “Dat toont zijn integriteit en zijn focus op de persoonlijke ontwikkeling van zijn studenten.”
Dupuis heeft samen met een collega een opleidingstraject opgezet. Daarin leren studenten in 15 weken de basis van de installatietechniek om dan door te kunnen stromen naar een mbo3-opleiding. In die vervolgopleiding begeleidt hij ze gedurende drie jaar. De begeleiding kenmerkt zich door veel ruimte voor experimenteren en eigen methodes ontwikkelen. “Ik laat studenten zélf leren en vervul daarin een coachende rol”, zegt hij daar zelf over.

Brede samenwerking
Harold Hellings werkt voor opleidingsbedrijf IW Zuid en Midden in Veldhoven. Hij valt de jury onder meer op door zijn brede en intensieve samenwerking met de directe omgeving van zijn studenten. Hij betrekt scholen, ouders en bedrijven nadrukkelijk bij de vorming van zijn leerlingen. “Hij zoekt daarin altijd de oplossingen om leerlingen verder te helpen, óók in uitdagende situaties”, schrijft de jury over Hellings.
Opmerkelijk is ook de wijze waarop Hellings blijft investeren in zijn eigen kwaliteit als coach. Zo verdiept hij zich in zaken als autisme of het puberbrein om met die kennis studenten met leerproblemen beter te kunnen begrijpen en begeleiden.

Impact
Ook Kornee van Terheijden houdt de deur wagenwijd open voor studenten die wat extra nodig hebben om mee te komen. “Je moet laten zien dat je wil, dan kunnen we iedereen helpen”, zegt hij daar zelf over. Hij heeft de praktijkbegeleiding in zijn bedrijf in Heerle (NB) op een hoger plan gebracht met de oprichting van opleidingsinstituut Torio dat nu landelijk leerlingen opleidt.
De praktijkopleider en ondernemer wil graag een mate van kwaliteit in het vak brengen door zijn studenten methodes aan te leren. Hij laat daarbij ‘een mensgerichte aanpak’ zien, zo stelt de jury in haar beoordeling. “Hij begrijpt het belang van het leerproces en laat leerlingen van elkaar leren en in hun eigen tempo.”
De jury vindt Van Terheijden niet alleen een goede coach voor zijn studenten; hij wordt in het juryrapport ook geroemd als ‘ambassadeur voor het vak’. Hij zette eigenhandig een nationaal opleidingsinstituut op en ontwikkelde een specifieke opleiding voor riooltechniek. “Hij inspireert met zijn liefde voor het vak en weet een blijvende impact te maken op zowel de leerlingen als op de technieksector.”

Aandacht
De jury heeft veel aandacht voor de algemeen vormende aspecten van praktijkbegeleiding in technische installatietechniek. Dat spreekt onder meer uit het thema van de verkiezing: 'Kracht van aandacht'. Daarmee wil organisator Wij Techniek het belang onderstrepen van een optimale leeromgeving, maar ook het aanleren van sociale vaardigheden die van leerlingen betere professionals maken.
De leerlingen die de TopCoaches begeleiden, zijn soms hbo’ers en zij-instromers, maar vaker mbo’ers. Ze volgen een mbo-techniekopleiding in de installatiebranche en doen dat overwegend in een zogenaamde beroepsbegeleidende leerweg (bbl). Ze hebben dan een betaalde baan bij een erkend leerbedrijf. Op de werkvloer worden ze begeleid door een praktijkopleider in het bedrijf zelf of vanuit een opleidingsbedrijf. Naast het werk in de praktijk volgen de leerlingen theoretisch onderwijs, meestal in de vorm van lessen op een school en soms via afstandsleren.

Nieuwe vakmensen
De ‘TopCoach van het Jaar verkiezingen’ worden sinds 2016 georganiseerd door Wij Techniek, het ontwikkelingsfonds voor de installatiebranche. De sector zit te springen om nieuwe vakmensen die grote maatschappelijke uitdagingen als de energietransitie vorm kunnen geven en de woningnood aanpakken. “Om jonge mensen voor het vak te interesseren en te behouden, moeten de opleidingstrajecten aantrekkelijk en kwalitatief hoogstaand zijn”, zegt Wij Techniek-directeur Sven Asijee daarover. “Goede praktijkcoaches zijn daarom cruciaal voor onze sector en voor de samenleving.”

Explosieve groei van overnames in installatiebranche

Volgens het CBS steeg het aantal overnames in de installatiebranche tot en met het derde kwartaal van 2024 met 30%, vergeleken met dezelfde periode in 2023. Dat is meer dan het dubbele van het totale aantal bedrijfsovernames in Nederland. Hiervoor ziet bedrijfsadviseur ABAB een aantal redenen: de groeiende vraag naar duurzame oplossingen en het bijbehorende personeelstekort; synergievoordelen; een stabiele opdrachtenstroom, bijvoorbeeld uit onderhoud en renovatie; en versterking van de regionale marktpositie.

Steeds meer ondernemers in de branche kiezen er juist nu voor om te verkopen, omdat het ondernemersbestand vergrijst en verkoop in deze periode van hoge vraag steeds verleidelijker als er geen opvolging is.

Minder energie en middelen
ABAB merkt in de praktijk dat ondernemers in de laatste fase van hun carrière minder energie en middelen hebben om te investeren in nieuwe en complexere technieken. Ook de kosten voor de opleiding van personeel kan een obstakel zijn. Daarnaast nemen de eisen van opdrachtgevers toe, zoals een hogere mate van flexibiliteit en certificeringseisen, die voor veel ondernemers een grote uitdaging vormt.

Partijen op overnamepad
Er zijn verschillende kopers actief op de installatiemarkt, ziet ABAB, elk met hun eigen (overname)strategie en doelstellingen. Als eerste de grote marktspelers, zoals VDK Groep, Hoppenbrouwers en Unica. Zo groeide VDK in twaalf jaar tijd uit tot de tweede installateur van Nederland met ruim 5.000 medewerkers, door een meer dan actieve ‘buy and build strategie’. Daarnaast hebben investeringsfondsen (private equity) zich tussen 2020 en 2022 ingekocht bij een aantal middelgrote installateurs. In het afgelopen jaar zijn ze zichtbaar steeds actiever geworden op de overnamemarkt om hun marktaandeel te vergroten. Deze fondsen hebben recent een aantal opvallende overnames aangekondigd en blijven actief op zoek naar nieuwe kansen in de overnamemarkt. Maar ook traditionele familiebedrijven proberen zich te onderscheiden in de markt door gerichte acquisities. In 2024 hebben Van Dorp, De Groot Installatietechniek en de Koninklijke Damstra Groep al meerdere overnames aangekondigd.

Verwarmingsactiviteiten WOLF verhuizen naar ATAG

De activiteiten van WOLF Nederland in Kampen worden opgesplitst. Het onderdeel dat werkzaam is op het gebied van luchtbehandeling blijft onder de naam WOLF actief. De verwarmingsactiviteiten worden ondergebracht bij ATAG Verwarming in Lichtenvoorde.

WOLF Nederland is gevestigd in Kampen. Het bedrijf maakt net als ATAG Verwarming onderdeel uit van de Ariston Group, het Italiaanse concern dat wereldwijd onder meer verwarmingsproducten produceert en verkoopt. Het bundelen van de verwarmingsactiviteiten per land, zoals het onderbrengen van de verwarmingsactiviteiten van WOLF bij ATAG Verwarming, past in de strategie van de Ariston Group.

Breed portfolio
“De verwarmingsproducten van WOLF sluiten uitstekend aan bij het portfolio van ATAG Verwarming”, zegt Rob Maassen, algemeen directeur van ATAG Verwarming. Vanuit Lichtenvoorde verkoopt ATAG Verwarming een breed portfolio aan energiezuinige verwarmingsproducten. WOLF’s belangrijkste verwarmingsproducten, zoals de warmtepomp CHA-monoblock, worden opgenomen in ATAG’s aanbod. “Daarnaast verwachten wij dat we met het bundelen van de kennis en ervaring van de mensen van ATAG en WOLF onze positie op de markt verder zullen verstevigen."

WOLF merknaam blijft bestaan voor luchtbehandeling
De activiteiten van WOLF op het gebied van luchtbehandeling, waarmee het bedrijf in 2025 50 jaar actief is op de Nederlandse markt, blijven onder de vertrouwde merknaam WOLF opereren. “Met deze stap kunnen we ons volledig concentreren op onze klimaatoplossingen voor de utiliteitsmarkt en waarborgen dat alle huidige en nieuwe klanten van WOLF bij onze verdere groei kunnen blijven rekenen op de kwaliteit en service die ze al bijna 50 jaar gewend zijn”, zegt Tom Melching, Business Unit manager luchtbehandeling & luchtverhitters van WOLF.

Aanhaken bij AI is onvermijdelijk

AI, robotisering en industrialisatie gaan de technieksector de komende jaren ingrijpend veranderen. Voor ondernemers in de technieksector is het onvermijdelijk dat ze aanhaken bij deze technologische revolutie. De nieuwe technologie kan techniekbedrijven helpen om de productiviteit te verhogen, sneller in te spelen op de behoeften van klanten, nieuwe businessmodellen te ontwikkelen en de ketensamenwerking te versterken. Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland ontving vandaag tijdens Digibouw 2024 het eerste exemplaar van het rapport ‘Artificial Intelligence, Robotisering en Industrialisatie: de technieksector in 2030’ uit handen van Jacques van der Krogt, voorzitter van de Beleidscommissie Innovatie van Techniek Nederland.

Techniek Nederland gaat leden ondersteunen om met de nieuwe technologieën aan de slag te gaan. Er komt voorlichting via een webinar, podcasts en presentaties voor groepen leden. De kennis uit het rapport wordt onderdeel van het opleidingsaanbod voor de technieksector. Bovendien hebben de branches in het Aanvalsplan Techniek besloten dat het rapport het uitgangspunt wordt voor een gemeenschappelijke actieagenda gericht op verhoging van de arbeidsproductiviteit.

Vergrijzing en krapte op de arbeidsmarkt
Uit het rapport blijkt dat AI, robotisering en industrialisatie op verschillende manieren de problemen kunnen opvangen die ontstaan door de vergrijzing en de krapte op de arbeidsmarkt. Zo is het steeds moeilijker om mensen te vinden voor zwaar en repetitief werk; multipurpose robots kunnen dat werk overnemen. Daarnaast maakt hybride AI (een combinatie van meerdere AI-technieken om complexe vraagstukken sneller op te lossen) het mogelijk om kennis van ervaren medewerkers te borgen en breed te delen, zodat die expertise behouden blijft. Met augmented working krijgen monteurs digitale ondersteuning, zoals live-instructies en virtuele simulaties. Ook dat maakt het werk efficiënter.

Mass Customization
De overgang naar Mass Customization – het efficiënt produceren van maatwerkproducten – is een andere belangrijke trend. Met deze technologie kunnen bedrijven sneller inspelen op klantwensen zonder de productiekosten te verhogen. Een goed voorbeeld is de prefab-bouwsector, waar woningen met flexibele productiemethoden bijna volledig op maat worden gemaakt. Dit verlaagt de kosten en verhoogt de kwaliteit.

Nieuwe businessmodellen
Veel bedrijven veranderen in productgerichte organisaties. Ze leveren niet alleen producten, maar ook diensten zoals onderhoud en procesoptimalisatie. Met technologieën als hybride AI kunnen bedrijven klanten beter ondersteunen en worden ze strategische partners in plaats van alleen technologieaanbieders.

Ketensamenwerking versterken
Door gebruik te maken van het Industriële Metaverse – een digitale, virtuele omgeving – en slimme technologieën kunnen bedrijven hun kennis vastleggen en delen met ketenpartners. Een technisch installatiebedrijf kan bijvoorbeeld met leveranciers en bouwpartners realtime data uitwisselen, waardoor processen soepeler verlopen en verspilling wordt voorkomen.

Concurrentiepositie versterken
Voorzitter Doekle Terpstra ziet de nieuwe technologieën als een unieke kans om te innoveren: “De oplossingen liggen voor ons klaar, maar actie is nodig. Dit rapport laat zien hoe bedrijven technologie kunnen inzetten om uitdagingen aan te pakken en tegelijkertijd hun concurrentiepositie te versterken. Het is nu tijd om plannen en keuzes te maken. De toekomst wacht niet.” Volgens Terpstra maken nieuwe technologieën het voor jong technisch talent extra aantrekkelijk om te kiezen voor een carrière in de techniek.

Rapport downloaden
Het rapport is te downloaden via https://www.technieknederland.nl/bedrijfsvoering/trends-innovatie.

 

  • Branche
  • november 18, 2024
  • 2 views
Minister Bruins: “Vol inzetten op hybride docentschap”

Op de Dag van de Ondernemer bracht minister Eppo Bruins samen met Doekle Terpstra een bezoek aan Dick Gunst in Den Haag. Gunst is eigenaar van Gunst Warmtetechniek én hybride techniekdocent op het mbo. De minister was enthousiast over de manier waarop praktijkkennis en onderwijs elkaar vinden in dit bedrijf: “We moeten vol inzetten op het hybride docentschap.” De Dag van de Ondernemer is een initiatief van MKB Nederland.

Minister Bruins sprak onder meer met Mark Hofland, een jonge monteur die op school les kreeg van Dick Gunst en vervolgens bij het bedrijf van zijn bevlogen leraar solliciteerde. Mark nam de bewindsman mee de werkplaats in en samen gingen ze aan de slag met een technische klus. Bij het bezoek waren ook Ferry van Eijk, regiomanager van Techniek Nederland, en Judith van Heeswijk, programmamanager Onderwijs bij Techniek Nederland, aanwezig.

Overheid moet het makkelijker maken
Doekle Terpstra wees de minister uiteraard op de rol van de overheid bij het stimuleren van praktisch technisch beroepsonderwijs: “Er zijn veel ondernemers die hun kennis willen delen, maar de overheid moet helpen om dit makkelijker te maken. Dat zou winst zijn voor het beroepsonderwijs, voor studenten én voor de hele branche.”

Blokkades wegnemen
Tijdens het gesprek gaf minister Bruins aan dat hij bereid is te kijken naar oplossingen om blokkades voor hybride docenten weg te nemen: “Als we kijken naar het belang van ons land, met tienduizenden technici tekort, dan moeten we zeggen: dit gaan we méér mogelijk maken.”

 

  • Bedrijf
  • november 12, 2024
  • 2 views
Zero Emissie evenement Regio Amsterdam

Op 25 november 2024 vindt in de Kromhouthal in Amsterdam het Zero Emissie evenement Regio Amsterdam plaats. Dit evenement is gericht op ondernemers die zakelijk met een bestelauto of vrachtauto in deze plaatsen rijden en daar te maken krijgen met zero emissiezones. Het evenement is gratis toegankelijk. Het evenement wordt georganiseerd door de gemeentes Amsterdam, Haarlem, Zaanstad, de Vervoerregio Amsterdam en Schiphol organiseren

Vanaf 1 januari 2025 geldt in Amsterdam een uitstootvrije (zero emissie) zone. Haarlem volgt op 1 juni 2025, Zaandam en Schiphol op 1 januari 2026. Dit betekent dat ondernemers misschien volgend jaar moeten overstappen op een elektrische bestelbus of vrachtauto om de zones in te kunnen komen. Ook als ze gebruik kunnen maken van overgangsregelingen is het raadzaam om op tijd te starten met de voorbereiding op de overstap naar elektrisch vervoer.

Doorlopend programma
Het evenement duurt van 15.00 tot 21.00 uur en heeft een doorlopend programma waarbij ondernemers op elk moment binnen kunnen lopen. Ze kunnen in de Kromhouthal kennismaken met meer dan 40 uitstootvrije voertuigen: trucks, bestelauto’s, licht elektrische voertuigen en vrachtfietsen. Daarnaast staan experts op gebied van zero emissiezones, laadinfrastructuur, en financiering klaar om ondernemersvragen te beantwoorden op een informatiemarkt.
Bij een interactief podiumprogramma spreken in diverse sessies de wethouders Melanie van der Horst (gemeente Amsterdam) en Gerard Slegers (Zaanstad), Wessel Deelstra (Transport en Logistiek Nederland), Jasper Engel (expert ZE-voertuigen), Daan Zegwaart (logistiek makelaar), Erik Lokhorst (Rabobank), Jeroen Schutter en Riko Kruit (MRA E), Elwin van der Klis  (Stroom Mee), Rogier Pennings (Vervoerregio Amsterdam), Frank Ebbink en Joeri Jongeneel (gemeente Amsterdam) en tal van ondernemers die als ervaringsdeskundigen in elektrisch rijden op het podium staan.

Aanmelden
Meer informatie en aanmelden zie: www.zera-aanmelden.nl

Revelant nieuws

Fout: view 4f756f7n9r bestaat mogelijk niet

Orderposities bouw flink toegenomen

De gemiddelde orderportefeuille in de totale bouwnijverheid bedroeg in september 11,0 maanden en nam over de gehele linie met drie tiende maand toe ten opzichte van augustus. Zo is binnen de burgerlijke- en utiliteitsbouw de gemiddelde werkvoorraad van zowel woningbouw als utiliteitsbouw met drie tiende maand gestegen ten opzichte van augustus. In de utiliteitsbouw kwam de gemiddelde werkvoorraad uit op 10,2 maanden en in de woningbouw bedroeg de gemiddelde werkvoorraad 13,9 maanden. De gemiddelde werkvoorraad in de totale burgerlijke- en utiliteitsbouw kwam in september uit op 12,4 maanden.

Dit blijkt uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van september 2024 van het Economisch Instituut voor de Bouw. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ongeveer 250 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

Goede vooruitzichten
Geconstateerd kan worden dat de orderportefeuilles in de bouw over een breed spectrum op een hoog niveau liggen wat goede vooruitzichten biedt voor de productie in de nabije toekomst. Wel zijn er verschillende belemmeringen om tijdig de productie te realiseren, bijna 40% van de bouwbedrijven gaf in september aan belemmeringen te ondervinden bij de productie. De personeelstekorten zijn hierbij een belangrijke oorzaak.

Personeelsbezetting zal toenemen
De productie is in de afgelopen drie maanden bij 25% van de bedrijven toegenomen en bij 11% van de bedrijven afgenomen. Van de bouwbedrijven beoordeelde 18% de orderpositie als groot, terwijl 11% van de bedrijven de orderpositie als klein beoordeelde. Daarnaast verwacht 22% van de bedrijven dat hun personeelsbezetting zal toenemen in de komende drie maanden, terwijl slechts 2% van de bedrijven juist een kleinere bezetting verwacht. In de bouwnijverheid verwacht 28% van de bedrijven een prijsstijging in de komende drie maanden.

Revelant nieuws

Fout: view 2da2dc8ib1 bestaat mogelijk niet

Nieuw vakevent focust op digitaal gedreven bouwproces

Koninklijke Jaarbeurs en digiGO, het platform voor digitaal samenwerken in de gebouwde omgeving, lanceren een nieuw vakevent DigiBouw. DigiBouw 2024 heeft als doel de digitale adoptie binnen de bouw- en installatiesector te bevorderen. Techniek Nederland presenteert tijdens het event haar onderzoek naar de impact van nieuwe  technologieën als AI, robotisering en industrialisatie op de sector. DigiBouw 2024 vindt plaats op woensdag 20 en donderdag 21 november 2024 in Koninklijke Jaarbeurs.

Grote bouw- en ingenieursbedrijven hebben de stap naar digitalisering veelal gemaakt maar de adoptie van digitalisering blijft achter. Voor Koninklijke Jaarbeurs de reden om het vakevent DigiBouw te introduceren. DigiBouw beoogt een ontmoetingsplek te zijn waar bouw- en installatieprofessionals handvatten krijgen om digitalisering te versnellen binnen hun bedrijf. Tom van der Zwaag, beursmanager Bouw & Installatie: “De uitdagingen voor de komende jaren in de sector zijn onverminderd groot. De vraag of het efficiënter moet is niet langer de meest relevante, maar hoe gaan we als markt opschalen in het gebruik van nieuwe digitale initiatieven en technologieën? De voorwaardes voor standaardisatie worden gecreëerd en er gebeuren al veel goede en vernieuwende dingen op digitaal vlak. Om over de breedte van de sector het digitale volwassenheidsniveau nog verder omhoog te krijgen moeten we de mensen meenemen, toegevoegde waarde in beeld brengen en laten zien wat er al mogelijk is.” Tijdens DigiBouw 2024 krijgen ontwerp-, bouw- en techniekprofessionals inzichten in de mogelijkheden van vandaag de dag om als bedrijf de volgende stap te zetten op die weg naar een digitaal gedreven bouwproces.

Impact nieuwe technologieën
Techniek Nederland heeft afgelopen jaar onderzoek gedaan naar de impact van nieuwe technologieën als AI, robotisering en industrialisatie op de sector. Het rapport daarover wordt gepresenteerd tijdens DigiBouw. Met het onderzoek maakt Techniek Nederland ontwikkelingen inzichtelijk voor de achterban. Doekle Terpstra, voorzitter Techniek Nederland: “AI, robots en industrialisatie gaan voor een revolutie zorgen. Dit komt ook sterk naar voren in de resultaten van ons onderzoek. Of men nu zelfstandig ondernemer is, een mkb-bedrijf leidt of werkt bij een grote technisch dienstverlener, iedereen gaat er in de komende jaren mee te maken krijgen. We hebben daarbij naar de middellange termijn, tot 2030, gekeken.”

Revelant nieuws

Fout: view b5514bd3wq bestaat mogelijk niet