- Columnisten
- januari 31, 2020
- 2 views
We doen het samen
We beseffen het ons niet altijd, maar onze sector levert elke dag topprestaties. Uiteraard zie ik dit tijdens werkbezoeken, hoor ik het terug in gesprekken en ervaar ik het in mijn eigen huis. Met de vele uitdagingen op de terreinen van klimaat, energie en een op langer thuis wonen gerichte ouderenzorg worden deze topprestaties bovendien steeds groter.
De inzet van betrouwbare innovatieve installatietechnieken heeft een enorme maatschappelijke en economische meerwaarde. Zo maken we als sector gebouwen immers slimmer en duurzamer, de zorg efficiënter, het verkeer veiliger en woningen comfortabeler. Daarnaast voorkomen we productieverlies in de industrie en maken we met onze technieken ook in vele andere sectoren het verschil. Dit doen wij samen. Met elkaar!
De dynamiek in de technische installatiebranche is groot, maar de druk op onze schouders zo nu en dan evenzeer. Want het inrichten van de toekomst vraagt veel van de bedrijven en de vakmensen van de branche: creativiteit, kennis, kunde, flexibiliteit, het binden en behouden van vakmensen, het actief ontwikkelen van een ontwikkelcultuur enz. We hebben uitdagingen te over!
Met de start van het nieuwe jaar is het moment weer daar om goede voornemens te maken en te realiseren. In dit verband roep ik iedere vakman en vakvrouw in de branche op om in 2020 kansen te pakken om je vakmanschap te versterken. Laat dit jouw goede voornemen zijn. Jij zit aan het stuur als het gaat om de duurzame toekomst van Nederland. Jij bent de zorg-innovator, de energie-expert én de klimaatspecialist. We helpen je hier graag bij!
En iedereen die bij deze prachtige sector wil horen en een vakkundige bijdrage wil leveren, roep ik op: laat van je horen. We hebben altijd een plek voor je. Vandaag en zeker ook morgen.
Sven Asijee
Directeur OTIB
Sven Asijee
Directeur OTIB
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- januari 24, 2020
- 0 views
De Toekomst is gisteren al begonnen
Binnen Nederland staat de energietransitie hoog op de agenda. Binnen de gebouwde omgeving gaat het meer specifiek om de zogenaamde warmtetransitie. Deze heeft in rap tempo voor een diversiteit aan verwarmingsoplossingen gezorgd. Maar welke oplossing is geschikt voor welke situatie?
Een verantwoorde keuze die een duurzame warmtetransitie rechtvaardigt hangt - naast gezinssamenstelling, ouderdom van het huis, mate van isolatie - vooral af van de volgende drie factoren:
- het natuurkundige principe;
- de energetische waarheid;
- de (financiële) haalbaarheid.
In de rol van adviseur zal de installateur vaak, in samenspraak met de klant, het financiële aspect bespreken. De overige twee factoren blijven vrijwel altijd buiten beschouwing. Echter, verantwoorde verduurzaming kan niet zonder het natuurkundige principe én de energetische waarheid. Om energiegebruik en emissie van de gebouwde omgeving inzichtelijk te maken, is het noodzakelijk dat er een nationale database wordt ontwikkeld waarin het mogelijk is om daadwerkelijk gerealiseerde energieprestaties van de gebouwde omgeving te monitoren. Dit geeft ons het geschikte handvat om de middels berekeningen theoretische voorspelde energieprestaties te valideren.
Om midden in deze toekomst overeind te blijven is het opleiden, van zowel de installateurs die nu actief zijn als de nieuwe instromers, rand-voorwaardelijk. Met alle nieuwe verwarmingsoplossingen zal de opleidingsvraag enorm toenemen. Alleen door een ketengerichte aanpak kan invulling gegeven worden aan die vraag. Een intensieve samenwerking tussen installateurs, fabrikanten én onderwijsinstellingen is hiervoor een vereiste. Hoog op de agenda van dit samenwerkingsverband is het werven van nieuw talent. De toekomst die we samen mogelijk maken, is gisteren al begonnen!
Coen van de Sande
Directeur De Nederlandse Verwarmingsindustrie
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- januari 17, 2020
- 0 views
Onderscheidend vermogen? Stick-to-the-plan!
Internet of Things, Big Data of Artificial Intelligence. De digitalisering slaat steeds meer toe. Ook in de installatiemarkt. De technisch installateur wordt steeds meer een ICT dienstverlener. Nieuwe installaties produceren data. Gebruik deze slim en maak er informatie van. Het is toegevoegde waarde in je dienstverlening naar de klant.
Het ‘gewone’ installatiewerk wordt steeds meer een competitieve vechtmarkt. Een markt waarin marges uiterst dun zijn. Een veelgehoorde uitspraak onder de installateurs is: “hard werken voor weinig”. Hartstikke druk, met verhoudingsgewijs weinig opbrengsten. Is de klassieke installateur dan een uitstervend ras? In een interview heb ik dit wel eens gezegd. Natuurlijk blijft het ‘gewone’ installatiewerk voor een deel bestaan. Maar het aanbod van dat soort werk wordt minder in de toekomst. Ik ben ervan overtuigd dat het werk van de installateur veranderd. De conventioneel werkende installateur krijgt het steeds lastiger in een sterker concurrerende markt. Slim aanhaken op de digitalisering draagt bij in het ontwikkelen van onderscheidend vermogen en brengt andersoortige werkzaamheden.
Denk goed na over je toekomst. Een duidelijke strategie en een doordacht plan is één. De uitvoering hiervan is twee. Goede marketing helpt je daarbij. Uit ervaring weet ik dat dit bij veel installateurs vaak een dingetje is. Een misverstand: marketing is géén reclame! Het is veel meer dan dat. Het gaat letterlijk om de ‘ver-markt-dat-ding’ vanuit een strategische onderscheidende positie. Niet vanuit het product, maar vanuit de toegevoegde waarde als installateur.
Wat is jouw stip op de horizon? Maak in al het digitale geweld duidelijke keuzes in wat je aan werkzaamheden wel doet (of gaat doen) en wat niet meer. En accepteer de consequenties van je keuzes. Maak een doordacht actie- en marketingplan en… stick-to-the-plan!
Maarten van der Boon
maarten@novitek.nl
Vanuit zijn bedrijf Novitek helpt Maarten
technische bedrijven in organisatie-
strategie, innovatie en communicatie.
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- januari 10, 2020
- 0 views
De Laptopmonteur
We kennen ze allemaal of we behoren zelf tot de categorie: installateurs die de 50 zijn gepasseerd en nog steeds actief zijn in de installatiebranche. Na de lagere school gingen ze een tijdje naar de middelbare school, maar als snel werd duidelijk dat ze werken leuker vonden dan leren en gingen ze snel aan de slag.
Ik ben er zelf zo één. Met wat kennis van je leraar en uit enkele boeken, dacht ik de wereld aan te kunnen. Al snel werd ik teruggefloten door een ervaren maat, leermeester of baas. Ho-ho, zo doen we dat niet. Het moet netjes en goed.
Je leerde je vak snel en bleef door vragen, lezen, experimenteren en vergaarde op andere manieren vakkennis. Alles was nieuw: van gietijzeren ketels met daarnaast een geiser met dikke stalen leidingen, gingen we naar de combiketel met dunne stalen leidingen. En deze werd veel later weer vervangen door een hr-combiketel. Wat een gedoe allemaal met dubbele pijpen en een afvoer. Gelukkig waren er handleidingen waaruit duidelijk bleek hoe je dit allemaal moest aansluiten. Tegenwoordig ben je van meer afhankelijk dan je lief is als je een nieuw product moet installeren. Productinformatie en een installatiehandleiding zitten er vaak niet meer bij. Navraag leert dat je deze moet downloaden, dan kan je alles terugvinden.
Van de generatie die storingen vond en oploste met een handleiding, punttang en spanningzoeker – en die jaren later blij was met een mobiele telefoon om de achterban te bellen voor extra informatie – gaan we nu naar de volgende generatie: de laptopmonteur. We gaan het allemaal weer beleven. Ik wens iedereen een gezond en succesvol 2020 toe, met of zonder laptop!
Dick Visser
Installatiebedrijf Visser in Twisk
[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser, schrijven om beurten een column op persoonlijke titel]
- Columnisten
- december 13, 2019
- 2 views
Slingers of tissues
Op het Branchebureau van de DHPA liggen slingers klaar. Voor als de markt voor warmtepompen doet wat de leden ambiëren: hard groeien. Dat is tenslotte ook één van de beleidsdoelen van de energietransitie in Nederland en dus goed voor de installateur. Met zelfs een verdere toename van de groei op het moment dat de ISDE subsidie ‘aan’ ging in 2016. De slingers werden opgehangen!
Volgend jaar gaat de EPG-rekenmethode samen met de BENG eisen ‘aan’ en de warmtepomp staat er goed op. Hoewel de ventilatie-warmtepomp in Nederland nog wel zijn BENG 3 krediet moet krijgen die Europees allang geregeld is. Wij, leveranciers, en jullie, installateurs, zijn klaar voor verdere groei. De slingers liggen alweer klaar.
Volgend jaar gaat voor de (hybride) lucht-warmtepomp ook de geluidseis van buitenunits ‘aan’. Gericht op het maatschappelijke draagvlak omdat er – terechte – zorgen zijn over eventuele geluidsoverlast. Echter, een groot deel van de Nederlandse gebouwde omgeving dreigt deze elegante en betaalbare techniek te worden ontzegd. Gemiddeld genomen zal in de typisch Nederlandse woningbouw de buitenunit moeilijk of niet kunnen gaan voldoen aan de eis van 24/7 maximaal 35 dB(A) bij een ‘tonaal’ geluid op de gehele perceelsgrens. Na Kamervragen is de branche nu wél uitgenodigd om direct mee te praten om de bepalingsmethode van de aanstaande regelgeving definitief vorm te geven. De met de mond beleide doelstelling is een praktische bepalingsmethode die de marktgroei kan bestendigen. De slingers liggen klaar. De tissues voor de tranen ook; voor als de groei toch gaat stagneren.
Frank Agterberg
Dutch Heat Pump Association, DHPA
- Columnisten
- november 8, 2019
- 1 views
Gespecialiseerde alleskunners
De installatiewereld wordt steeds complexer en de vakman komt steeds meer onder druk te staan. De diversiteit in verwarmingsoplossingen gaat omhoog en door gebrek aan vakmensen moet het installatieproces steeds sneller maar wel mét behoud van kwaliteit. Geen wonder dat de installatiesector knel komt te zitten. Voor de huidige vakmensen geen prettige positie maar ook voor de toekomstige vakvrouw- en man geen goed vooruitzicht.
De vakmensen van nu worden gezien als een allround-specialist, want zij moeten verstand hebben van verwarmen, koelen, ventileren, de digitale regeltechniek daaromheen én alles tot een passende integrale oplossing verwerken. Voor sommigen is dat een hele uitdaging. Dit blijkt in de praktijk wanneer uitvoeringsdetails niet worden nageleefd en geclaimde prestaties daardoor niet worden waargemaakt. Met als resultaat: een ontevreden klant.
De Nederlandse Verwarmingsindustrie pleit voor een integrale aanpak. Het vraagt heel veel van de vakmensen in deze sector om altijd op de hoogte te zijn van alle trends en nieuwe technieken die bijdragen aan een comfortabel binnenklimaat. Daarom is het trainen en opleiden van vakmensen een continu proces, dat breder moet zijn dan te focussen op één aspect. Er is een geïntegreerde opleiding nodig waarin opwekking, distributie, afgifte en regelapparatuur samenkomen. Hiervoor wil de Nederlandse Verwarmingsindustrie een ketensamenwerking op gang brengen waarin opleiders en installateurs participeren om zo de instroom op de arbeidsmarkt te bevorderen. Naast het opleiden van vakmensen is het van groot belang dat er producten worden ontwikkeld die eenvoudiger te installeren en te onderhouden zijn; een mooie opdracht voor onze leden.
De nieuwe vakman speelt een cruciale rol in de uitvoering van de warmtetransitie. Om die transitie te laten slagen, moet de sector aan de slag om de nieuwe vakmensen breed op te leiden en zorg te dragen voor de ontwikkeling van slimme geïntegreerde klimaatoplossingen.
Coen van de Sande
Directeur De Nederlandse Verwarmingsindustrie
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- oktober 18, 2019
- 0 views
Installatiegemak en veiligheid
Een goed werkende installatie, of die nu ondersteund wordt met een elektrische warmtepomp of met een gas-hybride installatie, heeft een behoorlijke positieve bijdrage om de uitstoot van broeikasgas te verkleinen. Uit onderzoek blijkt echter dat 75% van de cv-ketels niet optimaal functioneert. Door goed inregelen kan jaarlijks 10 tot 15% worden bespaard op het gasverbruik! Automatisch geregelde radiatorthermostaten zorgen voor een verder verlaging van het energiegebruik. Dit is een significante maatregel om de CO2 uitstoot te reduceren. Bovendien zijn deze thermostaten comfort verhogend.
Het zijn maatregelen die we direct na de zomer kunnen toepassen, om nog voor het stookseizoen klaar te zijn. Gelijktijdig kan dan naar de veiligheid van de gehele installatie worden gekeken. Hierbij speelt de veilige afvoer van de rookgassen een cruciale rol. Aspecten die aandacht verdienen: zijn alle onderdelen van het afvoersysteem nog goed bevestigd? Is het afschot van de eventueel horizontale delen nog in orde? Veroorzaakt de uitmonding geen hinder, doordat er bijvoorbeeld een dakraam geplaatst is in de buurt van de uitmonding? Een checklist voor de controle van de meest voorkomende afvoersystemen is beschikbaar via: www.hetnieuwebeugelen.nl.
Tot slot zien we dat concentrisch afvoermateriaal door marktwerking de nieuwe standaard wordt voor het aansluiten van een toestel. Alle leden van de Rogafa hebben dit in hun leveringspakket. Ook de ketelfabrikanten, die samen met o.a. Rogafa onderdeel uitmaken van de nieuwe branchevereniging de Nederlandse Verwarmingsindustrie, spreken hier hun voorkeur voor uit. Zij leveren hun cv-ketels standaard af-fabriek met een concentrisch aansluiting, waardoor een adapter niet langer nodig is. Opnieuw een stap richting installatiegemak en veiligheid.
Frank Methorst, sales manager Burgerhout Nederland
Namens de Vereniging van Nederlandse Fabrieken van Gasafvoerleidingsystemen, Rogafa
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- oktober 11, 2019
- 0 views
Digitale transitie, hoe succesvol wordt jij?
Waar zo’n pak hem beet 20 jaar geleden de Elektrotechniek, Werktuigkunde en ICT gescheiden werelden waren, integreren deze volop. Deze technische systeemintegratie is boeiend en biedt kansen. En opnieuw is een transitie gaande: een digitale transitie.
De eerste technische integratieronde is een feit. Wie nu nog twijfelt of van mening is dat ‘het op ons afkomt’ is redelijk laat, zo niet té laat. In de vakmedia lees je nu veel over Internet of Things (IoT). Let op: dit komt er niet. Dit is er al. En het dijt de komende jaren alleen maar uit. Alle techniekvormen gaan in bepaalde mate, direct of indirect, met elkaar in verbinding staan. Onderdeel van de gaande transitie is de integratie van gewenste functie (F), de dienst rond het gebruik hiervan (D) én de benodigde onderliggende techniek (T). Binnen de digitale transitie gaat bij een eindgebruiker de F steeds belangrijker worden.
Vraag aan een eindgebruiker niet wat hij wil. Je ontvangt namelijk het antwoord vanuit de context van wat hij weet. Henry Ford heeft dit ons al geleerd en in recentere tijd heeft ook Steve Jobs hiervan het bewijs geleverd. De eindgebruiker – geholpen door veel lifestylemedia – maakt wel duidelijk wat haar functionele behoeften zijn. En met de juiste vragen, achterhaal je ook wat latent (zeg maar in het onderbewuste) gewenst is. Een eindgebruiker wil alleen horen of je aan haar wensen kunt voldoen. Met welke techniekintegraties jij dit doet, boeit hem of haar in steeds mindere mate. Daar ben jij toch de specialist of kennisdrager voor?
Binnen de digitale transitie gaat het steeds meer om het vinden van de samenhang in de F, D en T. In het snijpunt van deze drie ligt de klantvraag of -behoefte. Wanneer je deze weet te ‘vangen’ en te vertalen naar een helder aanbod, ben je van succes verzekerd.
Maarten van der Boon
maarten@novitek.nl
Vanuit zijn bedrijf Novitek helpt Maarten
technische bedrijven in organisatie-
strategie, innovatie en communicatie.
Op onze nieuwsbrief abonneren
- Columnisten
- september 20, 2019
- 1 views
Terug naar de schoolbanken
Lang geleden begon de basisopleiding op de lagere school. Daarna kwam er een kleine splitsing: je ging naar de technische school, een hogere school of aan het werk. Vanaf de technische school startte je als 15-16 jarige met werken en in alle jaren daarna bekwaamde je jezelf verder in je vak tot een volwaardig vakman. Ging je verder met leren, dan belandde je na enkele jaren in het vakonderwijs. Je behaalde hier de nodige papieren en haalde vervolgens vaak met heel veel moeite het middenstandsdiploma. Dan mocht je eindelijk, na velen tienduizenden guldens opleidingskosten, een eigen bedrijf beginnen.
Je werk werd gecontroleerd door diverse instanties. Jij controleerde de mensen die bij je aan het werk waren. Ging je met werkzaamheden je boekje te buiten, dan werd je getrakteerd op een flinke boete van de economische controledienst.
Alles leek perfect, maar de boel werd gewijzigd: het zelfstandig ondernemer zijn werd gedevalueerd. Iedereen mocht zonder de nodige papieren een eigen bedrijf beginnen. En waar dat toe heeft geleid merken we nu alle dagen.
Tijd om dit aan te pakken dus. Monteurs en servicemonteurs moeten weer de schoolbanken in om ‘het vak’ te leren. Ondernemers die gewend zijn om bij te blijven, gaan dat dus ook weer doen. Je moet tenslotte de mannen kunnen controleren. Komt er een overtreffende trap van weleer?
Ik ben benieuwd wat mijn papieren op dit moment nog waard zijn. Heb ik wel zin om weer aan het leren te gaan. Verschillende oude en vakbekwame monteurs zullen niet meer de fut hebben om dit te doen, denk ik. Ze verlangen wellicht weer naar de VUT.
Maar bovenal zal de vraag zijn: wie betaalt dit allemaal? Een vraag die, zo vrees ik, nog lang onbeantwoord zal blijven.
Dick Visser
Installatiebedrijf Visser in Twisk
[Twee generaties installateurs, vader Dick en zoon Tim Visser, schrijven om beurten een column op persoonlijke titel]
- Columnisten
- september 13, 2019
- 0 views
Welkom vakman of vakvrouw!
Op één van de publieke omroepen volgde ik eens een tweedelige uitzending over het vmbo-onderwijs. Ik heb met belangstelling en stijgende verbazing gekeken. Met belangstelling, omdat ik geloof dat een goed vmbo noodzakelijk is voor de Nederlandse economie. Met stijgende verbazing, omdat de politiek hieraan stelselmatig en visieloos morrelt. Maar ook omdat de maatschappij naar het vmbo kijkt als afvoerputje van het vervolgonderwijs.
Nederland is ambitieus en klaarblijkelijk horen bij een kenniseconomie alleen maar hoogopgeleiden. Gedurende de hele weg van scholing worden kinderen en jongeren gevolgd, gemonitord en bijgestuurd. De weg door het onderwijs moet efficiënt, doelgericht en met resultaten worden afgelegd. Scorekaarten leiden naar een snelweg richting een universitaire titel. Het leren van een vak in de techniek behoort nauwelijks meer tot de mogelijkheden. Daarvoor kies je alleen wanneer het je ontbreekt aan het juiste intellect of de motivatie om te leren. Althans, zo lijkt de publieke perceptie. De cijfers in het vervolgonderwijs tonen het aan. De steeds maar dalende instroom van nieuwe vmbo-leerlingen in bouw- en installatietechniek is immers niet van het laatste jaar.
Dat staat in tegenstelling tot de kansen op – goed betaald! – werk in de technische beroepen. Techniek is er volop om ons heen. Nieuwe technologische innovaties vragen om technische kennis en kunde op alle opleidingsniveaus. De technische sector wordt daarbij extra geraakt door de hoge natuurlijke uitstroom. Ik maak mij oprecht zorgen. De installatie- en bouwsector ‘wennen’ er al aan dat het invullen van een vacature niet meer een kwestie van dagen is. De spreekwoordelijke visvijver raakt leeg. Wanneer het tij niet gekeerd wordt, heeft dit onherroepelijke gevolgen voor uw en onze bedrijfsvoering. Dit laten wij toch niet gebeuren? Welkom vakman of vakvrouw!
Maarten van der Boon
maarten@novitek.nl
Vanuit zijn bedrijf Novitek helpt Maarten
technische bedrijven in organisatiestrategie, innovatie en communicatie.