- Branche
- juni 14, 2023
- 11 views
Nieuwe kennis over het berekenen van warmteverlies in woningen
ISSO-publicatie 51 ‘Warmteverliesberekening voor woningen en woongebouwen’ is verschenen. Hiermee kunnen verwarmingsinstallaties in woningen en woongebouwen worden ontworpen. Dit geldt voor het te installeren vermogen per vertrek of voor de gehele woning of het woongebouw. De methode in publicatie 51 volgt hiervoor de norm NEN-EN 12831-1. Alleen voor het onderdeel ‘warmteverlies naar de buren’ wijkt de publicatie af van deze norm, door bij de warmteverliezen niet uit te gaan van lagere temperaturen naar alle buren tegelijk.
De kennis in deze publicatie is te gebruiken in nieuwbouw- en renovatieprojecten. Ze is niet specifiek bedoeld voor tijdelijk bouw. Installateurs en adviseurs vinden in de publicatie berekeningsmethodes waarmee zij het te installeren verwarmingsvermogen per vertrek kunnen bepalen. Ook gaat de informatie nader in op het maximaal vermogen voor een individuele of een collectieve aansluiting. De berekeningsmethode maakt onderscheid tussen woningen en woongebouwen die aan de nieuwbouweisen van het Bouwbesluit 2020 voldoen en woningen en woongebouwen van voor die tijd.
Verschillende berekeningsmethoden
De berekeningsmethoden in de publicatie verschillen voor beide typen woningen of woongebouwen:
• Er is een verkorte methode voor het bepalen van het maximaal vermogen op basis van het schilverlies.
• Er is een methode voor het bepalen van het vermogen dat men per vertrek moet opstellen.
• Er is een methode voor het bepalen van het maximaal benodigde vermogen voor individuele en/of collectieve aansluitingen.
Het vermogen dat men in een vertrek moet opstellen, bestaat uit twee bijdragen:
• Warmteverliezen die altijd optreden (zoals transmissie door buitenwanden en infiltratie).
• Warmteverliezen en/of toeslagen die niet altijd of niet altijd gelijktijdig optreden (bijvoorbeeld opwarmtoeslag of verliezen naar de buren).
Aansluiten bij regelgeving
De nieuwe methode houdt rekening met ltv-systemen en woningen met een geringe warmtevraag. Qua terminologie en maatvoering sluiten de diverse teksten zoveel mogelijk aan bij de relevante teksten in het Bouwbesluit 2012. Voor het bepalen van de U-waarde van een constructie sluit de kennis zo naadloos mogelijk aan bij de NTA 8800. Ook de verschillende ventilatiesystemen die we in de woningbouw kennen, komen uitgebreid aan de orde.
De vernieuwde ISSO-publicatie 51 is beschikbaar via ISSO Open.

- Branche
- juni 7, 2023
- 6 views
Hybride in de warmtetransitie
De hybride warmtepomp is de minimale norm vanaf 2026. Welke bijdrage kan deze hybride leveren aan de duurzaamheidsamibities van gemeentes en woningcorporaties? Hoe zit het precies met de capaciteit bij producenten en installateurs en wat zijn verwachte toekomstige ontwikkelingen? Deze vragen staan centraal op het congres ‘Hybride in de warmtetransitie; de vragen beantwoord’ op 21 juni as. in TivoliVredenburg Utrecht.
Tijdens het congres worden de resultaten bekend gemaakt van het demonstratieproject Hybride warmtepompen in de gebouwde omgeving (www.demoprojecthybride.nl). Dit project is een samenwerking van de Nederlandse Verwarmingsindustrie (NVI), Techniek Nederland, Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), Universiteit Utrecht en Universiteit Twente.
Versnelling in de warmtetransitie
In dit project zijn 200 hybride warmtepompen in verschillende woningen een jaar lang gemonitord om hun energieprestaties te meten (energetisch, financieel en CO2-reductie). De conclusie is dat de hybride warmtepomp op korte termijn een grote bijdrage kan leveren aan het reduceren van het gasverbruik in de gebouwde omgeving. En in combinatie met (groen)gas zowel voor de korte als de lange termijn een goede oplossing kan zijn voor een versnelling in de warmtetransitie.
Het congres is kosteloos toegankelijk voor iedereen die betrokken is bij de energie- en warmtetransitie, waaronder professionals bij gemeentes en woningcorporaties.
Het volledige programma staat op https://hybrideverwarmd.nl/programma/

- Branche
- juni 5, 2023
- 5 views
Al 100 jaar warmtenetten in ons land
In 1923 werd het Algemeen Ziekenhuis aan de Catharijnesingel in Utrecht aangesloten op het eerste warmtenet van Nederland dat was aangelegd door Pegus, een rechtsvoorganger van Eneco. 100 jaar later bieden warmtenetten goede kansen voor het collectief verduurzamen van ons warmteverbruik. Van de kolen toen, naar duurzame warmtebronnen nu.
100 jaar geleden was het gebruikelijk om een kolenkachel te plaatsen in de ruimtes die je wilde verwarmen. Met de komst van het warmtenet veranderde dit. De elektriciteitscentrale leverde voortaan de restwarmte aan het warmtenet. Zo werd warmte efficiënter ingezet, nam het gebruik van kolen af en was er sprake van een sterke afname van de rookoverlast. Het begin van de warmtetransitie die nog steeds voortduurt; nu met als doel vergroening.
Duurzame warmtevoorziening
Een eeuw na de aanleg van het eerste warmtenet maken we de overstap naar duurzame warmtebronnen. Er liggen kansen bijvoorbeeld door de inzet van restwarmte van het Rotterdamse havengebied uit te breiden in de Randstad. Maar ook door te investeren in nieuwe niet-fossiele bronnen. Zo werkt Eneco momenteel aan de bouw van een nieuwe aquathermie-installatie in Utrecht. Hiermee kan Eneco straks warmte halen uit het gezuiverde afvalwater van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden voor het warmtenet van Utrecht en Nieuwegein.
Investeren in warmtenetten
Naast de ontwikkeling van bronnen blijven investeringen in de warmtenetten ook van essentieel belang om te garanderen dat klanten altijd kunnen rekenen op een betrouwbare warmtevoorziening. Zo investeert Eneco momenteel in de vervanging van het warmtenet van de Haverstraat van Utrecht. Hier worden 70 jaar oude warmteleidingen vervangen door nieuwe. Geen eenvoudige klus, aangezien de oude leidingen waren aangelegd in de werfkelders onder de straten. Rekening houdend met dit monumentale erfgoed werkt Eneco momenteel aan de vervanging van de leidingen.
Nieuwe Warmtewet
Eneco zet zich, mede via haar rechtsvoorgangers, al 100 jaar in voor de ontwikkeling van collectieve warmtenetten. In stedelijke gebieden bieden warmtenetten kansen voor een snelle verduurzaming van de warmtevoorziening. Het is daarbij van belang dat de warmtewet voldoende perspectief biedt voor warmtebedrijven, zodat er ruimte is en blijft om in verduurzaming en uitbreiding te blijven investeren. Alleen op deze wijze is een transitie naar duurzame verwarming tegen optimale maatschappelijke kosten mogelijk.
Binnen de huidige plannen van de nieuwe warmtewet moet een nieuw evenwicht gevonden worden tussen ontwikkeling van warmtenetten en -bronnen. Samenwerking tussen alle partijen is daarbij van groot belang. “Het uiteindelijk doel moet blijven dat we de warmtetransitie versnellen met oog voor de betaalbaarheid van warmte voor de consument en een vermindering van de CO2-uitstoot zodat de transitie ten goede komt aan een beter klimaat.”

- Branche
- mei 26, 2023
- 6 views
Onwetendheid over duurzame warmte
De laatste jaren is er veel te doen over het verduurzamen van woningen. Voor professionals in de branche is het onderwerp steeds meer de norm aan het worden, maar hoe zit dat met de consument? Weten consumenten wat de opties zijn om te verduurzamen en wat de voor- en nadelen van verschillende systemen zijn? Uit onderzoek van Jaga Climate Designers blijkt dat er veel onwetendheid over is. Zo heeft 64% van de ondervraagden geen idee wat er bedoeld wordt met de termen warmteopwekker en afgiftesysteem en wat de verschillen zijn.
Bert Kriekels, Sales Directeur Jaga: “Wij vinden dat verduurzaming voor iedereen toegankelijk moet zijn.” Jaga heeft in samenwerking met Markteffect onderzoek gedaan naar 1.000 woningeigenaren met een eigen koopwoning in Nederland. Uit het onderzoek blijkt dat bijna 75% van de ondervraagden duurzaamheid bij het kopen van een woning belangrijk of erg belangrijk vindt. Ook geeft 69% aan gedeeltelijk of zelf duurzame oplossingen aangebracht te hebben, zoals isolatie, zonnepanelen, HR++ glas of een warmtepomp. Kriekels: “Dat zijn goede ontwikkelingen. Door het nieuws rondom het milieu en de invoering van de warmtepomp, gaat verduurzamen van de woning steeds meer leven bij de consument. De wil om te verduurzamen is er dus steeds meer, maar vaak mist de inhoudelijke kennis over hoe de systemen precies werken en wat alle opties zijn.”
Onderzoeksresultaten
Uit het onderzoek blijkt dat 64% van de respondenten het verschil niet weet tussen een warmteopwekker en een afgiftesysteem. Kriekels: “We kunnen de consumenten niet kwalijk nemen dat ze het verschil niet weten tussen deze twee componenten. Er komen ook steeds meer opties en mogelijkheden bij.” De warmtepomp (74%), de cv-ketel (84%) en hr-ketel (73%) zijn wel bekend bij de consument als mogelijkheden om een woning te verwarmen. Dat is ook niet zo gek als we zien dat de warmteopwekker bij mensen thuis vaak nog een cv-ketel of hr-ketel is. Slechts 6% heeft een warmtepomp in huis. De traditionele radiatoren blijven het meest voorkomende afgiftesysteem, bij 77% bij de woningeigenaren.
Warmteopwekker vs. afgiftesysteem
Kriekels: “Er wordt momenteel gecommuniceerd in de media over warmtepompen als warmteopwekker. Dat is mooi, maar waar volgens ons nog een kans ligt, is dat de consument ook geïnformeerd wordt over het afgiftesysteem dat op een warmteopwekker wordt aangesloten. De kracht van een goed werkend verwarmingssysteem is dat alles op elkaar is afgestemd. Met gewone radiatoren en een warmtepomp krijg je het bijvoorbeeld bijna nooit behaaglijk warm in je woning. Je hebt daarvoor speciale lage temperatuurradiatoren nodig. Ook is isolatie een vereiste als je een warmtepomp in huis hebt.”
Verantwoordelijkheid voor de branche
“We zien dat de consument snel voor een herkenbaar afgiftesysteem kiest, zoals vloerverwarming. Hoewel hier veel duurzame voordelen aan zitten, is het zeker niet altijd de beste oplossing. Zo is het niet alleen lastig om vloerverwarming te plaatsen in een bestaande woning, het systeem werkt ook trager dan radiatoren. Je kan niet snel even de temperatuur aanpassen in huis. Het vervangen van traditionele radiatoren naar lage temperatuurradiatoren in een bestaande woning is een heel eenvoudige aanpassing. Het is de taak van installateurs en fabrikanten om de consument hier nog meer in mee te nemen. We moeten nog meer de voor- en nadelen belichten van alle systemen en helpen om de juiste keuze te maken. Dat is onze verantwoordelijkheid, om het makkelijker en overzichtelijker te maken voor de consument. Zo zorgen we samen voor een duurzamere toekomst.”

- Branche
- mei 17, 2023
- 6 views
Sportclubs winnen premium warmtepomp tijdens Groene Clubweken
Bijna 400 clubs namen deel aan de Groene Clubweken van KNVB-duurzaamheidspartner Mitsubishi Electric en de KNVB Groene Club. Op basis van de beste motivatie hebben drie clubs een premium warmtepomp t.w.v. € 30.000 gewonnen. Energietrainer John Williams deelde de prijzen uit.
“Steeds meer verenigingen willen verduurzamen maar weten niet hoe te beginnen. Wij adviseren graag zowel met de technische mogelijkheden als op het gebied van subsidies”, vertelt clubexpert Martijn van Leerdam van Mitsubishi Electric. “Dat honderden clubs meegedaan hebben aan de Groene Clubweken bewijst dat het thema verduurzamen leeft. Ik ben supertrots dat ik samen met Energietrainer John Williams de prijzen heb mogen overhandigen aan drie prachtige voetbalverenigingen.”
Clubadvies blijft ook na Groene Clubweken mogelijk
Het doel van de Groene Clubweken was om voetbalverengingen te informeren, inspireren en motiveren aan de slag te gaan met het verduurzamen van het sportcomplex. Daarom organiseerden Mitsubishi Electric en de KNVB onder andere een Webinar met energiebesparende tips en informatie over de diverse subsidiemogelijkheden. Daarnaast ontvingen clubs wekelijks een informatieve nieuwsbrief. Ook stonden de KNVB-verengingsadviseurs en experts van Mitsubishi Electric klaar om clubs persoonlijk te adviseren. Iets wat Mitsubishi Electric blijft doen gezien de vele verzoeken voor een afspraak.

- Branche
- mei 15, 2023
- 5 views
Bart van Meurs en Leen van Leeuwen winnen WKO Duurzaamheid Award 2023
Bart van Meurs en Leen van Leeuwen van Koppert Cress/Division Q zijn de winnaars van de WKO Duurzaamheid Award 2023. De twee ontvingen de onderscheiding voor de manier waarop zij zich inzetten voor hun WKO-systeem en de promotie van bodemenergie in het algemeen. Van Meurs en Van Leeuwen kregen de prijs op donderdag 11 mei uit handen van professor Annelies Huygen tijdens het Nationaal Symposium Bodemenergie in Utrecht.
De uitreiking van de WKO Duurzaamheid Award is een vast onderdeel van het jaarlijkse symposium. Genomineerden voor deze prijs zijn professionals die zich met toewijding inzetten voor hun WKO-systeem en actief bezig zijn met het delen van hun kennis. Het was dit jaar de zevende keer dat de prijs werd uitgereikt. Prof.Dr. Annelies Huygen, hoogleraar Ordening van energiemarkten aan de Universiteit van Utrecht, verzorgde de uitreiking in het a.s.r. hoofdkantoor in Utrecht.
Verduurzaming in de glastuinbouw
Van Meurs en Van Leeuwen, productontwikkelaar en beheerder bij Division Q, het technologiebedrijf van Koppert Cress, zijn geen onbekenden van de WKO Duurzaamheid Award. In 2018 werden de twee ook al eens genomineerd. Het duo maakt op een onderscheidende manier gebruik van bodemenergie, waarbij vooral Van Meurs ook voor innovaties op dit gebied zorgt. Dankzij hen speelt Koppert Cress een prominente rol op het gebied van verduurzaming in de glastuinbouw. Om die reden werden de twee dit jaar opnieuw genomineerd, en mochten zij de prijs dit jaar ook mee naar huis nemen. ‘Van Meurs en Van Leeuwen zijn grote drijvende krachten binnen de toepassing van bodemenergie in de glastuinbouw’, oordeelde de jury.
Volledig emissieloos telen
Op verschillende manieren zetten Van Meurs en Van Leeuwen zich in voor optimale verduurzaming binnen Koppert Cress. Het bedrijf maakt bijvoorbeeld gebruik van Hoge Temperatuur Opslag (HTO) en onttrekt warmte aan alles wat een bijdrage kan leveren, zoals de lucht, het water, de motoren in de koelcel, het kantoor en de kas. Ook geothermie ligt in het vooruitzicht. De volgende stap voor Koppert Cress is om volledig emissieloos te gaan telen.
Samenwerken met Division Q
Van Meurs en Van Leeuwen willen niet alleen hun eigen bedrijf, maar de gehele sector helpen om verder te verduurzamen. Het bedrijf gaat bijvoorbeeld ook samenwerkingen aan met veelbelovende startups. Dat is de reden dat Koppert Cress in 2022 zelfs een aparte divisie oprichtte, waarmee ze ook de rest van de tuinbouwsector wil helpen en inspireren. Deze nieuwe organisatie, Division Q, richt zich onder leiding van Van Meurs op technische innovaties die de hele sector kunnen verduurzamen.
Radboud UMC
Ook de twee andere genomineerden zetten zich actief in voor hun eigen WKO-systeem en voor bodemenergie in het algemeen. Aat Builtjes werkt als strategisch energieadviseur en voorzitter van het WKO-team bij het Radboud Universitair Medisch Centrum (UMC) in Nijmegen. Samen met zijn collega’s zet hij zich in om de campusbrede WKO-installatie van het academisch ziekenhuis optimaal te laten draaien. Daarnaast deelt hij de kennis uit zijn werkzaamheden maar al te graag. Zijn belangrijkste boodschap? “Durf ook buiten je eigen gebouwen en terreinen te kijken.”
Wageningen University & Research
De andere genomineerde is Wim Bruins, coördinator Meet- en Regeltechniek bij Wageningen University & Research. Een reden voor zijn nominatie is de manier waarop hij altijd boven op de laatste innovaties zit, en deze ook in de praktijk weet toe te passen. Het eigen WKO-systeem optimaliseert hij door middel van intensief monitoren en bijsturen op basis van de weersverwachting. Ook het op strategische momenten laden en de overgang naar ‘gasloos’ zet hij zodanig effectief in dat de warmte- en koudebalans na de omzetting van de gebouwen naar warmtepompen bewaakt blijft. Tot slot is Bruins actief bezig met kennisdeling door contacten met andere universiteit en het voorlichten van interne collega’s.

- Productnieuws
- mei 12, 2023
- 14 views
Instapoplossing voor hybride systemen
Vaillant introduceert de aroTHERM pure, een lichte en compacte lucht/water-warmtepomp die geschikt is voor hybride systemen. De warmtepomp is voorzien van R32 split technologie en beschikbaar in vermogens van 4, 6, 8 of 10 kW. De aroTHERM pure is vanaf najaar 2023 beschikbaar bij de groothandel.
De nieuwe aroTHERM is een instapoplossing voor hybride systemen die qua prijsstelling onder de aroTHERM plus monobloc lucht-waterwarmtepomp is gepositioneerd. Door het compacte formaat en vermogens van 4 tot 10 kW kan voor ieder woningtype een passend hybride warmtepompsysteem worden ontworpen. Het nieuw vormgegeven binnendeel van het aroTHERM pure hybridesysteem kan bovendien met of zonder back-up heater worden geïnstalleerd. Mét backup heater is men optimaal voorbereid op een toekomstige all-electric situatie, indien men nu kiest voor een zogenaamde all-electric ready hybride opstelling.
De aroTHERM pure kan als add-on bij ieder type bestaande cv-ketel worden geplaatst of als onderdeel van een compleet nieuw verwarmingssysteem worden geïnstalleerd. In het laatste geval kan gelijktijdig een nieuwe Vaillant cv-ketel worden geplaatst. Naast hybride kan de aroTHERM pure tevens als all-electric oplossing worden toegepast in combinatie met een uniTOWER pure hydraulische toren voor warm tapwater.
Energiezuinig
De aroTHERM pure werkt tot -25°C buitentemperatuur voor verwarming. Met het energielabel A+++ voor verwarming en een COP van maximaal 5,3 (A7/W35) komt de warmtepomp in aanmerking voor geldende subsidies. Het koudemiddel R32 heeft een GWP (Global Warming Potential) van 675. De triVAI hybridemanager van Vaillant biedt gebruikers de mogelijkheid om zowel de actuele gas- als elektraprijs op te geven. Aan de hand van de buitentemperatuur berekent de regelaar vervolgens wat economisch gezien de meest voordelige optie is: de warmtepomp aanzetten of de cv-ketel gebruiken voor ruimteverwarming.

- Bedrijf
- april 7, 2023
- 6 views
Duidelijkheid over toepassing waterstof in norm
NEN 1078 geeft de prestatie‐eisen voor ontwerp, aanleg en beproeving van gasleidinginstallaties met een nominale werkdruk tot en met 500 mbar (0,05 MPa) van gebouwgebonden systemen in een niet‐industriële omgeving. Deze norm wordt aangepast om ook het gebruik van waterstof mogelijk te maken. Belanghebbenden kunnen de aanvullingen op het normontwerp tot 1 juli inzien en commentaar geven.
Er is behoefte aan zoveel mogelijk duidelijkheid over de veiligheidsaspecten bij het uitvoeren van pilots en de verdere uitrol van waterstoftoepassing. Dit geldt voor alle betrokken partijen en met name voor opdrachtgevers, installateurs, fabrikanten en bevoegd gezag. Deze behoefte leidde in 2021 tot een verzoek van het ministerie van BZK om de bestaande NEN 1078 aan te vullen naar aanleiding van de meest recente ontwikkelingen op het gebied van waterstof.
Commentaar
Belanghebbenden kunnen tot 1 juli 2023 de aanvullingen op het normontwerp inzien en reageren via www.normontwerpen.nen.nl. De aanvullingen zijn opgenomen in een apart te downloaden document.
- Productnieuws
- maart 22, 2023
- 16 views
Compacte ontgasser voor lagetemperatuur-systemen
Lagetemperatuursystemen worden steeds meer toegepast. Een minpunt van deze systemen is de kwetsbaarheid: luchtbelletjes veroorzaken op den duur corrosie en biofilm waardoor leidingen verstoppen. Het energiegebruik neemt dan toe terwijl het comfort en de levensduur van het systeem afnemen. Flamco heeft hiervoor een ontgasser voor kleinere lagetemperatuursystemen ontwikkeld: de VacuStream. Het compacte apparaat maakt (chemisch) spoelen overbodig.
Steeds meer woningen worden verduurzaamd door ze uit te rusten met vloerverwarming, al of niet in combinatie met een warmtepomp. Het rendement van deze duurzame investeringen gaat deels teniet doordat gassen in het systeem een optimale werking belemmeren. Vervuiling van lage temperatuursystemen is een sluipend proces.
Corrosie en biofilm verstoppen leidingen
Door corrosie en de aangroei van biofilm door aanwezigheid van zuurstof verstoppen de leidingen en slijt de installatie sneller. Het opwarmen duurt langer (minder thermische overdracht), er ontstaan koude zones (afname comfort) en het systeem kan zelfs uitvallen. Doorspoelen was tot nu toe de enige (tijdelijke) remedie, maar voorkomen is beter, goedkoper en duurzamer dan genezen, aldus Flamco.
VacuStream ontgast lage temperatuursystemen
Conventionele luchtafscheiders werken minder goed bij lage temperaturen. Vacuüm-ontgassers zijn wél effectief, maar deze zijn vaak relatief groot en duur voor kleine systemen én maken relatief veel geluid. De VacuStream is daarentegen een compacte en stille ontgasser (ca. 45 x 15 cm) voor systemen tot 500 liter inhoud. Mede door haar afmeting en ontgassingscapaciteit is de ontgasser geschikt voor kleinere lagetemperatuursystemen in de woningbouw en voor klein-zakelijke toepassingen. Door het ruime temperatuurbereik (-5 ºC tot 65 ºC) functioneert het apparaat bij zowel verwarmen als koelen. De VacuStream ontgast het systeemwater volgens een vaste cyclus, waarbij er een vacuüm wordt gecreëerd met het te ontgassen systeemwater. De luchtdeeltjes die hierbij vrijkomen, drijven naar boven en worden, zodra de zuiger in de oorspronkelijke positie terugkeert, via de Flexvent automatische vlotterontluchter aan de bovenzijde snel en effectief afgevoerd.
Behoud van rendement en comfort
De VacuStream kan naast de warmtepomp of vloerverwarmingsverdeler (eventueel in de verdelerkast) worden ingebouwd. Het apparaat is voorzien van een ingebouwde 24V adapter waardoor hij op het lichtnet kan worden aangesloten. Doordat de ontgasser verstopping, slijtage en energieverspilling voorkomt, helpt de VacuStream het rendement en comfort van de lage temperatuursystemen te behouden. De ontgasser is geschikt voor zowel nieuwbouw als renovatie van installaties.
Complete range lucht- en vuilafscheiders
Met de VacuStream breidt Flamco haar assortiment op het gebied van lucht- en vuilafscheiding verder uit. Deze range bestaat naast de Flexvent vlotterontluchters onder andere uit de XStream microbellen lucht- en vuilafscheiders en, voor de grotere utiliteitsgebouwen, de Vacumat Eco ontgassers en de SideFlow Clean deelstroomfilters. De VacuStream is vanaf medio 2023 leverbaar.

- Bedrijf
- maart 16, 2023
- 8 views
Vaillant verdubbelt capaciteit productie warmtepompen
Vaillant Group opent een nieuwe fabriek voor elektrische warmtepompen in Senica (Slowakije). De fabriek heeft een oppervlakte van 100.000 vierkante meter en produceert vanaf mei 2023 uitsluitend warmtepompen. De fabriek is ontworpen voor een jaarlijkse productie van 300.000 warmtepompen. “Met de opening van de nieuwe fabriek zijn we in staat om onze productiecapaciteit te verdubbelen tot ruim een half miljoen warmtepompen per jaar. Hierdoor kunnen we nog beter bijdragen aan het succesvol vormgeven van de verwarmingstransitie in Europa en het bereiken van de EU-doelstelling van tien miljoen nieuw geïnstalleerde warmtepompen tegen 2027,” zegt CEO van Vaillant Group Dr.-Ing. Norbert Schiedeck.
De fabriek in Senica, Slowakije, maakt deel uit van het internationale productienetwerk van de Vaillant Group. Naast de productielijnen beschikt de fabriek ook over een opleidingscentrum voor partners, een bezoekerscentrum en een logistiek centrum. De nieuwe productiefaciliteit is gecertificeerd volgens de hoogste internationale norm BREEAM voor duurzaam, milieuvriendelijk bouwen. De nieuwe fabriek gebruikt elektriciteit uit 100 procent hernieuwbare bronnen en wordt verwarmd met warmtepompen.
Miljardeninvesteringen
Sinds 2016 legt de Vaillant Group de strategische focus op milieuvriendelijke warmtepomptechnologie. Inclusief de lopende projecten bedragen de investeringen in de uitbreiding van de continu groeiende warmtepompinitiatieven bijna een miljard euro. De nadruk werd gelegd op de uitbreiding van de productiecapaciteit bij het hoofdkantoor in Remscheid en de productievestigingen in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk en Slowakije. In dezelfde periode heeft het bedrijf ook zijn onderzoeks- en ontwikkelingsmiddelen aanzienlijk verhoogd en zijn productportefeuille in het warmtepompsegment uitgebreid. Afhankelijk van de toekomstige marktgroei zijn voor de komende jaren extra investeringen tot nog eens een miljard euro gepland voor de verdere groei van productie- en ontwikkelingscapaciteiten.
Hybride nieuwe standaard
De urgentie van verduurzaming is groot. Daarom wil het kabinet dat vanaf 2026 de hybride warmtepomp de standaard wordt voor het verwarmen van woningen. Met de opening van deze nieuwe fabriek en verhoogde productiecapaciteit wil Vaillant bijdragen aan de groeiende vraag naar warmtepompen in Nederland
