- Branche
- mei 9, 2025
- 57 views
Biobased verwarmen
Uniwarm levert al ruim 20 jaar vloer-, wand- en plafondverwarmingssystemen. Eigenaar Peter Riethorst zag de markt in die periode flink veranderen. Volgens hem drukken nu vooral het grote woningtekort en de verduurzaming van de bestaande bouw hun stempel op de bouw- en installatiebranche. En, komt ook circulair installeren steeds dichterbij.
Uniwarm nam zelf jaren geleden al het voortouw. Zo heeft het bedrijf onder andere Healthure modules en een ECO circulair vloerverwarmingssysteem in haar assortiment zitten.
Wat maakt deze oplossingen zo bijzonder?
“Ze zijn biobased. De Healthure modules bestaan uit platen met een hoge densiteit. Ze zijn gemaakt van stro en worden toegepast voor wand- en plafondverwarming. De platen zijn 100 % natuurlijk en zijn uitermate geschikt voor ECO bouwen. De platen zijn beschikbaar met sleuf, zonder sleuf en als eindplaat. De stroplaat kan worden afgewerkt met een laag leemstuc, waardoor de warmte makkelijker wordt doorgegeven. Het ECO circulair vloerverwarmingssysteem is geschikt voor verwarmen en koelen en bestaat uit een 30 mm dikke houtvezelplaat waarin het leidingpatroon is voorgefreesd. De houtvezelplaat is 100 % recyclebaar.”
Hoe komt het dat de installatiebranche zo achter ligt op het gebied van circulariteit, vergeleken met bouwkundige aannemers en architecten?
“Aannemers en architecten hebben vaak een directe relatie met de eindklant. Als die zelf al vraagt om circulaire oplossingen of daar wel voor te porren is, kan je het makkelijk concreet maken. Er is bij die bouwpartners dus al een zekere gewenning ingetreden en een duidelijke incentive om met circulariteit aan de slag te gaan. Installateurs daarentegen zijn meestal onderaannemers en minder bepalend in het hele bouw- en realisatietraject. Hoewel sommige installateurs een afwachtende houding aannemen en snel beperkingen en obstakels zien als het gaat om dit soort innovaties, zijn er ook juist veel installateurs die zeer innovatief en vooruitstrevend zijn. Zij denken in oplossingen en zijn actief bezig met het toepassen van nieuwe technieken in de praktijk.”
Een van de trends die jij signaleert is het grote woningtekort. Zie jij daar al een voorzichtige kentering optreden?
“Ja, toch wel. Er worden al de nodige initiatieven ontplooid om deze problematiek aan te pakken. Denk bijvoorbeeld aan gemeentes die hun regelgeving versoepelen, zodat inwoners makkelijker een extra woonunit in hun tuin kunnen plaatsen.”
Hoe positioneren jullie jezelf in de huidige markt?
“We zijn niet reactief, maar innoveren voortdurend door. Als je goede producten ontwikkelt, komen de klanten vanzelf wel. Daarnaast zetten wij volop in op een klantvriendelijke benadering en een snelle levering.”
Hoe ziet de markt eruit over 5 jaar?
“We zien nu al hoe AI en robotisering de sector aan het veranderen zijn. Bijvoorbeeld door AI montagehandleidingen te laten schrijven of een deel van de marketing te laten doen. Prefabben via robotisering spaart mankracht en maakt het nog eenvoudiger om modulair te gaan bouwen. Ik denk, tot slot, dat we de komende tijd ook stappen zullen zetten op het gebied van circulair installeren. Maar het gaat traag, de overheid zou eigenlijk het adaptieproces moeten versnellen via regelgeving of subsidies.”
- Branche
- april 30, 2025
- 75 views
Praktische handvatten voor all-electric woning
De verduurzaming van woningen via elektrificatie neemt een vlucht. Daarmee wordt de rol van de elektrotechnisch installateur steeds belangrijker. Het nieuwe ISSO-Rapport Duurzaam elektrificeren woningen biedt concrete handvatten voor installateurs. Zij kunnen huiseigenaren begeleiden bij het maken van slimme keuzes op weg naar een volledig elektrische woning.
Door actuele ontwikkelingen zoals de afbouw van de salderingsregeling, de toename van warmtepompen, laadpalen en thuisbatterijen, verandert de elektrische installatie van een woning ingrijpend. Deze veranderingen vragen om grondige voorbereidingen en een goed advies. Installateurs spelen hierbij een sleutelrol. Dit rapport ondersteunt hen daarbij met technische kennis, praktische tips en overzichtelijke stappenplannen.
Thematische opbouw
Het rapport is thematisch opgebouwd, waardoor het niet noodzakelijk is om het volledig door te lezen. Installateurs kunnen navigeren naar de voor hen relevante onderwerpen zoals het verzwaren van de meterkast, het slim aansturen van apparaten, of het preventief aanleggen van loze leidingen voor toekomstige uitbreidingen. Daarnaast bevat het rapport suggesties voor overleg met huiseigenaren of hoofdaannemers. Zo behandelt het rapport niet alleen de techniek maar versterkt het ook de samenwerking tussen betrokken partijen. Door goed overleg kunnen installateurs en andere professionals samen woningen realiseren die flexibel en klaar zijn voor de toekomst.
Praktische hulpmiddelen
In het rapport komt bepaalde informatie bewust op meerdere plekken voor. Omdat installaties vaak met elkaar samenhangen, helpt deze herhaling om elk hoofdstuk begrijpelijk en compleet te maken. Via de inhoudsopgave of zoekfunctie is snel te vinden wat de vakman nodig heeft. Daarnaast zijn er bijlagen beschikbaar die een praktische hulp vormen in het dagelijks werk. Denk aan een vragenlijst om wensen van de klant te inventariseren en een stappenplan om het elektrificeren van een woning gestructureerd aan te pakken.
Spil in de energietransitie
Het rapport benadrukt dat installateurs niet alleen verantwoordelijk zijn voor de technische uitvoering, maar ook voor het begeleiden van de klant in het maken van toekomstgerichte keuzes. Door vakmensen inzicht te bieden in de samenhang tussen verschillende verduurzamingsmaatregelen, kunnen installerende en adviserende partijen, hun klanten beter adviseren. Zo helpen zij hun klanten om kosten te besparen én de woning klaar te maken voor een duurzame toekomst. Op deze wijze is dit rapport een onmisbaar hulpmiddel voor installateurs die hun rol in de energietransitie serieus nemen. Met de juiste kennis en voorbereiding maken zij het verschil – woning voor woning.
Het ISSO-Rapport Duurzaam elektrificeren woningen is opgesteld in opdracht van RVO.nl op verzoek van TKI Urban Energy. Het rapport is beschikbaar via BouwZo.nl.
- Branche
- april 8, 2025
- 99 views
Nieuwe waterstofketel bij proeflocatie in Rozenburg
Intergas is nauw betrokken bij het Hybride demoproject en het netcongestieproject, DACS-HW in Dalen. Daarnaast onderzoekt de fabrikant via het waterstofproject Wagenborgen met 33 hybride warmtepompen op waterstof of dit duurzame gas op de lange termijn een rol zou kunnen spelen bij de verduurzaming van de gebouwde omgeving. In dit kader heeft Intergas nu ook in het Rotterdamse Rozenburg een nieuwe waterstofketel geïnstalleerd bij de proeflocatie ‘Power-to-gas’.
Intergas heeft de proeftuin Power-to-gas van Stedin altijd met belangstelling gevolgd. Het project waarbij 100% waterstof op locatie wordt geproduceerd door een kleine elektrolyser, zorgt ervoor dat 25 woningen in Rozenburg deels duurzaam kunnen worden verwarmd.
Netbeheerder Stedin en de andere betrokken partijen doen waardevolle kennis en ervaring op bij de proeflocatie. Zo wordt het bestaande gasnet gebruikt om waterstof mee te vervoeren en doet Stedin onderzoek naar het toevoegen van een herkenbare geur aan waterstof, net zoals we dat bij aardgas doen.
Nieuwe ketel
Doordat het project langer loopt dan het oorspronkelijke plan was, kreeg Intergas de vraag eind 2024 een waterstofketel te leveren voor het lopende project. Daarom is besloten de zelf ontwikkelde waterstofketel genaamd ‘Xplore’ in Rozenburg te installeren. Lead Engineer waterstof, Gerrit Zijlstra, licht dit besluit toe: “Bij Intergas zijn wij ervan overtuigd dat echte kennis en ontwikkeling pas tot stand komt, als innovaties in een praktijkopstelling worden getest. Juist bij ketels, die vaak wel 20 jaar meegaan, is het belangrijk om voor een langere periode de praktijksituatie te testen.
Nauwelijks stikstofuitstoot
De ketel draagt bij aan duurzame verwarming omdat deze bij de verbranding van waterstof geen CO2 uitstoot. Het ontwerp brengt bovendien meer voordelen voor de natuur en luchtkwaliteit mee, aldus Zijlstra: “We hebben ons tot doel gesteld om een waterstof cv-ketel te ontwikkelen die nog minder stikstof (NOx) uitstoot dan de aardgas cv-ketel. Dat is gelukt! Meting door een onafhankelijke partij bevestigt dat de uitstoot van stikstof dankzij de waterstofketel met meer dan 98% gedaald is.”
Minder aandacht voor waterstof
Net als netbeheerder Stedin verwacht Intergas dat waterstof de komende vijf jaar geen grootschalige rol zal spelen in de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Dit duurzame alternatief voor aardgas krijgt inmiddels aanzienlijk minder aandacht dan enkele jaren geleden. “Een paar jaar geleden werd waterstof gezien als het ‘Duizend-dingen-doekje’ van de energietransitie. Nu de aandacht afneemt, kunnen wij ons weer focussen op het vergaren en delen van kennis”, zegt Zijlstra. “Daardoor zijn wij klaar voor de waterstoftransitie, mocht die zich straks toch aandienen. Ook in de gebouwde omgeving.”
- Branche
- maart 25, 2025
- 93 views
KNVB en Alklima/Mitsubishi Electric zetten samenwerking voort
Alklima/Mitsubishi Electric en de KNVB hebben besloten hun samenwerking met drie jaar, tot 2028, te verlengen. Als partner van De Groene Club blijft Alklima/Mitsubishi Electric betrokken bij het verduurzamen van accommodaties van verenigingen. Met deze verlenging onderstrepen beide partijen hun gezamenlijke ambitie om het Nederlandse voetbal verder te verduurzamen en clubs te helpen bij de overgang naar een groenere toekomst.
“Amateurclubs maken al volop plannen om energie te besparen”, zegt Arjen de Jong, algemeen directeur van Alklima, exclusief distributeur van Mitsubishi Electric in Nederland. “Onze clubexperts helpen deze clubs met duurzame oplossingen zodat zij hun kosten kunnen verlagen en bijdragen aan de energietransitie. Die besparingen kunnen zij goed gebruiken voor nieuwe tenues, jeugdtrainingen of verdere verduurzaming. Tevens zetten deze acties de leden van voetbalclubs aan om thuis ook stappen in de verduurzaming te zetten. Om al deze redenen zijn we blij dat we de samenwerking kunnen voortzetten.”
Groene clubweken
In de afgelopen drie jaar voerden Aklima en KNVB gezamenlijk verschillende relevante onderzoeken uit. Ook zetten zij hun expertise op het gebied van klimaatoplossingen in via bijeenkomsten en maatwerkadvies. Daarnaast is er de campagne De Groene Clubweken, die dit jaar loopt vanaf 20 maart tot en met 6 april 2025. De Groene Clubweken helpt amateurclubs op weg om te verduurzamen. De campagne, die dit jaar haar derde editie kent, maakt ze bewust van de voordelen van verduurzaming en biedt praktische handvatten om direct aan de slag te gaan.
- Bedrijf
- maart 11, 2025
- 104 views
Van zonnepanelen naar airco’s, naar warmtepompen, naar thuisbatterijen
De energietransitie vraagt om meer dan alleen zonnepanelen. De Duurzame Jongens hebben dat inzicht omarmd en zetten, na jaren van voorbereiding, in 2025 een grote stap vooruit: een rebranding waarmee zij zich definitief positioneren als duurzaamheidspartner. Want, verduurzaming stopt niet bij zonnepanelen. Thuisbatterijen, warmtepompen en airco’s maken klanten echt onafhankelijk van het energienet.
Wij willen klanten stap voor stap meenemen in het grotere geheel,” vertelt Wilco Mikic, Commercieel Manager bij De Duurzame Jongens. “Zonnepanelen zijn vaak de eerste aankoop, maar het gaat er uiteindelijk om hoe je energie zo slim en efficiënt mogelijk gebruikt. Daarom bieden we ook thuisbatterijen, warmtepompen en airco’s aan, zodat klanten echt onafhankelijk kunnen worden van het energienet.”
Milieubewustzijn speelt hierbij een grote rol. “Duurzaamheid gaat niet alleen over besparen op je energierekening, maar ook over je impact op de planeet.”
Waarom deze stap?
De energietransitie is in volle gang, maar tegelijkertijd is er veel onduidelijkheid bij consumenten. Regelgeving verandert, subsidies worden aangepast en de informatie is tegenstrijdig. “De eindklant wordt continu van links naar rechts bewogen door politieke en media-invloeden,” legt Wilco uit. “Wij vertalen de marktontwikkelingen en zorgen ervoor dat klanten begrijpen hoe ze hun energieverbruik optimaal kunnen benutten.”
“Veel mensen denken: ‘Ik heb zonnepanelen, dus ik ben klaar.’ Maar dat is slechts het begin,” zegt Wilco. “Onze rol is om hen te begeleiden, inzicht te geven in de beste keuzes voor hun situatie en te helpen bij duurzame investeringen. We willen niet achter de feiten aanlopen, maar juist voorop blijven lopen.”
Hobbels op de weg
2024 was een bewogen jaar, zowel voor de markt als voor De Duurzame Jongens. “De voortdurende discussies over de salderingsregeling en de komst van nieuwe wetgeving zorgden voor veel onzekerheid bij klanten,” vertelt Wilco. “Mensen wisten niet waar ze aan toe waren, en wij ook niet altijd. Dat leidde tot veel weerstand in de sector.
Daarnaast betekende de groei van het bedrijf dat er fors geïnvesteerd moest worden in het omscholen van personeel. “Van zonnepanelen naar airco’s, van airco’s naar warmtepompen en nu naar thuisbatterijen. Dat was een uitdaging, maar het heeft ons ook sterker gemaakt. Nu zijn we klaar voor de volgende fase.”
Eigen koers varen
De focus in 2025 ligt op slimme energieoplossingen en zelfvoorzienend wonen. “Handelen op de energiemarkt is een trend waar veel bedrijven op inspelen,” zegt Wilco. “Wij kiezen bewust voor een andere koers. In samenwerking met Sunergy bieden we een dynamisch energiecontract en het Home Energy Management System (SlimmeRik) zorgt dat de overtollige stroom efficiënt wordt ingezet of teruggaat aan het net.”
Hierbij draait het om slim gebruik van energie in eigen huis. “We richten ons op zelfconsumptie: de stroom die je opwekt, optimaal inzetten voor eigen gebruik. Dat kan met thuisbatterijen, maar ook door warmtepompen en airco’s slim aan te sturen. Pas als er te veel opgewekte energie is, kijken we naar verkoop of andere strategieën.”
“We richten ons op slim gebruik van energie in eigen huis: stroom opslaan en op het juiste moment verbruiken. Dat is de toekomst.”
Een nieuw hoofdstuk
De rebranding van De Duurzame Jongens wordt in 2025 uitgerold en markeert een nieuwe fase. Wilco licht toe: “Het is een strategische keuze om ons nog krachtiger te positioneren als de duurzame partner van nu en de toekomst. We willen de eerste naam zijn waar mensen aan denken als ze verduurzaming overwegen.”
Naast de uitbreiding van de dienstverlening zet het bedrijf uit Sittard ook in op kennisdeling. “We organiseren informatieavonden, houden klanten op de hoogte via nieuwsbrieven en delen de nieuwste trends via social media. De energietransitie is complex, en wij zien het als onze taak om consumenten en bedrijven hierin wegwijs te maken.”
Stip op de horizon
Waar staan De Duurzame Jongens over vijf jaar? “We willen dan een landelijke speler in Nederland zijn,” zegt Wilco. “Daarnaast dromen we van een mooi project waarin we een volledig off-grid huis realiseren, los van het energienet. Zo laten we zien dat waar we in geloven écht mogelijk is.”
Naast onze groeiambities vinden we maatschappelijke impact enorm belangrijk. “Niet alleen hier, maar ook in landen waar toegang tot elektriciteit niet vanzelfsprekend is,” benadrukt Wilco. “Daarom willen we ons inzetten voor gemeenschappen die duurzame energieoplossingen het hardst nodig hebben.”
Wilco’s boodschap aan bedrijven en particulieren die nog twijfelen? “Je doet dit niet alleen. Verduurzaming is iets wat we samen moeten doen. Natuurlijk brengt elke verandering uitdagingen met zich mee, maar als we vooruit willen, moeten we die transitie met z’n allen aangaan. En dat is precies waar wij bij helpen.”
- Branche
- maart 11, 2025
- 501 views
Bijna een op de vijf woningen is inmiddels van het gas af
Ruim 18 procent van de Nederlandse woningen en andere kleinverbruikers hebben geen gasaansluiting meer. Dat blijkt uit onderzoek van duurzaamheidsplatform Slimster op basis van data van de regionale netbeheerders. Daarmee zijn veel gemeenten goed op weg om het tussendoel van 20 procent aardgasvrije woningen in 2030 te behalen. Slimster waarschuwt wel dat de warmtenetten, die het beeld schetsen dat gemeenten goed bezig zijn, in de praktijk nog lang niet zo duurzaam zijn als gewenst.
Vooral in de gemeenten Almere, Duiven, Purmerend, Nieuwegein en Westervoort zijn veel woningen gekoppeld aan een warmtenet. Daardoor zijn zij ‘op papier’ van het gas af: zo heeft in Purmerend nog maar 40 procent van de huizen een gasaansluiting. In de praktijk betekent dat echter niet dat deze woningen ook daadwerkelijk geen gas meer gebruiken. De Warmtemonitor van het CBS uit 2019 laat zien dat voor zo’n 60 procent van de warmte in warmtenetten nog gas wordt gebruikt.
Hoe is dit onderzocht?
Aan de hand van de beschikbare open data van de regionale netbeheerders bepaalde Slimster het aantal gas- en elektra-aansluitingen per gemeente. Het delen van het aantal gasaansluitingen door het aantal woningen per gemeente zou voor een licht vertekend beeld kunnen zorgen, omdat ongeveer 5% van de woningen (vooral oudere appartementencomplexen) gebruikmaakt van blokverwarming. In de praktijk heeft daarentegen wel vrijwel iedere woning een eigen elektriciteitsaansluiting. Daarom deelde Slimster het aantal gasaansluitingen door het aantal elektriciteitsaansluitingen, om het percentage woningen en andere kleinverbruikers zonder gasaansluiting per gemeente te berekenen.
Warmtepomp populairst in Blaricum
Kijkend naar de gemeenten zonder warmtenet blijken vooral huishoudens in Noord- en Zuid-Holland en Gelderland goed op weg. Blaricum noteert met 37,7 procent het hoogste percentage gasloze woningen. Deze gemeente werd vorig jaar door Slimster ook bestempeld als meest geëlektrificeerde gemeente van Nederland, onder meer door het hoge aandeel woningen met een warmtepomp. Naast Blaricum is ook in onder meer Waddinxveen, Zoeterwoude, West Maas en Waal en Kaag en Braassem meer dan een op de vijf woningen al van het gas af.
Opvallend is dat met name gemeenten in Twente achterblijven. Van de tien gemeenten met het laagste percentage gasloze woningen liggen er zes in deze regio. Het gaat om Dinkelland, Tubbergen, Twenterand, Wierden, Borne en Losser. Ook Limburg is aan de onderkant van de ranglijst ‘sterk’ vertegenwoordigd.
Groningen meest ambitieus, maar tijd dringt
Conform het Klimaatakkoord moeten in 2050 alle woningen en andere kleinverbruikers (zoals kleine winkels, kleine kantoren, cafés, sportkantines en bibliotheken) van het gas af zijn. Slimster onderzocht ook welke doelen gemeenten zichzelf stellen. Daaruit blijkt dat een op de tien gemeenten al eerder volledig aardgasvrij wil zijn, in veel gevallen uiterlijk in 2040. De Groningse gemeenten Groningen en Het Hogeland zijn het meest ambitieus. Zij hebben 2035 als stip aan de horizon gekozen. Het is sterk de vraag of ze dat gaan halen, want in Groningen is minder dan 13 procent van de panden inmiddels gasloos, terwijl in Het Hogeland slechts een kleine 6 procent de gasaansluiting al liet verwijderen.
Hoeveel bespaart een verwijderde gasaansluiting per jaar?
Momenteel kost het laten verwijderen van je gasaansluiting niets. Daar staat een besparing van een kleine 240 euro per jaar op de netbeheerkosten tegenover. Daarnaast vervallen ook de vaste leveringskosten die je nu betaalt aan je energieleverancier voor gas. Dat is gemiddeld nog eens ongeveer 100 euro. De grootste kostenvermindering wordt echter gerealiseerd door de overstap op elektrisch verwarmen. Slimster becijfert dat een warmtepomp een doorsnee huishouden op jaarbasis bijna 775 euro bespaart ten opzichte van een gasgestookte cv-ketel. Dit brengt de jaarlijkse besparing door het verwijderen van je gasaansluiting op 1114 euro.
De meest geïnstalleerde warmtepomp in Nederland is de lucht/water-warmtepomp. Deze kost, inclusief installatie, gemiddeld 12.000 euro. Afgaande op de berekening van Slimster zou deze dus binnen elf jaar terug te verdienen zijn. “Houd er daarnaast ook rekening mee dat een warmtepomp deels draait op de stroom van je eigen zonnepanelen. Daarmee verminder je dus je terugleverkosten en speel je in op het einde van de salderingsregeling in 2027. Dat is dus nog een bijkomend voordeel specifiek voor zonnepaneeleigenaren”, vult Slimster-eigenaar Marco Schuurman aan.
- Branche , VSK-nieuws
- december 4, 2024
- 96 views
Bouw waterstofstation gestart bij Nefit Bosch
Bij Nefit Bosch is de bouw van een waterstofontvangststation gestart als aftrap van de realisatie van ‘s werelds eerste open lokale groene waterstofketen voor de industrie. De bouw van het ontvangststation markeert een belangrijk moment in een samenwerking tussen verschillende partners onder de noemer GROHW. Naast Nefit Bosch, als eerste industriële afnemer, zijn energiebedrijf Essent, infraspecialist Firan en initiatiefnemer Witteveen+Bos betrokken.
Wat de partners verenigt in GROHW is het omarmen van waterstof als lange-termijn bedrijfsstrategie en daarmee de bereidheid om vandaag te investeren in het duurzame toekomstperspectief van groene waterstof.
Afwachten is voor ons geen optie
Voor Nefit Bosch komt het project precies op het goede moment. Markus Baumeister, Director Engineering Nefit Bosch: “In Deventer openen wij volgend jaar een compleet vernieuwd wereldwijd R&D Centrum, waarbij het duurtesten van nieuwe modellen waterstof cv-ketels een speerpunt vormt. Afwachten is voor ons geen optie. Daarom is het fantastisch dat wij met Essent en de andere partners binnen GROHW samenwerken om de voor ons onmisbare waterstof snel en bedrijfszeker aangeleverd te krijgen.”
Open lokale groene waterstofketen
Het waterstofontvangststation van Essent bestaat onder meer uit een 17 meter hoge buffertank waar de met tankwagens aangevoerde groene waterstof in opgeslagen wordt. Terwijl er gewerkt wordt aan de oplevering in februari volgend jaar, samen met de opening van het nieuwe Bosch R&D Centrum, is de volgende stap al in voorbereiding. Naast het ontvangststation wordt komend jaar ook een 2,5 MW elektrolyser gebouwd, die uit lokaal en regionaal geproduceerde duurzame elektriciteit groene waterstof maakt. Bas van der Stelt, Hydrogen Business Developer Essent: “Met de elektrolyser completeren wij de waterstofketen, zodat productie, distributie en verbruik lokaal afgehandeld worden.”
Landelijk waterstofnetwerk
Anders dan veel andere waterstofprojecten, is GROHW concreet in uitvoering. Naast waterstof is het ook de bedoeling om de zuurstof en restwarmte van de waterstofproductie lokaal te benutten. Voor schaalvergroting kijkt men naar mogelijkheden in de toekomst voor aansluiting op de waterstof backbone, het landelijke waterstofnetwerk.
- Branche
- oktober 24, 2024
- 34 views
“Ons klimaatbeleid bevindt zich op de verkeerde weg”
Ook dit jaar is er weer een Klimaat- en Energieverkenning (KEV) verschenen. “Die laat zien dat er nog heel wat moet gebeuren om de klimaatdoelen, die zijn vastgelegd in de Klimaatwet, te halen”, reageert voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland op de verkenning. “Een belangrijk deel van de klimaatopgave ligt bij de industrie, maar ook in de gebouwde omgeving blijven we achter bij de doelstellingen.”
“Van ambitieus klimaatbeleid is nog niets te merken. En van groene groei ook niet. Integendeel”, betoogt Terpstra. “De salderingsregeling en de verplichting om bij vervanging van de cv-ketel een hybride warmtepomp te installeren, zijn geschrapt. De subsidie voor hybride warmtepompen gaat vanaf 1 januari 2025 omlaag. We doen dus niet méér, maar juist minder. De KEV 2024 onderstreept vandaag nog eens dat we dat we op de verkeerde weg zitten.”
Zorgwekkend
“Ondertussen is de impact van de maatregelen op de verkoop van warmtepompen en zonnepanelen groot. Dat is een zorgwekkende ontwikkeling, want méér duurzame energie is niet alleen goed voor het klimaat. Consumenten krijgen er ook een lagere en meer voorspelbare energierekening door, de innovaties geven onze maakindustrie een voorsprong én duurzame energie maakt ons minder afhankelijk van buitenlandse energieleveranciers.”
Groene groei
Terpstra: “Eén van de knelpunten voor een snelle verduurzaming is ons elektriciteitsnetwerk. We moeten inzetten op uitbreiding en versterking van het net, maar óók slimme technische oplossingen achter de meter toepassen. Techniek Nederland is benieuwd hoe minister Hermans groene krimp gaat ombuigen naar groene groei. We verwachten van het kabinet creatieve maatregelen om het eigen gebruik van duurzaam opgewekte energie te stimuleren. Denk aan zonnestroomboilers, warmtepompen, thuisbatterijen en de accu van de elektrische auto. Techniek Nederland wil graag meedenken en meedoen om de energietransitie weer op koers te krijgen.”

Schrijf je in op onze nieuwsbrief
Relevant nieuws
- Branche
- oktober 21, 2024
- 38 views
Meest innovatieve warmtenet bevindt zich in Veenendaal
Het nieuwe warmtenet van DEVO in de Veenendaalse wijk Groenpoort is uitgeroepen tot het Meest Innovatieve Warmtenet van 2024. Op het Nationale Warmtecongres in de Jaarbeurs Utrecht nam directeur Gerhard van de Lagemaat de award in ontvangst. De combinatie van energieopslag en slimme sturing maakt dat het Veenendaalse warmtenet de titel mag dragen. Naast DEVO waren ook Warmtestad Groningen en het warmtenet van Essent bij het Utrechtse Merwedekanaal genomineerd.
Juryvoorzitter Frits Verheij van Greenvis: “DEVO is met een all electric collectieve oplossing gekomen. Zover ik weet, is dit het eerste collectieve warmtenet dat all electric is. Tegelijkertijd biedt DEVO het hoofd aan de uitdagingen van netcongestie. En het systeem is flexibel inzetbaar en goed te kopiëren.”
Samenwerking
Het warmtenet van de toekomst DEVO werkt voor het realiseren van dit nieuwe warmtenet onder andere samen met Linthorst en HoCoSto. HoCoSto legde een ondergrondse warmtebuffer aan waarmee warmte tot een week kan worden opgeslagen. Daarnaast wordt de optimale timing van de warmteproductie bepaald door het Energie Management Systeem van Linthorst. DEVO stemt de productie af op de gelijktijdige beschikbaarheid van zonne- en windenergie. En op de beschikbare netcapaciteit, waar DEVO met netbeheerder Liander afspraken over heeft. Ook data over warmtevraag en energieprijzen vormen input.

Schrijf je in op onze nieuwsbrief
Relevant nieuws
- Bedrijf
- oktober 15, 2024
- 36 views
Hulp bij duurzaamheidseisen, gebouwautomatisering en controle systemen
Om de bouw- en technieksector te ondersteunen bij het voldoen aan strengere regelgeving rondom duurzaamheid en Gebouw Automatisering en Controle Systemen (GACS), stellen FHI, Techniek Nederland en TVVL drie documenten beschikbaar. Deze hulpmiddelen bieden inzicht in de eisen van de Green Deal en kunnen gebouweigenaren, installateurs en adviseurs helpen om in te spelen op de uitdagingen en kansen binnen de sector.
De bouw- en technieksector speelt een cruciale rol in de overgang naar een duurzamere samenleving, en de uitdagingen én kansen liggen zowel in de renovatie van bestaande utiliteitsgebouwen als in de ontwikkeling van nieuwe, duurzame panden. De Green Deal en de daarbij horende regelgeving stellen hoge eisen aan gebouweigenaren, terwijl ze tegelijkertijd kansen bieden voor adviseurs, producenten, installateurs, inspecteurs en specialistische bedrijven.
Behoefte aan verheldering
Om aan de steeds strengere regels te voldoen, is gedegen kennis over Gebouw Automatisering en Controle Systemen (GACS) en de relevante regelgeving essentieel. Toch is er vaak verwarring over welke stappen noodzakelijk zijn om te voldoen aan de nieuwe wet- en regelgeving. De complexe samenhang tussen bestaande en nieuwe regels met de noodzaak van een lange termijnvisie, vraagt om heldere richtlijnen en hulpmiddelen, aldus de initiatiefnemers.
Beschikbaar voor brancheleden
Om de leden van de brancheverenigingen te ondersteunen bij deze uitdagingen, zijn nu drie documenten beschikbaar gesteld. Deze documenten kunnen gebouweigenaren en installatiebedrijven helpen om de regelgeving te begrijpen en toe te passen:
1. Ontwerp- en controlerichtlijn voor GACS: bijdrage aan energieprestaties van gebouwen
Dit document, opgesteld door een grote groep leden, biedt een toelichting op de normteksten van de NEN-EN ISO 52120-1 en hoe deze te interpreteren voor de Nederlandse markt. Het dient als waardevol hulpmiddel naast de originele NEN-EN ISO-tekst. Leden van FHI, Techniek Nederland en TVVL kunnen dit document downloaden via de ledenomgeving van de betreffende organisaties.
2. Whitepaper: Verbeter de business met GACS
Dit whitepaper is specifiek geschreven voor installatiebedrijven, systeemhuizen en adviseurs. Het biedt inzicht in de huidige regelgeving rondom GACS en de mogelijke impact hiervan op de bedrijfsvoering. Door middel van duidelijke tekst en uitgebreide voetnoten krijgen lezers een compleet beeld van de vereisten en de mogelijkheden.
3. Whitepaper: Meer rendement met GACS
Dit whitepaper is gericht op gebouweigenaren die geconfronteerd worden met steeds strengere regelgeving. Het document benadrukt het belang van het kiezen van een competente technische partner om meerwaarde te creëren voor vastgoed. Ook hier zorgen tekst en voetnoten voor een zo compleet mogelijk overzicht van de situatie.
