Lesstof verschenen om nieuwe methode energieprestatie te bepalen

De lesstof van de EP-U/B, EP-W/B, EP-U/D en EP-W/D opleidingen zijn gepubliceerd in de ISSO-KennisBank. De lesstof is ontwikkeld door Kader en gevalideerd door ISSO. Op deze manier versterken Kader en ISSO elkaar vanuit hun eigen expertise.

Op 1 januari 2021 treedt er een nieuwe methode in werking om de energieprestatie van woningen en gebouwen vast te stellen. Deze methode is vastgelegd in een Nederlands Technische Afspraak (NTA 8800). Omdat deze bepalingsmethode verandert, moeten adviseurs die energielabels maken opnieuw examen doen. Onder de NTA 8800 moeten alle energieprestatieberekeningen gemaakt en ingediend worden door een gediplomeerd adviseur. Dat geldt ook voor nieuwbouw. Een energielabel laat de energieprestatie van de woning of het gebouw zien en maakt duidelijk welke energiebesparende maatregelen nog mogelijk zijn. De labelklassen voor woningen en gebouwen lopen van A tot en met G, oftewel van weinig naar veel besparingsmogelijkheden.

Samenwerken om elkaar te versterken
ISSO en Kader zochten de samenwerking om elkaar te versterken vanuit hun eigen expertise. Kader als opleider en lesstofontwikkelaar, en ISSO als verbinder tussen de benodigde kennis en de professionals en opleiders. Opleiders kunnen het volledige lespakket inzetten voor hun opleidingen. Opleiders die dit lesmateriaal gebruiken laten daarmee zien dat ze Powered by ISSO zijn. Het label ‘Powered by ISSO’ houdt in dat de opleiding gevoed is met ISSO-kennis.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Richtlijnen ventilatiesystemen aangepast aan huidige wetgeving

Er is een nieuwe versie verschenen van ISSO-kleintje Ventilatie ‘Woningen en woongebouwen’. Deze versie helpt de wetgeving toe te passen waaronder het Bouwbesluit 2012 (versie juli 2019), de Wet Kwaliteitsborging, de eisen voor BENG en de (nog te publiceren) ontwerp NEN 1087.

De aangepaste versie geeft nieuwe inzichten met betrekking tot binnenluchtkwaliteit, comfort en energiezuinigheid. Ook bevat dit naslagwerk aanvullende kwaliteitseisen voor ventilatie in slaapkamers, badkamers en kookafzuiging. Daarnaast zijn er nieuwe technieken toegevoegd en verouderde technieken verwijderd. Deze versie is gepubliceerd in de ISSO-KennisBank.

Het toepassen van de nieuwe BENG-eisen
Voor nieuwbouwwoningen en gerenoveerde woningen moet het energiegebruik zo laag mogelijk zijn en het risico op tochtklachten worden vermeden. Een adequaat ventilatiesysteem zorgt voor de juiste balans tussen energieprestatie en luchtkwaliteit. Door de nieuwe BENG-eisen is het in de praktijk lastig om deze balans te waarborgen. Kleintje Ventilatie geeft richtlijnen voor het toepassen van de eisen in de praktijk.

Voorzorgmaatregel bij tegengaan van coronavirus
Goede ventilatie in gebouwen is ook een belangrijk aandachtspunt in relatie tot het verspreiden van het coronavirus. ISSO volgt de ontwikkelingen op dit gebied en zo nodig past zij de kennis in haar kennisproducten daarop aan.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Nieuw team specialisten energie bij ISSO

ISSO heeft voor het thema energieprestatie een nieuw team van specialisten opgezet. Dit was nodig na het vertrek van Kees Arkesteijn, die bijna 20 jaar bij het kennisinstituut een belangrijke rol vervulde bij de kennisontwikkeling op het vakgebied van de energieprestatie. Sinds begin dit jaar is Arkesteijn actief voor het Bureau Controle en Registratie Gelijkwaardigheid (BCRG B.V.).

Het nieuwe team bestaat uit Irene van Veelen, Kelly Greene en Marco Hofman. Zij zijn als specialisten inmiddels goed op de hoogte van alle ontwikkelingen en vanaf heden het aanspreekpunt bij ISSO op het gebied van de energieprestatie. Daarnaast blijven de drie teamleden ook op andere vakgebieden actief waarvoor ze binnen ISSO al eerder hun kennis inzetten.

Realiseren van nieuwe kennisproducten
ISSO richt zich de komende tijd op het realiseren van alle kennisproducten die nodig zijn voor de overgang op 1 januari 2021 naar BENG (bijna energie neutrale gebouwen) en de bijbehorende nieuwe bepalingsmethode - de NTA 8800 - voor de energieprestatie van woningen en gebouwen. Inmiddels heeft het team, samen met veel partners, de eerste werkversies van de nieuwe opnameprotocollen en examens opgesteld. Ook wordt er druk aan het opleidingsmateriaal gewerkt.

Nieuwe rol Arkesteijn
Kees Arkesteijn was bij ISSO bekend als specialist op het gebied van duurzame technieken maar vooral ook als de aanstichter van kennisontwikkeling op het gebied van de energieprestatie. Hij heeft deze kennis opgezet, met partners ingevuld en jarenlang beheerd. Sinds dit jaar is hij fulltime voor BCRG gaan werken, een instantie waarvoor hij in zijn ISSO-tijd ook al parttime actief was. BCRG zorgt voor gecontroleerde kwaliteits- en gelijkwaardigheidsverklaringen van producten of systemen die in de bouw- of installatiesector worden toepast. De database bevat vele producten en wordt veelvuldig geraadpleegd.

BCRG op eigen benen
Lange tijd voerde BCRG haar taken uit onder de vleugels van ISSO. BCRG is inmiddels een zelfstandige B.V. die bestuurd wordt vanuit de nieuwe Stichting BCRG. Het uitgangspunt daarbij is dat het zelfstandige bedrijf BCRG vanuit een onafhankelijke positie kan opereren.

Op onze nieuwsbrief abonneren

Corrosiespecialist gaat kennis delen om schade aan cv-installaties te voorkomen

Het Belgische bedrijf Resus heeft zich aangesloten bij ISSO-Kennispartners. Dit netwerk van onafhankelijke bedrijven werkt samen aan het verhogen van het kennis- en kwaliteitsniveau in de bouw- en installatiesector. Resus is een corrosiespecialist. “Het bedrijf heeft een groot netwerk en kent de sector heel goed”, aldus Anneli van Kleven, communicatie- en marketingmanager bij ISSO. “Als ISSO-Kennispartner helpt Resus ons bij het verspreiden van onze kennis in de markt.”

Binnen het netwerk van ISSO-Kennispartners wisselen ISSO en de kennispartners ervaringen en kennis met elkaar uit. Daarnaast bundelen de deelnemende organisaties de krachten door samen activiteiten te ondernemen. Zo voorzien de ISSO-Kennispartners de professionals in de bouw- en installatiesector direct en indirect van actuele en valide kennis.

Niche-kennis
Resus is producent van corrosiemonitors die via sensortechnologie de corrosiesnelheid in cv- en koelinstallaties registreren en waarschuwen bij ontoelaatbare waarden. Karl Willemen, oprichter en eigenaar van Resus, was onlangs nog betrokken bij de herziening van ISSO-publicatie 13: Aanbevelingen ter voorkoming van corrosie en ketelsteenvorming in watervoerende installaties’. Willemen schreef mee aan de meest recente versie van deze ISSO-publicatie. “We zijn blij dat we ons bij de ISSO-Kennispartners konden aansluiten”, zegt Willemen. “We weten bij Resus erg veel binnen het niche-gebied van verwarming; ervaringen die we graag met de markt delen. Met onze kennis en producten is schade aan verwarmingsinstallaties te voorkomen. We hopen via ISSO meer partijen op de hoogte te brengen van die mogelijkheid. En misschien kunnen we via dit netwerk ook contact leggen met fabrikanten van verwarmingsoplossingen zodat die onze producten in de toekomst kunnen toepassen in hun verwarmingsproducten.”

Kennisambassadeur
“We zijn erg bij dat Resus zich heeft aangesloten bij de Kennispartners”, vertelt Anneli van Kleven van ISSO. “Oprichter Karl Willemen heeft een internationaal netwerk in de sector en heeft een schat aan ervaring op het gebied van corrosie, expansievaten, lucht- en vuilafscheiders, ontgassers en andere zaken die aan verwarmingsinstallaties zijn gerelateerd. Al tijdens zijn werkzaamheden in de werkgroep voor de herziening van ISSO-publicatie 13 toonde hij zich een ambassadeur van het kennisproduct; iemand die het belang van kennisdeling en -ontwikkeling onderkent. Kennispartners zoals Resus helpen ons om onze kennis te verspreiden en vormen zo een verlengstuk voor onze kennisdeling. Andersom kunnen zij ons ook attenderen op ontwikkelingen in de branche en aangeven waar de professionals behoefte aan hebben, zodat wij onze kennisproducten hierop kunnen aanpassen.”

Op onze nieuwsbrief abonneren

Publicaties energieprestatie aangepast aan nieuwe rekenmethodiek energielabel

De ISSO-publicaties 75.1 Handleiding Energieprestatie utiliteitsgebouwen en 82.1 Handleiding Energieprestatie woningen en woongebouwen zijn aangepast en gepubliceerd in de ISSO-KennisBank. Deze nieuwe versies zijn aangeduid met methode 2020.

Voor utiliteitsgebouwen en woningen moet een energielabel zijn opgesteld met als doel om energiebesparende maatregelen te stimuleren. De rekenmethodiek voor het bepalen van het energielabel verandert per 1 januari 2021. De nieuwe bepalingsmethode NTA 8800 treedt dan in werking en geldt zowel voor bestaande bouw als nieuwbouw.

Gedetailleerd rekenen is het uitgangspunt
Een energierapportage opstellen gebeurt aan de hand van de basis- of de detailopname. In de nieuwe versie van deze ISSO-publicaties is de detailopname het uitgangspunt. Voor die opname is niet altijd voldoende informatie beschikbaar, bijvoorbeeld bij bestaande bouw. Daarom is er onderscheid gemaakt wanneer de basisopname verplicht is en wanneer de detailopname.

Voor de aanvraag van een omgevingsvergunning of bij oplevering van nieuwbouw, moet na 1 januari 2021 altijd de detailopname worden toegepast.

Nog niet compleet
Vanwege het ontbreken van de laatste informatie vanuit de overheid omtrent het definitieve energielabel zijn de algemene hoofdstukken 1 t/m 4 nog niet opgenomen in deze uitgaven. Lees meer hierover op de website van ISSO.

Op onze nieuwsbrief abonneren

  • Branche
  • februari 24, 2020
  • 0 views
Klachten warmtepompboiler: ‘Geen goede afstemming op bouwkundige situatie’

Het programma Radar behandelde de toepassing van warmtepompboilers in een oud kantoorpand. Het pand is op de begane grond is omgebouwd tot 22 starterswoningen. De bewoners klagen over hoge energiekosten, lauw tapwater en het feit dat de woning niet warm wordt. Ook wijzen de energieleveranciers de bewoners erop dat zij te veel energie gebruiken voor het aantal mensen dat er woont. De betrokken partijen hebben nog geen oplossing kunnen vinden voor de klachten. ISSO heeft op verzoek van Radar een inspectie van de installaties uitgevoerd. Je leest hier de conclusie van deze inspectie.

Het betreft de begane grond van een gebouw, waarbij de begane grond als kantoor fungeerde. Op de verdiepingen bevinden zich bestaande woningen. Het kantoor (bouwjaar 1985) is  1 jaar geleden omgebouwd tot 22 fraaie starterswoningen, waarvan een deel sociale huur is. We hebben  1 sociale huurwoning en 1 vrije sector woning bezocht en de bewoners gesproken. De bewoners hebben een aantal klachten: hoge energierekeningen (termijnbedrag €50,-, naheffingen van € 200,- tot € 600,- per woning), woning niet warm, warmtapwater soms lauw. Ook werden ze gebeld door energieleveranciers: "Volgens het verbruik woont u hier met 6 personen, heeft u een aquarium?, er tapt iemand energie van u af."
De nieuwe voorgevel bestaat grotendeels uit HR++ beglazing. De verwarming vindt plaats door ingesleufde vloerverwarming. De vloer ligt op zand en is gezien het bouwjaar aan de onderzijde vermoedelijk beperkt geïsoleerd. In de badkamer is een elektrische radiator geplaatst. In de voorgevel zijn ventilatieroosters opgenomen. Door de grote hoeveelheid beglazing en ventilatieroosters in combinatie met vloerverwarming is er sprake van koudeval.

Systeemkeuze
In de technische ruimte is de volgende apparatuur in serie opgesteld: warmtepompboiler 260 l, warmtewisselaar (overdracht van warmte naar vloerverwarming), transportpomp, elektrische boiler. Na de elektrische boiler gaat de leiding weer terug naar de warmtepompboiler.
Met een warmtepompboiler wordt op energiezuinige wijze warmtapwater gemaakt. De warmtepompboiler ventileert de woning. De warmte wordt teruggewonnen uit de ventilatielucht en via de warmtepomp overgedragen aan het voorraadvat van de warmtepompboiler.
Specificaties warmtepompboiler: capaciteit warmtepomp 1,6 kW, totale capaciteit 3,1 kW, afzuigluchthoeveelheid: 350 m3/h. In de warmtepompboiler bevindt zich een elektrische spiraal voor desinfectie (i.v.m. Legionella) en piekvraag.

Conclusie
In tegenstelling tot wat gebruikelijk is bij een warmtepompboiler wordt bij de appartementen de warmtepompboiler ook gebruikt om de woningen via de vloerverwarming te verwarmen.
N.B. In leveranciersdocumentatie wordt alleen gesproken over de inzet van de warmtepompboiler voor warmtapwater. Wellicht is het op doordachte wijze realiseerbaar, maar het is met deze losse componenten geen bekend concept bij ISSO. Het concept bestaat als compleet samengebouwde ventilatiewarmtepomp, die de verwarming en warmtapwater realiseert, met als opmerking dat het alleen geschikt is in nieuwe, niet al te grote, super goed geïsoleerde woningen.
De vloerverwarming vraagt continu warmte. Het warme water stroomt vanuit de warmtepompboiler hiertoe eerst door de warmtewisselaar (warmteafgifte aan vloerverwarming) en vervolgens door de elektrische boiler terug naar de warmtepompboiler. De warmtepomp kan maar een beperkt deel van deze warmte t.b.v. warmtapwater en verwarming leveren, waardoor de elektrische boiler en elektrische spiraal in bedrijf moeten komen voor verwarming en warmtapwater. Er wordt dus grotendeels elektrisch verwarmd, wat een verklaring is voor de hoge energierekeningen.
De warmtepompboiler heeft een afzuigcapaciteit van 350 m3/h. Dit is veel voor deze kleine woningen. De ventilatielucht zal ergens vandaan moeten komen, b.v. ook van buiten. Deze lucht moet dan weer door de vloerverwarming opgewarmd worden. Omdat het niet warm genoeg wordt zal de aanzuigtemperatuur bij de warmtepompboiler van 20 °C niet gehaald worden, waardoor het rendement van de warmtepompboiler lager wordt. Kortom er wordt grotendeels elektrisch verwarmd, maar het wordt niet warm met een hoog elektriciteitsverbruik.

Bij het ontwerp en samenstellen van energiezuinige installaties is goede informatie en afstemming met de bouwkundige situatie noodzakelijk, aldus ISSO.

Bekijk hier de uitzending terug.

Op onze nieuwsbrief abonneren

  • Branche
  • februari 13, 2020
  • 0 views
Praktijkboek voor begroeide gevels en daken

ISSO brengt het nieuwe praktijkboek Multifunctionele groene daken en gevels uit. Het boek biedt praktische informatie en tools aan professionals die begroeide gevels en daken voor gebruik, waterberging en energieopwekking willen realiseren. Als er is gekozen voor een groen dak en/of gevel biedt het ondersteuning bij het ontwerp, de realisatie, onderhoud en eventueel de sloop.

Het praktijkboek behandelt de integratie van meerdere technieken om tot een oplossing te komen, waarin meerdere functies (gebruik, waterberging en energieopwekking) en vormen van gebruikerswaarde centraal staan.
Meerdere invalshoeken
Het nieuwe praktijkboek kent meerdere invalshoeken. Enerzijds voor verschillende doelgroepen uit verschillende segmenten van de markt. En anderzijds per functie van een groen dak of gevel.
Daarnaast kan het ook gebruikt worden in onderwijs en bijscholing. Het Praktijkboek Multifunctionele groene daken en gevels is verkrijgbaar via de ISSO-KennisBank.

Op onze nieuwsbrief abonneren

  • Bedrijf
  • november 25, 2019
  • 0 views
ISSO start online platform voor samenwerking in het vakgebied

Kennisinstituut ISSO gaat als een platform werken. Er komt een online platform waarop onder andere co-creatie gefaciliteerd wordt. Hiervoor zoekt de kennisclub samenwerking met partners en professionals die valide kennis ontwikkelen, rekentools aanbieden en materiaal voor trainingen en cursussen ontwikkelen en aanbieden. Voor het verspreiden van die kennis kan bijvoorbeeld software worden ingezet of een opleiding waarop de ISSO-kennis is gebaseerd.

Om deze werkwijze goed in te kunnen vullen, is ISSO momenteel bezig om een netwerk van partners op te bouwen. Het kennisinstituut onderscheidt de verschillende vormen van samenwerking met een sublabel, waarmee partners hun samenwerking met ISSO kunnen uitdragen.

Nieuwe huisstijl
ISSO ondergaat als kennisclub sowieso een flinke transitie. Aan de buitenkant is dat te zien aan het nieuwe logo en de nieuwe huisstijl die online en offline worden doorgevoerd.

Op onze nieuwsbrief abonneren

  • artikel
  • september 6, 2019
  • 0 views
Gasverbranding

De nieuwe certificeringsregeling voor gasverbrandings-installaties, de Wet Kwaliteitsborging, aangepaste richtlijnen voor rookgasafvoer. Ontwerpers, installateurs en monteurs van gasverbranding-sinstallaties hebben met tal van nieuwe eisen en ontwikkelingen te maken. ISSO reikt hen de kennis daarvoor aan in de vorm van drie nieuwe documenten: Kleintje Gas-ontwerp, Kleintje Gas-montage en onderhoud, en Kleintje CV-service. Voor elke doelgroep is daarmee eigen actuele kennis beschikbaar.

Lees het artikel op installateursZaken.nl

Kennis over preventie Legionella in leidingwater vernieuwd

ISSO heeft een nieuwe versie gepubliceerd van ISSO-publicatie 55.1, Handleiding legionellapreventie in leidingwater. De publicatie biedt een handvat voor het opstellen van een legionellarisicoanalyse en -beheersplan voor leidingwaterinstallaties, die vallen onder hoofdstuk 4 van het Drinkwaterbesluit. De kennis is geschikt voor adviseurs, installateurs, beheerders van drinkwaterbedrijven, inspectie, fabrikanten en leveranciers.

Onlangs is de herziene BRL 6010 voor het opstellen van Legionella risicoanalyses en beheersplannen bindend verklaard. Aangezien ISSO-publicatie 55.1 een praktische uitwerking is om te voldoen aan de eisen van BRL 6010 en de wetgeving, was het nodig de ISSO-kennis daar weer volledig op te laten aansluiten. Zo is bijvoorbeeld in BRL 6010 een beslisboom toegevoegd die de lezer helpt te bepalen of het nodig is een beperkte of een uitgebreide risicoanalyse te maken. Ook toegevoegd aan de BRL 6010 is een vast voorgeschreven indeling van de rapportage van risicoanalyse en beheersplan.

Uitleg over voorgeschreven indeling
De voorgeschreven indeling van de rapportage in BRL 6010 is beperkt tot een soort inhoudsopgave. Daarin staat bijvoorbeeld dat de rapportage moet beginnen met een samenvatting. “ISSO-publicatie 55.1 geeft meer uitleg over deze voorgeschreven indeling”, vertelt Irene van Veelen, projectcoördinator bij ISSO. “We leggen bijvoorbeeld uitvoeriger uit wat er zoal in de samenvatting hoort te staan. De samenvatting is bedoeld om de opdrachtgever duidelijk te maken welke risico’s er bestaan en welke acties nodig zijn. Ook moet in de samenvatting de urgentie van risico’s duidelijk worden gemaakt, omdat dit het eerste is wat de opdrachtgever leest.”

Wettelijke eisen versus aanvullende richtlijnen
Nog een verandering aan de nieuwe ISSO-publicatie 55.1, is het feit dat de teksten veel toegankelijker zijn geworden. Van Veelen: “Uit de enquête over legionellapreventie, die we twee jaar geleden afnamen, bleek dat gebruikers erg tevreden zijn over de inhoud en kwaliteit van deze publicatie. Maar de teksten konden leesbaarder en toegankelijker. Denk daarbij aan een logischer hoofdstukindeling en een duidelijkere samenhang met de wetgeving. Dat hebben we bij deze herziening allemaal meegenomen. Hoe begrijpelijker de tekst in ISSO-publicatie 55.1 is, hoe prettiger het is voor lezers.” De nieuwe ISSO-publicatie 55.1 heeft nu blauwe tekstkaders voor wat wettelijk is bepaald en wat een aanvullende richtlijn is. “Zo is er nog al eens een misverstand over de toepassing van de beperkte risicoanalyse. Deze is wettelijk niet benoemd in de Regeling Legionellapreventie. ISSO-publicatie 55.1 legt duidelijk het wettelijk kader uit en de randvoorwaarden voor de beperkte risicoanalyse”.

Verwijzingen geactualiseerd
In de herziene ISSO-publicatie zijn verder de verwijzingen naar wet- en regelgeving geactualiseerd, zoals de actuele NEN 1006 en Waterwerkbladen. De handleiding is een praktisch leidraad, maar om een legionellarisicoanalyse en -beheersplan op te stellen is hoe dan ook ruime installatietechnische kennis en ervaring vereist, vooral van leidingwaterinstallaties.

De nieuwe ISSO-publicatie 55.1, Handleiding legionellapreventie in leidingwater, is verkrijgbaar via de ISSO-KennisBank.