- april 18, 2023
- 33 views
Technische sector nog steeds niet vrouwvriendelijk
De technische sector kampt nog steeds met een ondervertegenwoordiging van vrouwen. Zowel technici (64%) als HR-beslissers (72%) uit de branche onderschrijven dit. Zes op de tien (59%) technici bestempelen de branche momenteel zelfs als onaantrekkelijk voor vrouwen. Om hier verandering in te brengen, zien technici vooral (57%) dat bedrijven een cultuurverandering moeten ondergaan. Dat betekent: meer diversiteit toepassen in leeftijd, geslacht en achtergrond. Dit blijkt uit de achtste editie van de TechBarometer van technisch opleider ROVC onder ruim 1.000 HR-beslissers, 2.700 technici en 1.000 potentiële zij-instromers.
Ondanks dat 66 procent van de HR-beslissers een divers personeelsbestand zegt na te streven, blijft actie grotendeels uit. Zo investeren bijvoorbeeld slechts vier op de tien (39%) HR-beslissers in het actief werven van vrouwen. Het aantal technische bedrijven dat diversiteit heeft opgenomen in de organisatiedoelstellingen voor de komende jaren is nog lager: vier procent.
Mannenwereld
John Huizing, directeur bij ROVC: “De techniek is van oudsher een mannenwereld. Hoewel uit diverse onderzoeken blijkt dat hier langzaam verandering komt, zijn vrouwen nog steeds sterk ondervertegenwoordigd. Daarnaast is sprake van een discrepantie tussen de in- en uitstroom van vrouwen die voor een technische functie kiezen. Dat vind ik, zeker gezien de huidige tijd, erg opmerkelijk. Als branche moeten we de hand in eigen boezem steken: dit moet én kan beter. Gezamenlijk moeten we aan de slag om vrouwen te enthousiasmeren voor de techniek en te zorgen dat ze dat ook blijven. Dit vraagt om aandacht en investeringen. Focus op het aantrekken en behouden van een divers personeelsbestand is enorm belangrijk voor de sector. Het personeelstekort waar de branche mee kampt is een aanhoudend probleem. Dit tekort loopt bovendien de komende jaren alleen maar verder op, onder andere door de energietransitie die om duizenden, zo niet tienduizenden extra vakmensen vraagt.”
Niet aantrekkelijk
Zeven op de tien (71%) HR-beslissers vinden dat de branche even geschikt is voor vrouwen als mannen. Wel ziet een meerderheid (56%) van de HR-beslissers in dat de branche momenteel niet aantrekkelijk is voor vrouwen. En dat beeld klopt, kijkend naar de uitkomst van potentiële vrouwelijke zij-instromers. Van hen zou slechts vijftien procent graag in de techniek werken.
Weg met de voltijdcultuur
De vraag dringt zich op waarom de technische branche onaantrekkelijk wordt gevonden voor en door vrouwen. Het antwoord hierop ligt in het feit dat de branche onvoldoende flexibel lijkt. Veel HR-beslissers vinden bijvoorbeeld dat zowel de gehele branche (44%), als de eigen organisatie (34%) onvoldoende openstaat voor deeltijdwerken. Daarnaast kampt de technische sector nog steeds met een imagoprobleem. Zij-instromers bestempelen het vakgebied vaak onterecht als moeilijk (19%), voor mannen (15%) en iets om vieze handen van te krijgen (10%). Ook technici zelf beamen dat imagoverandering noodzakelijk is voor meer diversiteit: 49 procent vindt het nodig om het imago van de technische sector te veranderen om zo meer vrouwen aan te trekken.
Huizing vervolgt: “Naast het veranderen van het imago van de techniek moet er ook anders gekeken worden naar dienstverband om het vak aantrekkelijk te maken. Goed werkgeverschap draait anno 2023 niet meer om enkel een goed salaris of een vast contract. Zaken als een gezonde werk-privébalans en autonomie worden steeds belangrijker. Ook – en misschien wel juist – in de technische branche, waar over het algemeen nog weinig aandacht is voor deze zaken. De schijnbaar dwingende voltijdcultuur maakt de sector minder aantrekkelijk voor vrouwen en jongeren, twee groepen die enorm belangrijk zijn om de personele uitdagingen in de techniek het hoofd te bieden. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat veel mensen die na een korte technische carrière weer uitstromen, deeltijd gaan werken in een sector waar dit meer gemeengoed is. Als branche laten we hier enorme kansen liggen. Willen we een bredere groep enthousiast maken én houden voor het technische vak, dan moet er meer ruimte komen voor diversiteit en flexibiliteit in dienstverband, werktijden en roosters. Ook moeten werkgevers aandacht schenken én tijd vrijmaken voor het ondersteunen van persoonlijke ambities en ontwikkelmogelijkheden.”

[pt_view id="c16fe5aixv"]
- maart 30, 2023
- 29 views
KSB geeft jonge technici kans en uitdaging
Welk bedrijf in de industrie kampt er niet mee? Het bestaande personeelsbestand is aan het vergrijzen maar het aantrekken van (jonge) instroom blijkt problematisch. Landelijk, regionaal en lokaal worden verschillende initiatieven ontplooid om nieuwe, vooral jonge werknemers te vinden én aan het bedrijf te binden. KSB zet daarbij in op nauwe samenwerking met regionale opleidingscentra. Een gesprek met enkele jonge servicemedewerkers bij deze fabrikant van onder andere pompen en afsluiters leert echter dat het om meer gaat dan alleen samenwerken.
Neem Mike Huisman. Hij volgde de mbo-opleiding Werktuigbouwkunde toen hij in 2017 een stageplek zocht. Die vond hij bij KSB. “KSB voelde als een thuis waar ik serieus werk vond, leuke opdrachten kreeg en gemotiveerd werd om door te studeren. Inmiddels zit ik in mijn derde jaar van de hbo-opleiding Werktuigbouwkunde. Wat begon met een stage is inmiddels een prachtjob die mij ook kennis laat maken met het buitenland. Ik heb al tien weken bij KSB in Duitsland op de onderzoeksafdeling mogen werken, waar ik heb geleerd hoe onderzoeksontwikkelingen worden vertaald naar de praktijk. En inmiddels ben ik alweer met KSB aan het vooruitkijken naar de volgende vijf jaar.”
Afwisselende werkzaamheden
Steven Ohm werkt met Mike samen in de KSB-werkplaats in Zwanenburg. Ook hij leerde KSB kennen tijdens zijn mbo-stage. “Al snel merkte ik dat KSB afwisselend werk biedt: revisie, onderhoud, lassen – ik krijg eigenlijk met alles te maken. Tegelijkertijd motiveert KSB me wel om door te gaan met mijn studie. Mijn afstudeerproject was een vlaktafel waar ik nu bij KSB dagelijks aan sta te werken. Voorlopig wil ik hier nu eerst ervaring opdoen. En dat lukt uitstekend in een omgeving waarin veel jonge collega’s om je heen lopen die ondersteund worden door enkele ‘oude rotten’ in het vak.” Collega Dennis Loogman is dezelfde mening toegedaan: “Ik was van oorsprong automonteur maar zocht een nieuwe uitdaging; een baan met meer mechanica en minder elektronica. Die vond ik bij KSB, waar ik het overgrote deel van de tijd in de werkplaats actief ben maar af en toe ook meega naar onderhoudsopdrachten bij klanten.”
Hard nodig
Mike Breure is momenteel bezig met revisies. Als HBO-er Werktuigbouwkunde werkt hij inmiddels één jaar bij KSB en heeft in dat jaar naar eigen zeggen veel geleerd. “KSB biedt ook veel gelegenheid om te leren. Het heeft me het eerste jaar wel verbaasd dat er zoveel kon; ik ben zelfs ook al twee keer in Duitsland op cursus geweest. Voor mij is het een mooi bewijs dat KSB investeert in de eigen medewerkers. En dat merk ik ook als ik over mijn eigen ontwikkeling op het werk praat; ik ben aangenomen voor de service-buitendienst maar heb ook al aangegeven dat ik te zijner tijd graag op de engineeringafdeling zou werken. Ik ervaar dat KSB je helpt om naar zo’n positie door te groeien. Dat doet je niet alleen beseffen dat industriële bedrijven als KSB hard nodig zijn, maar ook dat wij als jonge werknemers onmisbaar zijn.”
Volop uitdagingen
Tim de Boer werkt al vier jaar bij KSB als buitendienstmonteur. Wat hem aanspreekt zijn de openheid en de sfeer. “Iedereen kan het goed met elkaar vinden omdat je geaccepteerd wordt zoals je bent. Ik heb de eerste drie maanden in de werkplaats gewerkt en ben daarna als buitendienstmonteur aan de slag gegaan. Het is zeer divers werk bij uiteenlopende klanten waarvoor je veel vrijheid krijgt maar ook goed moet kunnen improviseren. KSB investeert veel tijd in ons en dat geeft een goede binding met het bedrijf; het voelt een beetje als een familie.”
Boven mbo-niveau
Naast Tim werkt Rick Huisman. Met 20 jaar is hij de jongste. Momenteel doet hij de mbo-opleiding Werktuigbouwkunde en het werk bij KSB sluit daar op aan. “De techniek waar ik hier mee te maken krijg, ligt boven het mbo-niveau. Dat maakt het zo interessant en uitdagend om hier te werken. Momenteel loop ik stage waarbij ik als opdracht een Sewatec afvalwaterpomp zelf moet repareren. Samen met collega’s heb ik de pomp mogen uitbouwen. Momenteel haal ik de pomp uit elkaar waarna die gestraald wordt en onderdelen worden vervangen. Tenslotte mag ik de pomp weer volledig gereviseerd inbouwen in een ziekenhuis.”
Jonge collega’s
Desley Kisoor is de laatste KSB-jongeling. Hij kwam als constructiewerker in dienst bij de KSB-werkplaats waar hij pompen reviseert en onderhoudt en laswerkzaamheden verricht. “Ik ben via een kennis met KSB in contact gekomen en had al snel in de gaten dat het een bijzondere werkomgeving biedt met veel jonge collega’s en uitdagend werk. Al tijdens mijn stage kreeg ik het aanbod om aanvullende opleidingen te gaan doen. Dat gaf direct een goed gevoel en dat is eigenlijk altijd zo gebleven. Eén van die opleidingen was in Duitsland, waar je dan ook merkt hoe groot ons bedrijf is.”

- maart 29, 2023
- 32 views
Meisjes kiezen steeds vaker voor technische carrière
Meisjes vinden steeds vaker de weg naar een opleiding in de techniek. Die conclusie trekt Techniek Nederland aan de vooravond van Girls’ Day, op donderdag 30 maart. Het aantal meisjes dat dit schooljaar heeft gekozen voor een technische vmbo-opleiding ligt maar liefst 21% hoger dan in 2021- 2022. Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland: “Voor meisjes wordt een keuze voor techniek bijna net zo gewoon als een keuze voor de zorg of het onderwijs. Dat is goed nieuws voor de werkgevers in onze sector, maar ook voor de meiden zelf. Want de technieksector biedt enorme carrièrekansen.”
De toename van de instroom van meisjes op technische opleidingen komt niet als een verrassing. Terpstra: “Van alle sectoren biedt de techniek waarschijnlijk het allerbeste uitzicht op een interessante en succesvolle loopbaan. Het vak wordt breder, innovatiever en digitaler. Zwaar materiaal maakt meer en meer plaats voor slimme techniek. Daar komt bij dat de cultuur in techniekbedrijven volop in beweging is; communicatieve vaardigheden, creativiteit en teamwork zijn belangrijker dan ooit. Werken in de techniek wordt daardoor steeds aantrekkelijker, voor mannen én vrouwen.”
Vrouwen zijn onmisbaar
Ondertussen neemt de maatschappelijke betekenis van de technieksector snel toe. De energietransitie is onuitvoerbaar zonder techniek, voor innovaties in de gezondheidszorg geldt hetzelfde. Het is niet realistisch om te denken dat de omvangrijke maatschappelijke opgaven te realiseren zijn met de helft van de beroepsbevolking, aldus Techniek Nederland. Meisjes hebben in de technieksector volop kansen als installatiemonteur, maar bijvoorbeeld ook als adviseur, ontwerper en data-analist.
Vrouwen zijn in aantocht
De instroom in het vmbo bij het technisch profiel Produceren, Installeren en Energie (PIE) groeit licht. Dit schooljaar is 5,8% van de studenten een meisje; in het schooljaar 2021-2022 was dat 5%. Terpstra: “Er moet dus nog veel gebeuren. Daarom is het goed dat veel techniekbedrijven op Girls’ Day in actie komen en activiteiten organiseren. Techniek moet je zien en beleven, in de praktijk.”
Girls’ Day 2023: donderdag 30 maart
Girls’ Day is bedoeld om meisjes tussen de 10 en 15 jaar enthousiast te maken voor technische opleidingen en beroepen. De dag is een initiatief van VHTO, het expertisecentrum genderdiversiteit in bèta, techniek en IT.

[pt_view id="0f89ee68c0"]
- maart 10, 2023
- 33 views
Meer animo voor het loodgietersvak
Nederland kampt al jaren met een tekort aan loodgieters. Op Wereld Loodgieters Dag (zaterdag 11 maart) vestigt Techniek Nederland de aandacht op ‘een beroep met enorme carrièrekansen’. “Loodgieter heeft nog altijd een wat ouderwetse klank, maar dat is volledig ten onrechte”, zegt Doekle Terpstra, voorzitter van Techniek Nederland. “De loodgieter van vandaag is een moderne, technisch onderlegde vakman of vakvrouw. Dit vak is springlevend en jongeren zien dat ook. De opleidingen voor sanitair-installateur krijgen méér inschrijvingen.”
Ondanks het aantrekkelijke loopbaanperspectief wordt het tekort aan sanitair-installateurs steeds voelbaarder. Wie een badkamer of wc wil laten plaatsen, krijgt al gauw te maken met wachttijden. Hetzelfde doet zich voor bij problemen met de waterleiding of de riolering. Terpstra: “Een erkende installateur, die lid is van Techniek Nederland, zal er alles aan doen om in noodgevallen snel ter plaatse te zijn. Maar ook installatiebedrijven zitten te springen om goede vakmensen.”
Extreme buien
De loodgieter is het eerste aanspreekpunt als er iets mis is met de waterleiding of de riolering. Maar ook voor de hemelwaterafvoer is de loodgieter de aangewezen vakman. Door klimaatverandering komen extreme buien steeds vaker voor. Het belang van het beroep zal dus de komende jaren alleen maar toenemen. “Wat het vak zo aantrekkelijk maakt, is dat je als loodgieter bijna altijd de redder in de nood bent”, zegt Terpstra. “Of je nu bij strenge vorst de gesprongen waterleiding repareert of je komt een verstopping van de afvoer verhelpen, je wordt met open armen ontvangen.”
De digitale loodgieter
Loodgieters zijn en blijven onmisbaar voor het installeren, onderhouden en repareren van sanitaire voorzieningen, aldus de branchekoepel, maar sanitair-installateurs worden daarnaast betrokken bij het voorkomen en verhelpen van legionellabesmettingen in leidingen en bij het verduurzamen van woningen. Bovendien werkt de loodgieter steeds meer met digitale hulpmiddelen, bijvoorbeeld bij het ontwerpen van badkamers.
Gedegen opleiding
Technische installaties in woningen en grote gebouwen worden steeds complexer. De moderne sanitair-installateur is dan ook een goede opgeleide, veelzijdige vakman of vakvrouw. Het beroep wordt interessanter en dat is ook te merken aan de belangstelling voor technische. Terpstra: “Het tekort aan technische vakmensen is groot, maar er zijn lichtpuntjes. Het aantal jongeren dat kiest voor een technische beroepsopleiding groeit. Ook zien we veel zij-instromers het installatievak binnenkomen. Dat is goed nieuws, maar nog niet voldoende om de uitstroom te compenseren waarmee we te maken hebben als gevolg van de vergrijzing. Er liggen dus héél veel kansen voor jonge mensen om het de komende jaren te gaan maken in dit beroep. En of je jezelf dan loodgieter noemt of sanitair-installateur, mag je zelf weten.”
5 vragen over de loodgieter, beantwoordt door Techniek Nederland:
1 Is loodgieter een uitstervend beroep?
De loodgieter (of eigenlijk: de sanitair-installateur) zorgt ervoor dat het toilet, de badkamer en alle leidingen die daarbij horen, probleemloos werken. Maar de moderne loodgieter ontwerpt ook badkamers, zorgt voor legionellaveilige waterleidingen én is betrokken bij het duurzaam maken van woningen en gebouwen. Steeds vaker doet hij of zij dat met slimme, digitale hulpmiddelen. Er zijn te weinig loodgieters, terwijl er steeds méér werk voor ze is. Kortom: de loodgieter is belangrijker dan ooit.
2. Zijn er nog wel jongens en meisjes die loodgieter willen worden?
Gelukkig wel. Sterker nog: de belangstelling neemt weer toe. Het aantal studenten dat kiest voor een technische beroepsopleiding groeit. Steeds meer jonge mensen beseffen dat je als sanitair-installateur een interessante en aantrekkelijke carrière tegemoet gaat. Ook het aantal zij-instromers dat kiest voor het loodgietersvak groeit.
3. Loodgieter, verdient dat een beetje?
Er is steeds meer waardering voor het beroep van loodgieter. Ook financieel. De moderne, goed opgeleide loodgieter verdient een uitstekend salaris.
4. Waar kun je leren voor loodgieter?
Om loodgieter te worden heb je een technische opleiding nodig op minimaal MBO2-niveau. Meestal is dat de opleiding monteur gas, water of warmte. Er zijn ook specifieke opleidingen. Dat kan een cursus zijn, maar ook deeltijd- of avondonderwijs. Voor zij-instromers zijn er speciale trajecten bij regionale opleidingsbedrijven.
5. Wereld Loodgieters Dag, waar is dat voor nodig?
Als loodgieter doe je belangrijk werk. Voor je klanten én voor de maatschappij. Je werkt aan gezondheid, veiligheid, energiebesparing én comfort. Helaas blijft dat soms een beetje verborgen. Daarom zet Techniek Nederland op Wereld Loodgieters Dag het beroep in de schijnwerpers.
(foto Hans Hordijk)

- februari 10, 2023
- 27 views
Werken in energietransitie: 2 op de 3 werkenden overweegt carrièreswitch
Om de energietransitie te doen slagen is personeel nodig. Met name technische vakmensen kunnen de komende decennia het verschil maken, maar er is een tekort. Energiebedrijf Zonneplan vroeg daarom aan een panel van duizend werkende Nederlanders of zij weleens nadenken over een overstap naar werk in een andere sector. Twee op de drie gaven aan dat dit inderdaad het geval is. Meer dan de helft zegt bovendien veel waarde te hechten aan maatschappelijk relevantie in hun werk.
Mannen zeggen in het onderzoek van Zonneplan iets meer bezig te zijn met een carrièreswitch dan vrouwen. 9 procent van de mannen denkt hier zelfs elke dag over na, tegen 6 procent van de vrouwen, terwijl het percentage mannen dat zegt er nooit mee bezig te zijn 35 procent is en onder vrouwen 38 procent. Jongeren (18-34 jaar) zijn vaker bezig met een overstap (76 procent) dan ondervraagden in de leeftijdscategorieën 35-49 jaar (67 procent) en 50-65 jaar (49 procent). Daarnaast valt op dat liefst 86 procent van de ondervraagden werkzaam in de sector ‘Media en communicatie’ weleens nadenkt over een switch. Ook de sector ‘Handel en dienstverlening’ scoort met 74 procent relatief hoog. Werknemers actief in de sector ‘Justitie, veiligheid en openbaar bestuur’ zijn hier met 53 procent juist het minst mee bezig.
Maatschappelijk relevant werk
Een belangrijke reden om verder te kijken op de banenmarkt is voor veel Nederlanders het gemis van maatschappelijke meerwaarde in hun huidige baan. David Venderbos, recruiter bij Zonneplan, merkt dit de laatste jaren veel in de sollicitatiegesprekken die hij voert. “Ik spreek bijvoorbeeld veel zij-instromers die momenteel actief zijn als productiemedewerker en dat stukje toegevoegde waarde missen. Of denk aan automonteurs. Hun werk wordt steeds meer overgenomen door computers. Ook pakketbezorgers en winkelmedewerkers die bij ons solliciteren noemen vaak het missen van een daadwerkelijk doel in hun werk als argument om de overstap naar werken in de energietransitie te maken.”
Van de duizend Nederlanders die Zonneplan ondervroeg gaf 8,5 procent aan dat zij maatschappelijke relevantie het allerbelangrijkst vinden bij het zoeken van een nieuwe baan. Belangrijker nog dan het salaris dus. Bijna de helft - 46,1 procent - zegt dit belangrijk te vinden, mits het salaris ook in orde is. Bijna een derde stelt dat dit sociale aspect mooi meegenomen is, maar dat er meerdere andere factoren van groter belang zijn. Voor 14,2 procent doet maatschappelijke meerwaarde er in het geheel niet toe. Verder stelt ruim een kwart van de ondervraagden dit maatschappelijke aspect in de afgelopen vijf jaar belangrijker te zijn gaan vinden. Zo’n 11 procent zegt juist het tegenovergestelde te voelen, terwijl voor de meerderheid - 62 procent - dit niet veranderd is.

- mei 10, 2022
- 23 views
Beoogde energietransitie onhaalbaar door tekort aan technici
Als er niets gebeurt om het technicitekort op te lossen, is het volgens de meerderheid van de technici (56%) en HR-beslissers (52%) onmogelijk om de energietransitie binnen de gestelde tijd van het Klimaatakkoord te verwezenlijken. Dit blijkt uit een onderzoek van technisch opleider ROVC onder ruim 1.000 HR-beslissers in de technische branche, 2.500 technici en 1.000 potentiële zij-instromers. Zo vindt bijna de helft van de technici (44%) en HR-beslissers (46%) het onhaalbaar dat in 2030 27 procent van de energie uit duurzame bronnen komt. Ditzelfde geldt voor de doelstelling dat energie in 2050 bijna helemaal duurzaam moet zijn.
De vertraging van de noodzakelijke verduurzaming in Nederland (39%) is volgens de respondenten een belangrijk maatschappelijk gevolg van het technicitekort. Ook komen er economische gevolgen naar voren uit de TechBarometer. Zo zegt driekwart (73%) van de HR-beslissers dat het de concurrentiepositie van Nederland negatief beïnvloedt. Daarnaast remt het technicitekort innovatie (45%) en maakt het Nederland minder aantrekkelijk als vestigingsplaats voor productiebedrijven (38%).
Energietransitie biedt ook kansen
Toch biedt de energietransitie ook mogelijkheden. Zo vinden zes op de tien (58%) HR-beslissers dat het stoppen met fossiele projecten, waardoor personeel uit steenkool-, olie en gasprojecten beschikbaar komt, kansen biedt voor omscholing naar de techniek. Ook heeft de energietransitie een positief effect op potentiële zij-instromers. De helft vindt dat de energietransitie de techniek een aantrekkelijk vak maakt. Bovendien maakt het groeiende belang van duurzaamheid de technieksector voor twee derde van de potentiële zij-instromers aantrekkelijker.
Inspelen op trend
John Huizing, directeur bij ROVC: “De energietransitie biedt zowel kansen als uitdagingen voor de technische sector en het terugdringen van het personeelstekort. Het heeft positieve effecten op het personeelstekort in termen van omscholingskansen en aantrekkelijkheid van de sector. Tegelijkertijd vraagt het om andere kennis en vaardigheden van technici. Wat echter als een paal boven water staat, is dat technische organisaties moeten inspelen op deze trend. Zorg dat je de juiste kennis en vaardigheden in huis hebt en communiceer met personeel en potentiële zij-instromers over wat de energietransitie betekent voor de branche en hun eigen ontwikkeling. Alleen met voldoende én gekwalificeerd personeel kan de energietransitie plaatsvinden. Dat vraagt niet alleen om ontwikkeling van huidige technici, maar ook om het zo snel mogelijk functioneel inzetbaar maken van zij-instromers.”

[pt_view id="749a29abz1"]
- mei 4, 2022
- 25 views
“Méér instroom in het techniekonderwijs nu echt nodig”
De instroom in technische mbo- en hbo-opleidingen daalt in absolute aantallen. Dat blijkt uit cijfers die Techniekpact deze week naar buiten bracht. Ook op havo en vwo kiezen steeds minder leerlingen voor een technisch profiel. In het schooljaar 2016-2017 kozen 53.743 leerlingen voor een natuurprofiel, dit jaar waren dat er nog maar 47.342. Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland benadrukt naar aanleiding van de nieuwe cijfers dat het nu écht tijd is voor daden. “We hebben geen behoefte meer aan beleidsnotities, maar aan investeringen in het techniekonderwijs. Als deze dalende trend doorzet lopen de technieksector én de maatschappij vast.”
Terpstra wil met het kabinet concrete afspraken maken over méér instroom in het techniekonderwijs. Techniek Nederland heeft vorig jaar al een 10-puntenplan gepresenteerd met voorstellen die de instroom de komende jaren moeten stimuleren. Het plan voorziet in overheidsmaatregelen, maar ook in initiatieven vanuit de technieksector en het onderwijs. Terpstra ziet de tien punten als een basis voor de besprekingen.
10-puntenplan van Techniek Nederland voor het technisch beroepsonderwijs
1. Onderwijsinstellingen die opleiden voor beroepen waar tekorten op de arbeidsmarkt zijn, moeten kunnen rekenen op extra middelen. En de studenten ook.
2. Mbo’ers in de techniek krijgen een bonus na het behalen van hun diploma.
3. De overheid geeft werkgevers die investeren in zij-instromers extra financiële ondersteuning.
4. Er komen flexibele, intensieve en toegankelijke opleidingen voor zij-instromers.
5. Breng leren en innoveren bij elkaar. Daarmee sluiten opleidingen beter aan op de behoeften van het bedrijfsleven en wordt het onderwijs aantrekkelijker. Een nauwe samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijs in publiek-private samenwerking maakt dit mogelijk.
6. De overheid creëert een stimuleringsfonds voor het technisch beroepsonderwijs (vmbo, mbo, hbo).
7. Techniekstudenten aan het hoger onderwijs betalen geen collegegeld meer. Bij het aflossen van hun studiefinanciering betalen ze een lagere rente.
8. Alle leerlingen op de basisschool maken kennis met techniek. Werkgevers in de techniek zoeken het onderwijs in de regio op en werken ermee samen. Werknemers in de techniek krijgen de mogelijkheid om hybride docent te worden, mee te doen aan projecten en leerlingen te begeleiden.
9. De technische sector gaat zich méér richten op het werven van meisjes en vrouwen en van jongens én meisjes met een niet-westerse achtergrond.
10. Hybride opleidingen krijgen in het voortgezet onderwijs meer ruimte. Denk aan de vak-havo, waar de leerlingen 80% theorievakken krijgen en 20% technische, beroepsgerichte vakken.

[pt_view id="d30479amr2"]
- april 8, 2022
- 22 views
Tekort koeltechnici neemt toe
Nederland wil in een rap tempo verduurzamen. En zowel de installatiebranche als de klant blijken daarbij erg gecharmeerd te zijn van all-electric oplossingen. Maar hoe gaan we al die warmtepompen plaatsen en onderhouden als er een schreeuwend tekort is aan koeltechnici?
Het tekort is schrijnend. In 2021 konden zo'n 14.000 mensen instromen in de koudetechniek blijkt uit een rapport van de NVKL en Wij Techniek. De totale instroombehoefte in de periode 2021 t/m 2030 wordt zelfs geschat op ruim 130.000 werknemers, bleek uit het vorig najaar verschenen document. Voor alle duidelijkheid, het gaat hier om de totale sector: van leveranciers en installateurs tot aanverwante bedrijven uit de branches koude- en klimaattechniek.
Stroomversnelling
Volgens de NVKL blijft de instroom al jaren achter op de uitstroom. Zo'n 15 jaar geleden echter kwam de vraag naar koeltechnische kennis in de klimaattechniek in een stroomversnelling terecht. Dat had onder andere te maken met de groei van het aantal datacenters, de opkomst van de warmtepomptechnologie en de aanscherping van milieunormen.
Drama
“Het is een drama", vertelt Buf Vaumont aan de telefoon. Hij is eigenaar van Buf Klimaatbeheersing en heeft afgelopen maand voor 100.000 euro aan nee moeten verkopen. “Er is meer dan genoeg werk. Ik wil graag uitbreiden, maar kan geen personeel vinden, zelfs geen stagiaire. En dat is treurig, we hebben zo’n mooi vak.” De 52-jarige richt zich met zijn bedrijf al sinds 1999 op het plaatsen van airconditioning, warmtepompen en WTW-ventilatie. Volgens de ervaren installateur was de afschaffing van de LTS een grote aderlating voor de sector. “Tel daarbij op dat techniek nauwelijks nog onder de aandacht wordt gebracht op basisscholen en kinderen tegenwoordig meer op hun IPad hangen dan zelf sleutelen aan hun brommers en dergelijke en je snapt hoe het zover heeft kunnen komen.”
Sombere toekomst
Wat hij nu aan sollicitanten langs krijgt, is vooral afkomstig uit de horeca. “Maar ja, die hebben vaak totaal geen technische achtergrond, dat gaat niet. Komt er een jongere aankloppen met de juiste papieren dan stellen ze vaak irreële eisen. Ze willen het liefst een fiks salaris, leaseauto, 3 dagen werken, pappadagen en meer van dat soort gekkigheid.” Vaumont ziet de toekomst somber tegemoet. “Industrialisering en robotisering zullen wel helpen, maar uiteindelijk moeten we veel maatwerk leveren. Daar heb je handenarbeid voor nodig. Meer mensen uit het buitenland halen, zie ik niet zitten. Je loopt voortdurend tegen taal- en cultuurproblemen aan. Dat is funest op de bouwplaats en in het klantencontact.”
Dit is een verkorte weergave van een artikel uit InstallateursZaken maart 2022. De print-editie voortaan op de deurmat? Meld je hier aan.

- april 6, 2022
- 25 views
Steeds meer jonge vrouwen in de installatiebranche
Het is vandaag Girls’ Day. Bedrijven in het hele land laten meisjes kennismaken met de carrièrekansen in de techniek. Doekle Terpstra, voorzitter van Techniek Nederland is ervan overtuigd dat in de technieksector vrouwen het verschil kunnen maken. “Techniek is onmisbaar als we de klimaatverandering willen aanpakken. Meisjes die maatschappelijk relevant werk willen doen, vinden in de technieksector precies wat ze zoeken.”
In de installatiebranche grijpen steeds meer jonge vrouwen hun kans. Dat is onder meer te merken aan de cultuur binnen de bedrijven, die volgens Terpstra snel verandert. “Ondernemers realiseren zich dat diversiteit op de werkvloer niet alleen goed is voor de sfeer en de creativiteit, maar ook voor de productiviteit. Sociale innovatie is belangrijk om techniekbedrijven aantrekkelijker te maken voor iedereen. Een grotere inbreng van vrouwen is goed voor de branche en goed voor de samenleving.”
Volop kansen
In de technieksector zijn al lang niet meer alleen ‘typische mannenberoepen’ te vinden. In de branche worden communicatieve vaardigheden, creativiteit en het vermogen om mensen te verbinden steeds belangrijker. En dat zijn stuk voor stuk kwaliteiten waarop vrouwen gemiddeld genomen hoog scoren, legt de Techniek Nderland voorman uit. “Daar komt bij dat materialen steeds lichter en technieken steeds verfijnder worden, waardoor ook de fysieke kant van het werk toegankelijker wordt. Het is dan ook logisch dat de instroom van meisjes in het technisch beroepsonderwijs langzaam maar zeker groeit.” Maar als het aan Doekle Terpstra ligt, gaat het sneller. “Voor jonge vrouwen liggen er volop kansen als adviseur, ontwerper of data-analist, maar ook als monteur. Bovendien biedt onze branche geweldige mogelijkheden om door te groeien. Als we het aandeel van meisjes in de techniek kunnen vergroten, zetten we een enorme stap. Zij kunnen het verschil maken.”
Van kleding naar techniek
Elayne Besselsen (24) werkte in een kledingwinkel maar voelde na verloop van tijd dat ze meer op haar plek zou zijn in een technisch beroep. Ze stapte over naar Breman Installatiegroep, waar ze nu werkt als servicemedewerker gebouwen. “Het leuke aan mijn werk is dat ik mijn creativiteit er helemaal in kwijt kan. Een probleem opzoeken, brainstormen, mogelijke oorzaken wegstrepen en verder zoeken naar de oplossing vind ik fantastisch.” Ze raadt andere vrouwen aan óók in de techniek te komen werken. “Hoe meer vrouwen dit doen, hoe makkelijker de stap wordt voor andere vrouwen.”
Geen dag hetzelfde
Ook Denise Buysman (24) heeft het enorm naar haar zin in de techniek. Ze werkte bij de politie en in de zorg, maar ze vond pas écht haar draai als elektromonteur bij Engberts Elektrotechniek. “Geen dag is hetzelfde, elke dag leer ik nieuwe dingen. En het geeft me een kick om dagelijks het resultaat te zien van m’n werk. Dat maakt dit werk zo leuk.” Denise vindt het geen probleem dat ze vooral met mannen samenwerkt. “Ze zijn nuchter en makkelijk in de omgang. Daar word ik echt blij van.”
Warmtepompen installeren
Soeshma Ganpat (38) werkte als postbode en schoonmaakster voordat ze servicemonteur installatietechniek werd bij Breman Installatiegroep. “Ik ben superblij en gelukkig met het werk dat ik nu doe. Ik ben altijd onder de mensen en ik werk zelfstandig. Bovendien geeft het werk veel voldoening, mensen zijn blij wanneer ik een storing aan de cv-ketel heb verholpen. Vrouwen denken misschien dat ze dit werk niet kunnen, maar je moet gewoon de stap durven zetten. Als je ervoor openstaat, dan lukt het.” Soeshma blijft zich ontwikkelen. Binnenkort gaat ze een training volgen om warmtepompen te installeren.
Girls’ Day
Girls’ Day is bedoeld om meisjes tussen de 10 en 15 jaar enthousiast te maken voor technische opleidingen en beroepen. De dag is een initiatief van VHTO, het expertisecentrum genderdiversiteit in bèta, techniek en IT.

- januari 6, 2022
- 22 views
Forse tariefsverhoging zelfstandige loodgieters verwacht
Uit een analyse van arbeidsmarktdataspecialist Intelligence Group komt naar voren dat zelfstandige loodgieters hun tarieven met bijna 37 procent zullen verhogen. Het gebruikte analysemodel kijkt naar de constante verhoging van tarieven, van 1,8 procent per jaar. Maar daarbovenop telt een tekort is aan werknemers in een bepaalde beroepsgroep mee. Vooral zzp'ers met een praktisch beroep zullen hun tarieven verhogen, blijkt uit het model.
Diverse organisaties, waaronder ondernemersorganisatie FME en vakbond FNV, willen dat het nieuwe kabinet actie te onderneemt tegen het tekort aan technisch personeel. ‘Alleen door een gecoördineerde aanpak kan Nederland de komende decennia voldoende technisch personeel opleiden om bijvoorbeeld de energietransitie te verwezenlijken en aan de klimaatdoelstellingen te voldoen.’
Ook de branchevereniging voor koeltechnische bedrijven, NVKL, liet onlangs nog weten dat koeltechnische bedrijven steeds meer opdrachten krijgen om duurzame koel- en klimaatinstallaties te plaatsen en onderhouden, maar ze niet aan deze groeiende vraag kunnen voldoen vanwege personeelstekorten. Bovendien vraagt de opkomst van geïntegreerde slimme apparaten en systemen maar ook de transitie naar duurzamere koudemiddelen, om specialistisch vakmanschap. De bedrijven verwachten voor de komende jaren dat de geringe instroom van technisch geschoolde jongeren deze groei aan werk niet kan bijbenen.
