“Klimaatakkoord zal grote gevolgen hebben voor de installateur”
Gemiddelde leestijd voor dit bericht is 291 seconden
De installatiebranche gaat een sleutelrol spelen bij de verduurzaming van de gebouwde omgeving. Dat blijkt uit het Klimaatakkoord op hoofdlijnen dat Ed Nijpels gisteren presenteerde. Claudia Reiner was als vice-voorzitter van Uneto-VNI betrokken bij de onderhandelingen over het Klimaatakkoord. Zij adviseert installateurs om zich nu al voor te gaan bereiden op de grote veranderingen die de branche te wachten staan.
In het Klimaatakkoord, waarvan de daadwerkelijke uitvoering in 2019 van start moet gaan, wordt gerept van diverse maatregelen om de overstap op duurzame alternatieven aantrekkelijk te maken. Zo gaat de energiebelasting (EB) op gas omhoog, terwijl de belasting op elektriciteit omlaag gaat.
Wijziging energiebelasting
Claudia Reiner was als vice-voorzitter van Uneto-VNI betrokken bij de onderhandelingen over het Klimaatakkoord. “De wijziging van de EB uit het regeerakkoord in 2019 (+ 3 ct/m3 op gas en -0,7 ct/kWh op elektriciteit) wordt direct gevolgd door een wijziging in 2020 in de eerste schijf. Met +5,5 ct/m3 op gas en -2,7 ct/kWh op elektriciteit is de EB in balans, gelet op de CO2-uitstoot door gas en elektriciteit op dat moment. Omgerekend is dat voor beide €196/ton CO2. Verdere stappen zijn wenselijk en nodig. Daarvoor zijn diverse varianten mogelijk. Berekeningen laten zien dat 20 ct/m3 voor aardgas erbij en 7,34 ct/kWh minder voor elektriciteit ervoor zorgt dat isolatie en duurzame verwarmingsopties veel aantrekkelijker worden. Wanneer deze verschuiving wordt gecombineerd met een verhoging van de energiebelastingvermindering van 81 euro, wordt voor alle inkomensgroepen, inclusief de lage inkomens, een neutraal tot positief koopkrachteffect bereikt. Dit voorstel wordt de komende tijd verder uitgewerkt op basis van gedetailleerdere berekeningen over koopkracht, lastenverschuiving tussen burgers en bedrijven in de gebouwde omgeving (een eerste en tweede schijf EB) en rendement op verduurzamingsmaatregelen, inclusief zon-PV.”
Energierekening blijft hetzelfde
De consument die recentelijk nog een gasketel heeft aangeschaft, merkt hier niets van. Volgens Reiner gaat de totale energierekening niet omhoog. Zij was betrokken bij de onderhandelingen over het Klimaatakkoord. “De belasting op gas gaat stapsgewijs omhoog, maar dat wordt gecompenseerd door een daling van de belasting op elektriciteit. Het is een stimuleringsmaatregel om de overstap op duurzame alternatieven aantrekkelijk te maken.”
Stimulering overstap
Het Klimaatakkoord rept van verschillende duurzame alternatieven voor de cv-ketel, zoals warmtepompen, warmtenetten, geo- en aquathermie en bioketels. Via aantrekkelijke leningsvoorwaarden, subsidies en dalende kostprijzen zal de overstap worden vergemakkelijkt. Nu blijkt het totale kostenplaatje vaak nog een belemmering te vormen om een woning te verduurzamen. Voor de aanschaf van duurzame warmteopwekkers en -afgiftesystemen en isolatiemaatregelen moet al snel een bedrag van tienduizenden euro’s worden uitgetrokken. Reiner: “Wij streven uiteindelijk naar een kostenreductie van 30 – 50% in 2030. Technische innovatie, optimale ketensamenwerking en een gefaseerde aanpak moeten dit mogelijk maken.”
Norm warmtevraag
Om de toepassing van onder meer de hybride warmtepomp te stimuleren, komt er dankzij de inzet van Uneto-VNI een norm voor de maximale warmtevraag voor woningen. De norm wordt geïntroduceerd bij aankoop van de woning en bij een vergunningsaanvraag voor een verbouwing en zal gelden voor zowel koop- als huurwoningen. De norm is niet verplicht. Als de regeling niet voldoende oplevert, komt er mogelijk in 2030 een verplichting. Reiner: “We willen bewust nog geen verplichte norm. We gaan de komende jaren eerst kijken in verschillende proefprojecten hoe deze vrijwillige variant uitpakt.”
Eigen ambities
Volgens het norm-concept dat er nu ligt, mag de consument zelf gaan bepalen hoe hoog zijn ambities zijn. En, “hij zal zich geen zorgen hoeven te maken dat hij straks plotseling niet meer mag verwarmen of warm water uit zijn kraan krijgt omdat hij een grenswaarde heeft bereikt. Dat is geenszins de insteek van de norm.”
Warmtepomp
Het Klimaatakkoord noemt verschillende duurzame alternatieven voor de cv-ketel, waarbij er veel aandacht is voor de warmtepomp. Reiner: “We hebben geen voorkeur, er zijn diverse duurzame varianten mogelijk. We weten wel uit ervaring dat de warmtepomp relatief eenvoudig inzetbaar is in nieuwbouw- en renovatietrajecten. Bovendien is het een techniek die al zijn waarde heeft bewezen. Tot slot merken we dat consumenten sneller moeite hebben met collectieve oplossingen, zoals warmtenetten. Bij de aanschaf op een warmtepomp houdt hij zelf de regie.”
Verduurzaming bron
Overigens is het hoe dan ook zaak om ook de bron te verduurzamen. “Gebruik maken van restwarmte die de industrie opwekt voor een warmtenet is prima, maar de industrie zelf zal ook moeten verduurzamen. Ook daar zullen stappen worden gezet.” Sommige bronnen in de woningbouw zullen afvallen. “Zo is de houtpelletketel niet een duurzame oplossing voor de toekomst.”
Aanschaf cv-ketel
Wat betreft de gasgestookte cv-ketel; deze verdwijnt dus niet plotseling van het toneel. “De vraag van de consument blijft leidend. Als hij pertinent een cv-ketel wil, dan kan het nog altijd. Maar ik druk installateurs wel op het hart om tijdens het verkoopgesprek informatie te geven over duurzame alternatieven en aan de hand van berekeningen te laten zien hoe het kostenplaatje er in verschillende gevallen gaat uitzien gedurende de levensfase van de verwarmingsinstallatie.”
Personeelstekort
Hoge ambities dus, maar zijn ze haalbaar? Vanuit de sector wordt er met een zorgelijke blik gekeken naar het gigantische personeelstekort. “We hebben nu 15.000 extra krachten nodig in de branche”, vertelt Reiner. Waar moeten die vandaan komen? “We pleiten in ieder geval voor een gefaseerde aanpak, om grote pieken te vermijden en de klus te kunnen klaren. Daarnaast zullen we van alle kanten mensen moeten aantrekken; vanuit het technisch onderwijs, zij-instromers, maar ook uit het buitenland.”
Voorbereiden
Reiner adviseert de kleine en middelgrote installateur om zich nu al voor te gaan bereiden op de grote veranderingen. “Ik denk dan aan kennisverwerving over duurzame oplossingen, maar ook leren om beter de klant te adviseren en samen te werken met ketenpartners.” Daarnaast zullen werkprocessen veranderen. “Bimmen, beheer en monitoring van installaties en dergelijke gaan allemaal hun stempel drukken op het dagelijks werk van de installateur. Zorg dat je goed op de hoogte bent van alle ontwikkelingen en blijf je hele werkzame leven lang doorleren.”