Beoordelingsrichtlijn voor Kiwa keur ter kritiek gepubliceerd
Met ingang van 15 juli 2014 is voor de verlening van het Kiwa keur ter kritiek gepubliceerd Beoordelingsrichtlijn: BRL-K15003/01 ‘Guideline for the Kiwa product certificate for products used for treatment and / or production of drinking water’. Met deze BRL is nu ook helder gemaakt dat voor de producten , waarvoor deze BRL gaat gelden, de standaard BRL-procedure conform het Kiwa Reglement voor Productcertificatie gevolgd wordt.
Zo is nu de eis dat het merken moet voldoen aan de door Kiwa vastgestelde criteria (zie hoofdstuk 6) helder en eenduidig. Extra nadruk is ook gelegd op verpakkingseisen (zie hoofdstuk 4.7) en het hanteren van de Europese (EN) normen tbv testen conform het interne kwaliteitssysteem (zie hoofdstuk 5.6).
Voor de bestaande certificaathouders zijn er geen (financiële) consequenties.
Het College van Deskundigen Waterketen (CWK) rekent een kritiek termijn van 6 weken vanaf de datum van deze publicatie ter kritiek. Belangstellenden worden uitgenodigd hun kritiek op deze ontwerp beoordelingsrichtlijn binnen de aangegeven termijn te zenden aan:
Kiwa Nederland B.V.
dhr. W.R.F. Derwort (secretaris CWK)
Postbus 70
2280 AB RIJSWIJK
e-mail: Jantje.Bakker@kiwa.nl
tel.: 070-4144475
Voor meer informatie: www.kiwa.nl
Conditiemeting en beoordeling vastgoed
De markt optimaal informeren over alle facetten van het onderhoudsproces, waarbij gebruik gemaakt wordt van NEN 2767. Dat is wat NEN en RPS bewerkstelligen met de leergangen ‘NEN 2767: Conditiemeting gebouwen – Onderhoudsinspecteur en opdrachtgevers’. Naast trainingen, die onder andere door RPS worden verzorgd, vraagt de markt steeds meer om aanvullende informatie en diensten.
De uitbreiding van de samenwerking tussen NEN en RPS maakt het mogelijk de markt optimaal te blijven bedienen en in deze behoeften te voorzien.
NEN stelt zich ten doel dat de deelnemers ook daadwerkelijk met de inhoud van een norm in de praktijk aan de gang kunnen. Met deze leergangen, die bestaan uit een theoretisch en een praktisch deel, kunnen zowel opdrachtgevers als opdrachtnemers de methodiek uit NEN 2767 naar de praktijk vertalen. Dit gebeurt vooral door te doen. Enerzijds door het oefenen met realistische, nagebootste praktijkcasussen, anderzijds door op locatie zelf aan de slag te gaan. Bij de leergang voor onderhoudsinspecteur is de deelnemer zelfs zes van de acht dagen op locatie met de praktijk bezig.
Bedrijfsspecifiek kunnen er altijd situaties voordoen waarbij extra advies en ondersteuning op maat gewenst is. Hierbij valt te denken aan het implementeren van de werkwijze conditie- en risico gestuurd onderhoud, het selecteren van de aan te schaffen planning software of het prestatiegericht uitbesteden van het onderhoud. Hiervoor kan aanvullende dienstverlening gewenst zijn die NEN zelf niet levert, maar zijn partners wel.
NEN en RPS zijn deze samenwerking aangegaan, omdat de werkzaamheden en diensten van beide organisaties complementair zijn en elkaar versterken. NEN is sterk in het verzorgen van trainingen en workshops over normen, de expertise van RPS ligt vooral in praktijkgericht vastgoedbeheer en huisvestingsadvies. Zo wordt optimaal voorzien in de informatiebehoefte van de klant en geborgd dat de norm op een juiste manier in de praktijk wordt geïmplementeerd en toegepast.
Voor meer informatie: www.nen.nl en www.rps.nl
Actieagenda Bouw gaat nieuwe fase in
Tijdens een afgeladen bijeenkomst in het Bouwhuis is het einde gemarkeerd van de Actieagenda Bouw als instituut. Van de zeventien acties is een deel afgerond, een paar lopen nog door en een aantal is geadopteerd door andere organisaties die er enthousiast mee aan de slag zijn.
Vanaf vandaag ligt de coördinatie van de acties en het uitrollen in de praktijk van de ideeën en resultaten die hieruit voortkomen bij Cencobouw (Bouwend Nederland, NVTB, BNA, NLingenieurs, Uneto-VNI, Neprom, Hibin, Fosag-NOA, Aedes).
Het Kernteam van de Actieagenda Bouw, bestaande uit vertegenwoordigers uit de bouw, kennisinstellingen en overheden, is formeel opgehouden te bestaan. “De Actieagenda als instituut verdwijnt. Dat was ook de bedoeling”, aldus voorzitter Joop van Oosten. “Wij hebben met elkaar zeventien acties op het bord gezet. Van groots en meeslepend tot kleinschalig en praktisch. Altijd werkbaar. De resultaten van de actieagenda blijven. Daarnaast zijn er acties die nog doorlopen.”
Zo wordt bijvoorbeeld het werk van het actieteam Professionalisering Opdrachtgeverschap voortgezet door het Opdrachtgeversforum en de leerstoel Publiek Opdrachtgeverschap van de TU Delft. De actie Wonen, zorg en pensioenen is overgenomen door de Innovatietafel van PGGM en Klantgerichte oplossingen voor duurzame woningverbetering leeft verder in de Energiewerkplaats. Bij ‘Ontslakken’ lopen op dit moment 26 pilotprojecten bij gemeenten en regio’s. De ministeries van BZK en I&M zijn samen met Bouwend Nederland en de VNG aan het kijken hoe hier een vervolg aan kan worden gegeven.
Andere teams marcheren zelfstandig verder. Zo werkt het Instituut voor Bouwkwaliteit inmiddels verder aan de stelselwijziging kwaliteitsborging in de bouw in vervolg op de werkzaamheden van het actieteam Private Kwaliteitsborging.
De voortgang van de actieteams blijft komend jaar via de website www.actieagendabouw.nl in beeld gebracht worden.
In 2012 is door bedrijven, kennisinstellingen en overheden de Actieagenda Bouw ontwikkeld voor de woning- en utiliteitsbouw. Deze door het zogenoemde Bouwteam opgestelde actieagenda geeft antwoord op de vraag wat eerder genoemde organisaties (gezamenlijk) te doen staat om ervoor te zorgen dat de woning- en utiliteitsbouwsector sterker uit de crisis komt.
Het Nationaal BIM Platform groeit met 30 procent in eerste half jaar 2014
Het Nationaal BIM Platform is in de eerste helft van 2014 met zo’n 30 procent gegroeid. De groei van het websitebezoek, het aantal volgers in de social media en aantal nieuwe activiteiten spelen in op de toenemende belangstelling voor BIM vanuit de bouwkolom en opdrachtgevers van bouwprojecten.
Het Bouwwerk Informatie Model (BIM) is een relatief nieuwe methodiek in de bouwwereld waarmee deelnemers in het bouwproces beter en effectiever met elkaar samenwerken in projecten. Voor opdrachtgevers is BIM relevant bij het beheer en onderhoud van hun gebouwen. Het Nationaal BIM Platform is een portal met nieuws, opinie, tools en achtergrondinformatie over BIM in Nederland.
Cijfers van Google Analytics laten zien dat het sitebezoek van Het Nationaal BIM Platform sinds 1 januari met zo’n 30 procent is gestegen. In die periode hebben bijna 13.500 unieke bezoekers (+32 procent) samen ruim 81.000 pagina’s (+28 procent) geraadpleegd. Ook in de social media laten de cijfers van Het Nationaal BIM Platform stijgende lijnen. Per 1 juli heeft het platform 522 volgers op Twitter en bestaat de LinkedIn-groep uit 1.567 leden. Het aantal abonnees op de tweewekelijkse nieuwsbrief is gestegen naar bijna 639 BIM-professionals.
Een leuke marketinginnovatie is dat de Twitter-profielpagina van Het Nationaal BIM Platform kan worden ‘gesponsord’ door een partnerbedrijf met een Bedrijfsprofiel Plus in het BIM Bedrijvenregister. Een bedrijf mag voor een afgebakende periode een relevante en mooie foto presenteren van een project dat in BIM is uitgevoerd. De kickoff hiervoor is gegeven door Construsoft en andere bedrijven zullen volgen.
De website heeft sinds dit voorjaar een aantal nieuwe onderdelen. Zo is de BIM Vacaturebank in februari aan de dienstverlening van Het Nationaal BIM Platform toegevoegd. Bedrijven kunnen hun vacatures plaatsen en koppelen aan hun profiel in het BIM Bedrijvenregister. In dit register kunnen bedrijven sinds februari kiezen uit een van de drie types bedrijfsprofielen, namelijk Light, Standaard of Plus. Bedrijfsprofiel Plus-houders kunnen hun profiel verrijken met additionele informatie, video en downloads en mogen gratis vacatures plaatsen in de BIM Vacaturebank.
In het afgelopen half jaar is het aantal columnisten ook sterk toegenomen. Vanuit de redactie zijn diverse experts op het gebied van BIM gericht benaderd voor een periodieke bijdrage en inmiddels heeft de site 19 vaste columnisten. De opiniepagina’s zijn ronds de jaarwisseling uitgebreid met een reactieformulier voor sitebezoekers. Hiervoor moeten ze wel geregistreerd zijn en de redactie houdt toezicht op de reacties.
De digitale gratis nieuwsbrief is nauwelijks veranderd. Alleen de frequentie is verhoogd naar 22 keer per jaar en de vacatures uit de BIM Vacturebank worden nu 1-op-1 in de nieuwsbrief gepost. Zo krijgen bedrijven met vacatures meer exposure.
Voor meer informatie: www.hetnationaalbimplatform.nl
Handen ineen voor optimaal technisch vakmanschap
NCVB Bedrijfsopleidingen en Kenteq hebben afgesproken dat ze zich samen gaan inzetten voor het verbeteren van het technisch vakmanschap. Uitgangspunt is met scholing op maat aansluiten op het bedrijfsmodel van de klant. Een integrale benadering vormt hierbij de basis van de dienstverlening. Beide partijen treden als gezamenlijk partner op voor bedrijven in de metaal-, installatie-, elektro-, en procestechniek.
NCVB Bedrijfsopleidingen en Kenteq passen op basis van strategische waarden en uitgangspunten uitstekend bij elkaar en vullen elkaar aan in kennis, kunde en dienstverlening. Ze gaan ervan uit dat ze door samen op te trekken nog beter en uitgebreider invulling kunnen geven aan een integrale benadering. Daarmee kunnen ze producten en diensten leveren die uitgaan van de klantvraag.
“Samen innovatieve, flexibele blended leertrajecten ontwikkelen die passen bij de cultuur en het beleid van de opdrachtgever, dat is onze bedoeling”, vertelt Henk Grotenhuis, algemeen directeur van Kenteq. “Het is onze overtuiging dat we alleen zo kwaliteit kunnen bieden”.
“Kenteq en NCVB Bedrijfsopleidingen willen zich de komende jaren profileren als toonaangevende organisaties die met gericht bedrijfsopleidingsadvies bedrijven helpen om te komen tot optimaal technisch vakmanschap”, aldus Coen van Hoof, directeur van NCVB Bedrijfsopleidingen.
Beide organisaties hebben een groot kennisnetwerk dat zij zullen inzetten om hun kennis te delen en om aanvullende kennis en expertise te halen. De verbinding met het huidige netwerk aan onderwijsinstellingen, sociale partners, fondsen en landelijke en regionale platforms geeft hiervoor de nodige garantie.
(Op de foto links Coen van Hoof, directeur NCVB Bedrijfsopleidingen en rechts Henk Grotenhuis, algemeen directeur Kenteq)
Voor meer informatie: www.kenteq.nl en www.ncvbbedrijfsopleidingen.nl
Internationaal keurmerk voor isolatiematerialen
Met de FM-toelating van Armaflex Ultima bevestigt nu ook de wereldwijde marktleider op het gebied van zakelijke verzekeringen voor het bedrijfsleven dat het rookarme elastomere isolatiemateriaal voldoet aan de strengste nationale en internationale eisen voor bouwprojecten. Armaflex Ultima is door FM Approvals, een dochterbedrijf van FM Global, getest en gecertificeerd.
Veel internationaal opererende ondernemingen verlangen in hun tenders steeds vaker dat FM-gecertificeerde werkstoffen worden gebruikt. Het keurmerk van de wereldleider op het gebied van de preventie van industriële schade wordt met name bij openbare aanbestedingen verlangd. FM Approvals is een wereldwijd erkende organisatie die producten voor de preventie van materiële schade in industriële of commerciële toepassingen test en certificeert. De ook in Europa erkende certificaten garanderen dat installaties en producten voldoen aan de strengste kwaliteits- en veiligheidsnormen. FM Approvals is de aangemelde instantie van de Europese Bouwproductenverordening (Construction Products Regulation, CPR) en certificerende instantie van de EOTA.
Het FM-certificaat geldt voor het volledige assortiment van standaard- en zelfklevende Armaflex Ultima-platen en -slangen. Bij het gebruik van Armaflex Ultima-producten wordt het hoogste veiligheidsniveau bereikt: isolatiematerialen met gesloten cellen, een geringe warmtegeleiding en een hoge weerstand tegen waterdampdiffusie beschermen de pijpleidingen langdurig tegen energieverlies en condensatieprocessen. In geval van brand ontwikkelt Armaflex Ultima een beduidend geringere rookdichtheid dan gangbare elastomeerproducten. Op die manier levert het een wezenlijke bijdrage aan de veiligheid van mensen in gebouwen.
Armaflex Ultima is in de FM Approval Guide onder www.approvalguide.com vermeld en het FM-certificaat kan op www.armacell.com worden gedownload.
Forse groei investeringen in energiebesparende technieken
In 2013 heeft het Nederlandse bedrijfsleven 1,8 miljard euro geïnvesteerd in energiebesparende technieken en duurzame energie met behulp van de Energie-investeringsaftrek (EIA). Dit is bijna 1,5 keer zoveel als in 2012. De investeringen uit 2013 zorgen gezamenlijk voor een CO2-reductie van circa 1.530 kiloton per jaar, vergelijkbaar met het energieverbruik van 540.000 huishoudens.
In 2013 werden er 19.480 aanvragen gedaan, 13 procent meer dan in 2012. Deze werden door 12.000 verschillende bedrijven gedaan, waarvan 77 procent van het mkb. De toename van het totaal gemelde investeringsbedrag bedraagt 42 procent. Het toegekende fiscale voordeel voor de bedrijven die een melding hebben gedaan, is naar verwachting 140 miljoen euro.
Energieproducenten en bedrijven in de industrie investeerden het meest, respectievelijk 583 en 333 miljoen euro. In 2013 werd ook door de land- en tuinbouwsector fors geïnvesteerd, vooral in zonne-energie. Ook werd EIA aangevraagd voor een groot offshore windmolenpark in de Noordzee. Technische ontwikkelingen zorgden voor een toename van het aantal meldingen in technieken, zoals Led verlichting voor gebouwen en openbare verlichting. Net als voorgaande jaren hadden ook in 2013 veel meldingen betrekking op technische voorzieningen voor energiebesparing bij bestaande en bij nieuwe industriële processen.
Nederland wil jaarlijks anderhalf procent energie besparen. Om de doelstellingen van het Nationaal Energieakkoord te behalen en te zorgen voor duurzame economische groei en technische innovatie, zet de Rijksoverheid onder andere de EIA in. De EIA is een fiscale regeling van de ministeries van Economische Zaken en Financiën en levert ondernemers gemiddeld 10 procent belastingvoordeel op. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland voert de EIA uit, samen met de Belastingdienst. Ook in 2014 kunnen bedrijven fiscaal voordelig investeren in energiezuinige technieken.
Op 30 juni is het EIA-jaarverslag van 2013 gepubliceerd. Het verslag is terug te vinden op http://www.rvo.nl/subsidies-regelingen/energie-investeringsaftrek-eia/publicaties/jaarverslagen Naast de jaarcijfers komen in het verslag ook ondernemers aan het woord die in 2013 op succesvolle wijze investeerden in duurzame, energiezuinige technieken.
De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) stimuleert ondernemers bij duurzaam, agrarisch, innovatief en internationaal ondernemen. Met subsidies, het vinden van zakenpartners, kennis en het voldoen aan wet- en regelgeving. RVO.nl werkt in opdracht van ministeries en de Europese Unie.
Voor meer informatie: www.rvo.nl
Aanbestedingswet werkt boven verwachting goed
Eén jaar na het ingaan van de Aanbestedingswet maakt Aanbestedingsinstituut de balans op. De nieuwe, meer eenduidige regelgeving blijkt boven verwachting goed te werken. Op 1 april 2013 werd de nieuwe Aanbestedingswet van kracht. In deze wet werden nieuwe, eenduidige regels omtrent aanbestedingen geïntroduceerd, die onder meer moesten zorgen voor eerlijkere en transparantere aanbestedingen.
De Stichting Aanbestedingsinstituut Bouw en Infra van brancheorganisatie Bouwend Nederland presenteert harde cijfers over de ervaringen met één jaar Aanbestedingswet en Gids Proportionaliteit voor de bouw en infrasector. De cijfers zijn gebaseerd op een analyse van alle openbaar aangekondigde werken.
Volgens Bouwend Nederland zijn er bij aanbestedingen drie trendbreuken op komt: 1. een verschuiving van openbaar naar onderhands aanbesteden, 2. kwaliteit als gunningcriterium wordt gemeengoed en 3. een sterke verbetering van de kwaliteit van aanbestedingscriteria.
Het aantal openbaar aangekondigde aanbestedingen halveerde, van ruim 3000 in 2009 naar minder dan 1500 vorig jaar. De grenzen voor onderhands aanbesteden zijn vooral bij de decentrale overheden flink verhoogd onder invloed van de Gids Proportionaliteit. Dit zorgt voor minder inschrijvers en dus voor een efficiënter en goedkoper aanbestedingsproces. Daar komt bij dat kwaliteit gemakkelijker beloond kan worden, namelijk door goed presterende partijen bij een volgende onderhandse procedure weer uit te nodigen.
Het aantal EMVI-aanbestedingen, oftewel gunningen op basis van de beste prijs-kwaliteitverhouding, explodeerde. Het percentage aanbestedingen met dit criterium nam toe van ongeveer 20% in 2012 naar ruim 70% vorig jaar. Dit heeft alles te maken met het uitgangspunt ‘EMVI, tenzij…’, dat een wettelijke basis heeft gekregen. Het gebruik van EMVI als gunningcriterium is volgens Bouwend Nederland een voorwaarde voor een gezonde marktwerking: eentje waarbij prijsduiken niet beloond wordt en waarbij vechtcontracten tot het verleden behoren. De cijfers van Aanbestedingsinstituut zeggen overigens niets over de manier waarop aan de EMVI-criteria vorm is gegeven.
De toepassing van de Gids Proportionaliteit zorgt voor eenduidige, reële eisen en selectiecriteria. Zo schrijft de Gids Proportionaliteit voor dat per kerncompetentie nog maar één referentie is toegestaan. Slechts in 8% van de gevallen wordt van deze regel afgeweken. Ook dat is een sterke verbetering ten opzichte van de voorgaande jaren, waarvan met name het mkb profiteert.
“We zijn blij verrast met de resultaten na één jaar Aanbestedingswet”, zegt Joost Fijneman, manager van het Aanbestedingsinstituut van Bouwend Nederland. “We strijden al jaren voor de drie ontwikkelingen die we nu zien. We zien nu dat het gebruik van een eenduidig en voorgeschreven kader zijn vruchten afwerpt.”
Wel benadrukt Aanbestedingsinstituut dat de sector moet oppassen dat de Aanbestedingswet niet aan zijn eigen succes ten onder gaat. “De kosten voor het deelnemen – maar ook voor het beoordelen – aan EMVI-aanbestedingen zijn fors hoger dan de laagste prijsaanbiedingen. Dat betekent dat een EMVI-aanbesteding goed in elkaar moet zitten. We merken dat dat vaak niet het geval is”, aldus Fijneman. De inspanning die gevraagd wordt staat dan niet in verhouding tot de kosten die gemaakt worden. En de kwaliteitsscores zijn niet onderscheidend genoeg. “Als alle inschrijvers een dik plan moeten produceren, waarvoor iedereen vervolgens hetzelfde rapportcijfer krijgt, wordt er toch weer op laagste prijs gegund. Maar dan is er wel een veelvoud aan kosten gemaakt. Dat steekt.” Bouwend Nederland zet daarom de mogelijkheden voor eenvoudige EMVI’s bij kleinere projecten op een rij en laat EIB onderzoek doen naar de werkelijke kosten/baten van EMVI-aanbestedingen.
Een ander aandachtspunt is het dreigend gebrek aan transparantie bij onderhandse aanbestedingen. Geconstateerd is dat de helft van de 403 Nederlandse gemeenten in een vol jaar geen enkele openbare aanbesteding meer heeft gedaan. “We zijn groot voorstander van onderhandse aanbestedingen, maar we moeten ervoor waken dat er een volledig oncontroleerbare praktijk ontstaat. Ook onderhandse aanbestedingen moeten dus zodanig transparant zijn, dat voor buitenstaanders in grote lijnen duidelijk is wat en hoe er aanbesteed wordt”, zegt Fijneman. Aanbestedingsinstituut wil graag afspraken maken met opdrachtgevers om ook in geval van onderhandse aanbestedingen een oogje in het zeil te houden.
De Stichting Aanbestedingsinstituut Bouw & Infra, kortweg het Aanbestedingsinstituut, is een onafhankelijk instituut in het leven geroepen door de grootste bedrijfstakorganisatie in de Bouw & Infra, dat de kwaliteit van aanbestedingen van werken bewaakt. Het doel is door constructief overleg het aantal (juridische) problemen bij aanbestedingen te verminderen. Het Aanbestedingsinstituut analyseert alle aankondigingen van aanbestedingen in de Bouw & Infra en is een initiatief van Bouwend Nederland.
Voor meer informatie: www.bouwendnederland.nl en www.aanbestedingsinstituut.nl
Geen hoge eindafrekening meer dankzij pre-paid gas en elektriciteit
Nederlanders kunnen voortaan hun gas en elektriciteit maandelijks kopen en vooraf betalen en zo oplopende betalingsachterstanden en hoge eindafrekeningen voorkomen. EnergieFlex is de eerste aanbieder van prepaid-energie, waarbij klanten zelf kunnen bepalen hoeveel energie ze kopen en elke maand hun tegoed kunnen opwaarderen. Hiermee behoort de ingewikkelde eindafrekening tot het verleden.
EnergieFlex richt zich voornamelijk op gezinnen die financieel minder draagkrachtig zijn, studenten, expats en mensen die hun energieverbruik beter willen monitoren. Ook klanten die bij andere energieleveranciers zijn afgesloten, kiezen vaak voor prepaid-energie. In mei stapte 7 procent van alle overstappers van Energieleveranciers.nl over naar EnergieFlex.
In Amerika en Engeland bestaat prepaid-energie al langer. In Engeland maken er bijvoorbeeld 7 miljoen klanten gebruik van. Voor Nederland is het een nieuw fenomeen. EnergieFlex maakt gebruik van de slimme meter, waardoor op afstand precies te zien is hoeveel energie iemand verbruikt heeft. Voor klanten die er geen hebben, vraagt het bedrijf zelf een slimme meter aan.
Vanwege de hogere energielasten, oplopende werkloosheid en crisis kunnen zo’n 300.000 Nederlanders hun energierekening niet meer betalen. Sommige proberen de problemen tijdelijk op te lossen door hun maandbedrag te verlagen, maar moeten dan fors bijbetalen als de eindafrekening komt. Jaarlijks worden 30.000 tot 40.000 huishoudens afgesloten van energie. In de meeste gevallen door een onverwachte hoge eindafrekening. Als die mensen bij andere energiebedrijven aankloppen, moeten ze een hoge waarborgsom betalen. Die kan oplopen tot 2000 euro, een bedrag dat voor hen onbetaalbaar is.
EnergieFlex doet geen kredietcheck en vraagt slechts een lage waarborgsom ter hoogte van een maand energie. De klant koopt voor 30 dagen stroom en gas en als dat tegoed op is, stuurt EnergieFlex sms’jes en e-mails om de klant erop te wijzen dat hij zijn tegoed moet opwaarderen. Tijdelijk rood staan mag, maar na 30 dagen kan de energie worden afgesloten. Opwaarderen kan via internet en binnenkort ook bij supermarkten door middel van een voucher.
,,We zien dat mensen op deze manier bewuster omgaan met energie en precies weten wat ze verbruiken. In Engeland en Amerika blijken prepaid-klanten gemiddeld 300 euro per maand op hun energierekening te besparen. In Engeland bleek dat 80 procent van de prepaid-klanten geen problemen meer heeft met de energierekening,” vertelt Sathees Sampar van EnergieFlex.
EnergieFlex is erkend als zelfstandig energiebedrijf met een eigen vergunning en heeft met de Autoriteit Consument & Markt (ACM) regels vastgesteld over de contracten die met klanten worden gesloten. Het risico van wanbetalers is volgens Sampar afgedekt doordat de waarborgsom van gemiddeld 150 euro de levering van 30 dagen energie dekt.
Behalve prepaid kunnen klanten ook energie kopen die maandelijks afgerekend wordt. Ook daarbij moeten ze een eenmalige waarborgsom ter hoogte van een maand energie betalen.
Voor meer informatie: www.energieflex.nl
Energiebespaarlening breidt uit
De Energiebespaarlening breidt uit. Vanaf 24 juni zijn er vier nieuwe mogelijkheden die gefinancierd kunnen worden met een Energiebespaarlening. Het gaat om: bodemisolatie in combinatie met vloerisolatie, een energiemonitor, een biomassaketel en ontheffing bij onhaalbare isolatiewaarden. Deze uitbreiding brengt uiteraard ook nieuwe kansen voor installateurs en aannemers. Op www.ikinvesteerslim.nl/maatregelen zijn alle maatregelen en de ontheffing die onder de voorwaarden van de Energiebespaarlening vallen gepubliceerd.
Op basis van nieuwe inzichten en verzoeken uit de markt zijn er vier maatregelen toegevoegd. Dit betekent dat particuliere woningbezitters de Energiebespaarlening nu ook kunnen gebruiken voor bodemisolatie in combinatie met vloerisolatie, een energiemonitor, een biomassaketel of een ontheffing kunnen krijgen bij onhaalbare isolatiewaarden.
De Energiebespaarlening in een notendop:
– De lening is beschikbaar voor eigenaren die de woning zelf bewonen. Het gaat alleen om bestaande woningen.
– De lening is alleen bedoeld voor energiebesparende maatregelen die door een installateur of aannemer in of aan de woning worden uitgevoerd.
– De maatregelen mogen pas worden uitgevoerd na akkoord-offerte Energiebespaarlening.
– Een woningeigenaar kan minimaal € 2.500,- en maximaal € 25.000,- lenen.
– De Energiebespaarlening heeft een aantrekkelijke rente die vaststaat over de hele looptijd.
– Het gaat om een jaarannuïteitenlening: de huiseigenaar betaalt per maand voor rente en aflossing en lost zo de hele lening af. Leningen tot € 5.000,- worden in zeven jaar afgelost, hogere leningen in tien jaar.
– Onbeperkt boetevrij aflossen.
– De afsluitkosten bedragen 2% over de hoofdsom van de lening. De lening wordt onderhands verstrekt zonder tussenkomst van een notaris.
Op de website ikinvesteerslim.nl is meer informatie te vinden over de Energiebespaarlening, woningeigenaren kunnen checken of zij in aanmerking komen voor de lening en deze afsluiten. Ook zijn er op ikinvesteerslim.nl ervaringen van installateurs te lezen en wordt er promotiemateriaal aangeboden die aannemers en installateurs kunnen gebruiken om hun klanten te wijzen op de mogelijkheden van de lening. Op www.belastingdienst.nl onder privé/wonen staat meer informatie over de renteaftrekbaarheid van een lening