- mei 17, 2021
- 128 views
‘Betere uitvoering energiesystemen in bodem noodzakelijk’
Op 10 mei jl. heeft de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) een signaalrapportage ‘Risico’s bij de aanleg van gesloten bodemenergiesystemen’ gepubliceerd. Aan afwijkingen van protocollen bij de aanleg, zoals bij eerdere controles door ILT geconstateerd, moet wat worden gedaan. Branchevereniging Bodemenergie zegt in een reactie dat haar leden inmiddels de nodige stappen hebben gezet maar verdere verbeteringen nodig zijn.
Bodemenergiesystemen spelen een grote en groeiende rol in de verduurzaming van de gebouwde omgeving, met een potentie van 30% marktaandeel in 2050. Branchevereniging Bodemenergie is verheugd dat het belang van bodemenergie in de energietransitie wordt erkend. En daarmee dat bodemenergie-systemen verder moeten en zullen opschalen om bij te dragen aan de klimaat- en energiebeleidsdoelen door duurzaam en betaalbaar comfort te leveren aan eindgebruikers.
Verduurzaming op een verantwoorde manier
Voor (gesloten) bodemenergiesystemen moet in de bodem worden geboord en de risico’s voor bodem en grondwater worden beperkt door in de Regeling Bodemkwaliteit wettelijk verankerde protocollen en een erkenningsregeling, samen met een vergunnings- c.q. meldingsprocedure. Inspecties en eventueel handhaving door landelijke (ILT) en regionale (RUD’s) diensten zien toe op het naleven daarvan. De signaalrapportage van ILT geeft vijf aanbevelingen aan om de risico’s bij aanleg van bodemenergiesystemen voor het grondwater, dat bijvoorbeeld een bron is voor drinkwater, verder te beperken. De aanbevelingen van ILT komen grotendeels overeen met de aanbevelingen van de branche zelf. De vijf aanbevelingen hebben kort samengevat betrekking op:
- 2 aanbevelingen tot normenaanpassingen met betrekking tot mengverhouding van grout en verbieden gebruik van milieuschadelijke smeermiddelen;
- budget beschikbaar stellen voor actualiseren van overheid website www.bodemloket.nl;
- meer overheidsbudget voor toezichthoudende taken;
- een centrale plek voor alle toezichthouders waar de meldingen de locatie en tijd van uitvoering van de boring.
Branchevereniging Bodemenergie meldt deze aanbevelingen te ondersteunen en zich te willen inzetten om samen met boorbedrijven en overheden dit zo snel mogelijk te realiseren.
Controleren, constateren en verbeteren
Het signaalrapport blikt terug op de periode 2016 – 2018 waarin bij controles werd geconstateerd dat de protocollen niet altijd werden nageleefd. Daarop zijn in samenspraak maatregelen genomen voor verbetering die inmiddels zichtbaar wordt, stelt de branchevereniging. ILT spreekt van ‘positieve ontwikkelingen’. Voorts rapporteerde de SIKB jaarrapportage certificatietoezicht bodembeheer 2019 een positieve trend bij de 119 certificaathouders (boorbedrijven) in Nederland actief op de betreffende beoordelingsrichtlijn (BRL 2100). In vijf jaar tijd zijn afwijkingen meer dan gehalveerd met in 2019 gemiddeld minder dan een halve afwijking per certificaathouder in bijna driehonderd audits. De positieve trend is ook te zien in regionale inspecties. Zo rapporteerde bijvoorbeeld de Omgevingsdienst Midden- en West-Brabant een daling van 49% (28 overtredingen bij 57 inspecties) in 2019 naar 11% (3 overtredingen bij 26 inspecties) in 2020.
Rol van de branche
Branchevereniging Bodemenergie stelde met, voor en door haar leden een Gedragscode Bodemenergie op en die wordt intern gemonitord en gefaciliteerd door de Commissie Gedragscode Bodemenergie. Specifiek voor het afdichten van bodemlagen en het afvullen van boorgaten, een belangrijk aandachtspunt van het signaalrapport, wordt door de branche onderzoek gedaan naar materialen en de wijze van aanvullen, waarbij ook de drinkwatersector betrokken is. De resultaten daarvan kunnen bijdragen aan de door ILT aanbevolen aanvullende eisen. De branchevereniging is daartoe structureel in gesprek met ILT en beleidsmakers bij het ministerie van I&W.
Verdere verbetering mogelijk en nodig
Branchevereniging Bodemenergie ziet met ILT en het regionale bevoegd gezag een positieve trend in de praktijk. Toch blijkt uit de signaalrapportage van ILT dat er (veel) ruimte is voor verdere verbetering. Ze beaamt dat verdere verbetering mogelijk en nodig is en dat ILT terecht dit signaal af geeft. ‘Wij zijn benieuwd naar de nieuwste inzichten van ILT en bieden aan om kennis te nemen van de onderliggende aantallen en aard van de constateringen vanaf 2020. Aanvullend op een lopende interne inventarisatie zullen wij dan samen met overheden concrete verdere verbeteringen aan kunnen zetten. Het is daarbij essentieel om ‘de juiste oplossing bij het juiste probleem’ te vinden. Aanscherping van regels is bijvoorbeeld geen oplossing voor het niet naleven van in principe doelmatige regulering. Het stellen van eisen aan gebruikte materialen, zoals de mengverhouding van grout als afvulmateriaal van boorgaten, en aan hulpstoffen zoals smeermiddelen, kan bijvoorbeeld wél bijdragen aan steeds milieuvriendelijker werken. Daarbij dient de balans tussen performance en milieubelasting telkens te worden afgewogen. Wij zullen daaraan blijven (samen)werken. Zoals wij bijvoorbeeld over grout als afvulmateriaal al geruime tijd doen samen met Certificerende Instellingen, leveranciers en de overheden.’
Intensivering van handhaving
Als de toepassing van bodemenergie opschaalt dient tevens het toezicht mee op te schalen, denkt de branchevereniging. ‘ILT vraagt er terecht om dat omgevingsdiensten en gemeenten de mogelijkheden krijgen om hun rol in het toezicht op bodemenergiesystemen actiever in te vullen. Specifiek wordt voorgesteld dat inspecties real-time informatie hebben over booractiviteiten. Boorbedrijven melden nu al alle boringen bij vele instanties, waaronder hun Certificerende Instanties en ook bij de vergunningverlenende overheden zoals provincies, waterschappen, gemeenten en/of Omgevingsdiensten en wij zijn graag bereid mee te denken hoe deze informatie, mede gezien de planning-dynamiek, nóg actueler kan worden gemaakt.’
Integrale benadering
De verdere opschaling van bodemenergie vraagt dus een integrale benadering om de aanbevelingen uit te werken, stelt Branchevereniging Bodemenergie. ‘De branche zal graag haar aandeel blijven nemen voor verdere verbeteringen binnen onze mogelijkheden en waarbij zaken op hun integrale impact, dus inclusief de integrale energetische- en klimaatimpact, worden beschouwd. De door ILT aangegeven verbeteringen in normteksten, overheidswebsites en controlebudgetten van de overheid ondersteunen wij omdat de branche streeft naar continue verbetering over de hele linie. Wij zien verdergaande kwaliteitsverbetering als essentiële doorontwikkeling van onze branche om te groeien met een aandeel in de energietransitie van momenteel enkele procenten naar de 30% marktaandeel in 2050. Dat kan de branche niet alleen, daartoe moet de overheid ook opschalen zoals ILT aangeeft. De energietransitie vormgeven doen we immers samen.’
[pt_view id="f45da20p4y"]
- mei 17, 2021
- 132 views
De opkomst van luchtgebonden warmtepompen
Enkele jaren geleden geloofde een groep warmtepompadepten nog heilig dat grondgebonden systemen de toekomst hadden. Die tijd lijkt nu voorbij te zijn. Ja, ze zijn belangrijk, maar het zijn vooral de luchtgebonden systemen die in een rap tempo innoveren en de markt veroveren.
“Bij de bodemgebonden systemen vindt weinig innovatie plaats”, vertelt Jan Bosch, die sinds 2007 als Manager Marketing Communications werkzaam is bij Nefit Bosch, fabrikant van zowel lucht- als bodemgebonden warmtepompen. “Het zijn vooral de luchtgebonden systemen die in een rap tempo doorontwikkelen.” Martin Wendels, sinds 2010 directeur van WOLF Energiesystemen, dat eveneens beide systemen op de markt brengt, komt min of meer tot dezelfde conclusie. “De markt groeit gestaag door. Ik merk echter dat luchtgebonden systemen sneller marktaandeel veroveren. Dat gaat ten koste van de bodemgebonden varianten.”
Rendement
Dat heeft onder andere te maken met de dimensionering, het ruimtebeslag en de kosten van bodemgebonden systemen. In alle gevallen ben je ongunstiger uit dan met een luchtgebonden variant. Bovendien kruipen die qua rendement zo zoetjes aan ook meer in de richting van bodemgebonden varianten.
Koudemiddelen
Een heet hangijzer zijn de koudemiddelen. De regelgeving stuurt steeds meer aan op het gebruik van koudemiddelen met een lagere GWP, om het milieu te beschermen. Tegelijkertijd proberen fabrikanten, uiteraard, het rendement omhoog te krijgen. Dat leidt tot een verwoede zoektocht naar nieuwe alternatieven voor bestaande populaire koudemiddelen als R410A. “Natuurlijke koudemiddelen zijn duidelijk in opkomst”, vertelt Wendels. “Zeker bij luchtgebonden varianten, waarvoor ik denk dat R290 hét koudemiddel van de toekomst is.” Knelpunt blijft natuurlijk de beschikbaarheid van monteurs met een F-gassen certificaat. Hoewel opleiders en fabrikanten aangeven dat er veel animo is voor trainingen, blijkt menig installateur nog niet over de juiste papieren te beschikken. Dat verklaart ook de groeiende populariteit van monoblock-systemen, die zonder F-gassen handelingen worden geïnstalleerd.
Totale oplossing
Bosch signaleert dezelfde ontwikkelingen. Naast propaan (R290), ziet hij ook R32 en R454C aan populariteit winnen. Daarnaast lijkt de luchtgebonden warmtepomp steeds meer als een onderdeel van een totale systeemoplossing te worden beschouwd. “Dat heeft ook te maken met de pandemie. Er is meer aandacht voor het binnenklimaat, dus ook voor de samenhang tussen bijvoorbeeld lucht-lucht warmtepompen, ventilatie en airconditioning.”
Digitalisering
Overigens heeft diezelfde pandemie ook een gigantische push gegeven aan de digitalisering van de installatiebranche. Denk bijvoorbeeld in de aanpalende sanitairsector aan bewegingssensors en aanrakingsvrije kranen. Wat betreft warmtepompen neemt de behoefte aan software en tools voor online monitoring, bediening en integratie met GB-systemen toe, vertelt Bosch. Energiemanagement gaat een cruciale rol spelen in de toekomst. Naar verwachting komen er meer decentrale opslagslagsystemen – lees accu’s – die geïntegreerd worden in Smart Grids. Vroeg of laat worden warmtepompen zelfsturend, waardoor ze in staat zijn zelfstandig beslissingen te nemen over het tijdstip én de draaiuren die ze maken. Bijvoorbeeld op het moment dat er een overcapaciteit is aan groene energie op de markt. Op die manier bespaart de eindgebruiker op zijn energierekening.
Geluidsnorm
Er verschijnen regelmatig verhalen in de media over de geluidsproductie van warmtepompen. Vandaar dat de Rijksoverheid heeft ingegrepen. “Per 1 april zijn nieuwe geluidseisen gesteld aan (nieuw te plaatsen) buiten opgestelde installaties voor warmte- of koude opwekking. Het gaat hierbij om warmtepompen en airco’s die worden toegepast bij woningen en woongebouwen. Deze installaties mogen niet meer dan 40 dB geluid veroorzaken bij de buren. Met deze landelijke geluidsnorm worden buren beter beschermd tegen geluid van warmtepompen en wordt de ontwikkeling van stillere warmtepompen bevorderd”, aldus de Rijksoverheid.
Haalbaarheid
Deze nieuwe eisen vormen geen belemmering voor de verdere doorgroei van luchtgebonden systemen, geven zowel Wendels als Bosch aan. “Door een ander type ventilator te gebruiken met roterende waaiers en een vast schoepenwiel kunnen wij bijvoorbeeld prima voldoen aan de eisen”, legt Wendels uit.
Waterstofketel
Gaat de waterstofketel op termijn een bedreiging vormen voor het marktaandeel van warmtepompen? Zowel Bosch als Wendels verwachten van niet. Zo zijn er nog fikse stappen te zetten voordat er een waterstofeconomie is in Nederland, zegt Wendels. “Denk aan de productie van groene waterstof en het gereedmaken van de bestaande gasinfrastructuur voor het transport van waterstof.” Bovendien zit ‘de concurrentie’ ook niet stil, zegt Bosch. Ook warmtenetten en elektrische verwarming zijn of worden aantrekkelijke alternatieven om de warmtevraag in de gebouwde omgeving in te vullen. Tot slot verwachten beide experts dan er meer warmtepompsystemen op de markt komen die aansluiten bij binnenstedelijke condities. En dat is nu juist net de omgeving waarvoor veel experts de waterstofketel in gedachten hadden.
Hybride oplossingen
Het zou overigens ook zomaar kunnen dat waterstofketels deel gaan uitmaken van hybride oplossingen, merkt Bosch op. Op dit moment worden hybride systemen met ketels en warmtepompen door een deel van de markt gezien als de ideale oplossing om in een sneltreinvaart de energietransitie te doorlopen in de bestaande bouw. Op die manier hoef je namelijk minder/geen geld te investeren in flankerende maatregelen, zoals extra isolatie en een ander afgiftesysteem. Bovendien wordt er ook geanticipeerd op een groeiende koelingsbehoefte in de gebouwde omgeving.
Dit is voorproefje van een artikel uit de print-editie van het vakblad IZ, editie juni (verschijnt 29 juni a.s.). De digitale edities van IZ zijn gratis te raadplegen via www.installateurszaken.nl. Liever een print-editie op uw deurmat? Maak dan gebruik van onze tijdelijke actie en meld u nu aan voor een gratis abonnement op IZ via www.installateurszaken.nl
[pt_view id="993250d4lo"]
- april 23, 2021
- 221 views
Plug and play warmtepomp doorstaat strenge winterperiode
“De strenge vorstperiode deze winter was voor ons een geschenk uit de hemel; en niet alleen vanwege de ijspret buiten”, zegt Jacco Langebeeke. Hij is de ondernemer achter Vloerverwarming Nederland, die zich de laatste jaren steeds breder met verduurzaming van woningen bezighoudt. “Wij hebben zelf een warmtepomp ontwikkeld en laten die maken in Slovenië. Deze werkt zonder buitenunit maar met toevoer en afvoer van lucht door gaten in het dak. Je tilt hem zo de trap op en binnen een halve dag doet hij het. Toen het een aantal dagen erg koud werd konden we zien dat het binnen lekker warm bleef, terwijl het huis pragmatisch geïsoleerd is, dus niet helemaal ingepakt met buitenisolatie. Ik heb de huurders in Deurne ook gebeld; ze zijn heel tevreden.”
De innovatie maakte onderdeel uit van een totaalconcept voor rijwoningen, waaraan ook Artention en Green Men bijdroegen. De pilot werd gesteund via een DEI+ subsidie, een subsidieregeling van TKI Urban Energy regeling met budget van het ministerie van BZK, die door RVO.nl wordt uitgevoerd. In de regeling is ook dit jaar negen miljoen beschikbaar voor pilots en demonstraties op het gebied van aardgasvrije woningen, gebouwen en wijken. De subsidie kan oplopen tot 45% van de kosten.
Opschalen
“We bedienen nu ook particulieren”, zegt Langebeeke. “We zijn nu een woning van gasgestookte stadswarmte af aan het halen in Utrecht. Ik wil gecontroleerd maar snel opschalen. Dat kan door weinig marge te maken per woning en onze aanpak te standaardiseren. Met grote aantallen bouw je dan toch een gezonde onderneming. We blijven nu door de bank genomen binnen de energierekening voor een woning die energieneutraal is en aardgasvrij, achterstallig onderhoud en maatwerk daargelaten.”
[pt_view id="202d891x2j"]
- april 22, 2021
- 130 views
Brede coalitie: vóór 2030 minstens 1 miljoen hybride warmtepompen
Vanaf 2024 moeten ieder jaar minimaal 100.000 hybride warmtepompen worden geplaatst in woningen en gebouwen. Een brede coalitie van maatschappelijke organisaties wil dat een nieuw kabinet daarvoor 600 miljoen euro vrijmaakt. Techniek Nederland, Natuur & Milieu en Netbeheer Nederland vinden dat een grootschalige inzet van hybride warmtepompen nodig is. Volgens de ‘Coalitie HR-Hybride’ moeten er vóór 2030 1 miljoen tot 2 miljoen hybride warmtepompen zijn geïnstalleerd. Dit zou een besparing opleveren van 1,3 tot 2,6 megaton CO2. Zo’n besparing is een substantiële bijdrage aan de doelstellingen van het Klimaatakkoord en de aangescherpte CO2-eisen van 55% van de Europese Unie.
Het aardgasvrij maken van woningen en woonwijken wil nog niet vlotten. Het tempo ligt ver beneden de afspraken uit het Klimaatakkoord en de ambities van het huidige kabinet. Daarom is volgens de Coalitie HR-Hybride grootschalige toepassing van hybride warmtepompen nodig. Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland: “Woonwijken aardgasvrij maken, daar gaan we mee door. Maar als we op koers willen blijven voor het Klimaatakkoord en de Parijs-doelstellingen zijn hybride warmtepompen een onmisbare tussenstap.”
Tot 70% besparing op aardgas
Jaarlijks worden ruim 400.000 cv-ketels op aardgas vervangen. De coalitie wil dat installateurs waar mogelijk een nieuwe hr-ketel combineren met een hybride warmtepomp. Een hybride warmtepomp is relatief eenvoudig te plaatsen en levert de bewoner direct een besparing op tot 70% op het aardgasverbruik voor verwarming. Directeur Marjolein Demmers van Natuur & Milieu: “Hybride warmtepompen zijn beter voor het klimaat dan de traditionele cv-ketel. Daarom is het belangrijk deze verwarmingstechniek te stimuleren.”
Geen belemmering voor wijkaanpak
Plannen voor aardgasvrije woonwijken en de plaatsing van hybride warmtepompen hoeven elkaar niet in de weg te zitten. De Coalitie HR-Hybride richt zich op woonwijken die voorlopig niet aardgasvrij worden en op wijken waar gemeenten kiezen voor hybride als duurzame warmtevoorziening voor de komende jaren. Directeur Dick Weiffenbach van Netbeheer Nederland: “In een later stadium kunnen deze woningen alsnog aardgasvrij worden gemaakt. Maar laten we tot die tijd de CO2-uitstoot zoveel mogelijk beperken. Dan profiteert de huizenbezitter of huurder bovendien direct van een lagere energierekening.”
Stimuleringsprogramma
De Coalitie HR-Hybride wil de toepassing van hybride warmtepompen samen met de overheid gaan stimuleren. Dit moet onder meer gebeuren met een groot aantal voorbeeldprojecten, productinnovatie en monitoring van de prestaties van hybride systemen. Daarnaast is het opleiden van extra vakbekwame warmtepompmonteurs een belangrijk onderdeel van de plannen.
Extra subsidie voor woningbezitters
De Coalitie HR-Hybride vindt dat een nieuw kabinet tot 2026 jaarlijks 120 miljoen euro extra vrij moet maken. Dat geld maakt subsidie voor woningbezitters mogelijk. De Coalitie verwacht dat vanaf 2026 geen subsidie meer nodig zal zijn. Door innovatie en lagere product- en plaatsingskosten zal de hybride warmtepomp woonlastenneutraal worden. De Coalitie HR-Hybride wil samen met de overheid een voorlichtingscampagne opzetten om de voordelen van hybride warmtepompen onder de aandacht te brengen. De campagne zal zich richten op woningbezitters, maar ook op professionele opdrachtgevers, zoals woningcorporaties.
Exportkansen
Een stimulans voor hybride warmtepompen biedt ook kansen voor de export van Nederlandse producten en kennis. Duitsland is één van de Europese landen die de komende tijd juist overschakelen op aardgas voor het verwarmen van woningen. Nederlandse bedrijven kunnen in die landen helpen om de CO2-uitstoot verder te verlagen met warmtepomptechnologie.
[pt_view id="aad1cb6q13"]
- april 9, 2021
- 125 views
Ook dynamisch inregelen nu opgenomen in ISSO-publicatie 65
De kennis in ISSO-publicatie 65 ‘Inregelen van ontwerpvolumestromen in klimaatinstallaties’ is herzien. De inregelmethoden die de publicatie beschrijft, zijn een uitwerking van de in NEN-EN 14336 genoemde methoden. Aan de publicatie heeft ISSO kennis toegevoegd over het dynamisch inregelen van de ontwerpvolumestromen.
Deze ISSO-publicatie geeft methoden voor het inregelen van de ontwerpvolumestromen in klimaatinstallaties voor verwarmen en/of koelen. Het gaat daarbij specifiek om klimaatinstallaties van utiliteitsgebouwen en woongebouwen met een collectieve klimaatinstallatie. Inregelen is noodzakelijk om een klimaatinstallatie in vollast en deellastsituaties te laten functioneren volgens het ontwerp.
Inregelmethoden
De inregelmethoden beschreven in deze publicatie zijn toe te passen bij:
• Nieuwbouwinstallaties;
• Installaties die niet of onvoldoende zijn ingeregeld;
• Renovatieprojecten;
• Vervangen van bijvoorbeeld ketel en afstemmen vermogensvraag en vermogenslevering.
Praktisch
De aanleiding voor deze herziening was het feit dat de NEN-EN 14336 ‘Verwarmingssystemen in gebouwen’ weliswaar noemt welke inregelmethoden bestaan, maar niet uitlegt hoe die praktisch uitvoerbaar zijn. ISSO heeft het, samen met de partners uit de Kontaktgroep, op zich genomen de methoden in deze publicatie op praktijkniveau uit te werken.
Inhoud
De publicatie beschrijft het inregelproces, waarin onder meer de benodigde eisen, documenten en verantwoordelijkheden zijn vastgesteld. Deze kennis is bedoeld voor bedrijven en installatieontwerpers om hun kwaliteitssysteem aan te vullen. Het is een instrument om inregelen op te nemen in regelgeving. De publicatie gaat ook inhoudelijk in op de inregelmethoden, en uit welke onderdelen ze zijn opgebouwd. Dynamisch inregelen is een nieuwe toevoeging aan deze herziene publicatie. Dynamisch inregelen maakt het realiseren van ontwerpvolumestromen eenvoudiger, waardoor de kans afneemt dat een installatie niet is ingeregeld.
- april 6, 2021
- 122 views
Warmteverbruik nam in ons land met ruim 12% toe afgelopen winter
Nederlandse huishoudens hebben hun verwarming deze winter 12,2% meer aan gehad dan tijdens de vorige winter. Voor het onderzoek werd een steekproef van 300.000 Europese huizen gebruikt, waarvan ongeveer 47.000 Nederlandse woningen. Hieruit bleek dat Italiaanse en Spaanse huishoudens de grootste toename in warmteverbruik hadden (respectievelijk 22,4% en 22,2%). Zweedse (5,7%), Deense (5,3%) en Luxemburgse (4,6%) huishoudens hadden de kleinste toename. In heel Europa was er dus een toename in het warmteverbruik overdag. En dat terwijl het deze winter gemiddeld 0,6°C warmer was dan vorige winter.
Verwarming en koelen van gebouwen en de industrie zijn goed voor de helft van het energiegebruik van Europa. Daarmee is het de grootste eindgebruiker op het gebied van energie. Verwarming en warm water zijn goed voor ongeveer driekwart van het energiegebruik van een huishouden. Twee derde van de energie die wordt gebruikt voor verwarming, koelen en warm water in woningen is nog steeds afkomstig van fossiele brandstoffen.
“Het afgelopen jaar heeft er een enorme verschuiving plaatsgevonden van werken op kantoor naar thuiswerken, wat een aanzienlijke impact heeft gehad op de kosten voor verwarming en warm water”, zegt Christian Deilmann, medeoprichter van slimme thermostaat aanbieder tado°, dat het onderzoek liet uitvoeren. “Het goede nieuws is dat er technologieën zijn die de energie-efficiëntie in huizen verbeteren. Hierdoor kunnen mensen geld besparen én hun huizen comfortabel en warm houden.”
Thermostaat een graad lager
“Er zijn veel kosteneffectieve manieren om geld te besparen op verwarming en warm water”, vervolgt Deilmann. “Door de thermostaat een graad lager te zetten, kan een gemiddeld huishouden ongeveer €69 per jaar besparen. En door verwarming en warm water alleen te gebruiken wanneer nodig, bespaar je nog veel meer. Een slimme thermostaat kan ervoor zorgen dat alleen huizen en kamers waar mensen zijn worden verwarmd, zodat je niet voor niks stookt. Daarnaast kun je nog meer besparen dankzij features als Aanpassing aan Weersvoorspellingen en Open Raam Detectie. Onderzoeken hebben aangetoond dat dit de verwarmingskosten tot wel 31% kan verlagen, zonder dat de huiseigenaar of huurder in moet leveren op comfort.”
[pt_view id="8f0391etbg"]
- april 2, 2021
- 150 views
Platform voor het realiseren van een gezond binnenklimaat vernieuwd
Omdat technische kennis en informatie voor het realiseren van een gezond binnenklimaat erg gefragmenteerd beschikbaar zijn, lanceren TVVL en Binnenklimaat Nederland een nieuwe versie van hun platform Binnenklimaattechniek. Dit platform beoogt professionals in de utiliteitssector hulpmiddelen te bieden om op duurzame wijze gezonde gebouwen tot stand te brengen.
Een gezond binnenklimaat gaat over licht, geluid, ventilatie en klimaat, aldus de initiatiefnemers. ‘Deze vier aspecten moeten voor de gebruiker optimaal zijn, willen we een werkomgeving als prettig ervaren. Bovendien zijn goed onderhouden en ingeregelde installaties noodzakelijk om het comfort én de gezondheid van eindgebruikers blijvend te garanderen.’
Prestaties waarborgen
Voor al deze onderwerpen wil het Platform Binnenklimaat tools en informatie bieden; kennis die de professional kan gebruiken om de prestaties van klimaatinstallaties te waarborgen. Zo bevat het platform publicaties, instrumenten, checklists en kwaliteitstandaarden, waaronder het Programma van Eisen Gezonde Kantoren. Binnenkort is ook de nieuwste versie van het PvE (2021) te downloaden op de website. Ook is het platform een vraagbaak voor alle professionals in de utiliteitssector; ontwerpers, vastgoedbeheerders, woningcorporaties, adviseurs, onderhoudstechnici, facilitair managers, toezichthouders en vertegenwoordigers van de overheid kunnen hier met hun informatiebehoefte terecht.
Volgende stap in samenwerking
De website voor het platform is eerder al gelanceerd op het Binnenklimaat Theater tijdens VSK2020. “Inmiddels wordt deze site goed bezocht maar ons doel is nu om, in samenwerking met verschillende partijen, meer instrumenten en kennis te verzamelen en te ontwikkelen. Juist door die bundeling van informatie en het brede draagvlak zal er een nationaal platform ontstaan”, zegt John Lens, directeur van TVVL. Remi Hompe, directeur Binnenklimaat Nederland vult aan: “Met deze lancering zetten we een volgende stap. Van website maken we er een écht platform van, waarop meer partijen kunnen aanhaken, kennis kunnen ontwikkelen, webinars organiseren en opleidingen verzorgen.”
[pt_view id="a930eddj5d"]
- maart 22, 2021
- 253 views
Vooral dankzij verduurzaming blijft omzet Bosch in pandemietijd stabiel
Ondanks de pandemie van het coronavirus handhaafde Bosch Thermotechnology in 2020 zijn omzet op het niveau van het voorgaande jaar: 3,5 miljard euro. Aan de productzijde droegen vooral de trend naar elektrificatie en de uitbreiding van de activiteiten op het gebied van airconditioners en warmtepompen bij aan het succes. Jan Brockmann, voorzitter van de Bosch-divisie Thermotechnology: “Met onze producten voor verduurzaming, elektrificatie en digitalisering hebben wij een bijdrage geleverd aan de energietransitie in de bouwsector. Hiermee zullen we winstgevend blijven groeien.”
Elektrische toepassingen winnen steeds meer aan belang als technologisch pad in de verwarmings- en airconditioningssector, omdat ze energie bijzonder efficiënt gebruiken en omzetten. Daarom kondigde Bosch Thermotechnology in 2019 aan 100 miljoen euro te investeren in de uitbreiding van zijn warmtepompactiviteiten, met een focus op eenvoudig te installeren systeemoplossingen. “Deze investering en een aanzienlijke toename van het aantal medewerkers hebben ons een duidelijke stap voorwaarts gebracht: in 2020 noteerden we al een groei van 22,5 procent in warmtepompen in de hele EU, en in Duitsland groeide de warmtepompactiviteit zelfs met 48 procent. In 2021 zullen we blijven investeren in onze warmtepompactiviteiten en hier vooral ook in de opleiding van onze klanten om hen te helpen de sprong naar elektrificatie te maken. Dit zal onze groei versnellen en de mate van elektrificatie en dus CO2-reductie van huishoudens vergroten”, legt Jan Brockmann uit.
Regionale strategie
Met ontwikkelingscentra in Tranås (Zweden) voor Noord-Europa, in Wernau (Duitsland) voor Centraal-Europa en in Aveiro (Portugal) voor Zuid-Europa is Bosch Thermotechnology goed gepositioneerd om de Europese markt voor residentiële warmtepompen, die het grootste deel van de wereldmarkt uitmaakt, te bedienen. Om tegemoet te komen aan de verschillende eisen van de klanten, volgt de onderneming een regionale strategie in de EU met productassortimenten die zijn afgestemd op de betreffende regio en die succesvol is gebleken: in Noord-Europa, de meest volwassen warmtepompmarkt, vertegenwoordigt deze verwarmingstechnologie meer dan 90 procent van de markt. De nadruk ligt daar op optimalisatie van de prestaties.
Systeembenadering
In Centraal-Europa ligt de focus op de systeembenadering. Hier wil Bosch vooral groeien met warmtepompen in combinatie met ventilatiesystemen en met de Bosch Energy Manager voor geoptimaliseerd stroomverbruik in huis. Voor Zuid-Europa is het belangrijk om het portfolio uit te breiden met goedkope productalternatieven. Daartoe heeft Bosch Thermotechnology in 2020 een joint venture opgericht met Electra Industries Ltd. Electra Industries, met het hoofdkantoor in Rishon (Israël), is goed gepositioneerd op de Israëlische HVAC-markt. Het bedrijf heeft ervaring op het gebied van onderzoek en ontwikkeling en momenteel ongeveer 300 mensen in dienst. De twee partners zijn voornemens samen te werken bij de ontwikkeling en productie van omkeerbare warmtepompen. Naast zijn eigen productportfolio zal Bosch Thermotechnology van de nieuwe joint venture een warmtepompenportfolio betrekken dat speciaal is toegesneden op de Midden- en Zuid-Europese markt. De joint venture is bedoeld om de twee partners te helpen de kansen te grijpen die zich voordoen in de snel groeiende markt voor omkeerbare warmtepompen.
Elektrificatie
“Onze visie is om de huizen in Europa te elektrificeren - met regionaal aangepaste warmtepompen en hybride apparaten die het beste van twee werelden bieden. In alle regio's hechten wij bijzonder veel belang aan een eenvoudige installatie voor onze handelspartners en een eenvoudige bediening voor onze eindklanten. Wij bieden systeemoplossingen voor bestaande en nieuwe gebouwen die alle gebruikssituaties dekken en begeleiden onze klanten op hun weg naar elektrificatie met een breed scala aan ondersteunende diensten”, aldus Jan Brockmann.
Waterfstof
De overschakeling op klimaatneutrale systemen is een essentieel onderdeel van de EU Green Deal die alle EU-landen tegen 2050 CO2-neutraal moet maken. Voor een CO2-neutraal energiesysteem is het onontbeerlijk om de verwarmingsmarkt volledig in beschouwing te nemen, aangezien een groot deel van de uitstoot hier zijn oorsprong vindt. Bosch Thermotechnology zet in op multi-technologische oplossingen die - parallel met elektrificatie - waterstof (H2) als milieuvriendelijke energiedrager van de toekomst beschouwen. Waterstof is gemakkelijker op te slaan dan elektriciteit en kan worden gedistribueerd via het bestaande gasnet. “Voor een CO2-neutraal energiesysteem hebben we naast elektrificatie ook een waterstofstrategie voor de verwarmingsmarkt nodig. Verbrandingstoestellen zullen de komende decennia belangrijk blijven, en daarom investeren wij nu al in een H2 Ready portfolio. Wij zijn duidelijk voorstander van een multi-technologie-aanpak en zijn voorbereid op elke weg om de klimaatdoelstellingen te bereiken”, zegt Jan Brockmann.
H2 Ready-ketel
Om de mogelijke toepassingen op de verwarmingsmarkt te demonstreren, presenteerde Bosch Thermotechnology in november 2020 het prototype van een nieuw wandverwarmingstoestel, de H2 Ready-ketel, aan een internationaal publiek in zijn vestiging in Worcester in het Verenigd Koninkrijk. De nieuwe cv-ketel kan aanvankelijk werken op conventioneel aardgas of een waterstofbijmenging tot 20 procent. Zodra het lokale netwerk is overgeschakeld op waterstof, kan de cv-ketel binnen een uur worden omgeschakeld op volledig gebruik van zuivere waterstof door slechts enkele aanpassingen uit te voeren. Het eerste veldtesttoestel draait sinds september 2020 op zuivere waterstof in een eengezinswoning in Groot-Brittannië. De introductie van de eerste H2 Ready HR-ketel in het Verenigd Koninkrijk is gepland voor 2022 als onderdeel van een door de overheid gefinancierd demonstratieproject, en verdere openbare demonstratieprojecten op grote schaal zullen volgen.
Praktijktest in Nederland
In Nederland voert Bosch Thermotechnology ook de eerste praktijktests uit met betrekking tot het gebruik van waterstof in de verwarmingssector, waaronder het Uithoorn-project. Samen met steke partners zoals Nefit Bosch bouwde de netbeheerder Stedin het aardgassysteem van woningen om op waterstof. Bestaande installaties worden zo gebruikt om te testen welke aanpassingen moeten worden gedaan om verwarmingssystemen en aardgasnetten voor te bereiden op volledig gebruik van waterstof.
Industriële boilers op waterstof
Bosch Thermotechnology biedt ook al industriële boilers aan die werken op 100% waterstof of die H2 Ready zijn, d.w.z. aanvankelijk op aardgas werken maar later kunnen worden omgebouwd om pure waterstof te gebruiken. Eind 2020 leverde Bosch Industrial een nieuwe H2 Ready-ketel voor industriële toepassingen die in de toekomst een zagerij in Wunsiedel (Duitsland) van thermische energie zal voorzien. Bosch Thermotechnology levert zo ook een bijdrage aan de klimaatbescherming in de industriële sector.
Brandstofcel op waterstof
Voor een duurzame energievoorziening is Bosch bovendien bezig met de ontwikkeling van de solid oxide brandstofcel (SOFC), die ook met waterstof kan werken. In 2024 willen Bosch en zijn samenwerkingspartner Ceres Power uit Horsham (VK) beginnen met de serieproductie van gedecentraliseerde energiecentrales op basis van SOFC's. Bosch mikt op een productiecapaciteit van ongeveer 200 megawatt per jaar. Dit is genoeg om ongeveer 400.000 bewoners van elektriciteit te voorzien. Bosch zal enkele honderden miljoenen investeren in de geplande serieproductie. De productie zal plaatsvinden op de locaties Bamberg en Homburg alsmede op de locatie Wernau van Bosch Thermotechnology en de ontwikkeling zal plaatsvinden in Stuttgart-Feuerbach en Renningen (Duitsland).
Groeimarkt airconditioning
In het kader van de elektrificatie van de bouwsector zal Bosch Thermotechnology ook zijn gamma van energie-efficiënte airconditioning-units voor huishoudelijk gebruik en voor de commerciële sector uitbreiden. Deze units werken efficiënt als ze niet alleen voor koeling worden gebruikt, maar als lucht/lucht-warmtepompen ook voor verwarming. Dit is een gangbare toepassing in kleinere eengezinswoningen of flats in warmere streken zoals Zuid-Europa of Azië en voor commerciële VRF-systemen (variabele koelmiddeldoorstroming) in alle streken, bijvoorbeeld in hotels en winkelcentra. In veel regio's van de wereld - intussen ook in Centraal-Europa - is airconditioning onmisbaar in woongebouwen en commerciële panden om een aangenaam en gezond temperatuurniveau in het gebouw te creëren. “Met onze airconditioners willen wij een bijdrage leveren aan gezondheid en welzijn en tegelijkertijd ook een duurzame bijdrage leveren aan de CO2-besparing in deze bedrijfstak”, legt Jan Brockmann uit. Airconditioning is een wereldwijde groeimarkt, goed voor twee derde van de totale HVAC-markt en kent een hogere marktgroei dan de segmenten verwarming en sanitair warm water. “Ons doel is om onze positie in de airconditioningsector in beide segmenten aanzienlijk te versterken en ook hier de motor te zijn voor energie-efficiënte technologieën”, benadrukt Jan Brockmann.
Digitale diensten met focus op de comfortbeleving
De coronapandemie met lockdowns en uitreisbeperkingen heeft de mogelijkheden van de digitale transformatie duidelijk aangetoond. Daarom zijn digitale services en online klantenondersteuning twee gebieden waarin Bosch Thermotechnology fors investeert. De focus van de uitbreiding ligt op comfortbeleving. Het bedrijf biedt installateurs en handelspartners zoals planners, projectontwikkelaars en architecten digitale oplossingen en diensten die hun werk vergemakkelijken: van het digitale Partner Portal tot online trainingen en van technologiefora voor bijscholing tot grote digitale evenementen. “Onze ervaring in 2020 heeft aangetoond dat digitalisering nieuwe kansen voor ons opent. Het is belangrijk dat we geen standaardoplossingen gebruiken, maar ons digitale aanbod afstemmen op de individuele behoeften van onze verschillende klantgroepen. We zijn overspoeld met inschrijvingen voor sommige van onze online opleidingen. Onze klanten waarderen het dat wij hen veilige en tegelijkertijd innovatieve manieren van contact en interactie bieden. Juist in tijden waarin persoonlijke contacten sterk aan banden worden gelegd, biedt de uitbreiding van onze digitale diensten ons de mogelijkheid om onze sterke merken nog sterker te maken en nog beter te verankeren in het klantenbewustzijn”, aldus Thomas Bauer, lid van de directie en verantwoordelijk voor verkoop en marketing.
[pt_view id="ce81a9byrw"]
- maart 5, 2021
- 129 views
Voor het eerst een jaren 70 woonwijk op waterstof
In het Groningse Wagenborgen wordt een jaren 70 woonwijk aangesloten op een waterstofnetwerk. Van de 40 aangeschreven bewoners heeft bijna iedereen inmiddels toegezegd mee te willen doen. Met dit project willen de initiatiefnemers aantonen dat waterstof, naast restwarmte, groen gas en all-electric, één van de oplossingen voor aardgasvrij wonen is.
Het gebruik van waterstof voor het verwarmen van bestaande oudere woningen is een techniek die wereldwijd nog in de kinderschoenen staat. In opdracht van Groninger Huis isoleert Energiewacht voor aanvang van de aanleg van de waterstofleiding deze huizen tot energielabel niveau B. De woningen worden verwarmd met een hybride warmtepomp van Intergas, die wordt onderhouden door Energiewacht. Deze hybride warmtepomp draait zoveel mogelijk op duurzaam opgewekte stroom en op koude momenten wordt waterstof gebruikt. De woningen krijgen zonnepanelen en de bewoners gaan inductiekoken. Het project wordt daarnaast mogelijk gemaakt door een lokaal agrarisch bedrijf waar het waterstof wordt geproduceerd en opgeslagen. Met dit project doen de deelnemende partijen essentiële ervaringen op voor de energietransitie.
Bewoners hebben de belangrijkste stem
“Onze bewoners hebben ervoor gezorgd dat het project echt door kan gaan”, vertelt directeur-bestuurder van Groninger Huis Laura Broekhuizen. “We hebben veertig woningen uitgekozen, de bewoners persoonlijk uitleg gegeven over het project en wat het voor hen betekent en gevraagd of ze mee willen doen. Wij zijn er echt trots op dat we voldoende deelname hebben en zo samen bijdragen aan een duurzame toekomst.” Groninger Huis werkt in Wagenborgen ook mee aan een ander project: Nieuwborgen.net. Dit project biedt de overige huurders en eigenaren de mogelijkheid over te stappen op groen gas.
Lange termijn verkenningen
Het gaat in Wagenborgen om het eerste waterstof woonproject van Nederland in een jaren 70 woonwijk. “Met deze pilot in een oudere woonwijk doen we, samen met bewoners en de deelnemende partijen, ervaring op hoe we woningen met behulp van waterstof het beste kunnen verduurzamen waarbij we zoveel mogelijk gebruikmaken van de bestaande gasleidingen”, vertelt Sybe bij de Leij, innovatiemanager bij Enexis Groep.
Wethouder duurzaamheid Meindert Joostens van de gemeente Eemsdelta: “De gemeente Eemsdelta is positief over het project en we werken daaraan graag mee. Dit is belangrijk voor de lange termijn verkenningen in de zoektocht naar nieuwe energievormen. Voor een succesvolle energietransitie is draagvlak van inwoners heel belangrijk. Daarom verheugt het ons dat al 30 gezinnen zich voor de pilot hebben aangemeld. Samenwerking tussen diverse partijen en bewoners is hierin de sleutel tot succes.”
De potentie van waterstof
Duurzaam geproduceerde waterstof is CO2-neutraal. De toepassing van waterstof in de gebouwde omgeving lijkt veel potentieel te hebben, maar moet nog verder onderzocht worden. Met de productie, distributie en het gebruik van waterstof is nog geen grootschalige ervaring opgedaan. De netbeheerders pleiten er daarom voor om tot 2030 in te zetten op de ontwikkeling en het gebruik van waterstof in de industrie en in een aantal projecten in de gebouwde omgeving.
Waterstof als onderdeel van energietransitie
Het afbouwen van het aardgasverbruik komt de komende jaren in een stroomversnelling. Daarbij wordt gestreefd naar het aardgasloos maken van 200.000 woningen per jaar, bijvoorbeeld door over te gaan op groen gas, een elektrische warmtepomp (hybride of all-electric) of een warmtenet. In de toekomst kan waterstof een aanvulling zijn op dit palet aan mogelijkheden. Het gezamenlijk opdoen van ervaring is hierbij essentieel. Dit gaat verder dan alleen de gasnetbeheerders, maar raakt ook leveranciers van toestellen, veiligheidsinstanties, gemeenten en andere overheden. Bij de uitwerking van het Klimaatakkoord is de inzet van waterstof voor de netbeheerders een belangrijk aandachtspunt.
[pt_view id="7d859f597y"]
- maart 5, 2021
- 134 views
Installateur als adviseur
‘Van (aard)gas los’ wordt niet meer als doel gezien maar als een middel. Zo ontstaat er ruimte voor meer oplossingen, van hybride warmtepomp voor bestaande bouw tot diverse varianten van de reguliere warmtepomp voor nieuwbouw. In veel gevallen uit dit zich in een lucht/water-warmtepomp gecombineerd met een gasgestookte hr cv-ketel. De taak van de installateur om het juiste totaaladvies te geven.
Neem bijvoorbeeld een nieuwbouwsituatie: dankzij goede isolatie verliezen huizen geen warmte maar kan ‘ongezonde’ lucht ook niet op een natuurlijke wijze verdwijnen. Goede ventilatie is essentieel voor een gezond binnenklimaat in woningen. Daarom is het belangrijk om ook een goed ventilatiesysteem met bijbehorende ventilatiedoorvoer te installeren. De combinatie van een Systeem D met een WTW-unit is bijvoorbeeld een energiezuinige oplossing. Maar er zijn ook talloze andere oplossingen te bedenken.
Is er eenmaal een ventilatiesysteem gekozen voor een project, dan moet men die afstellen op de gewenste luchthoeveelheden per ruimte. Dit kan zowel centraal in de luchtverdeelkast als via de ventielen in de afzonderlijke ruimten gebeuren. Een aantal fabrikanten heeft daarvoor speciale calculatiesoftware ontwikkeld. Daarnaast geeft bijna elke fabrikant training aan haar klanten.
Uiteindelijk is de gebruiker gebaat bij een goed werkende en storingsvrije installatie. Om dit te bereiken is een goede afstemming en samenwerking tussen de installateur en de fabrikanten essentieel. Doordat elke situatie anders is moet de installateur door het goed combineren van de verschillende oplossingen en het op de juiste manier installeren, zorgdragen voor een goed werkende installatie. De fabrikant kan hieraan bijdragen door goed naar de installateur te luisteren, te komen met oplossingen die in de praktijk gevraagd worden en daarnaast de juiste training en informatie te verschaffen bij nieuwe én bestaande technieken. Met als resultaat een comfortabele en gezonde leefomgeving voor de eindgebruiker.
Wouter Bossink, M&G Group
Namens de Vereniging van fabrikanten van rookgasafvoersystemen, Rogafa
Ander relevant nieuws van onze redactie
[pt_view id="a359b74ci1"]



