• juli 6, 2022
  • 148 views
Bouw grootste warmtepomp van Nederland van start

Op dinsdag 5 juli is het startsein gegeven voor de bouw van de grootste warmtepomp van Nederland. De pomp maakt onderdeel uit van een aquathermie-installatie van Eneco waarmee straks duurzame warmte wordt geproduceerd voor circa 20.000 huishoudens in gemeente Utrecht en Nieuwegein. De warmtepomp komt te staan op het terrein van de rioolwaterzuivering Utrecht van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR). Daar gaven dagelijks bestuursleden Constantijn Jansen op de Haar en Els Otterman van De Stichtse Rijnlanden samen met Cees de Haan en Manja Thiry van Eneco het officiële startsein voor de bouw. Bij een voorspoedig verloop van de bouw vormt de installatie eind 2023 een nieuwe duurzame warmtebron.

Op het terrein van de rioolwaterzuivering Utrecht wordt dagelijks zo’n 65 miljoen liter afvalwater gezuiverd. Het afvalwater dat de zuivering binnenkomt is relatief warm. Met de komst van de aquathermie-installatie vloeit de warmte niet meer weg, maar wordt de temperatuur van het gezuiverde water gebruikt voor het warmtenet. Met een warmtewisselaar en de warmtepomp wordt het water van het warmtenet op een hoge temperatuur van 75 graden gebracht. Daarna wordt dit water aan het warmtenet geleverd. Om continu te kunnen beschikken over voldoende warmte realiseert Eneco ook een buffervat van ongeveer 18 meter hoog en 18 meter breed.

583.000 GJ aan warmte
Om de warmtepomp aan te sluiten op het bestaande warmtenet, legt Eneco een nieuwe warmteleiding van 600 meter lang aan. Jaarlijks levert de installatie dan 583.000 GJ aan warmte aan het stadswarmtenet. Dit is voldoende om circa 20.000 woningen te voorzien van duurzame warmte. Dat is zo’n 15% van de totale warmtevraag van het stadswarmtenet van Utrecht en Nieuwegein. Het warmtepompgebouw zelf gaat ook energie opwekken doordat het wordt voorzien van 177 zonnepanelen die samen jaarlijks 40.000 kWh aan energie opleveren. Dat is vergelijkbaar met het energieverbruik van 13 huishoudens.

Klimaatneutraal
Zowel Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden als Eneco hebben de ambitie klimaatneutraal te worden. Door de nauwe samenwerking van beide partners in het combineren van rioolwaterzuivering met het opwekken van warmte ontstaat een nieuwe duurzame warmtebron. Hiermee investeren zij direct in het verduurzamen van de stadswarmte van gemeente Utrecht en Nieuwegein. Gemeenten die eveneens de ambitie hebben om klimaatneutraal te functioneren.
Els Otterman, dagelijks bestuurder HSDR: “Aquathermie is een duurzame warmtebron met veel potentie, zonder de bezwaren van wind- en zonne-energie. Maar liefst 40% van de woningen en bedrijfsgebouwen in onze regio kunnen  we verwarmen met warmte uit afvalwater en oppervlaktewater. De bouw van deze warmtepomp is dan ook een prachtig inspirerend en concreet voorbeeld voor gemeenten, energiebedrijven en andere samenwerkingspartners.”
Cees de Haan, Directeur Asset Development Eneco: “Samen met Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden zetten wij in op het versnellen van de energietransitie. Met de installatie die we nu bouwen, zijn we in staat om aanwezige restwarmte in het rioolwater te benutten voor ons warmtenet in Utrecht en Nieuwegein. Hiermee voorzien we vanaf eind 2023 circa 20.000 huishoudens van duurzame warmte. Een prachtig voorbeeld van een volledig duurzame energievoorziening.”

[pt_view id="f96681enp3"]

  • juni 3, 2022
  • 120 views
Nauwelijks nog installateurs om klussen aan te nemen

Tijdens de opening van de VSK vakbeurs kondigde minister Hugo de Jonge aan dat de (hybride) warmtepomp vanaf 2026 de standaard wordt. Offertevergelijker Slimster.nl kreeg vervolgens ruim vijf keer zoveel offerte-aanvragen op een dag te verwerken als normaal. Eigenaar Marco Schuurman vertelde dat er echter nauwelijks installateurs zijn die nog klussen kunnen aannemen: “Op dit moment heeft zeker tachtig procent aangegeven dat zij voor het komende halfjaar of langer vol zitten.” Eén van die installateurs is eenpitter Lino Noya Mahn van Noya Installatietechniek. Ook hij neemt geen aanvragen meer in behandeling voor (hybride) warmtepompen.

“Ik krijg dagelijks ongeveer 5 aanvragen binnen, naast nog eens 20 aanvragen voor airco’s per week”, vertelt Noya Mahn. “Dat is voor mij al praktisch niet meer te doen. Bovendien is de huidige marktsituatie rampzalig. Het duurt minimaal een half jaar voordat ik daadwerkelijk een warmtepomp krijg aangeleverd. De tussentijdse prijsverhogingen zorgen daarnaast voor veel onzekerheid. Als ik hierover in gesprek ga met klanten, nemen ze uiteindelijk liever toch geen risico omdat ze niet weten waar ze aan toe zijn. Je neemt dan veel moeite voor niets als installateur.”

Linkedin-mededeling
Noya Mahn plaatste daarom de volgende mededeling op zijn Linkedin-pagina: ‘Helaas heb ik een keuze moeten maken om tijdelijk geen (hybride) warmtepomp-aanvragen in behandeling te nemen.

Het kost mij ontzettend veel moeite om dit te communiceren richting klanten. Je hebt toch het gevoel altijd iemand teleur te stellen. Aan de andere kant scheelt deze beslissing mij tijd, omdat ik zo enorm veel inspanning kan besparen en hierdoor heel veel lopende klussen en spoedaanvragen wel kan uitvoeren. De hoeveelheid aanvragen die ik dagelijks ontvang en in behandeling probeer te nemen is gewoonweg niet meer te behappen. De warmtepompaanvragen zijn in de afgelopen maanden explosief gestegen, net als de airco aanvragen. Beschikbaarheid van de producten speelt een belangrijke rol in het geheel. We hebben te maken met zeer beperkte leveringen door grondstofproblemen, fabricageachterstanden, met als resultaat (deelleveringen) die de processen en planning van mijn agenda van uitvoering nog meer vertragen. Een warmtepompaanbieding maken is geen aankoop van een broodje bij de bakker. Het is een maatwerkoplossing, het kost meer voorbereiding, uitwerking en daarmee dus ook veel tijd. Ook zijn er steeds prijsverhogingen tussendoor en kunnen groothandels en fabrikanten mij geen prijsvastheid beloven! Waardoor een uitgebrachte offerte ineens duurder wordt en ik als installateur erop wordt aangekeken. Helaas is dit nu al aan de orde en ben ik de Sjaak, want de particulier zegt gewoon: voor dit bedrag heb ik getekend! En terecht. Alleen denkt niet iedereen hier zo over helaas.’

Geen eenvoudige opgave
Een rondgang op de VSK langs verschillende fabrikanten van warmtepompen leerde al dat het tijdig plaatsen van de door Hugo de Jonge gewenste (hybride) warmtepompen geen eenvoudige opgave zal zijn. Alle fabrikanten wezen, net als Noya Mahn, op de lange levertijden vanwege het tekort aan grondstoffen/materialen en transportvertragingen. ‘Een ontbrekend onderdeeltje van slechts 3 euro alleen al kan vertragingen opleveren van ruim een jaar; voorraden zijn er maar in beperkte hoeveelheden. Hoe gaan straks al die noodzakelijke hybride systemen er komen, ook al omdat er onvoldoende ‘handjes’ zijn?’

[pt_view id="2fd367eqsz"]

 

  • mei 31, 2022
  • 134 views
Driekwart van Nederland verwarmt nog met gas

Ondanks de opmars van de warmtepomp, is de cv-ketel nog altijd veruit de meest gebruikte verwarmingsbron in Nederlandse huishoudens. Ruim driekwart van de Nederlanders stookt nog op gas. De warmtepomp komt met zeven procent op plek twee, terwijl vijf procent van Nederland aangeeft aangesloten te zijn op stadsverwarming. Dit blijkt uit onderzoek van energiebedrijf Zonneplan, in samenwerking met onafhankelijk veldwerkbureau Panel Inzicht.

Naast de cv-ketel, warmtepomp en stadsverwarming worden ook de elektrische kachel en de houtkachel nog af en toe genoemd. Beide hebben een aandeel van drie procent. Met 12,7 procent is de houtkachel met name in Groningen nog populair. Andere verwarmingsbronnen, zoals de pelletkachel, zonneboiler of infraroodpanelen hebben slechts een marginaal aandeel.

Warmtepomp populairst in Flevoland en Friesland
In vrijwel alle Nederlandse provincies ligt het aandeel van de cv-ketels als voornaamste verwarmingsbron grofweg tussen de 70 en 80 procent. Flevoland vormt daarop echter de grote uitzondering. In ‘s lands jongste provincie maakt nog een kleine 55 procent gebruik van een cv-ketel. Zo’n een op de zeven Flevolandse woningen wordt inmiddels verwarmd met behulp van een warmtepomp. Daarnaast is een op de vijf huizen aangesloten op stadsverwarming, waarbij (grotendeels) gebruikgemaakt wordt van restwarmte uit industrieën.
Ook in Friesland is de warmtepomp bovengemiddeld populair. 13,6 procent van de Friese huishoudens heeft er een. Desondanks maakt bijna driekwart van de gezinnen in Friesland nog gebruik van een cv-ketel. In Zeeland ligt dit percentage met ruim 83 procent nog hoger. Hier valt dan ook nog een grote slag te slaan. Slechts 3,3 procent van de Zeeuwen maakt gebruik van een warmtepomp. In Overijssel is dit overigens nog net iets minder.

Warmtepomp populairst onder twintigers
Kijkend naar de diverse leeftijdscategorieën valt uit het onderzoek van Zonneplan op te maken dat vooral de jongere groep Nederlanders zich bezighoudt met duurzamer verwarmen. Van de tweeduizend ondervraagden met een eigen huur- of koopwoning tussen de 18 en 29 jaar geeft namelijk 14 procent aan een warmtepomp te hebben, terwijl de cv-ketel een aandeel heeft van ‘slechts’ 65 procent. In alle andere leeftijdscategorieën ligt dit laatste getal boven de 80 procent. Opvallend is dat de ‘ouderwetse’ en zeer vervuilende houtkachel daarentegen alleen onder twintigers en dertigers (respectievelijk 6,1 en 4,7 procent) nog enige populariteit geniet.

Terugverdientijd warmtepomp
Bij de keuze voor een warmtepomp speelt de terugverdientijd vaak een rol. Uit het onderzoek blijkt dat 26 procent van de ondervraagden die een warmtepomp overwegen willen dat de terugverdientijd hooguit vijf jaar bedraagt. Nog eens 25 procent neemt ook genoegen met een terugverdientijd van zes tot tien jaar. De grootste groep, ruim 40 procent, geeft echter aan nog niet te weten bij welke terugverdientijd zij een warmtepomp interessant acht. Bij de huidige energietarieven is een warmtepomp in veel gevallen binnen vier tot zes jaar terug te verdienen.

[pt_view id="66040e0t0x"]

  • mei 23, 2022
  • 252 views
Diederick Hilckmann wint WKO Duurzaamheid Award 2022

Op 19 mei ontving Diederick Hilckmann, beheerder van de werktuigkundige installaties aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, de WKO Duurzaamheid Award 2022. Deze onderscheiding gaat jaarlijks naar een persoon die zich inzet voor zijn of haar WKO-systeem. De prijs is een initiatief van het Gebruikersplatform Bodemenergie. Naast Hilckmann waren ook Roy van der Mark van Sanquin en Anne Medema van de TU Delft genomineerd.

De prijs werd uitgereikt door weerman en poolonderzoeker Peter Kuipers Munneke. Hij was een van de keynote sprekers op het jaarlijkse symposium dat het Gebruikersplatform Bodemenergie op 19 mei organiseerde.
De winnaar, Diederick Hilckman, begon 10 jaar geleden op de campus van Nijmegen. Er was toen al wel een functionerende WKO maar die werkte niet optimaal. In de afgelopen jaren werkte Hilckmann samen met collega’s en adviseurs aan een forse uitbouw van de WKO-systemen op de campus. Niet alleen nieuwe gebouwen maar ook veel oude gebouwen werden aangesloten. Als dat hele project is afgerond, volgend jaar, is 87% van de gebouwen op de campus direct of indirect aan het netwerk van WKO’s gekoppeld. Het levert de Radboud Universiteit een aardgasreductie op van 75% (gemeten vanaf 2017).

Actief ambassadeur
Naast deze technische prestatie looft de jury ook de rol van Hilckmann in kennisoverdracht. Hij zet zich niet alleen in voor grootschalige verduurzaming van het éigen campusterrein. Ook daarbuiten fungeert Hilckmann, aldus de jury, als een actief ambassadeur van bodemenergie en zorgt hij voor bewustwording van energiegebruik in het algemeen. Ook is hij een voorvechter van intensieve samenwerking onder WKO-gebruikers, om zo verduurzaming van gebouwen integraal aan te pakken.

Competitief ingesteld
“In eerste instantie was mijn drijfveer, om alles uit het WKO-systeem te halen, grotendeels kosten gedreven. Maar een jaar of 5 geleden is dat bij mij veranderd”, vertelt Hilckmann. “Vanaf toen werd mijn focus het terugdringen van onze CO2-uitstoot. Ik vind het sportieve element van het optimaliseren leuk. Ik ben best een beetje competitief ingesteld. Het systeem steeds een beetje beter, groter maken, en temperaturen verlagen. Maar ik deed dit niet alleen. Mijn collega Toon Buiting bijvoorbeeld, die binnenkort met pensioen gaat, verdient deze award nét zo goed.”

Kennisuitwisseling bij TU Delft
Genomineerde Anne Medema is al bijna de helft van zijn werkbare leven bezig met warmtepompen en bodemenergie, waarvan 4,5 jaar als WKO-beheerder bij de TU Delft. Hij zet zich enthousiast in om de systemen beter te laten presteren. Daarnaast is hij veel bezig met het overtuigen van zijn collega’s van de voordelen van bodemenergie. Ook geeft hij presentaties en rondleidingen, en betrekt hij studenten en docenten bij onderzoek naar de optimalisatie van bodemenergiesystemen. Zijn kennis en onderzoeksresultaten deelt hij graag met andere eindgebruikers van bijvoorbeeld collega-universiteiten.

WKO-systeem bij Sanquin
De andere genomineerde, specialist Installatiebeheer Roy van der Mark, ontwikkelde en beheert sinds 2013 het WKO-systeem bij Sanquin. Hij houdt zich niet alleen bezig met hun WKO-systeem, maar met alle techniek die te maken heeft met energiebesparing en de vermindering van CO2-uitstoot. De oplossingen die hij bij Sanquin voor elkaar kreeg, zijn niet eenvoudig. De bloedbank benut het feit dat drinkwater vijf maanden per jaar kouder is dan 12°C. Via een koppeling tussen Sanquin’s WKO-installatie en een drinkwatertransportleiding van Waternet, wint Sanquin zo duurzame koude. Innovatief is ook dat de WKO’s van Sanquin worden opgenomen in een warmte-rotonde, waarbij zij optimaal warmte en koude kunnen uitwisselen.

Zesde editie van de Award
Het Gebruikersplatform Bodemenergie behartigt de belangen van gebruikers van bodemenergiesystemen. Dit doet zij vooral door veel kennisoverdracht en door aan eigenaren en gebruikers te laten zien hoe anderen hun systeem beheren. Met de WKO Duurzaamheid Award zet het gebruikersplatform jaarlijks enkele zeer goede eindgebruikers in de spotlichten. Het was dit jaar voor de zesde keer dat de WKO Duurzaamheid Award werd uitgereikt.

 

[pt_view id="78d6ae3nv8"]

  • mei 20, 2022
  • 133 views
In jaar tijd 17 keer zoveel aanvragen voor warmtepompen

Dinsdag 17 mei werd bekend dat de (hybride) warmtepomp vanaf 2026 de standaard wordt. Uit cijfers van de Nederlandse offertevergelijker Slimster blijkt dat de interesse in warmtepompen de laatste maanden al sterk is toegenomen. Zo lag het aantal aanvragen voor een warmtepomp in het eerste kwartaal van 2022 zeventien keer hoger dan in de eerste drie maanden van 2021. Installateurs die vorig jaar één warmtepomp per maand plaatsten, installeren er nu vier per week. En waar de voorlopige piek in maart bereikt werd, lijkt de boodschap van minister De Jonge de vraag opnieuw flink aangewakkerd te hebben.

Nadat dinsdag bekend werd dat de (hybride) warmtepomp over vier jaar de standaard is, kreeg Slimster.nl ruim vijf keer zoveel offerte-aanvragen op een dag te verwerken als normaal. Eigenaar Marco Schuurman vertelt dat er echter nauwelijks installateurs zijn die klussen kunnen aannemen: “Op dit moment heeft zeker tachtig procent van deze bedrijven aangegeven dat zij voor het komende halfjaar of langer vol zitten.” Schuurman zegt dat wie momenteel een offerte aanvraagt dan ook aanzienlijk minder te kiezen heeft dan normaal gesproken. In diverse regio’s kan Slimster momenteel zelfs geen enkele offerte aanbieden, omdat alle aangesloten installateurs omkomen in het werk.

Grootste vraag naar hybride warmtepompen
Van alle aanvragen voor warmtepompen die Slimster ontvangt, betreft het in 54 procent van de gevallen een hybride warmtepomp. Dat is dus het type warmtepomp dat vanaf 2026 verplicht wordt bij vervanging van de huidige cv-ketel. Met een kostenplaatje voor een hybride warmtepomp van gemiddeld 6500 euro en de huidige energieprijzen is de terugverdientijd in veel gevallen zo’n vijf à zes jaar. De gestegen gasprijs, onder meer als gevolg van de oorlog in Oekraïne, is volgens Slimster de voornaamste reden voor de sterk toegenomen interesse in warmtepompen.

Combinatie met isolatie in trek
Naast warmtepompen is er momenteel ook opvallend veel vraag naar isolatie. Met name de combinatie van woningisolatie en een hybride warmtepomp is gewild, zo zegt Schuurman, die wel begrijpt waarom. “Met goede isolatie haal je veel meer uit een warmtepomp. Het rendement van elektriciteit ligt namelijk aanzienlijk lager dan dat van gas.” Oftewel: als je woning slecht geïsoleerd is kan een warmtepomp onvoldoende elektrisch vermogen leveren om het lekker warm te krijgen in huis. Dan moet de cv-ketel vaak alsnog bijspringen.
Waar de vraag naar warmtepompen zich momenteel op het hoogtepunt bevindt, is de vraag naar isolatie toch juist weer wat afgenomen. Schuurman adviseert woningeigenaren echter juist komende zomer hierin te investeren. “De komende maanden hebben isolatiebedrijven weer meer tijd, terwijl de kans groot is dat ze tegen de winter weer overspoeld worden met aanvragen, met opnieuw lange wachttijden tot gevolg. Wie zijn woning deze zomer dus vast beter laat isoleren, zit er komende winter warmpjes bij.”

  • mei 18, 2022
  • 214 views
Overstappen naar hybride: gaat dat wel lukken?

Minister Hugo de Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening heeft gisteren de 25e editie van VSK geopend. Door een warmtepomp in te schakelen, werd het startsein gegeven voor deze populaire vakbeurs voor de installatiesector. Hij kondigde vervolgens aan dat het vanaf 2026 verplicht is om een hybride warmtepomp te installeren als een cv-ketel aan vervanging toe is. Ook alternatieven zoals een volledig elektrische warmtepomp of een aansluiting op een warmtenet zijn mogelijk. De vraag is nu: gaat dit allemaal ook lukken?

Maar een eerste rondje over de beursvloer leert dat aan de huidige vraag naar warmtepompen vanuit de markt nu al moeilijk te voldoen is. ‘Warmtepompen die vandaag worden besteld, kunnen pas volgend jaar uitgeleverd worden vanwege de druk op de grondstoffenmarkt’, zeggen verschillende aanbieders.

Meer uitdagingen
Daarnaast is er het gebrek aan handjes. Het schort met name aan gecertificeerde F-gassen installateurs en ook PV-collega's. Hun orderportefeuille is nu al vaak tot het einde van het jaar gevuld. De derde uitdaging is de energieleveringszekerheid. Zo lag recent nog de regio Eindhoven plat. De spanningen in het net liepen dusdanig op dat het net de teruglevering van stroom van 70.000 PV-panelen blokkeerde. En dan de burger zelf. De vraag is nog maar of hij wel, zelfs met subsidies, voldoende middelen heeft om die verduurzamingsslag te maken.

Urgentie van verduurzaming is groot
Voor minister De Jonge lijkt dit allemaal geen probleem: “De urgentie van verduurzaming is groot en het tempo moet omhoog. Ook voor ieders portemonnee is het beter als we minder aardgas gebruiken. Daarom wil het kabinet dat vanaf 2026 de hybride warmtepomp de standaard wordt als de cv-ketel aan vervanging toe is. Samen met installateurs en leveranciers wil het kabinet een omslag maken. Voor woningen die niet geschikt zijn, of als een woning op korte termijn op een alternatief voor aardgas wordt aangesloten, is er uiteraard een uitzonderingsmogelijkheid.”

Normering verwarmingsinstallaties vanaf 2026
Het kabinet bereidt normering voor zodat deze in 2026 in kan gaan. Met de normering worden eisen gesteld aan de efficiëntie van de verwarmingsinstallatie. Dat betekent dat bij vervanging van de huidige cv-ketel mensen moeten overstappen op een duurzamer alternatief. Voor woningen die niet geschikt zijn, of op korte termijn op een ander alternatief voor aardgas worden aangesloten (bijvoorbeeld een warmtenet), is er een uitzonderingsmogelijkheid. Om de ontwikkeling van deze techniek te ondersteunen, biedt het rijk subsidie op de aanschaf van een (hybride) warmtepomp. Deze subsidie is vanaf dit jaar verhoogd naar gemiddeld 30%. Tot en met 2030 heeft het kabinet €150 mln. per jaar gereserveerd om woningeigenaren te blijven ondersteunen bij de aanschaf van een (hybride) warmtepomp. Daarnaast is er financiering via het Nationaal Warmtefonds, met een rentetarief van 0 procent voor lage- en middeninkomens, beschikbaar.

Kabinet trekt samen op met installateurs en fabrikanten
Het kabinet trekt hierin samen op met de installatiebranche (vertegenwoordigd door Techniek Nederland) en de fabrikanten (vertegenwoordigd door de Nederlandse Verwarmingsindustrie en de Vereniging Warmtepompen). Doekle Terpstra, voorzitter Techniek Nederland: “Wij zijn blij met de normering. Hybride wordt de standaard bij vervanging van de cv-ketel. Dat is goed nieuws voor het klimaat en goed nieuws voor de energietransitie. Voor woningbezitters en corporaties is de hybride warmtepomp een logische keuze. Die zorgt voor een directe besparing op de energierekening en vermindert onze afhankelijkheid van Russisch gas. Techniek Nederland zet alles op alles om voldoende warmtepompmonteurs op te leiden: opleidingslocaties in elke regio en een mbo-deelcertificaat voor hybride warmtepompen. Daardoor kunnen zij-instromers sneller aan de slag. Techniek Nederland zet ook in op betere werkprocessen, een kortere montagetijd én kwaliteitseisen voor producten, installaties en vakmanschap.”

[pt_view id="a5ef470uor"]

  • mei 16, 2022
  • 130 views
‘Terugverdientijd warmtepomp iets meer dan 5 jaar’

Een op de zes Nederlanders overweegt de aanschaf van een warmtepomp wanneer de terugverdientijd hooguit vijf jaar bedraagt. Een even grote groep neemt ook genoegen met een terugverdientijd van zes tot tien jaar. Dat blijkt uit onderzoek van energiebedrijf Zonneplan, in samenwerking met onafhankelijk veldwerkbureau Panel Inzicht. Aan het onderzoek deden 2000 Nederlanders mee. Zonneplan berekende dat een volledig elektrische warmtepomp met de huidige energietarieven binnen vijfenhalf jaar terug te verdienen is.

Een groot deel van de ondervraagden - 29 procent - gaf aan nog niet te weten bij welke terugverdientijd zij een warmtepomp interessant achten. Een kleine groep van vier procent vindt een terugverdientijd van elf tot vijftien jaar al acceptabel. Voor minder dan twee procent van de Nederlanders geldt dat zij er zelfs langer dan vijftien over zouden willen doen. De gemiddelde levensduur van een warmtepomp wordt momenteel op vijftien à twintig jaar geschat.

Huidige terugverdientijd 5,3 jaar
Om de terugverdientijd te berekenen is het belangrijk te weten hoezeer het gasverbruik door de komst van een warmtepomp gereduceerd wordt en hoeveel extra stroomverbruik daartegenover staat. Uitgangspunt daarbij is dat een kuub gas gelijk staat aan ongeveer tien kilowattuur stroom. Hedendaagse warmtepompen hebben vaak een rendement van zo’n 500 procent, wat inhoudt dat met een kilowattuur stroom voor vijf kilowattuur aan warmte (gelijk aan een halve kuub gas dus) geproduceerd kan worden.
Uitgaande van de huidige energietarieven die het CBS hanteert - 2,39 per m3 gas en 0,56 per kWh stroom - een gemiddeld verbruik van 1500 m3 per jaar en een aankoopprijs van 10.000 euro, bedraagt de terugverdientijd van een volledig elektrische warmtepomp momenteel een kleine vijfenhalf jaar. Bij een hybride warmtepomp van 5.000 euro, waarbij ongeveer 40 procent van de warmwaterbehoefte nog door een cv-ketel verzorgd wordt, komt het neer op minder dan vier jaar, zo berekende Zonneplan. In de berekening zijn de subsidies die momenteel beschikbaar zijn niet meegenomen. Verder zijn dit gemiddelden: in de praktijk zijn er aanzienlijke prijsverschillen tussen verschillende merken en typen warmtepompen.

[pt_view id="4f8a9caz7y"]

  • april 19, 2022
  • 150 views
200 miljoen voor collectieve warmtesystemen

Het Nationaal Groeifonds heeft het consortium NieuweWarmteNu! (NWN!) een voorwaardelijke bijdrage toegekend, van 200 miljoen euro. Als de toekenning definitief wordt, kunnen maximaal 10 collectieve warmteprojecten in de gebouwde omgeving en de glastuinbouw worden ontwikkeld als vervanging voor verwarming met aardgas. Afhankelijk van de snelheid van het vervolgtraject kunnen de eerste projecten in 2023 met de bouw starten. Het project heeft een looptijd van vier jaar vanaf toekenning.

Het consortium is gematigd tevreden dat de Groeifondscommissie onder voorwaarden een bijdrage van het Nationaal Groeifonds heeft toegekend. Teun Bokhoven, voorzitter van de stuurgroep: “De huidige situatie in Europa vraagt een versnelling van de energietransitie, waaronder de warmtetransitie. Het reduceren van aardgasimport door het gebruik van duurzame warmte is extra urgent geworden. NWN! kan daar een substantiële bijdrage aan leveren in de periode tot 2030. NWN! versterkt bovendien de Nederlandse economie en leidt tot een aanzienlijke CO2-reductie. We willen daarom op korte termijn met de commissie in gesprek om snel invulling te kunnen geven aan de voorwaarden voor hun bijdrage aan NWN!”.

Versnelling
In het consortium NWN! werken overheden, (warmte) bedrijven, netbeheerders, energiecooperaties en kennisinstellingen samen om een versnelling te geven aan de inzet van duurzame collectieve warmtesystemen. Naast de projecten die NWN! wil realiseren voor de aanleg van duurzame collectieve warmtesystemen in de gebouwde omgeving en de glastuinbouw, worden diverse innovaties in de praktijk gedemonstreerd. Hierdoor wordt de benutting van duurzame warmtebronnen zoals geothermie, restwarmte, zonthermie en aquathermie aanzienlijke vergroot, aldus het consortium.

Partijen
Het NWN! consortium bestaat op dit moment uit de volgende partijen: warmtebedrijven Eneco, Ennatuurlijk, Essent, HVC, SVP en Vattenfall, partijen die werken aan energie uit de ondergrond EBN, Engie/Equans, Huisman en Shell, partijen die werken aan energie uit water NWB Bank en verschillende waterschappen, gemeenten (Metropoolregio) Amsterdam, Den Haag, Groningen, Rotterdam en Utrecht, provincies Gelderland, Limburg en Zuid-Holland, brancheorganisaties Bodemenergie Nederland, Geothermie Nederland, Netbeheer Nederland en Netwerk Aquathermie, koepelorganisaties van energiecoöperaties EnergieSamen en Energie van Utrecht, Warmtenetwerk Westland (enkele tuinders, HVC, Capturam en gemeenten Westland en Midden-Delfland) en Warmte Samenwerking Oostland (gemeenten Pijnacker-Nootdorp, Lansingerland, Zuidplas, Waddinxveen en Zoetermeer), kennisinstellingen Deltares en TNO, en de ministeries van Economische Zaken en Klimaat (penvoerder) en van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit.

[pt_view id="d454d8exi8"]

  • maart 22, 2022
  • 146 views
Voor 500 euro de thermostaat 2 graden lager

Er moet wel wat tegenover staan, wil de gemiddelde Nederlander de thermostaat twee graden lager zetten. Dit blijkt uit onderzoek van Zonneplan. Het energiebedrijf vroeg in samenwerking met onafhankelijk veldwerkbureau Panel Inzicht aan 2000 Nederlanders onder welke voorwaarde zij dit zouden doen. Eén op de vijf Nederlanders geeft aan er minimaal 500 euro aan energiekosten mee te willen besparen, terwijl een kwart ook al genoegen neemt met 250 euro. Ruim één op de vijf Nederlanders geeft daarentegen aan de thermostaat onder geen beding lager te zetten.

Volgens energiespecialist Glenn van der Linde van Zonneplan bespaart het lager zetten van de thermostaat per graad zeven procent aan gasverbruik. Twee graden lager scheelt een gemiddeld huishouden dus 168 kuub gas, wat bij de huidige gasprijs gelijkstaat aan 378 euro. Van der Linde: “Een besparing van 500 euro is dus een vrij realistisch scenario, ervan uitgaande dat er ook gezinnen zijn die nog aanzienlijk meer betalen dan 2,25 per kuub.”

Groene motieven
Voor 8 procent van de Nederlanders moet de besparing echter minstens 1000 euro bedragen, willen zij twee graden kouder gaan wonen. Een andere groep, 21 procent, hecht niet zozeer waarde aan de financiële besparing, zo blijkt uit het onderzoek van Zonneplan. Zij stellen als voorwaarde dat er een significante bijdrage aan het behalen van de klimaatdoelstellingen tegenover moet staan. Volgens Van der Linde is dit het geval. “Met het verbranden van een kuub gas gaat ongeveer 1,8 kilo CO2-uitstoot gepaard. Twee graden lager - dus 168 kuub minder - scheelt dus ruim 300 kilo CO2-uitstoot. Daarvoor kan een dieselauto twee keer op en neer van Utrecht naar Parijs rijden.”

Consument toch prijselastisch?
Jarenlang werd verondersteld dat de Nederlandse consument prijsinelastisch is als het op energie aankomt. Hogere prijzen leidden niet of nauwelijks tot minder verbruik en vice versa, zo schreef lector Energietransitie Martien Visser in 2016. Dat lijkt met de huidige energieprijzen echter wel degelijk het geval. Van der Linde: “De doorsnee consument was zich eenvoudigweg nooit bewust van de kosten van energie. Maar met de huidige prijsexplosie en de grote hoeveelheid media-aandacht hiervoor, valt het niet te missen. Het moet schijnbaar eerst écht misgaan voordat mensen wat gaan doen.”

[pt_view id="0e66d5bn0f"]

  • maart 11, 2022
  • 151 views
Verwarmingsoplossing na 10 jaar ontwikkeling in testfase

Cooll uit Enschede test een in eigen beheer ontwikkelde verwarmingsoplossing, die naar eigen zeggen 30% op het gasgebruik van een hr-ketel bespaart. Dit rendement is onlangs bevestigd door het Fraunhofer Instituut. De primeur vindt plaats in Kampen, in een sociale huurwoning van Deltawonen. Het Enschedese bedrijf noemt de technologie veelbelovend, omdat de besparing zonder forse aanpassingen van de woning, en zonder ruimte- en comfortverlies wordt gerealiseerd.

Eind 2021 heeft KIWA de testmodellen flink aan de tand gevoeld en heeft de warmtepomp een CE GAR veldtest certificaat gekregen. “Het behalen van dit certificaat maakt deze veldtest mogelijk en geeft ons inzichten voor het definitieve productontwerp. De installatie en het gedrag van de warmtepomp  levert ons een schat aan informatie op voor de verdere ontwikkeling”, legt Stefan van Uffelen, CEO van Coll, uit.

Resultaten
Van Uffelen vervolgt: “Na meer dan tien jaar ontwikkeling van onze gepatenteerde thermische warmtepomptechnologie gaan wij nu de markt op. We gaan de wereld laten zien dat dit dé verwarmingsoplossing is van de toekomst. Niet alleen in Nederland uiteraard. Volgend jaar willen we 50 toestellen produceren waarvan ook een deel beschikbaar zal zijn voor pilots in het Verenigd Koninkrijk en Duitsland. Dan begint voor Cooll ook het buitenlandse avontuur.”
De uit de Universiteit Twente voortgekomen onderneming heeft warmtepomptechnologie ontwikkeld die de huidige hr-ketel één op één kan vervangen. De adsorptiewarmtepomp van Cooll verwarmt met aardgas, maar zou op termijn ook kunnen verwarmen met andere groene gassen zoals waterstofgas.

Toekomstbestendig alternatief
Technisch dienstverlener Van Dorp liet eind vorig aar nog weten te investeren in deze nieuwe ontwikkeling. Het bedrijf is hierbij al 10 jaar betrokken en maakt met deze investering nu ook de opschaling mogelijk. Henk Willem van Dorp: “Vanuit onze intrinsieke motivatie om de wereld beter achter te laten, besteden wij veel aandacht aan de verduurzaming van installaties en gebouwen. We zetten hierbij in op duurzame technieken en kiezen voor all-electric waar het kan, maar geloven we ook in de technologie van Cooll omdat het een toekomstbestendig alternatief is voor gebouwen waarvoor een elektrisch of hybride warmtepompsysteem nog niet haalbaar is. Daarnaast is het systeem geschikt gemaakt om te verwarmen met waterstofgas, een ontwikkeling waar wij veel vertrouwen in hebben en graag in mee pionieren.”

[pt_view id="506a110dk1"]