• maart 23, 2015
  • 156 views
Warmtescan actie ook in Gouda

Gouda is de derde, en voorlopig laatste, gemeente waar het Nationaal Energiebespaarfonds de warmtescan actie uitrolt. De gemeente Gouda omarmt de kans om zo’n 2.700 woningeigenaren blij te maken met een gratis warmtescan van harte. Het Nationaal Energiebespaarfonds voert op dit moment een warmtescan actie uit bij in totaal 10.000 koopwoningen in drie gemeenten: Apeldoorn, Vianen en nu dus Gouda. De woningeigenaren krijgen de warmtescan van de voorgevel van hun woning gratis aangeboden. De warmtescan is een momentopname en geeft een helder beeld van hoe goed een gevel is geïsoleerd. Het doel is om de woningeigenaar inzicht te geven en op grond daarvan te laten overwegen of het zin heeft om de woning te verduurzamen. De actie in Apeldoorn en Vianen is inmiddels in volle gang. De eerste 2.000 woningeigenaren in Apeldoorn hebben afgelopen weekend een bericht gekregen van partner Feenstra dat hun warmtescan klaarstaat en zijn uitgenodigd voor informatieavonden, waar in zij geïnformeerd worden over hoe de warmtescan te lezen is en hoe zij warmteverlies tegen kunnen gaan. In Vianen heeft wethouder Frank Meurs deze week het startschot gegeven en is Sunburst begonnen met scannen. Partner Pluimers zal straks de scans huis aan huis in Vianen aanbieden. Reinoud Veldman, fondsmanager van het Nationaal Energiebespaarfonds: “De selectie van woningen is gebaseerd op koopwoningen in oudere wijken waar nog geen andere verduurzamingsacties lopen. De meeste woningen zijn eengezinswoningen en ouder dan 1980 met een tuin (geen appartementencomplexen). Bewoners die geen behoefte hebben aan een gratis warmtescan kunnen zich online afmelden met een inlogcode die zij per brief ontvangen.“ De warmtescanactie wordt uitgevoerd in een samenwerkingsverband. Naast Svn zijn dit Sunburst, Pluimers (in Gouda en Vianen) en Feenstra (in Apeldoorn). Sunburst maakt de warmtescans, Pluimers en Feenstra zorgen voor een vervolgactie in de wijken waar de gevelscans worden gemaakt. Beide bedrijven doen dit op een andere manier, waardoor later de effecten en…

  • maart 18, 2015
  • 136 views
Vereniging verbindt partijen voor nul-op-de meter-woningen

De Vereniging De BredeStroomversnelling (op 11 maart opgericht), biedt ruimte aan een breed scala van veel spelers (bouwbedrijven, toeleverende industrie, corporaties, overheden, netwerkbedrijven) die inzien dat het realiseren van energieneutrale, toekomstbestendige en comfortabele nul-op-de-meterwoningen alleen in nauwe onderlinge samenwerking gerealiseerd kunnen worden. De BredeStroomversnelling bundelt kennis- en innovatiekracht om via een geïndustrialiseerde aanpak te komen tot nul-op-de-meter-woningen die als vanzelfsprekend zijn voor corporaties en woningeigenaren; te beginnen met 111.000 woningen in 2020 tot uiteindelijk 4,5 miljoen naoorlogse (hoog- en laagbouw)woningen in 2050. “Onder het dak van de BredeStroomversnelling kunnen alle partijen samenwerken, mits ze actief bijdragen aan de ontwikkeling en afname van Stroomversnelling-concepten en voldoen aan de kwaliteitseisen die worden gesteld”, zegt Leen van Dijke, woordvoerder van de BredeStroomversnelling. De vereniging gaat een keurmerk ontwikkelen voor bouwers die dit label gebruiken om hun kwaliteit te laten zien en te waarborgen. Dit keurmerk wordt door de vereniging bewaakt zodat iedereen erop kan vertrouwen dat elke woning die het keurmerk draagt, voldoet aan de gegarandeerde prestatie-eisen. Van nieuwe leden wordt verwacht dat zij hun ideeën en kennis delen en hun innovatie- én daadkracht inzetten om de doelstelling van de Stroomversnelling te bereiken. De BredeStroomversnelling streeft ernaar de leden te faciliteren en te verbinden zodat er hoogwaardige renovatie- en nieuwbouwconcepten worden ontwikkeld en gerealiseerd en de afname ervan wordt gestimuleerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van duurzame energie, opgewekt door niet-fossiele brandstoffen. Leden van de vereniging werken samen aan het creëren van de goede condities, zoals overheidsbeleid, vergunningen en financiering. Iets waar alle deelnemers individueel nooit in zouden kunnen slagen. De BredeStroomversnelling is opgericht door NetwerkbeheerNederland en de vereniging Stroomversnelling. Van Dijke: “Hierdoor is er al veel ervaring beschikbaar. Dankzij de verbreding van de zeer succesvolle Stroomversnelling ontstaat er nu een uitdagend platform van gemotiveerde partijen én een krachtige impuls voor verregaande innovaties in de bouwsector.” De Vereniging De BredeStroomversnelling (op 11 maart opgericht),…

  • maart 5, 2015
  • 134 views
Het inleveren van tl-buizen wordt voor installateurs steeds makkelijker

Om zoveel mogelijk afgedankte lampen in te zamelen, organiseert Wecycle samen met technische groothandels Rexel Nederland, Solar Nederland en Technische Unie een inleveractie voor installateurs. Inleveraars ontvangen bij alle vestigingen een kanskaart. Hiermee maken ze kans op een gratis pizza. Er komen steeds meer mogelijkheden voor installateurs om makkelijk van hun oude tl-buizen en spaarlampen af te komen. Kleine hoeveelheden kunnen gratis ingeleverd worden in de inleverbakken bij alle vestigingen van Rexel en Technische Unie. Bij alle winkels kunnen oude lampen ingeleverd worden bij aankoop van nieuwe. Ook een groot aantal  gemeentelijke milieustraten accepteert afgedankte energiezuinige lampen. Voor grotere hoeveelheden (meer dan 300 lampen per jaar) kunnen installateurs zich aanmelden als partner van Wecycle. Daarnaast is er een gratis eenmalige ophaaldienst beschikbaar voor projecten waar meer dan 300 lampen ineens vrijkomen. Voor de deelnemende groothandels is het innemen van afgedankte tl-buizen en spaarlampen een onderdeel van het MVO-beleid. Daarnaast is het een extra service aan hun klanten. Alle ingeleverde energiezuinige lampen laat Wecycle voor meer dan 90 procent recyclen. Door recycling blijven grondstoffen behouden en komen schadelijke stoffen niet in het milieu terecht. Voor meer informatie: www.wecycle.nl

  • maart 4, 2015
  • 147 views
Meer comfort en dezelfde woonlasten

Gerieflijk wonen en tegelijkertijd enorm op energie besparen; in huizen met gegarandeerd nul-op-de(energie)-meter, dankzij een degelijke woningschil en bijvoorbeeld zonnepanelen. Dát is de ambitie van de Stroomversnelling. In 2050 wil de vereniging Stroomversnelling 4,5 miljoen naoorlogse woningen energieneutraal hebben gemaakt. Om dat te bereiken, is de medewerking van gemeenten en vergunningverleners hard nodig. Op donderdag 26 februari kreeg Stef Blok, minister voor Wonen en Rijksdienst, hiertoe een boekwerkje van de Taskforce Vergunningen uitgereikt, dat gemeenten kort en krachtig duidelijk maakt hoe zij eenvoudig kunnen bijdragen aan deze Stroomversnelling in Nederland. “Een even prachtig als ambitieus initiatief”, aldus minister Blok. De Stroomversnelling, begonnen als een initiatief van vier bouwers, zes woningcorporaties en ondertussen ondersteund door vele gemeenten, provincies en andere maatschappelijke partners, is hard bezig om een industriële aanpak te ontwikkelen die het veel goedkoper maakt om woningen grondig te renoveren. De Stroomversnelling wil de energierekening in Nederlandse huur- en koopwoningen terugdringen naar nul. Te beginnen met 111.000 woningen in 2020. Minister Blok: “Dit kabinet steunt Stroomversnelling dan ook van harte. Bijvoorbeeld door belemmerende regels te schrappen en het Besluit omgevingsrecht aan te passen”, aldus de minister, die de gemeenten oproept “een belangrijke bijdrage te leveren aan het succes van het project Stroomversnelling, in het belang van de huurder, van de koper, van de bouw en van het milieu”. Het afgelopen jaar is door de Taskforce Vergunningen – een samenwerking van de ministeries van Binnenlandse Zaken, Infrastructuur en Milieu en Economische Zaken en een tiental gemeenten – gewerkt aan een aanpak die de vergunningenprocedure eenvoudiger én beter maakt. In de uitgave, die wordt gestuurd aan alle colleges van B&W in Nederland, komt onder meer de Omgevingsvergunning (Procedures bestemmingsplan, Bouwbesluit, welstand/ruimtelijke kwaliteit) en de Ontheffing Flora- en faunawet aan bod. Ook staan er best practices omschreven uit Heerhugowaard, ‘s-Hertogenbosch, Soest en Zoetermeer. “Waar we naar toe willen”, zegt Leen van Dijke, voorzitter…

  • februari 26, 2015
  • 141 views
‘Vrouw in de bouw’ is jongste GPR Gebouwexpert van Nederland    

De jongste GPR Gebouwexpert van Nederland heet Iris Aveskamp en werkt als bouwkundig ingenieur bij TiMaX bouwadvies in Denekamp. Deze 23-jarige vrouw in de bouw heeft afgelopen maand haar licentie voor GPR Gebouw 4.2 gehaald, een richtlijn voor duurzaam bouwen. In totaal hebben slechts 68 mensen in Nederland deze titel. GPR Gebouw is de Gemeentelijke Praktijk Richtlijn voor duurzaam bouwen en is toonaangevend in Nederland. Met GPR Gebouw wordt de duurzaamheid van bestaande bouw, maar ook van nieuwbouw en grootschalige renovatie van woning- en utiliteitsbouw gemeten. Energie, milieu, gezondheid, gebruikskwaliteit en toekomstwaarde staan hierin centraal. Iris: “Door deze richtlijn toe te passen kunnen opdrachtgevers betere keuzes maken voor duurzame materiaalkeuze, toekomstbestendig bouwen en total costs of ownership. Een voorbeeld hiervan is de nieuwbouw van een school. Door rekening te houden met de materiaalkeuze, kan de school in de toekomst eenvoudig omgebouwd worden tot appartementencomplex. Om goed te kunnen adviseren over duurzaam bouwen, zitten wij graag in een vroeg stadium bij opdrachtgevers aan tafel. Zo kunnen in de ontwerpfase relatief kleine wijzigingen zonder hogere bouwkosten al zorgen voor een veel hogere GPR-score. Dat levert overigens niet alleen winst op voor het milieu, maar ook voor de portemonnee. Duurzaam bouwen betekent al lang niet meer duurder bouwen. Het betekent vooral slimme keuzes maken, die bijvoorbeeld in de onderhouds- en energiekosten van een pand aanmerkelijke kostenbesparing op kan leveren. Daar komt bij dat steeds meer aanbestedingen nadrukkelijk vragen om GPR-berekeningen.” Daar waar vroeger vooral prijs, kwaliteit en planning bepalend waren bij aanbestedingen, gaat het vandaag de dag nadrukkelijk ook om duurzaamheid. Vooral overheidsinstellingen vragen steeds vaker om een GPR-berekening bij de uitgifte van kavels of bij (nieuw)bouwplannen. Daarnaast kunnen opdrachtgevers die een GPR-berekening toepassen, gebruik maken van de fiscaal aantrekkelijke regelingen Milieu Investerings Aftrek (MIA). Iris: “Deze regelingen maken het nog eens extra aantrekkelijk om te investeren in duurzaamheid. Neem bijvoorbeeld een gebouw…

  • februari 18, 2015
  • 131 views
Nationaal Energiebespaarfonds start warmtescanactie

10.000 Woningeigenaren krijgen de komende weken gratis een warmtescan aangeboden van het Nationaal Energiebespaarfonds. Het fonds wil met dit cadeautje de woningeigenaren inzicht geven in het warmteverlies van de gevel van de woning. De warmtescan is een momentopname en geeft een helder beeld van hoe goed een gevel is geïsoleerd. Het doel is om de woningeigenaar enthousiast te maken om de woning te verduurzamen. De actie start in Apeldoorn. Zaterdag 14 februari viel daar bij 5.000 woning-eigenaren een brief op de mat met de aankondiging van de actie. Deze week gebeurt dit in Vianen bij ruim 2.000 woningen. Er wordt nog gezocht naar een derde gemeente. De selectie van woningen is gebaseerd op (grondgebonden) koopwoningen in oudere wijken waar nog geen andere verduurzamingsacties lopen. De actie wordt uitgevoerd in samenwerking met Sunburst, Feenstra en Pluimers. Sunburst maakt de warmtescans. Pluimers en Feenstra zorgen voor een vervolgactie in de wijken waar de gevelscans worden gemaakt. Beide bedrijven doen dit op een andere manier, waardoor later de effecten en leerpunten vergeleken kunnen worden. Reinoud Veldman, van het Nationaal Energiebespaarfonds: “Feenstra en Pluimers hebben ons project enthousiast omarmd. Zij hebben de kennis en de menskracht om de bewoners nader te informeren over de uitkomsten van de warmtescan en hoe je warmteverlies kunt voorkomen. We hebben al sinds de start van het fonds een goede samenwerking met beide bedrijven. De Energiebespaarlening van het Nationaal Energiebespaarfonds wordt als optie meegenomen in de communicatie-uitingen.” Overigens kunnen bewoners ook andere aannemers betrekken bij de uitvoering van maatregelen. Veldman vervolgt: “De financiering van energiebesparende maatregelen is natuurlijk pas aan de orde als je daadwerkelijk maatregelen gaat treffen. We willen met deze actie ook mensen aanspreken die nog niet echt hebben nagedacht over energiebesparende maatregelen, omdat ze niet genoeg geld vrij kunnen spelen voor de maatregelen. Met de Energiebespaarlening wordt het wellicht toch een optie om de woning te…

  • februari 13, 2015
  • 133 views
Nul-op-de-Meter woningen vragen om nieuwe kijk op voorschotnota

Eneco en Stroomversnelling (een samenwerkingsverband van vier bouwers en zes woningcorporaties die de komende jaren 11.000 huurwoningen duurzaam gaan renoveren) gaan samenwerken. Hiervoor is een overeenkomst getekend. Belangrijkste reden voor deze samenwerking is om de voorschotnota’s van de desbetreffende klanten aan te passen aan de nieuwe situatie na de overgang van hun huizen naar zogeheten Nul-op-de-Meter woningen. De duurzame renovatie-inspanningen van Stroomversnelling leiden ertoe dat huishoudens in toenemende mate zelf stroom gaan opwekken. ‘Daarnaast,’ zegt Leen van Dijke, woordvoerder van Stroomversnelling, ‘zullen de bewoners, dankzij hoogwaardige isolatie van hun woningen en eigen opwek, vrijwel geen stroom van energieleveranciers meer afnemen. Bij dit initiatief nemen de nul-op-de-meterwoningen van Stroomversnelling afscheid van het gebruik van gas.’ Eneco loopt bij deze duurzame ontwikkelingen voorop en faciliteert klanten in hun transitie naar Nul-op-de-Meter woningen. Hans Valk, directeur Consumenten bij Eneco: “De transitie van woningen naar nul-op-de-meter woningen vraagt ook om een aanpassing van zaken als de voorschotnota. Deze is erop gebaseerd dat je als klant vooraf betaalt voor de afname van stroom en gas. Bij Nul-op-de-Meter woningen is er daar in het beste geval geen sprake meer van. Hoe we die overgang zo soepel mogelijk kunnen laten plaatsvinden, gaan we nu gezamenlijk oppakken. De klant moet er geen omkijken naar hebben.” Bij een Nul-op-de-Meter woning zijn de in- en uitgaande energiestromen voor gebouw gebonden energie (ruimteverwarming, -koeling, warm tapwater gebruik) en het gebruik van huishoudelijke apparatuur (inclusief verlichting) op jaarbasis per saldo nul, onder standaard klimaatcondities zoals die gelden in Nederland en bij standaard gebruik van de woning, zoals vastgelegd in de ontwerpuitgangspunten onderbouwd door Nederlands normen. Voor meer informatie:  www.eneco.nl

  • februari 4, 2015
  • 159 views
Eerste technische handboek over biomassa gestookte ketels

De techniek voor biomassa gestookte ketels staat in het ISSO-handboek ‘Biomassaverbrandingsinstallaties’, de eerste technische handleiding op dit gebied. Het boek is dé kennisbron voor ontwerper, installateur en beheerder. Hiermee heeft de installatiesector een antwoord op de sterk groeiende markt van biomassa gestookte ketels. Biomassa gestookte ketels worden vooral gebruikt voor de levering van warm water in grote gebouwen. De afname van dergelijke ketels is de afgelopen vijf jaar verdubbeld van circa 1.000 naar circa 2.000 installaties. Het marktpotentieel stijgt extra door Stimulering Duurzame Energieproductie (SDE), een subsidieregeling van het ministerie van Economische Zaken. ISSO, het kennisinstituut voor de installatiebranche, speelt in op deze groeiende markt met een technische handleiding voor ontwerper, installateur en beheerder. Gebruik van het handboek komt de kwaliteit, de veiligheid en het imago van de biomassa-installatie ten goede. Het handboek is mede mogelijk gemaakt dankzij een financiële bijdrage van Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO), Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch InstallatieBedrijf (OTIB) en Stichting Promotie Installatietechniek (PIT). Het praktijkgerichte handboek beschrijft het ontwerp, de keuze van verschillende systeemcomponenten, het installeren en het beheer. De nadruk ligt op de verschillen met gasgestookte installatie, bijvoorbeeld brandstofopslag, brandstoftoevoer, verbrandingstechnologie en asafvoer. De uitgave vormt ook de basis voor de in ontwikkeling zijnde BRL6000-22 ‘Ontwerpen, installeren en onderhouden van met biomassa gestookte cv-ketels’. Professionals die straks werken volgens deze boordelingsrichtlijn, kunnen zich op dit gebied laten certificeren. Met dit kwaliteitslabel onderscheidt de professional zich in de markt. Het handboek ‘Biomassaverbrandingsinstallaties’ is via de winkel op www.isso.nl in te zien en te bestellen voor € 125,- (excl. btw en verzendkosten). Het boek verschijnt medio februari. Met een abonnement op www.isso-digitaal.nl is ook de digitale versie te raadplegen. Opleidingen en examens op het gebied van duurzame energie, waaronder biomassaverbrandingsinstallaties, staan op www.QBIS.nl, kwaliteitsregister Bouw & Installatiesector Nederland.

  • februari 3, 2015
  • 139 views
Zonne-energiesector veel groter dan gedacht

Uit nieuwe cijfers van het woensdag 28 januari gepresenteerde Nationaal Solar Trendrapport 2015, blijkt dat de sector een omzet van 2,4 miljard euro en ruim 9.000 voltijd banen realiseerde in 2014. Het geïnstalleerde zonnestroomvermogen wordt al jaren onderschat, net als het aantal voltijdbanen. Uit het Nationaal Solar Trendrapport 2015 blijkt dat het geïnstalleerd vermogen in zowel 2013 als 2014 waarschijnlijk 30% te laag is ingeschat. Volgens Solar Solutions directeur Peter Groot is “zonne-energie de belangrijkste energiebron van de toekomst en is de werkgelegenheid in 2014 met 33% is toegenomen ten opzichte van 2013, dat is een waanzinnige groei in crisistijd.” Zo werden in 2014 bijna  11 miljoen zonnepanelen geïmporteerd in de Rotterdamse haven, verdeeld over bijna 15.000 containers, waarvan ruim een derde voor Nederlandse bedrijven bestemd waren. Ook gaf de zonne-energiesector een duidelijk signaal af aan Den Haag, Groot vervolgt: “De sector is de groeibriljant van de duurzame energiesector, professionaliseert in razend tempo en is verantwoordelijk voor de grootste groei van banen binnen het Energieakkoord.” Het Nationaal Solar Trendrapport is een initiatief van Solar Solutions Int. in samenwerking met Solar Magazine en haar partners Holland Solar, Uneto-VNI en TKI Solar Energy. Het trendrapport brengt jaarlijks trends in kaart over kwaliteit, marktontwikkelingen, techniek en politieke ontwikkelingen. Daarnaast is dit jaar voor het eerst een brancheonderzoek uitgevoerd naar cijfers over omzet, winst en werkgelegenheid. Voor meer informatie: : www.solarsolutions.nl

  • januari 7, 2015
  • 139 views
Armaturen uit sloopprojecten vaak niet apart afgevoerd

Ruim 900 ton aan verlichting komt er jaarlijks vrij uit sloopprojecten, zo blijkt uit onderzoek door Bureau Witteveen+Bos, in opdracht van Wecycle en LightRec. Dit is veel meer dan in eerdere onderzoeken werd geschat. In 99% van de gevallen bieden sloopbedrijven armaturen niet apart aan bij Wecycle, maar aan metaalrecyclingbedrijven. LightRec en Wecycle willen de hoeveelheid ingezamelde armaturen sterk verhogen. Oude armaturen bevatten vaak nog PCB-houdende condensatoren en zijn daarmee chemisch afval. Dat is een extra reden om ze in te leveren bij Wecycle. Op termijn, wanneer de nieuwe regelgeving op 1 juli 2015 in zijn geheel in werking is getreden, zou ook de afgifte aan gecertificeerde metaalrecyclers voldoen, omdat deze dan verplicht zijn de hoeveelheden armaturen te registreren en vast te leggen hoe ze zijn verwerkt. Het potentieel uit sloopprojecten zit vooral in professionele gebouwen, zoals kantoren, scholen en ziekenhuizen. Uit sloop van huizen komen nauwelijks armaturen vrij, omdat de armaturen uit huishoudens meestal meeverhuizen met de bewoner. Op dit moment worden de hoeveelheden armaturen bij sloopprojecten gezien als onbelangrijk, blijkt uit het eerste deel van het onderzoek. Hierdoor belanden armaturen bij sloopprojecten nagenoeg altijd tussen de metalen of het gemengde afval. Geen van de sloopbedrijven uit het onderzoek van Witteveen+Bos geeft ingezamelde armaturen af aan Wecycle. Dit in tegenstelling tot energiezuinige lampen, die vaak wel apart worden gehouden. Armaturen worden tijdens de sloopfase meestal weggegooid als afval of tegen vergoeding aangeboden aan metaalrecyclingbedrijven. Het vooraf demonteren en apart houden van armaturen betekent een extra handeling, wat sloopbedrijven moeten doorvertalen in kosten. Het Bouwbesluit schrijft echter al voor dat deze extra handeling verplicht is. Voor LightRec en Wecycle was het doel van de studie om gegevens te krijgen over de processen die bij sloop plaatsvinden, om zo voorstellen te kunnen doen om de inzameling van afgedankte verlichting via de sloopbedrijven te verbeteren. “Waarschijnlijk leveren sloopbedrijven wel in via Wecycle…