Minister Blok riskeert miljoenenboete met Doe-Het-Zelf energielabel
Minister Blok heeft ten onrechte de indruk gewekt dat met het nieuwe Doe-Het-Zelf-energielabel wordt voldaan aan de Europese regelgeving. Uitlatingen van BZK-ambtenaren dat Brussel akkoord zou gaan met dit label zijn uiterst dubieus, gezien de actuele kritiek van Paul Hodson, hoofd van het Directoraat Generaal voor Energie, op het Nederlandse energiebeleid. Nederland behoort allang niet meer tot de voorhoede van het Europese energiebeleid. Tot twee keer toe in 2009 en 2012 heeft de Europese Commissie Nederland formeel in gebreke gesteld met betrekking tot de invoering van Europese energieregelgeving, zoals die is vastgesteld in de zogeheten EPBD (Energy Performance of Buildings Directive). In antwoord op vragen van de AvEPA (Associatie van Energie Prestatie Adviseurs) om opheldering over actuele stand van zaken schrijft Hodson dat het Nederlandse weerwoord op de twee achtereenvolgende EU-ingebrekestellingen van het binnenlandse energiebeleid ‘onbevredigend is’. “Verklaringen van Nederlandse autoriteiten dat verschillende onderdelen van de EPBD inmiddels zijn overgenomen – de meest recente in november 2014 – worden momenteel geanalyseerd. Pas nadat we de laatste wetgevende maatregelen hebben doorgelicht, kunnen we beslissen of de Nederlandse regering aan alle EPBD-verplichtingen heeft voldaan”, aldus het afdelingshoofd energy efficiency van het Europese Directoraat Generaal voor Energie. Gedupeerde energieprestatie-adviseurs, verenigd in EnergyClaim, zijn al jaren verwikkeld in een juridisch gevecht met de Nederlandse overheid over een schadevergoeding voor de abrupte omslag van het Nederlandse energiebeleid. Tot het eerste kabinet-Balkenende (2002-2003) liep Nederland voorop. Het Nederlandse energiebeleid stond zelfs model voor de EPBD. Vooruitlopend op de voorgeschreven introductie van het ‘Europese’ energieprestatiecertificaat dat kopers en huurders inzicht moet geven in het energiegebruik van de woning die zij overwegen te betrekken, hebben honderden ondernemende pioniers zich geschoold en geoefend in het (gecertificeerd) vaststellen van de energieprestatie van alle 7,5 miljoen woningen in Nederland. Goed voor 10.000 tot 12.000 banen was de verwachting. Allemaal weggegooid geld, want vanaf 2003 heeft de overheid het stimuleren van energiebesparingsmaatregelen…
Kantoren in Rotterdam duurzaamste van Nederland
Rotterdamse kantoren scoren 10% beter dan de Nederlandse benchmark voor duurzaamheid. Zij doen het vooral goed op het gebied van gezondheid en transport. Dat bleek uit De Groene Werkplek Rotterdam, gepresenteerd door bbn adviseurs op woensdag 3 december j.l. Directeur “Duurzaamheid en Stadsontwikkeling” van Rotterdam Paula Verhoeven was verheugd met het resultaat en grote bereik van het onderzoek. Een derde van de stad heeft geparticipeerd. Naast de gebouwen zelf is ook het beheer van bijna veertig kantoren onderzocht. Hierbij is een opvallend verschil geconstateerd. Eindgebruikers die het beheer van hun pand (grotendeels) zelf uitvoeren, scoren gemiddeld flink beter dan een externe vastgoedmanager. Externe managers behalen dus een lagere score over de gehele breedte van de duurzaamheidsmeetlat BREEAM. “Herkenbaar, maar wel verontrustend” was de gedeelde mening onder de aanwezige eigenaren en eindgebruikers. 1.200.000 m² BREEAM in Rotterdam In totaal is meer dan een derde van de totale Rotterdamse kantorenmarkt in kaart gebracht met BREEAM-NL In-Use. Onder de grotere kantoren is dit zelfs bijna de helft. Hiermee is de reikwijdte van het onderzoek verdubbeld ten opzichte van vorig jaar. Verduurzaming is een samenspel tussen eigenaren en huurders. Positief is dan ook het aansluiten van Rotterdamse bedrijven als Unilever, Rabobank, Houthoff Buruma, ABN Amro, PWC, Robeco en Nationale Nederlanden. Meer dan veertig eigenaren en gebruikers participeerden in het onderzoek van 2014. Tijdens het gezamenlijke gesprek dat volgde, deelden o.a. PWC en KPN hun kritiek op de statische houding van veel eigenaren. “Pas bij contractverlenging komt duurzaamheid op de agenda. Daarna is het weer jaren stil.” Dit speelt vaak bij (buitenlandse) fondsen in een lastig financieel parket. Toch zijn er steeds meer fondsen met financiële slagkracht, zo stelde Blackstone. Door de lagere transactieprijzen van de afgelopen jaren is er ruimte om te investeren. Vervolg in 2015 Andere stedenonderzoeken, zoals Amsterdam Zuidas en Utrecht zijn opgestart. Doelstelling is om volgend jaar het vergelijk binnen de…
Kennisplatform Bodemenergie van start
Het Kennisplatform Bodemenergie – initiatief van SKB en BodemenergieNL – is van start gegaan tijdens een bijeenkomst in het Educatorium van de Universiteit Utrecht. Het kennisplatform richt zich op het vergroten van wetenschappelijke en praktische kennis en kunde rondom bodemenergie. Centraal staat het uitwisselen en ontwikkelen van kennis. Doelgroep van het platform zijn enerzijds kennisinstellingen, universiteiten en hbo-opleidingen die zich (gedeeltelijk) bezighouden met bodemenergie. Dit kan zijn op het gebied van geohydrologie of energietechniek, maar ook op het gebied van werktuigbouwkunde. Anderzijds richt het platform zich op de gebruikers en bevoegde overheidsinstanties van de techniek. Het platform wil een brug slaan tussen deze partijen zodat informatievragen en kennisvragen gezamenlijk kunnen worden opgepakt en opgelost. De ruim 40 aanwezigen, waaronder medewerkers van kennisinstellingen, universiteiten en hbo-opleidingen, gemeenten en adviesbureaus lieten zich bijpraten over de opzet en organisatie van het platform en hebben vervolgens gezamenlijk de kennisagenda voor de komende jaren opgesteld. Centraal stonden de thema’s gebruik en onderhoud van bodemenergiesystemen, ontwerp van bodemenergiesystemen en beleid en wet- en regelgeving. Frank Agterberg, programmadirecteur bij SKB, gaf tijdens de bijeenkomst het stokje over aan Martin Bloemendal, bestuurslid van BodemenergieNL, die het Kennisplatform met zijn team zal faciliteren. Martin Bloemendal: “Het Kennisplatform Bodemenergie heeft een meerwaarde voor BodemenergieNL en daarom willen wij dit graag faciliteren. Het staat echter los van de vereniging. De kern van het kennisplatform is dat het wordt ingezet om mensen met elkaar te verbinden en te laten samenwerken in het uitdenken en oplossen van informatievragen en kennisvragen. Het is dan ook nadrukkelijk bedoeld voor alle geïnteresseerden: van kennisinstituut tot overheid en van adviseur tot eindgebruiker. Iedereen die niet aanwezig was tijdens de bijeenkomst maar wel geïnteresseerd is, kan zich nu natuurlijk nog melden. Dat kan via info@BodemenergieNL.nl.” Voor meer informatie: www.kennisplatformbodemenergie.nl
‘Nederland behoort tot de twee beste pv-clusters van Europa’
‘Nederland behoort tot de twee beste pv-clusters van Europa.’ Aan het woord is Ton Veltkamp die namens Solliance betrokken is bij het Europese samenwerkingsproject Solarrok. In opmaat naar de Sunday – het grootse jaarlijkse zonne-energiecongres in Nederland dat dit jaar op 19 november in Burgers’ Zoo Arnhem plaatsvindt en waarvoor men zich via www.sundaynl.nl kan registreren, constateert Veltkamp dat Nederland binnen Europa hoge ogen gooit. Veltkamp, werkzaam bij Solliance-partner Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN), stelt vast dat Nederland niet alleen op het gebied van innovatie en technologieontwikkeling goed scoort, maar dat ook de implementatie van pv in een sneltreinvaart toeneemt. “De burgerparticipatie die Nederland momenteel kent is uniek in Europa.” Volgens Veltkamp kijken de andere Europese deelnemers van het Solarrok-project dan ook likkebaardend naar Nederland. Binnen het EU-project wordt gezocht naar samenwerking en krachtenbundeling van de voornaamste pv-clusters in Europa. Naast Nederland zijn Duitsland, Slovenië, Oostenrijk, Frankrijk, Litouwen, Noorwegen en Spanje deelnemers. Gezamenlijk wordt gestreefd naar efficiënt gebruik van bestaande kennis, onderzoekscapaciteit en infrastructuur om Europa’s leidende rol in de pv-wereld te behouden. “Nederland is niet alleen een groeimarkt als het om afzet gaat, maar is ook een broedplaats van nieuwe technologie met cross-overs die in eigen land getest kan worden. Ik denk aan zaken als biobased pv-modules en dunne filmcoatings. Doordat er binnen ons land bovendien goed samengewerkt wordt door de keten heen, komen innovaties in een stroomversnelling.” “De voornaamste doelstelling van Solarrak is om de sterke Europese pv-clusters te laten samenwerken om de internationale markt voor de Europese Unie te verbeden en te ontsluiten”, vervolgt Veltkamp. “Als Nederland hopen wij via het project ook nieuwe contacten op te doen met de emerging pv-markten die buiten Europa liggen”, duidt Veltkamp. “Diverse delegaties uit deze landen brengen via tours namelijk een bezoek aan Solarrok-deelnemers.” Ook Europese productie van zonnecellen en zonnepanelen zijn volgens Veltkamp onderwerp van gesprek in Europa. “Natuurlijk hopen…
Referentieproject SGS zonnesystemen
Oud Woensel is een Eindhovense wijk die tussen 2012 en 2018 gesloopt en vernieuwd gaat worden. Er worden in totaal in vijf fasen zo’n 400 woningen gesloopt en nieuw gebouwd. In twee van de nieuw gebouwde appartementencomplexen is voor A.O. Smith SGS zonnesystemen gekozen. Het zonnesysteem in het eerste van deze twee complexen is begin augustus 2014 in bedrijf genomen. Dit complex telt 49 appartementen. Een SGS 100 in combinatie met een IT 2000 voorraadvat verkrijgt hier zonnewarmte via 24 zonnecollectoren. Deze verticaal geplaatste collectoren zijn op frame gebouwd en voorzien van een drainbacksysteem. Een BMS interface is geïnstalleerd om onder andere toesteltemperatuur, pompstanden en bedrijfsuren via het Gebouw Beheer Systeem uit te kunnen lezen. Het tweede complex met 22 woningen is eind september 2014 opgeleverd. Hier zijn 12 verticale zonnecollectoren gekoppeld aan een SGS 30 zonnesysteem. Een IT 1500 zorgt voor een extra wateropslagcapaciteit van 1550 liter ter aanvulling op de 368 liter inhoud van de SGS 30 gas-zonneboiler. Op beide locaties heeft Immens Installatietechniek uit Sint-Michielsgestel de A.O. Smith warmwatervoorziening geïnstalleerd. Meer informatie over SGS zonnesysteem Meer informatie over de BMS Interface Meer informatie Website: www.aosmith.nl Facebook link: http://www.facebook.com/AOSmithWPCEurope Youtube link: http://www.youtube.com/user/AOSmithWPCEurope
Duurzaam Gebouwd gaat nieuwe fase in
Met de oprichting van Duurzaam Gebouwd Connect begint Platform Duurzaam Gebouwd samen met zijn partners en experts aan de volgende fase. Gezamenlijk onderschrijven ze de visie ‘Het Nieuwe Bouwen’, dragen ze dit gedachtengoed actief uit en gaan ze er actief mee aan de slag. Met deze oprichting wil Duurzaam Gebouwd nog beter de kansen benutten om € 7 miljard aan faalkosten te reduceren, de CO2-uitstoot te besparen en het grondstoffenpaspoort beter te gebruiken. Aangesloten partners van Duurzaam Gebouwd zien dat het in deze nieuwe situatie noodzakelijk is om de denkwijze te vernieuwen. Hierbij horen een integrale aanpak en samenwerking. Er zijn verschillende voorwaarden om deze kansen effectief te benutten: kennis en netwerk delen zijn hierbij belangrijke factoren. Dit faciliteert Duurzaam Gebouwd Connect. Duurzaam Gebouwd volgt de visie van ‘Het Nieuwe Bouwen’ en heeft als missie om de integrale samenwerking in de bouw- en vastgoedsector een grote stap vooruit te helpen. In Duurzaam Gebouwd Connect komen de top 250 organisaties uit de integrale sector samen. Duurzaam Gebouwd Connect zorgt hierbij voor de verbinding. Partners en experts kunnen hiervoor terecht op de website www.DuurzaamGebouwdConnect.nl. Partners en experts van Duurzaam Gebouwd worden automatisch lid van Duurzaam Gebouwd Connect. Zij profiteren van exclusieve bijeenkomsten als Round Table Tour en de PEP-meeting. Daarnaast hebben zij de mogelijkheid om binnen de kennisbank van Duurzaam Gebouwd Connect hun mening te geven en duurzame inspanningen te tonen. Duurzaam Gebouwd Connect geldt als volgende stap voor bouw- en vastgoedorganisaties aan de vraag- en aanbodzijde, die hun netwerk willen onderhouden en uitbreiden.