• januari 29, 2021
  • 136 views
Slim inzetten warmtepompen en warmtenetten maakt elektriciteitssysteem duurzamer

Het slimmer inzetten van warmtepompen en warmtenetten kan in theorie veel flexibele elektriciteitsvraag opleveren: in uren met weinig duurzame elektriciteit kan een deel van de warmtesystemen tijdelijk pauzeren en in uren met veel elektriciteit uit zon en wind kunnen de warmtesystemen juist extra verwarmen. Dit kan in 2030 al 0.5 tot 1 GW tijdelijke flexibiliteit opleveren. Hiervoor moeten warmtepompen slim aangestuurd kunnen worden. Daarnaast moeten de juiste voorwaarden worden gesteld, zodat het slimmer inzetten van warmtesystemen (financieel) nog aantrekkelijker wordt voor eigenaren van deze systemen.

Dit blijkt uit het rapport 'Warmtetransitie en Energiesysteem', dat TenneT samen met een aantal marktpartijen heeft opgesteld in het kader van het E-TOP programma. Hieronder een samenvatting van dit rapport.

Toenemende flexibiliteit door weersafhankelijke bronnen
Flexibele vraag wordt steeds belangrijker in het elektriciteitsnet en -systeem. Het maakt meer CO2-reductie mogelijk, door zoveel mogelijk gebruik te maken van beschikbare elektriciteit uit zon en wind op de momenten dat die er volop is, en zo weinig mogelijk op de uren waarop gascentrales de meeste elektriciteit produceren. Ook kan flexibele vraag bijdragen aan snellere verduurzaming door piekbelasting af te vlakken als de capaciteit van het elektriciteitsnet dreigt te worden overschreden.
In 2030 is landelijk een groot vermogen aan nieuwe flexibiliteit nodig, vele gigawatts aan flexibele elektriciteitsvraag en opslag. Deze flexibiliteit is nodig om variabele opwek uit zon en wind maximaal te gebruiken in uren van overvloed, en de elektriciteitsvraag te verlagen in uren zonder elektriciteit uit zon en wind. Daarmee kan bijvoorbeeld de CO2-uitstoot van gascentrales verder worden verlaagd. Van belang is de keuze voor warmtesystemen die flexibel kunnen worden gestuurd.
Aan de andere kant kan het toepassen van inflexibele warmtesystemen op koude dagen leiden tot een hoge piek in de elektriciteitsvraag. Als dat samenvalt met een week met weinig elektriciteit uit wind- of zonneparken, dan kan dit veel elektriciteit vragen uit back-up centrales .

Slim aansturen draagt bij aan betaalbaarheid en CO2 reductie
Het piekvermogen kan lager worden als we de warmtepompen slim kunnen aansturen. Een warmtepomp kan tijdelijk terugschakelen, terwijl een goed geïsoleerde woning nog enige tijd voldoende warm blijft. Hybride warmtepompen zijn nog flexibeler omdat deze bij elektriciteitstekorten tijdelijk kunnen terugvallen op gas. Zo wordt de piekvraag naar elektriciteit verlaagd en blijven woningen warm.
Maar er gaan ook dagen komen met een overvloed aan elektriciteit uit zon en wind, meer dan de elektriciteitsvraag. Dan kunnen warmtenetten met elektrische boilers en warmteopslag een belangrijke rol spelen. De warmteopslag wordt gevuld zodat deze duurzame energie op een volgende dag duurzaam woningen kan verwarmen.
Deze regelbare (flexibele) elektriciteitsvraag voor warmte draagt bij aan CO2 reductie door zoveel mogelijk de elektriciteit te gebruiken in uren met overvloedige wind en zon, en zo min mogelijk in de uren met grotendeels gasgestookte elektriciteit.
Dit helpt om de energierekening van consumenten in de toekomst niet hoger te maken dan nodig. Dit voordeel kan door een contract met flexibele prijzen met de leverancier of een korting bij het ter beschikking stellen van flexibiliteit. Deze voordelen zijn de eerstkomende jaren nog klein maar groeien richting 2030 en blijven groeien met meer elektriciteit uit zonne- en windparken. Aan de andere kant leiden inflexibele elektriciteitsvraag of warmtesystemen met een hoog piekvermogen juist tot additionele kosten voor netverzwaring en back-up vermogen voor koude winterweken zonder zon of wind. Warmtesystemen worden voor vele jaren geïnstalleerd en daarom loont het om flexibele opties vooraf te stimuleren.

Samenwerking
Op dit moment worden plannen voor het verduurzamen van warmte en elektriciteit nog los van elkaar bedacht. Het is van belang dat de kansen voor flexibiliteit in het elektriciteitssysteem gaan meetellen in de klimaatplannen. In het Klimaatakkoord is het belang van een slimme regeling voor warmtepompen en andere nieuwe stroomverbruikers zoals laadpalen al opgenomen.

Versnellen van de energietransitie
De studie 'Warmtetransitie en Energiesysteem', waar verschillende partijen aan hebben bijgedragen, is uitgevoerd in het kader van het E-TOP programma. Dit programma is eind 2019 gelanceerd om samen met partners en stakeholders in het energiesysteem te werken aan het versnellen van de energietransitie. Het E-TOP programma bestaat uit een jaarlijks evenement waarin de dialoog wordt gezocht met de verschillende stakeholders in het energiesysteem. Aansluitend zijn er twee werkgroepen aan de slag gegaan om twee verschillende thema’s nader uit te diepen. De eerste werkgroep is aan de slag gegaan met het onderwerp Flexibiliteit en Warmte in de Gebouwde Omgeving. De tweede werkgroep met het onderwerp Elektrificatie en het Toekomstige Vraagprofiel. Dit rapport is opgesteld door TenneT, met inbreng van  deze eerste werkgroep. Deze bestond uit experts uit energiebedrijven, netbeheerders, techniek en installatie-branche en kennisinstellingen

[pt_view id="fd68dd2awh"]

  • januari 28, 2021
  • 124 views
Wasco en econic starten duurzame samenwerking

Wasco en econic gaan samenwerken. De bedrijven hopen zo hun gezamenlijke ambitie sneller te realiseren: duurzame oplossingen zo snel en toegankelijk mogelijk in de markt zetten. econic verwijst installatiepartners voortaan door naar Wasco, technische groothandel in verwarming, sanitair, airconditioning, ventilatie en onderdelen.

Commercieel directeur Xander Hagens tekende de overeenkomst namens Wasco. “Wij hebben een enorme duurzame ambitie. Daarom werken wij ook graag samen met bedrijven die dezelfde of vergelijkbare ambities hebben. econic is zo’n bedrijf. We kiezen voor elkaar omdat we vertrouwen hebben in wat we samen kunnen realiseren. De energietransitie versnellen, of in ieder geval waarmaken.”

Duurzame oplossingen voor iedereen
Om ervoor te zorgen dat duurzame oplossingen voor iedereen beschikbaar worden, werkt econic samen met strategische partners. Zij maken afspraken met onder andere projectontwikkelaars, investeringsmaatschappijen, woningbouwverenigingen en particulieren over het verduurzamen van nieuwe of bestaande woningen. Namens econic tekende COO Jan-Willem van Wensem de samenwerkingsovereenkomst. “Een overeenkomst met Wasco was voor ons een logische keuze. Wij zoeken partijen die ons kunnen helpen de CO2-emissie te verlagen. Om dat te bereiken, willen we duurzame oplossingen zo snel en toegankelijk mogelijk in de markt zetten. Door afspraken te maken met een groothandel als Wasco en diverse fabrikanten, zorgen we ervoor dat de prijzen behapbaar worden, waardoor de markt sneller kiest voor onze duurzame producten en oplossingen in plaats van niet-duurzame alternatieven.”

[pt_view id="2901280m0l"]

  • januari 26, 2021
  • 130 views
WELL-certificaat voor voorwandsysteem

Het Prevista inbouwreservoir is bekroond met een 4-sterrenlabel voor gebruik in woonomgevingen en een 6-sterrenlabel voor gebruik in openbare omgevingen. Het reservoir onderscheidt zich door een zeer gering waterverbruik en uitstekende hygiëne.

De Europese sanitair-armaturenindustrie heeft onder de paraplu van de VDMA, het onafhankelijke classificeringsysteem WELL ontwikkeld. Er wordt getest of sanitairproducten, zoals armaturen en reservoirs, zoveel mogelijk rekening houden met een laag watergebruik, gecombineerd met een hoog gebruikscomfort onder hygiënische omstandigheden.

Gering waterverbruik
Voor inbouwreservoirs staat het efficiënte watergebruik volgens de WELL-criteria voorop. Hiertoe worden de reservoirs getest op onderhoudsvrije werking bij geringere spoelwaterhoeveelheden. Het Prevista inbouwreservoir van Viega heeft bij een volledige spoeling van de toiletpot conform EN 997 de hoogste waterefficiëntie. Daardoor kreeg het in de categorie ‘Home’ de hoogste score. De maximale score behaalde het Viega inbouwreservoir in dit segment ook omdat de spoeling eenvoudig en zonder gereedschap op kleinere hoeveelheden kan worden ingesteld: van 3,5 tot 7,5 liter volume bij de volledige spoelhoeveelheid en van 2 tot 4 liter bij een deelspoeling.

Maximale score bij hygiëne
Voor de toepassing ‘Public’ bij de WELL-certificering gelden twee aanvullende hygiënecriteria. Zo wordt ook beoordeeld of voor het inbouwreservoir contactloze bedieningsplaten worden geleverd en of een automatische hygiënespoeling bij gebruiksonderbrekingen mogelijk is. De bedieningsplaten uit de series Visign for Style, Visign for More en Visign for Public, worden gecombineerd met het Prevista voorwandsysteem en omvatten contactloze varianten.
Daarnaast wordt optioneel een automatische spoelmogelijkheid bij gebruiksonderbrekingen geboden. Hiermee werd bij de WELL-juryleden het maximale puntenaantal behaald. Bovendien geldt als onafhankelijk bewijs dat het Viega voorwandsysteem zich in openbare omgevingen onderscheidt met een uitstekende hygiëne.

[pt_view id="1554bd3q5h"]

  • januari 22, 2021
  • 146 views
Nu ook Breeam-NL speciaal voor woningen

Ook voor het verduurzamen van bestaande woningen is er nu ook een speciale Breeam-NL beoordelingsrichtlijn beschikbaar. Breeam-NL In-Use Woningen is de lokale variant van het internationale Breeam In-Use Residential, waarmee deze volledig toepasbaar is op de Nederlandse woonvoorraad.

Dankzij de holistische benadering van Breeam-NL wordt er verder gekeken dan alleen naar energiebesparing. Het beperken van het waterverbruik of een gezonde en comfortabele woning en aandacht voor materiaalstromen zijn eveneens belangrijke onderwerpen.

Asset en Beheer
Breeam-NL In-Use Woningen is toepasbaar voor grondgebonden woningen en appartementencomplexen. Het is mogelijk om Deel 1 Asset en Deel 2 Beheer te certificeren. Naast de gebouwcomponenten kan dus ook het beheer van de woningen op duurzaamheid getoetst worden.

Nieuwe categorieën
In de nieuwe beoordelingsrichtlijn zijn twee nieuwe categorieën geïntroduceerd, in de vorm van ‘Materiaalstromen’ en ‘Bestendigheid’. ‘Materiaalstromen’ stimuleert het behoedzaam en verantwoord gebruik van materialen, wat bijdraagt aan de transitie naar een circulaire economie. ‘Bestendigheid’ stimuleert het inzichtelijk maken van risico’s, zoals klimaat-gerelateerde risico’s, maar ook het beheren en minimaliseren van deze risico’s en de daaruit voortvloeiende impact. Hierdoor kunnen woongebouwen ook beter worden bewapend tegen bijvoorbeeld de gevolgen van klimaatverandering (zoals droogte, overstromingen en hittestress).

Integraal aan de slag
Thomas Heye, Senior Projectmanager bij Dutch Green Building Council: "Er ligt een omvangrijke verduurzamingsopgave van 7,5 miljoen bestaande woningen. Breeam-NL In-Use Woningen biedt concrete handvatten om met deze verduurzamingsopgave integraal aan de slag te gaan en tevens het leefklimaat van bewoners te verbeteren."

Webinar
Donderdag 28 januari organiseert DGBC in het kader van de lancering van Breeam-NL In-Use Woningen een introductie-webinar.

  • januari 19, 2021
  • 134 views
Remontabele houten huizen voorzien van vraaggestuurde ventilatie

Een huis dat comfortabel, gezond, circulair, energieneutraal, onderhoudsarm en levensloopbestendig is? Hiermee ging Bouw•Novum drie jaar geleden aan de slag. Het resultaat: een integrale woonoplossing met onder andere een zonneschoorsteen die voor natuurlijke ventilatie en een veel daglicht zorgt.

Sinds dit voorjaar staan de eerste woningen in Nijverdal. Comfortabel en gezond wonen smelt op een slimme manier samen met energiezuinigheid, circulariteit en levensloopbestendigheid. Enkele highlights: de houten woning is volledig remontabel gebouwd en aan te passen naar de verschillende levensfasen van de bewoners. Duurzaam wonen is onder andere gegarandeerd door zorgvuldig en beperkt grondstoffengebruik (detail: er is bijvoorbeeld gekozen voor kozijnloze beglazing), ontkoppelde bouw (drager en inbouw volledig gescheiden), lokale productie en prefabricage en een volledig gebruik van duurzame en natuurlijke energiebronnen. Bij dit alles staat de bewoner centraal. Zo zorgt het hout voor een prettige woonbeleving en is de zonneschoorsteen een spil in de energiehuishouding, maar speelt deze ook een sleutelrol bij een aangenaam binnenklimaat.

Het kan en moet anders
Gerrit Hospers, Marcel van den Noort, beiden van Bouw•Novum, Marcel Vreeken van Velux Nederland en Keimpe Van der Wal van Duco Ventilation & Sun Control komen net terug van een bezoek aan het project. Hospers: “Het eerste idee voor de woningen ontstond drie jaar geleden. Het is fantastisch dat ze er nu echt staan en van bewoners te horen hoeveel plezier ze eraan beleven. Onze hoge verwachtingen zijn écht uitgekomen!”
De Bouw•Novum 5.4 woning is ontstaan uit de gedachte dat zowel het bouwproces als het eindresultaat anders kan en moet. Van den Noort: “Het traditionele bouwproces is inefficiënt, gefragmenteerd en biedt weinig ruimte voor integrale innovaties. Daarbij wordt de bewoner bovendien vaak uit het oog verloren. Zo doen we er als sector bijvoorbeeld alles aan om woningen nul-op-de-meter te maken. Daar gaat een behoorlijk deel van het budget van de woning heen, maar het gaat ten koste van ruimte en comfort en andere aspecten van gezond wonen. Zeker binnen sociale woningbouw ligt dit gevaar op de loer, en dit terwijl we de komende jaren veel grondgebonden woningen in een rij moeten gaan vervangen. Dat moest dus anders, we wilden integrale kwaliteit bieden.”

Met kennispartners op zoek naar oplossingen
De uitdaging was om op een beukmaat van 5.40 meter alle maatschappelijke vraagstukken die er spelen integraal op te pakken. Met de bewoner centraal en met een prijs die bij sociale woningbouw past. Hospers: “We zijn simpelweg begonnen door op te schrijven wat er maatschappelijk allemaal speelt en daar passende antwoorden op te vinden. Je gaat dan kijken wat er beschikbaar is in de markt en verschillende kennispartijen bij elkaar brengen om gezamenlijk tot oplossingen te komen. Zo kwam ook Velux in beeld. De zonneschoorsteen voor extra daglicht en natuurlijke ventilatie zat al vroeg in het ontwerp. Dan heb je een lichtstraat nodig die open kan en voor natuurlijke trek kan zorgen. En voor dagen waarop natuurlijk ventileren minder comfortabel is, neemt het zon- en CO2-gestuurde ventilatiesysteem (natuurlijke toevoer en mechanische afvoer) van Duco het over.”

Slimme vraagsturing
“Vraaggestuurde systemen leveren een fikse energiebesparing op ten opzichte van continu draaiende ventilatiesystemen”, verduidelijkt Van der Wal. Door gebruik te maken van natuurlijke luchtstromen kan er nóg meer bespaard worden op energie. De DucoBox Focus met zonesturing vormt het kloppend hart van het systeem. Deze ventilatiebox met interne regelkleppen onderscheidt zich van een traditionele ventilatiebox door regeling op de luchtafvoer per ruimte. Zonaal ventileren leidt tot kleinere ventilatiehoeveelheden en dus minder ‘ventilatieverliezen’. Het verwarmingsgebruik wordt zo tot een minimum herleid. Het resultaat? Een optimaal thermisch comfort in alle leefruimtes. Elektronisch gestuurde toevoerroosters TronicMiniMax voorzien de droge ruimtes van verse buitenlucht.”

BENG-proof met natuurlijke oplossingen
Keimpe Van der Wal legt uit waarom het project hem zo inspireert. “Er worden in deze woningen fantastische stappen gezet op het gebied van energiezuinigheid, maar het wooncomfort en de gezondheid van bewoners staan centraal. Binnenklimaat, comfort en energie zijn echt in balans. De woning voldoet aan de BENG-eisen door met een verantwoorde balans gebruik te maken van integrale technologische oplossingen, zonder de aarde uit te putten. De toepassing van hout, de unieke natuurlijke energiebesparende ventilatie en het benutten van wat de natuur ons te bieden heeft.”

Zomernachtkoeling zorgt voor comfort
De eerdergenoemde zonneschoorsteen speelt een belangrijke rol in het energiezuinige concept. Deze zorgt ervoor dat de woning op een duurzame manier wordt geventileerd, verwarmd, maar ook gekoeld. Natuurlijke koeling wordt door de hoge isolatiegraad van woningen, de verstedelijking en de klimaatverandering steeds belangrijker. Niet voor niets is aan de BENG-eisen de TOjuli-indicator toegevoegd die grenzen stelt aan de temperatuuroverschrijding in nieuwe woningen.
Van den Noort: “De zonneschoorsteen wordt gebruikt voor zomernachtkoeling, in combinatie met DucoGrille Solid roosters (++ M 30Z) voor draai/kiepramen. Na een warme zomerdag kan de hele woning eenvoudig en energiezuinig worden gekoeld door thermische trek.” Hospers vult aan: “Hittestress komt steeds vaker voor, mensen krijgen hun woning gewoon niet meer koel, terwijl ze er wel behoefte aan hebben. Wij bouwen met lichte massa, dat zorgt ervoor dat de warmte niet in het gebouw blijft zitten. In combinatie met de zomernachtventilatie zorgt het ervoor dat je deze woning wel op een energiezuinige manier koel kunt houden.”

Meebewegen met een gezin
In de Bouw•Novum 5.4 woning zullen mensen met plezier wonen. En ook blijven wonen, want door het slimme concept zijn de woningen zeer levensloopbestendig. Van den Noort: “De woning kan meegroeien met de levensfasen van een gezin. Als er behoefte ontstaat aan meer ruimte, kan de basiswoning worden uitgebreid met een opbouw en aanvullende installaties. Het dak, dakbedekking en de lichtstraat van de basiswoning verhuizen mee. Deze opbouw komt van een woning waarbij de bewoners die ruimte juist niet meer nodig hebben omdat kinderen bijvoorbeeld uit huis gaan. Zo voorkom je ook grondstofverspilling.”
Hospers vult aan: “Door de toevoeging van een schuifdeur, een wand en het draaien van de keuken, kunnen we bovendien eenvoudig een slaapkamer en badkamer realiseren op de begane grond. Dat maakt de woningen erg levensloopbestendig. De woningen zijn nu al smart, onder andere omdat je het licht met je stem of telefoon kunt aansturen. Dit vullen we uiteindelijk ook aan met domotica-oplossingen die mensen kunnen helpen om langer in de woning te blijven wonen.”

Duurzaam en betaalbaar
Onze maatschappij vraagt heel nadrukkelijk naar duurzame woningen, alleen is duurzaam ook vaak duurder dan traditionele woningen. Hospers: “Bewoners zijn bereid om extra te betalen voor milieubesparende en energiezuinige woningen, maar het moet wel betaalbaar blijven. Vanzelfsprekend hebben we daar over nagedacht tijdens de ontwikkeling. Seriematige fabrieksproductie, collectief inkopen van woningaantallen, rekenen met restwaarde en lage exploitatiekosten zijn de sleutels om de woningen betaalbaar te maken en te houden. Tel daar de in- en uitbreidbaarheid en levensloopbestendigheid bij op, dan hoeven wij niet uit te leggen dat dit enorm bijdraagt aan de betaalbaarheid.”

Ambitie waargemaakt
De woning kent bijna te veel ingenieuze oplossingen om op te noemen, die elkaar op een slimme manier aanvullen. Van den Noort: “Je hebt het over productontwikkeling, waarbij allemaal deeloplossingen voor de uiteindelijke kwaliteit en het woongenot zorgen. Hospers: “Het was een lange reis. Uiteraard ontwikkelen we dit nog verder door, maar die betaalbare duurzame gezonde woning is geen ambitie meer. Ze staan er gewoon en worden met veel plezier en comfort bewoond.”

[pt_view id="ad4fbcej8t"]

  • januari 15, 2021
  • 133 views
Een boom voor iedere LBK

OC Verhulst is een platina partnership aangegaan met Viridi Air en garandeert daarmee dat voor iedere verkochte luchtbehandelingskast in Nederland een boom zal worden gepland. Het partnership geeft tevens het recht op het gebruik van het Schone Lucht Kwaliteitsbeeldmerk.

OC Verhulst is producent en ontwikkelaar van luchtbehandelingskasten. Met het partnerschap wordt een langdurige samenwerking aangegaan om de lucht in Nederland verder te verbeteren, zowel in de gebouwen als daarbuiten. De afnemers van OC Verhulst zullen per LBK een certificaat ontvangen met daarin een verwijzing naar de betreffende boom die geplant is.

Groene filters
Door het planten van groene filters (zogenaamde groene stroken bestaand uit speciale bomen) in Nederland via Viridi Air, wil OC Verhulst een extra bijdrage leveren aan een betere toekomst voor volgende generaties. Naar verwachting zal komend jaar een extra filtering van 8.800 kg CO2, 600 kg (ultra)fijnstof, 200 kg ozon en 80 kg stikstofdioxide gerealiseerd worden. De daadwerkelijk waarden, zullen gecommuniceerd worden via de website en sociale kanalen van OC Verhulst.

[pt_view id="01abe93tny"]

  • januari 15, 2021
  • 122 views
Remeha verstevigt positie in duurzame markt

Remeha heeft het personeel en een deel van de werkzaamheden van Entras overgenomen. Entras initieert, begeleidt en realiseert verduurzamingstrajecten in de vastgoedsector. In die rol was het bedrijf partner van Remeha binnen het verduurzaminginitiatief Klimaat@home.
De samenvoeging met Entras zorgt voor een intensievere klantondersteuning aan de opdrachtgevers die voor het verduurzamingsconcept Klimaat@home kiezen, laat Remeha weten. Binnen dat concept focussen de partijen zich vooral op het aanbieden en integreren van klimaatsystemen die voor verduurzaming van woningen en utiliteitsgebouwen zorgen.

Samenvoeging sterktes
Entras-eigenaar Jos Bakker vervult na de samenvoeging de functie van commercieel directeur binnen het samenwerkingslabel Klimaat@home. Arthur van Schayk, algemeen directeur van Remeha, blijft actief als algemeen directeur van Klimaat@home. “We zochten naar kansen om onze positie te verstevigen in de markt”, vertelt Van Schayk. “Vanwege de strategische positie van Entras en de kennis die zij hebben over verduurzaming kozen we voor een overname van deze specifieke activiteiten.” Bakker vult aan: “Zelf liepen we tegen ons plafond aan. Met de overdracht naar Remeha hebben wij weer alle mogelijkheden om onze strategische positie uit te bouwen en duurzame groei te realiseren.”

Klimaat@home
Klimaat@home is een samenwerkingslabel voor de nieuwbouw- en renovatiemarkt waarbij de participanten complete, duurzame installatieconcepten adviseren, ontwerpen, realiseren, financieren en beheren. Behalve Remeha (klimaatinstallaties) en Entras (projectontwikkeling en financiering) zijn ook Brink (ventilatie) en Geotherm (zonnepanelen) actief binnen dit verduurzamingsconcept. De doelstelling van Klimaat@home is om via de gerealiseerde klimaatsystemen een actieve bijdrage te leveren aan de beste duurzame m2-prijs van gebouwen met maximale duurzame comfort voor de bewoners.

[pt_view id="bf648032cp"]

  • januari 15, 2021
  • 130 views
Prefab huis met PVT-panelen als bron voor een warmtepomp

In het Tilburgse natuurgebied Drijflanen staat een duurzaam prefab huis met PVT-panelen als bron voor een warmtepomp. Het is genomineerd als duurzaamste huis van Nederland. De woning is volledig zelfvoorzienend.

De boshut is een duurzame energiecentrale met een combinatie van gewone PV-zonnepanelen en thermische PVT-panelen op het dak. De PVT-panelen zijn aan de bovenkant een gewoon zonnepaneel die zonlicht omzetten in elektriciteit. De achterkant is een thermische wisselaar. Ze zijn de stille bron voor de water/water-warmtepomp. Samen zorgen ze voor zowel verwarming als warm water.

Harmonieus
Het duurzame huis is van architect Joris Verhoeven. Hij ontwierp zijn compacte, geprefabriceerde houten boshut op zo’n manier dat de woning harmonieus opgaat in de omgeving. De ruwe zwarte gevels vallen nauwelijks op naast de omringende boomstammen en de strategisch geplaatste ramen bieden het hele jaar door uitzichten op het steeds veranderende landschap.

Duurzaam geprefabriceerd
De zwarte houten woning van Joris is duurzaam geprefabriceerd uit houten wanden, gevuld met vlasisolatie. De binnenkant is gemaakt van berkenmultiplex. Het ontwerp, waarbij de ruwbouw ook de afwerking is, levert grote voordelen als het gaat om bouwduur en bouwkosten. Na het storten van de funderingsvloer werd het huis in slechts drie dagen geplaatst.

[pt_view id="47a0af83ev"]

  • januari 8, 2021
  • 132 views
“Waterstof zal Nederland veroveren”

De energietransitie gaat niet over één oplossing. Waterstof is één van de oplossingen. Jan Wijbenga (foto) van het bedrijf Feenstra is ervan overtuigd dat waterstof ook Nederland zal veroveren. Maar het is een weg die we nog met elkaar moeten verkennen. In Uithoorn werd onlangs een proef gestart met het inzetten van waterstof in bestaande (sloop)woningen. Woningen die eerder op aardgas werden verwarmd. Met positief resultaat. Een nieuwe toekomst voor de installateur?

“Er is gewoon niet één oplossing voor de energietransitie”, vertelt Jan Wijbenga. “Dat is echt een illusie. We moeten met elkaar alle mogelijke opties verkennen en inzetten. We moeten experimenteren en vooruit kijken. En vergis je niet: het gaat sneller dan je denkt! Bij Feenstra willen we vooraan lopen, meedenken en mee ontwikkelen. Maar we zorgen er wel voor dat we bij bewoners thuis oplossingen plaatsen, die bewezen zijn. We experimenteren graag met alle oplossingen die er zijn voor verduurzaming! Maar… in huizen waar mensen wonen moet het product dat we neerzetten gegarandeerd werken.”

Waterstof-project
Woningcorporatie Eigen Haard en netwerkbedrijf Stedin startten een waterstof-project en wilden in Uithoorn onderzoeken hoe waterstof in het bestaande aardgasnet in bestaande woningen kan worden toegepast. Er werd aan een aantal partijen gevraagd mee te doen. Feenstra wilde graag de al eerder opgedane kennis inzetten bij dit project en daarmee ook vergroten. Wijbenga: “Het ging om een aantal sloopwoningen; de perfecte plaats om dit met elkaar te verkennen. Door elke keer zo samen te werken, kunnen we kennis stapelen. Niet alleen binnen het bedrijf, maar ook in de keten.” Bij de overstap van aardgas naar waterstof werden de bestaande gasleidingen en verbindingen onderzocht, zowel in de straat als in de woningen. “Het verwarmen van de woningen gebeurde met speciale waterstof cv-ketels. Die worden inmiddels al door verschillende partijen ontwikkeld (o.a. Remeha en Nefit-Bosch) en juist met projecten als deze verder verbeterd. Waterstof vraagt om nieuwe kennis en vaardigheden van onze monteurs. En ook daarvoor gebruiken we de ervaringen in Uithoorn. Hoe kunnen we opleidingen en opleiders voeden op weg naar een toekomst met meer waterstof?”

Innoveren
Wijbenga: “Natuurlijk moeten we kiezen voor de ‘groene’ waterstof; anders is het dweilen met de kraan open. Het is overigens goed te weten dat er bij de verbranding van waterstof geen CO2-uitstoot is. Geen mogelijkheid tot koolmonoxidevergiftiging dus.” De pilot in Uithoorn maar ook andere projecten in Nederland bewijzen dat het mogelijk is. Wijbenga: “Het zijn de eerste stappen. Maar we moeten blijven innoveren. Innoveren en experimenteren helpt ons om ervoor te zorgen dat wij gereed zijn voor de periode na 2030. Er wordt natuurlijk al veel ondernomen; want anders hadden we ook in Uithoorn geen stappen kunnen zetten. Maar er is meer nodig. Uit het project in Uithoorn komen vragen die we met elkaar moeten beantwoorden. Denk dan bijvoorbeeld aan wet- en regelgeving en de ontwikkeling van veiligheidsprotocollen en de opleidingen.”

Leeds
Is het dan een kwestie van de lange adem? Van de verre toekomst? Integendeel volgens Wijbenga. “Ik merk de interesse en het geloof in de energietransitie. Ik zie opleidingscentra schakelen op die nieuwe toekomst. En in Nederland zien we in de mobiliteit al mooie ontwikkelingen. “We zien steeds meer auto’s op waterstof rijden. Geweldig toch? Maar het is grootser… Dat heeft de stad Leeds in Engeland wel bewezen. Onder de noemer ‘project H21’ moeten hier via het oude aardgasnetwerk miljoenen huishoudens en bedrijven worden voorzien van schoon waterstof. In 2028 willen de initiatiefnemers in het noorden van Engeland van start gaan, om in 2050 te eindigen in Londen. De grootste energietransitie van het Verenigd Koninkrijk. Een project dat al vanaf 2017 loopt.”

Leren
Waterstof vergt andere kennis en skills. Maar het begin is al gemaakt. “Bij de Hanze Hoge School wordt kennis ontwikkeld en gedeeld met de vakmensen van de toekomst. Een docent benaderde me met een waterstof-katern. Mijn Feenstra collega’s van onze regionale opleidingscentra en ik hebben graag meegelezen. Het is een gespreksonderwerp onder monteurs merk ik; zij willen leren.” Wat zijn de aandachtsgebieden? Het gaat om kennis over waterstof , de andere manier van installeren en het ontwikkelen van en werken met nieuwe protocollen. “We hoeven niet op punt nul te beginnen. Dat is het mooie. We kunnen vanuit praktijk en theorie stappen zetten.” Wijbenga is enthousiast en dat zal hij blijven: “We gaan nieuwe wegen in en die ontdekkingstocht geeft spanning, kansen en prachtige vergezichten. Mooi toch! Ik werk er graag aan mee.”

Dit is een verkorte versie van een artikel uit de print-editie van het vakblad IZ januari. Deze editie zal 26 januari 2021 verschijnen, De digitale edities van IZ zijn gratis te raadplegen via www.installateurszaken.nl. Liever een print-editie op uw deurmat? Maak dan gebruik van onze tijdelijke actie en meld u nu aan voor een gratis abonnement op IZ via www.installateurszaken.nl

  • december 22, 2020
  • 132 views
Bedrijven die gebouwen verduurzamen herstellen goed van coronacrisis

Ondernemers die huizen verduurzamen, hebben zich in november goed hersteld van de coronacrisis. Zo is de omzet van twee op drie bedrijven die actief zijn in de duurzame energiesector gelijk of zelfs hoger dan begin dit jaar werd verwacht, constateert de Nederlandse Vereniging Duurzame Energie (NVDE) in een inventarisatie van de effecten van de coronacrisis op deze bedrijven. Deze stijging is onder meer het gevolg van een groeiende groep huizenbezitters die bereid is in het eigen huis te investeren. Dit komt ook naar voren in een aanvullende analyse van ABN AMRO. Hieruit blijkt dat huiseigenaren tijdens de tweede golf veel positiever zijn over hun financiële vooruitzichten dan aan het begin van de crisis. Hierdoor is de bereidheid om de woning te verduurzamen gegroeid van 11 naar 18 procent.

De NVDE verrichte het onderzoek in de periode tussen de tweede golf die in november begon en vóór de lockdown die sinds 15 december van kracht is. Uit haar onderzoek blijkt dat vooral bedrijven die zich focussen op verduurzaming van de gebouwde omgeving tot nu toe relatief ongeschonden uit de crisis zijn gekomen. Vlak na het uitbreken van de crisis overheerste echter een negatief sentiment en rekende toen slechts 16 procent op een gelijkblijvende of hogere omzet. Een half jaar later geldt dit voor maar liefst 66 procent. Ook is het aantal bedrijven dat een daling van minstens 20 procent verwachtte sterk gedaald. In maart ging bijna de helft van de bedrijven hiervan uit, terwijl dit in november nog maar voor iets meer dan één op de tien bedrijven gold.

Positiever financiële situatie
Dat de omzetontwikkeling van duurzame energiebedrijven zich positiever ontwikkelt dan verwacht, heeft deels te maken met de financiële situatie van huizenbezitters. Zij schatten hun financiële situatie ten tijde van de tweede golf namelijk veel positiever in dan tijdens de eerste golf, zo blijkt uit enquêtes van ABN AMRO. Terwijl in april slechts 17 procent verwachtte dat hun financiële situatie zou verbeteren, gold dit in november voor ruim één op de vijf huizenbezitters. Hierdoor is de bereidheid om meer uit te geven aan de verduurzaming van de woning gegroeid van 11 naar 18 procent. Bij woningeigenaren van wie de financiële positie tijdens de crisis juist is verbeterd, is zelfs ruim een kwart bereid in de verduurzaming van hun woning te investeren.

Sterke financiële buffers
“De bereidheid om te investeren in de eigen woning kan niet los worden gezien van het feit dat we sinds de coronacrisis veel meer tijd in en om het eigen huis doorbrengen. De verbetering van de financiële situatie wordt niet zo zeer veroorzaakt door een inkomensstijging, maar door lagere uitgaven aan bijvoorbeeld vervoer, vakantie en de horeca”, zegt Arnold Mulder, Sector Banker Energie van ABN AMRO. “Dat sterke financiële buffers belangrijk zijn voor verduurzaming van de eigen woning blijkt ook uit eerder onderzoek van de bank in september 2019. Toen gaf ruim driekwart van de Nederlandse huizenbezitters aan niet extra te willen lenen voor verduurzaming van de eigen woning, terwijl 80 procent wel bereid is om hiervoor spaargeld te gebruiken.”

Nieuw op te starten projecten
Ondanks deze positieve signalen wijst de NVDE erop dat het stilvallen van nieuw op te starten projecten een bron van zorg blijft, net als het personeelstekort. Veel ondernemers pleiten er daarom voor dat steunmaatregelen óók worden ingezet om de weg vrij te maken naar een meer duurzame economie en de crisis wordt benut om hierbij vooruitgang te boeken. “Het is cruciaal dat de overheidssteun ook en misschien wel juist wordt gericht op de verduurzaming van onze economie. De huizenmarkt is hiervan een belangrijk onderdeel”, benadrukt Olof van der Gaag, directeur van de NVDE. “Het belangrijkste knelpunt op dit moment is het stilvallen van nieuw op te starten projecten. Door de lockdown is naast het Groeifonds daarom óók financiële steun op korte termijn weer actueel. Wij pleiten er voor dat dit zo veel mogelijk wordt benut om de werkgelegenheid en omzet te bevorderen in de duurzame energiesector.”

[pt_view id="1e1233ambx"]