• maart 6, 2017
  • 153 views
Europese installatiebranche neemt positie in voor herziene EPBD-richtlijn

De Europese brancheorganisatie van installateurs, GCP Europe, heeft haar positie bepaald voor de herziening van de Europese richtlijn energieprestatie gebouwen (EPBD-richtlijn). Het Europees Parlement zal deze zomer deze herziening vaststellen. Vervolgens moeten de lidstaten voor 2020 hun wetgeving hierop hebben aangepast. Het doel van de EPBD is het verbeteren van de energieprestatie van gebouwen in de Europese Unie. De herziene EPBD gaat nieuwe regels opleveren voor installateurs.

Uneto-VNI heeft samen met brancheorganisaties uit de andere Europese lidstaten inhoudelijk bijgedragen aan de positiebepaling. Samengevat gaat het om de volgende boodschappen aan het Europees Parlement:

-Stel inspectie verplicht om de belangrijkste energiebesparingsdoelen van de EPBD te bereiken.

-Herzie de voorgestelde drempels voor de verplichte inspecties van verwarmingssystemen. Op dit moment zijn die grenzen te vaag geformuleerd en dekken ze maar een klein deel van de gebouwenvoorraad.

-Zie toe op betere naleving van de inspectieplicht zoals geformuleerd in artikel 14 en 15 om de effectiviteit van de EPBD zeker te stellen.

-Werk uit de ‘smart building index’ waarmee aangegeven wordt hoe slim er in een gebouw met energie wordt omgegaan.

De precieze invulling van de nieuwe regels wordt bekend wanneer de wetgeving naar aanleiding van deze herziening wordt aangepast. Wanneer dat voor Nederland geldt, is nog niet bekend.

[related_post themes=”text”]

  • maart 3, 2017
  • 229 views
ETIM- productclassificatie wereldwijd erkend

BuildingSmart International erkent voortaan de ETIM-productclassificatie als wereldwijde standaard. De verwachting is dat dit de verdere digitalisering van de bouw- en installatiesector én de toepassing van de productdata van ETIM zal bevorderen. Uiteindelijk moet deze ontwikkeling een productiviteitsverbetering opleveren in de hele bouwketen. Directeur Erik van Engelen van Uneto-VNI bevestigt dat beide onafhankelijke standaarden goed op elkaar aansluiten en de strategische ontwikkelingen in de bouwketen ondersteunen. “Vooral bij de uitbreiding van het standaard ETIM-datamodel naar ETIM Modelling Classes hebben we een groot gemeenschappelijk belang. Daarmee wordt het mogelijk om producten als 3D-objecten te modelleren. Daarnaast zal ETIM een belangrijke bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van de buildingSmartDataDictionary.”

Rien Wabeke, directeur van Stichting Ketenstandaard Bouw en Installatie: “Een echte standaard wordt breed gedragen. Met de erkenning van ETIM door BuildingSmart is dat nu onbetwist het geval. Nu kunnen we de werelden van BIM en productinformatie in de bouw- en installatiebranche optimaal met elkaar verbinden.”

Zowel ETIM als BuildingSmart benadrukken dat de standaarden IFC en ETIM complementair zijn en ‘fit for the future’. Investeringen die tot nu zijn gedaan in de ontwikkeling van beide standaarden zijn daarmee geborgd.

BuildingSmart is al jaren de drijvende kracht achter de toepassing van open BIM-standaarden binnen het bouwproces. ETIM is dé standaard voor classificatie van productgegevens voor bouw- en installatiesector. Wereldwijd worden de standaarden toegepast in applicatiesoftware van installateurs, aannemers, adviseurs, fabrikanten en groothandel.

[related_post themes=”text”]

  • maart 3, 2017
  • 154 views
Cao onderhandelingen voor het technisch installatiebedrijf deze maand van start

Deze maand beginnen de onderhandelingen over een nieuwe cao voor het technisch installatiebedrijf, onderdeel van de cao’s in de Metaal en Techniek. De onderhandelingen vinden plaats op 8, 15 en 29 maart. Een reservedatum is gepland op 12 april. De huidige cao loopt op 30 april aanstaande af. De Federatie Werkgeversorganisaties Techniek (FWT) voert de onderhandelingen namens de werkgevers. Uneto-VNI is via het lidmaatschap van FWT direct betrokken bij de onderhandelingen over de nieuwe cao.

De cao’s in de Metaal en Techniek hebben betrekking op vijf sectoren, te weten het metaalbewerkingsbedrijf, de installatietechniek, het isolatiebedrijf, het carrosseriebedrijf en de goud- en zilvernijverheid. De cao’s vormen tezamen de grootste cao in de marktsector. De bedrijfstak Metaal en Techniek vertegenwoordigt in totaal circa 27.500 ondernemingen met circa 330.000 werknemers.

[related_post themes=”text”]

  • februari 27, 2017
  • 127 views
Uneto-VNI en NEN organiseren bijeenkomst over actualisering NTA 8025

Uneto-VNI organiseert samen met NEN op woensdag 5 april een informatiebijeenkomst voor het herzien van NTA 8025. Het onderwerp- en toepassingsgebied van NTA 8025 betreft het beoordelen van de veiligheid van bestaande technische installaties en technische voorzieningen in woningen. Het is de bedoeling dat NTA (Nederlands Technische Afspraak) wordt omgezet naar een norm. Het gaat om de deelgebieden gas, water en elektra. Eventuele uitbreiding in de norm kunnen zijn: ventilatie-installaties, installaties voor eigen opwekking van energie en PV-installaties. Veiligheidsrisico’s zijn het uitgangspunt.

Zowel Uneto-VNI als NEN vinden het belangrijk dat belanghebbende partijen, waaronder de installatiebranche, bij de actualisatie van NTA 8025 worden betrokken. Geïnteresseerden worden daarom uitgenodigd om bij deze bijeenkomst aanwezig te zijn. Een e-mail naar sukran.yilmaz@nen.nl volstaat. Voor meer informatie kunt u contact opnemen met Peter Welleman, consultant Elektrische Installaties, telefoon (015) 2 690 191, e-mail elektrische-installaties@nen.nl.

[related_post themes=”text”]

  • februari 21, 2017
  • 125 views
Ruime meerderheid Tweede Kamer stemt in met Wet Kwaliteitsborging

De Tweede Kamer heeft met een ruime meerderheid ingestemd met de Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen. De kern van de nieuwe wet is dat de controle op de kwaliteit van gerealiseerde woningen niet langer gebeurt door de overheid, maar door private partijen. Uneto-VNI laat inmiddels weten positief te zijn over de kwaliteitsimpuls die uitgaat van het nieuwe stelsel, maar plaatst wel een aantal kanttekeningen. In plaats van een papieren controle vooraf, gaan kwaliteitsborgers de woning of het bouwwerk controleren. De opdrachtgever krijgt zo een bewijs van de gerealiseerde kwaliteit en de bouwer krijgt meer mogelijkheden om processen te optimaliseren. Uneto-VNI is blij dat het bestaande stelsel van Erkende kwaliteitsregelingen intact blijft. Daarvoor had de branchevereniging, mede gezien de investeringen van leden in hun kwaliteitssystemen, nadrukkelijk gepleit.

Private kwaliteitsborgers nemen de rol van de afdeling bouw en woningtoezicht over. Die worden op hun beurt gecontroleerd door een nog op te richten toelatingsorganisatie vanuit de overheid.

Keerzijde van het nieuwe stelsel is volgens de brancheorganiosatie dat kwaliteitsbewaking, procedures en protocollen extra geld gaan kosten. Bovendien is Uneto-VNI bezorgd dat de angst voor een langere aansprakelijkheid ontaardt in meer bureaucratie. Daarom wil de branchevereniging zo snel mogelijk in gesprek met organisaties van opdrachtgevers en aannemers om de administratieve lastendruk van het nieuwe stelsel zoveel mogelijk te beperken.

Het belangrijkste kritiekpunt van Uneto-VNI is de forse toename van de aansprakelijkheid bij professionele opdrachtgevers. Als zij niet expliciet anders bedingen, geldt aansprakelijkheid tot maar liefst twintig jaar na afronding van het project voor zowel verborgen als zichtbare gebreken. Dat vindt Uneto-VNI buitensporig lang en onnodig. Extra bescherming zou uitsluitend moeten gelden voor de consument. Want professionele opdrachtgevers hebben al veel invloed op het project, sterker nog, zij bepalen meestal ook de juridische voorwaarden.

Er volgen nog wijzigingen op het wetsvoorstel. Op aandringen van de PvdA wordt het opleverdossier uitgebreid tot consumentendossier. Dit betekent dat installateurs meer informatie moeten gaan aanleveren, bijvoorbeeld over dimensionering en onderhoud en beheer van de technische installaties.

Later dit jaar moet de Eerste Kamer zich nog uitspreken over het wetsvoorstel.

[related_post themes=”text”]

  • februari 15, 2017
  • 132 views
Morgen bespreekt Tweede Kamer opnieuw wetsvoorstel Kwaliteitsborging

Morgen praat de Tweede Kamer opnieuw over het wetsvoorstel Kwaliteitsborging. In het voorgestelde wetsvoorstel wordt het toezicht op de bouwkwaliteit van nieuwbouw niet langer aan de overheid maar aan private partijen overgelaten. De eerste termijn van deze behandeling werd twee weken geleden afgebroken. Uitstel bleek nodig om de meningsverschillen tussen de PvdA en de VVD te overbruggen. Struikelpunt is met name de mate van aansprakelijkheid die bouwers straks krijgen. De PvdA vindt dat bouwbedrijven altijd volledig verantwoordelijk moeten zijn voor bouwfouten. Blok vindt dit veel te ver gaan.

Uneto-VNI is in grote lijnen positief over het wetsvoorstel, maar zet wel vraagtekens bij de toename van de administratieve lasten en aansprakelijkheid en de samenstelling van de toelatingsorganisatie. Het belangrijkste bezwaar van de brancheorganisatie is dat de wetgever een nieuw systeem opstelt voor kwaliteitsborging, dat voorbijgaat aan de huidige certificaten en erkenningen. Als het aan Uneto-VNI ligt, blijft het bestaande stelsel van Erkende Kwaliteitsverklaringen bestaan.

Op Valentijnsdag deed Vereniging Eigen Huis nog een oproep aan de Tweede Kamer om niet achter het wetsvoorstel te gaan staan. Het doordrukken van het nieuwe stelsel leidt naar de stellige verwachting van de vereniging tot grote nadelen voor de bouwconsument. Die gaat meer betalen voor zijn nieuwbouwhuis terwijl de kwaliteit minder geborgd wordt. Ervaringen opgedaan met pilotprojecten zijn dermate desastreus, dat niet alleen de bouwkwaliteit, maar ook de wetgevingskwaliteit in het geding is.

Verantwoorde invoering van zo’n grote stelselwijziging is volgens Vereniging Eigen Huis alleen denkbaar als eerst uit goed verlopen experimenten blijkt dat van alle fouten en onvolkomenheden daadwerkelijk is geleerd. Eerder is in de Kamer al gesuggereerd dat “de wal het schip maar moet keren”. Directeur belangenbehartiging Rob Mulder: “Dat is toch ongehoord! In de praktijk springen alle seinen op rood. Wij kunnen het ons eigenlijk niet voorstellen dat de Tweede Kamer werkelijk van mening is dat het verantwoord en zorgvuldig zou zijn om de stelselwijziging maar gewoon over Nederland uit te rollen ten koste van de bouwconsument en zijn woning.”

Vereniging Eigen Huis pleitte eerder al voor een knip in het wetsvoorstel. “Het toezichtsysteem met private kwaliteitsborgers zou moeten worden uitgesteld totdat het aantoonbaar werkt. Het wetsvoorstel regelt echter ook dat aannemers veel makkelijker door consumenten aansprakelijk worden gesteld voor de fouten die ze maken. Bovendien wordt de toetsing aan de bouwregels uitgebreid naar wat er daadwerkelijk gebouwd is. Deze onderdelen verdienen snelle invoering, omdat daarmee de positie van de consument direct verbetert.”

[related_post themes=”text”]

  • februari 14, 2017
  • 130 views
Brancheorganisaties starten initiatief om woningen te helpen verduurzamen

Uneto-VNI, Bouwend Nederland en OnderhoudNL lanceren voor de zomer het profiel Duurzame Aanbieder, dat beoogt om de eigenaar-bewoner ondersteuning te bieden bij het verduurzamen van zijn bezit. Het profiel is opgezet onder begeleiding van PwC en de Natuur- en Milieufederatie Zuid-Holland en bedoeld voor bouw-, installatie- en onderhoudsbedrijven die huiseigenaren met kennis en garanties bij kunnen staan bij het verduurzamen van hun woning. De komende jaren moet een groot deel van de eigen woningvoorraad van circa 4,5 miljoen woningen worden verduurzaamd. Dit komt echter tot nu toe maar zeer schoorvoetend van de grond, aldus de koepelorganisatie. Voor veel huiseigenaren is het te moeilijke materie.

In 2030 moet de woningvoorraad in Nederland gemiddeld Energielabel A hebben. In 2050 moet de gebouwde omgeving zelfs energieneutraal zijn. Dit is afgesproken in het Energieakkoord.

PwC-projectleider Jan-Willem van den Beukel: “Er is geen Google voor de beste methode om je huis energieneutraal te maken. Al gauw zie je als woningeigenaar door de bomen het bos niet meer. Een Duurzame Aanbieder moet beschikken over de benodigde kennis, adviseren op maat en desgewenst ook zorg dragen voor de uitvoering. De klantreis is als uitgangspunt genomen voor de vijf toetsbare criteria van het profiel.”

Wat biedt een Duurzame Aanbieder?:

-Een one-stop-shopping aanbod op maat voor het energieneutraal maken van een woning.

-Advies welke (combinaties van) onderdelen uit het energieneutraal maatregelenpakket de eigenaar-bewoner in een eigen tempo naar energieneutraal kan zetten.

-Advies over de financiële faciliteiten (goedkope NEF-lening, maatregelsubsidies c.q. andere subsidie/financieringsregelingen).

-Het leveren van een energieprestatiegarantie.

-Het leveren van after-sales-dienstverlening met een beschrijving van de aard van deze dienstverlening (bijvoorbeeld vervolgcontact na oplevering over effect van duurzaamheidsinvestering, aanbieden servicecontract, actief sturen op reviews, tips voor real time inzichtelijk maken van energieverbruik e.d.).

Beheer van het nog te lanceren profiel komt vanwege het klantvertrouwen in handen van een onafhankelijke stichting. Ook de uitvoering wordt onafhankelijk ondergebracht. (Consortia van) bedrijven die zich na toetsing kwalificeren, worden opgenomen in een online register, en zijn beter vindbaar voor huisbezitters.

Het gaat om een potentiële markt tot 2030 van 45 miljard euro. Er zijn afspraken gemaakt om de deelnamekosten in de eerste 2 tot 3 jaar voor bedrijven zo laag mogelijk te houden. Na die periode moet Duurzame Aanbieder zichzelf kunnen bedruipen. Voor geïnteresseerde (consortia van) bedrijven zal ook ondersteuning beschikbaar komen, zoals workshops en een handreiking voor kwaliteitsaspecten.

Het initiatief wordt ondersteund door VNG en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

  • januari 19, 2017
  • 130 views
Vertegenwoordigers uit alle bouwgeledingen zetten zich in om sector te versterken

De bouwsector versterken en oplossingen te bieden voor maatschappelijke uitdagingen als het verduurzamen van woningen en bedrijfspanden, en effectiever gebruik van grondstoffen. De ministers Kamp (EZ), Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) en Blok (Wonen en Rijksdienst) presenteerden eind vorig jaar hiervoor het plan ‘De Bouwagenda’, waaraan ook het bedrijfsleven, kennisinstellingen, gemeenten en provincies hun steentje moeten gaan bijdragen. Als kartrekker werd voormalig werkgeversvoorman Bernard Wientjes aangesteld. Zijn eerste actie was het samenstellen van een Taskforce, die in maart een eerste versie moet opleveren van de  ‘De Bouwagenda’. Die Taskforce is inmiddels samengesteld. Claudia Reiner, vicevoorzitter van Uneto-VNI, maakt namens de branchevereniging hiervan deel uit.

De Taskforce Bouw stelt De Bouwagenda op en zorgt er daarna als dagelijks bestuur voor dat het programma gerealiseerd wordt. De twaalf leden van de Taskforce komen hiervoor als ‘doe-groep’ iedere maand of zoveel vaker als nodig bijeen. De Bouwcoalitie, bestaande uit zo’n 40 vertegenwoordigers van organisaties uit de bouwsector, ziet als algemeen bestuur toe op de verrichtingen van de Taskforce. Deze coalitie komt ten minste drie keer per jaar bijeen. Een vijfkoppig programmabureau onder leiding van projectdirecteur Ben Spiering ondersteunt de Taskforce en de Bouwcoalitie.

De Taskforce Bouw bestaat uit vertegenwoordigers van de ‘gouden driehoek’ (overheid, markt en kennisinstellingen), aangevuld met ‘trekkers’ met verantwoordelijkheid voor deelmarkten (o.m. vastgoed, infra) en enkele thema’s (o.m. human capital). Naast voormalig werkgeversvoorman Bernard Wientjes maken van de Taskforce deel uit Gert-Jan Buitendijk (Directeur-Generaal Bestuur en Wonen van het Ministerie van BZK), Claudia Reiner vicevoorzitter Uneto-VNI), Maxime Verhagen (voorzitter Bouwend Nederland), Elphi Nelissen (decaan faculteit Bouwkunde TU Eindhoven), de Amsterdamse wethouder Pieter Litjens, Albert Martinus (namens MKB Infra), architect Ben van Berkel (UNStudio / Kenzo Tange Chair Harvard), Koene Talsma (voormalig lid van de Raad van Bestuur van Dura Vermeer), Annemieke Nijhof (CEO ingenieursbureau Tauw), Rob van Wingerden (CEO van BAM) en Joanne Meyboom (directeur divisie Building Technologies Siemens). Alle leden van de Taskforce zitten er op persoonlijke titel en hebben draagvlak en commitment vanuit de sector.

[related_post themes=”text”]

 

  • december 16, 2016
  • 130 views
‘Netwerkbedrijven horen geen technische installaties te plaatsen en onderhouden’

Uneto-VNI heeft samen met onder andere FME en Energie-Nederland in een brief aan de Tweede Kamer gevraagd om een spoedige behandeling van de Wet Voortgang Energietransitie die door minister Kamp aan de Tweede Kamer is aangeboden. Deze wet biedt een kans voor een heldere afbakening tussen het werkterrein van netbeheerders en (markt)bedrijven die een cruciale rol vervullen in de energietransitie. De Memorie van Toelichting bij dit wetsvoorstel wekt de suggestie dat netwerkbedrijven activiteiten achter de meter kunnen verrichten, zoals het plaatsen en onderhouden van technische installaties. Uneto-VNI en de andere ondertekenaars van de brief wijzen erop dat dit typisch een marktactiviteit is.

Een heldere domeinafbakening creëert de randvoorwaarden voor investeringen die hard nodig zijn om de energietransitie op koers te houden. In het bijzonder vragen de organisaties aandacht voor het onmogelijk maken van kruissubsidiëring tussen netbeheerders en verwante (netwerk)bedrijven.

Het is onwenselijk dat netwerkbedrijven activiteiten achter de meter gaan uitvoeren. Publiek geld van netbeheerders mag volgens de coalitie niet worden ingezet voor dergelijke commerciële activiteiten. Dit leidt tot marktverstoring waardoor installatiebedrijven en energieleveranciers worden belemmerd om de energietransitie de noodzakelijke vaart te geven met nieuwe producten en diensten.

[related_post themes=”text”]

  • december 14, 2016
  • 126 views
Installatiebranche is komende jaren een van de snelst groeiende sectoren

Bedrijven in de technische installatiebranche profiteren vanaf volgend jaar van  een snelle marktgroei. Dit blijkt uit het rapport ‘Economische vooruitzichten installatiebranche 2017 en verder’ van Uneto-VNI, uitgevoerd door USP Marketing Consultancy. De snelle marktontwikkeling is behalve aan het algemene economisch herstel te danken aan een steeds groter aandeel van de installatietechniek in woningbouw, utiliteitsbouw, infratechniek en industrie. Ook trends als energiebesparing en verduurzaming, langer zelfstandig wonen, transformatie van kantoorgebouwen en de ontwikkeling naar smart buildings leveren de installatiebranche veel extra werk op.

De installatiebranche is de komende jaren een van de snelst groeiende sectoren in ons land. In 2016 komt het installatievolume uit op ruim 16,5 miljard euro, in 2017 groeit de markt verder naar circa 17,5 miljard euro en in 2021 zal de branche ruim 20 miljard euro omzetten. De grootste volumestijgingen komen voor rekening van installatiebedrijven die actief zijn in de woningbouw. Dat marktsegment groeit in 2016 met vijf procent en in 2017 met zeven procent. Installateurs die zich richten op de utiliteitsbouw en infratechniek kunnen komend jaar rekenen op een marktgroei van vier procent, terwijl ook technisch dienstverleners in de (proces-)industrie een hoger productievolume verwachten. Het snelle herstel van de woningmarkt en het consumentenvertrouwen leiden tot een toename van de investeringen in badkamerrenovaties, domotica en energiezuinige woningen met zonnepanelen en warmtepompen. De komende jaren neemt de nieuwbouw vooral toe in de vrije sector, waar meer en duurdere installatietechniek wordt toegepast dan in de corporatiesector.

De laat-cyclische installatiebranche profiteert sinds dit jaar sterk van het economisch herstel. Naar verwachting leidt dit vanaf volgend jaar tot een werkgelegenheidsgroei van 3 procent op jaarbasis. In 2020 is de installatiebranche weer terug op het werkgelegenheidsniveau van voor de crisis met 135.000 arbeidsplaatsen. Aandacht voor voldoende instroom van technische vakmensen blijft hard nodig om de groeikansen te kunnen realiseren.

Het aandeel installatietechniek in de totale bouwsom -de installatiequote- blijft toenemen. Bij woningen is de installatiequote in 2016 met 48,2 procent het hoogst bij groot onderhoud en renovatie (2015: 40 procent), in de woningnieuwbouw stijgt de installatiequote tot 33,5 procent in 2016 (2015: 29,2 procent). Ook in de utiliteitsbouw wordt het aandeel installatietechniek steeds groter: in de nieuwbouw stijgt de installatiequote van 33,4 naar 40,4 procent, in groot onderhoud en renovatie van 34,9 naar 37,1 procent.

Alle installatiedisciplines met ICT als verbindende schakel profiteren van de groei, waarbij de elektrotechniek de grootste stijging noteert. Dat is onder meer te danken aan de toepassing van domotica en gebouwautomatisering, de opkomst van systemen en apparaten die onderling gekoppeld zijn via internet (internet of things), elektronische beveiliging en de snelle groei van de markt voor energiebesparing en duurzame energieopwekking.

In de utiliteitsmarkt profiteren installateurs de komende jaren vooral van de transformatie van bestaande kantoren en de toenemende vraag naar energieneutrale gebouwen. Ook de trend naar smart buildings stuwt het productievolume de komende jaren. De installaties in zulke gebouwen verzamelen big data, zijn met elkaar verbonden en maken voorspellend onderhoud mogelijk. Deze trends zien we ook terug in de procesindustrie.

[related_post themes=”text”]