- april 15, 2021
- 38 views
Techniek Nederland pleit voor meer vrouwen in techniek op Girls day
De carrièrekansen voor meisjes en vrouwen in de techniek zijn groter dan ooit. Toch is op dit moment nog maar 3% van de technische vakmensen in Nederland een vrouw. Techniek Nederland vestigt daarom vandaag, op Girls’ Day, de aandacht op de mogelijkheden voor vrouwen in de technieksector. Doekle Terpstra, voorzitter van de techniekkoepel: ‘Meisjes die de komende jaren een opleiding kiezen, hebben de sleutel in handen. Ze zijn van cruciaal belang voor de toekomst van de techniek en voor de toekomst van ons land. Kunnen we het aandeel vrouwen in de techniek optrekken naar 20%, dan hebben we het tekort aan vakmensen opgelost.’
Steeds meer meisjes kiezen een technische mbo-opleiding
De opmars van de meisjes lijkt in het beroepsonderwijs al te zijn ingezet. Tussen 2013 en 2020 is het aantal meisjes dat begon aan de mbo-opleiding installatietechniek bijna drie keer zo groot geworden. In het schooljaar 2013/2014 gingen 373 meisjes van start, in het schooljaar 2020/2021 zijn dat er al 936. Doekle Terpstra vindt dat hoopgevend: ‘In het onderwijs gebeurt het. We moeten jongens én meisjes duidelijk maken dat van alle sectoren de installatiebranche waarschijnlijk het beste loopbaanperspectief biedt. Het vak wordt breder, innovatiever en digitaler. Zwaar materiaal maakt steeds meer plaats voor slimme techniek. En ondertussen neemt de maatschappelijke betekenis snel toe. De energietransitie is onuitvoerbaar zonder techniek, voor innovaties in de gezondheidszorg geldt hetzelfde. Voor meisjes zijn er kansen als installatiemonteur, maar óók als adviseur, ontwerper en data-analist.’
Geen dag spijt van de keuze voor techniek
Willow Koomen (18) is sinds kort werkzaam in de techniek. ‘Ik twijfelde tussen techniek en zorg. Ik volgde een opleiding apothekersassistent maar een hele werkdag stilzitten bleek niets voor mij. Ik wilde iets actievers doen.’ Willow koos voor een opleiding installatietechnicus en heeft er geen dag spijt van gehad. ‘Het werk is elke dag anders. Je werkt samen in een leuk team én je ziet dagelijks het resultaat van je werk. Ik zou niet anders meer willen dan dit.’ Met de lessen die ze vandaag geeft hoopt ze ook andere meisjes enthousiast te maken voor de techniek.
Enorme mogelijkheden
Romy Vlierman (19) is trainee werkvoorbereider bij Heijmans. Ze volgt een opleiding aan de Hogeschool van Amsterdam waar leren en werken hand in hand gaan; een dag per week naar school en vier dagen (betaald) werken in de praktijk. Romy is enthousiast over het werk én over haar carrièreperspectief. ‘Het werk is dynamisch, geen dag is hetzelfde. Er zijn enorme mogelijkheden. Over een jaar of vijf hoop ik in de technieksector te werken als projectleider of projectmanager. Met een technische opleiding kun je alle kanten op, ik raad het echt iedereen aan.’
‘Barrières voor vrouwen wegnemen’
Binnen de technieksector zelf groeit het aantal vrouwen nog te langzaam. In 2015 waren er zo’n 12.000 vrouwen werkzaam in de techniekbranche, nu zijn dat er 14.500. De meeste vrouwen hebben een administratieve of financiële functie of werken in communicatie of hr. Relatief weinig vrouwen plaatsen en onderhouden technische systemen, maar ook in die beroepen neemt het aantal vrouwen toe. Doekle Terpstra wil dat met name in de ‘echte’ technische beroepen meer vrouwen aan het werk gaan. ‘We moeten de zichtbare en onzichtbare barrières wegnemen. Voor meisjes die belangstelling hebben voor een technische opleiding én voor vrouwen die binnen een technisch bedrijf aan de slag willen.’
Girls’ Day
Girls’ Day is bedoeld om meisjes tussen de 10 en 15 jaar enthousiast te maken voor technische opleidingen en beroepen. De dag is een initiatief van VHTO, het expertisecentrum genderdiversiteit in bèta, techniek en IT. In verband met de coronamaatregelen vinden dit jaar alle evenementen in het kader van Girls’ Day online plaats.

[pt_view id="bf1c7f2apv"]
- maart 11, 2021
- 39 views
“Klimaatadaptatie lukt niet zonder de loodgieter”
Vandaag is het Wereld Loodgieters Dag. Reden voor Techniek Nederland de politiek op te roepen veel meer aandacht te besteden voor het technisch beroepsonderwijs. De carrièrekansen voor loodgieters en andere technische vakmensen zijn groter dan ooit, vindt brancheorganisatie. Voor de energietransitie zijn de komende jaren tienduizenden extra technici nodig.
Volgens voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland is er steeds meer waardering voor het loodgietersvak. “In februari was de loodgieter voor veel mensen in Nederland een held. De vorst veroorzaakte heel wat lekkages en de loodgieter bleek de redder in de nood. Zoiets drukt ons weer eens met de neus op de feiten: technische vakmensen zijn onmisbaar in onze maatschappij.” Techniek Nederland wijst op de carrièrekansen die er liggen voor loodgieters en andere technische vakmensen. Omdat de vraag naar technici sterk groeit, richt de installatiekoepel zich ook op de politiek. Terpstra: “Technisch beroepsonderwijs is zo belangrijk dat het volgende kabinet het véél aantrekkelijker zou moeten maken. Bijvoorbeeld met financiële voordelen.”
Legionella en loden waterleidingen
Loodgieters zijn vaak letterlijk van levensbelang, benadrukt Techniek Nederland. Als voorbeeld noemt de brancheorganisatie legionellapreventie en het vervangen van loden waterleidingen. Maar ook het levensloopbestendig maken van badkamers en toiletten, waardoor ouderen langer veilig en zelfstandig thuis kunnen blijven wonen.
Een innovatief vak
Terpstra ziet dat het vak snel verandert. “Het vakgebied wordt breder, innovatiever en digitaler. Denk aan een energiezuinig huis, waterbesparing en -hergebruik of een speciaal systeem dat de riolen controleert. De moderne loodgieter is een ambachtelijke vakman of vakvrouw, maar heeft óók verstand van ict. Je zult hem of haar steeds vaker met een laptop in de weer zien. Loodgieters zorgen er ook voor dat we droge voeten houden. Met goede hemelwaterafvoer en riolering komen tuinen en woningen bij hevige regenbuiten niet blank te staan en blijven straten en wegen begaanbaar. Dat onderdeel van het werk wordt alleen maar belangrijker. Klimaatadaptatie krijgen we niet voor elkaar zonder de loodgieter.”
Word loodgieter!
Ondanks de groeiende waardering vindt Terpstra dat de loodgieter nog wel wat meer erkenning verdient. “Praktische probleemoplossers met verstand van zaken hebben we altijd nodig. Vandaar dat we de loodgieter vandaag in het zonnetje zetten.” Hij adviseert praktisch ingestelde jongeren juist nu om een technisch vak te kiezen. “Dus waarom geen loodgieter? De banen liggen voor het oprapen. En loodgieter klinkt misschien wat ouderwets -eigenlijk: moet je sanitair-installateur zeggen- maar het is ook wel weer een mooie geuzennaam.”
(foto Hans Hordijk)

[pt_view id="2d879709fn"]
- maart 10, 2021
- 36 views
NVKL en Techniek Nederland gaan samenwerken in federatie
De branchevereniging voor ondernemingen op het gebied van Koudetechniek en Luchtbehandeling (NVKL) en Techniek Nederland gaan samenwerken in een federatief verband. Dat hebben de besturen van beide verenigingen besloten. Voorzitter Mart Peeman van de NVKL: “De vakgebieden warmtetechniek, koudetechniek en luchtbehandeling zijn steeds meer met elkaar verbonden. Daarom is het logisch dat we deze stap zetten. Samen kunnen we méér bereiken voor onze leden.”
Een belangrijke aanleiding voor de samenwerking is de energietransitie. De leden van beide verenigingen zien in de energietransitie een cruciale rol voor hun leden. Zij verwachten een grootschalige toepassing van warmtepompen en andere duurzame koudetechnieken. Voorzitter Mart Peeman van NVKL: “We moeten investeren in de green skills van onze medewerkers en kennisontwikkeling. Onze samenwerking levert daarvoor een flinke impuls op.”
Klimaataanpakkers
Ook voorzitter Doekle Terpstra verwacht veel van de samenwerking. “Deze krachtenbundeling gaat onze lobby in Den Haag en bij andere stakeholders helpen. Samen staan we sterker.” Terpstra denkt dat Techniek Nederland en NVKL samen nog meer mogelijkheden hebben om de technieksector in de etalage te zetten. “Voor het bereiken van de klimaatdoelen is techniek onmisbaar. Onze leden zijn de Klimaataanpakkers. De sector biedt jongeren en zij-instromers een mooi loopbaanperspectief. Kiezen voor een techniekopleiding of technische bijscholing wordt steeds aantrekkelijker.”
Routekaart
NVKL en Techniek Nederland hebben een routekaart opgesteld voor de samenwerking. Daarin staan onder meer afspraken over het optimaliseren van de dienstverlening naar leden en profilering van de leden naar (potentiële) klanten en eindgebruikers. Ook rond arbeidsmarkt en scholing en kwaliteitsbeleid gaan Techniek Nederland en NVKL nauw samenwerken binnen de federatie.
Vervolg op strategische samenwerking
De vorming van een federatie komt niet uit de lucht vallen. NVKL en Techniek Nederland besloten begin vorig jaar al om strategisch te gaan samenwerken. Op 17 februari 2020 tekenden de voorzitters van beide verenigingen een intentieverklaring.
Federatiebestuur
Bij NVKL zijn 425 bedrijven in de professionele koudetechniek en klimaatbeheersing aangesloten. Techniek Nederland vertegenwoordigt 5.000 installatiebedrijven en technisch dienstverleners. De beide verenigingen hebben inmiddels een federatiebestuur gevormd. Daarin hebben Mart Peeman, Charles Smets en Max Neus zitting namens NVKL en Doekle Terpstra, Martin Hoekstra en Erik van Engelen namens Techniek Nederland. NVKL en Techniek Nederland blijven als zelfstandige verenigingen bestaan.

[pt_view id="66be79cjcd"]
- januari 11, 2021
- 41 views
Installatiebedrijven positief over omzet
Ondernemers in de bouwketen zijn positiever over de omzetontwikkeling dan aan het begin van de coronacrisis. Nog maar één op de honderd bedrijven verwacht dat de omzet de komende drie maanden zal dalen. Aan het begin van de coronacrisis hield nog bijna 40% rekening met een omzetdaling. Vooral installatiebedrijven zijn optimistisch, maar ook architecten, bouwbedrijven en ingenieurs zijn beduidend minder negatief dan een half jaar geleden. Op de langere termijn blijven ondernemers onzeker over de omzetontwikkeling, onder meer door het uitblijven van een oplossing voor het stikstofprobleem.
Dit blijkt uit de Monitor Bouwketen najaar 2020 die het Economisch Instituut voor de Bouw heeft uitgevoerd in opdracht van de BNA, Koninklijke Bouwend Nederland, Koninklijke NLingenieurs en Techniek Nederland.
Toename van het personeelsbestand
Ondernemers in de hele keten van de bouw zijn nu optimistischer over de ontwikkeling van de werkgelegenheid dan aan het begin van de coronacrisis. Installateurs en ingenieursbureaus verwachten gemiddeld een toename van het personeelsbestand. Bij architecten en bouwbedrijven is het sentiment nog licht negatief. De verbetering van het sentiment is mede te danken aan het protocol ‘Samen veilig doorwerken’ waardoor de meeste werkzaamheden in de bouwketen konden doorgaan.
Omzetstijging
Installatiebedrijven laten ten opzichte van de voorjaarsmeting zeer positieve cijfers zien. De werkvoorraad is met ongeveer 3 maanden gestegen naar 10,5 maanden werk. Per saldo verwacht ongeveer 10% van de installatiebedrijven een omzetstijging. Bijna driekwart van de installateurs verwacht een toename van het personeelsbestand in de komende maanden. Ongeveer één op de zeven bedrijven verwacht een afname van de werkgelegenheid.
Over de Monitor Bouwketen
De Monitor Bouwketen is een gezamenlijk initiatief van de brancheverenigingen in de bouwketen: de BNA, Koninklijke Bouwend Nederland, Koninklijke NLingenieurs en Techniek Nederland. De bouwketen beslaat circa 5% van het bruto binnenlands product (bbp) en is goed voor 450.000 arbeidsjaren aan werk in Nederland. De Monitor Bouwketen is gebaseerd op de gegevens van ongeveer 1.500 bedrijven en verschijnt twee keer per jaar. Op de websites van de betrokken brancheverenigingen is het volledige rapport te downloaden.
[pt_view id="fe3aac4idt"]
- december 9, 2020
- 40 views
“Overheid pakt omscholing ‘coronawerklozen’ naar technische baan niet goed aan”
De manier waarop de overheid mensen van sectoren met een overschot aan werknemers nu begeleidt naar sectoren met een tekort, werkt niet. Dat stelt de Industriecoalitie, een samenwerkingsverband van techniekbranches die om mensen zit te springen. De coalitie wil met de overheid afspraken maken over regelingen die wél effectief zijn doordat ze goed aansluiten op de wensen van het bedrijfsleven.
Door corona is het thema ‘van werk naar werk’ actueler dan ooit. Waar mensen in de ene sector hun baan kwijtraken, is de bouw- en technieksector juist op zoek naar tienduizenden nieuwe werknemers. De behoefte aan technische vakmensen wordt de komende jaren alleen maar groter. Dit is het gevolg van onder meer de grote vraag naar nieuwe woningen, de energietransitie en verregaande digitalisering.
Omscholingstrajecten komen niet van de grond
Volgens de Industriecoalitie – Techniek Nederland, FME, Bouwend Nederland en Koninklijke Metaalunie – komen omscholingstrajecten naar de bouw en techniek nu onvoldoende van de grond. Volgens Doekle Terpstra van de Industriecoalitie komt dat onder meer door de ondoorzichtigheid van de regelingen en de beperkende voorwaarden die het kabinet stelt. “Een voorbeeld is de eis om omscholingstrajecten binnen een half jaar af te ronden. Dit is praktisch niet haalbaar. Je wordt geen lasser of machineoperateur van de ene op de andere dag.” De Industriecoalitie vindt ook dat de overheid met extra geld over de brug moet komen om omscholing van nieuwe medewerkers te ondersteunen.
Technische sectoren willen in gesprek over een oplossing
De Industriecoalitie ziet veel mogelijkheden om werknemers uit krimpsectoren om te scholen. Daarvoor is het belangrijk dat de ondersteuning van de overheid aansluit op de bestaande opleidingsinfrastructuur in de branches. Doekle Terpstra: “We kunnen werknemers die als gevolg van de coronacrisis hun baan dreigen kwijt te raken een nieuwe baan en nieuw perspectief bieden. Daarover gaan we liefst zo snel mogelijk in gesprek met het kabinet.”
[pt_view id="395c772r6b"]
- december 2, 2020
- 34 views
Verduurzaming hele wijken in één keer aanpakken
Het leer- en innovatieprogramma Mensen Maken de Transitie is van start gegaan. Het programma moet de verduurzaming van bestaande woningen versnellen. Door een betere ketensamenwerking, slimmere productieprocessen en (bij)scholing van werknemers moet het straks eenvoudiger worden om hele wijken in één keer aan te pakken. Het programma is een initiatief van onder meer Techniek Nederland, Bouwend Nederland, Netbeheer Nederland, de MBO Raad, Vereniging Hogescholen, 4TU en FNV. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ondersteunt het programma.
In 2030 moeten er volgens het Klimaatakkoord 1,5 miljoen woningen verduurzaamd zijn. Mensen Maken De Transitie gaat de kennis over verduurzaming van bestaande wijken bij elkaar brengen en toegankelijk maken. De ervaringen uit de aardgasvrije proefwijken en grote renovatieprojecten zijn daarvoor de basis. Het onderwijs neemt de nieuwe kennis over verduurzaming op in opleidingen. Zo draagt het leer- en innovatieprogramma bij aan een haalbare en betaalbare energietransitie voor iedereen in ons land.
Voor en door uitvoerende partijen
Het programma richt zich op de mensen en bedrijven die de verduurzaming van bestaande woningen uitvoeren, zoals bouwbedrijven, woningbouwcorporaties, installateurs, onderhoudsbedrijven en netbeheerders. Mensen Maken de Transitie legt verbindingen tussen deze partijen, stimuleert hen om successen te delen, agendeert knelpunten uit de praktijk en biedt oplossingen. Samen leren bedrijven hoe verduurzaming in een gestroomlijnd proces kan plaatsvinden.
Méér technische vakmensen opleiden
Er is nu al een grote behoefte aan technische vakmensen en die groei zet door. Het gewenste tempo kan met het huidige aantal technici niet behaald worden. Mensen Maken de Transitie richt zich daarom ook op de instroom van voldoende technische vakmensen met green skills. De deelnemende partijen zullen zich inzetten om zoveel mogelijk mensen om te scholen. Daarnaast is bijscholing nodig van huidige werknemers in bouw en techniek. In de bijscholingsprogramma’s is aandacht voor nieuwe technieken en nieuwe manieren van werken.
Samenwerking tussen beroepspraktijk en het onderwijs
De energietransitie vraagt om een nauwe samenwerking tussen de beroepspraktijk en het onderwijs. De onderwijssector is daarom nauw betrokken bij Mensen Maken de Transitie. De MBO Raad, de Vereniging Hogescholen en de vier technische universiteiten van Nederland (4TU) gaan de nieuwe inzichten op het gebied van de energietransitie een prominente plaats geven in hun onderwijsprogramma’s. Afgestudeerde technici zijn er daardoor klaar voor om hun bijdrage te leveren aan de verduurzaming van Nederland.
Warmtepompen en elektriciteitsaansluitingen
Mensen Maken de Transitie levert praktische kennis op die helpt om verduurzaming van woningen en gebouwen efficiënter uit te voeren. Voor het verzwaren van de elektriciteitsaansluiting die nodig is voor het aansluiten van een warmtepomp zijn nu nog een installatiemonteur en een monteur van de netbeheerder nodig. Door onder meer de opleiding van installateurs aan te passen, voert straks één installatiemonteur de werkzaamheden uit.
Warmtenetten
De komende jaren komen er steeds meer warmtenetten in ons land. Mensen Maken de Transitie analyseert waar aanleg van warmtenetten gaat plaatsvinden en zorgt dat daar ook de noodzakelijke opleidingen voor warmtemonteurs beschikbaar komen. Het programma maakt ook het aardgasvrij maken van huizenblokken eenvoudiger. Waar bewoners dat eerst individueel moesten aanvragen, kunnen woningcorporaties en Verenigingen van Eigenaren (VvE’s) de aanvraag voor bewoners nu in één keer afhandelen.
Intentieverklaring
Vijfentwintig partijen, waaronder Techniek Nederland, Netbeheer Nederland, Bouwend Nederland, MBO Raad, Vereniging Hogescholen, 4TU en FNV hebben in 2019 afgesproken om samen te werken aan de enorme energietransitie opgave. Op initiatief van de SER maakten zij vorig jaar afspraken middels een intentieverklaring. Het leer- en innovatieprogramma dat nu is gestart, komt daaruit voort.

[pt_view id="8758582ezi"]
- november 10, 2020
- 39 views
Doekle Terpstra nog vier jaar voorzitter van Techniek Nederland
Doekle Terpstra is ook de komende vier jaar het gezicht van Techniek Nederland. De Ledenraad van de techniekkoepel stemde unaniem vóór de herbenoeming van de voorzitter. Volgens Terpstra is de toekomst van de technieksector florissant. “Op korte termijn zijn er zorgen door de coronacrisis. Maar daarna heeft geen enkele sector zoveel perspectief als de techniek. Techniek is onmisbaar bij de grote maatschappelijke vraagstukken van deze tijd. Denk aan het klimaat, aan de zorg en aan de bereikbaarheid van onze steden.” De tweede termijn van Terpstra gaat in op 1 februari 2021.
Doekle Terpstra ziet voor de volgende termijn van zijn voorzitterschap twee belangrijke thema’s; de coronacrisis en het klimaat. Die onderwerpen staan volgens de voorzitter van Techniek Nederland niet los van elkaar. Op korte termijn wil hij de installatiebranche en de technische detailhandel zo goed mogelijk door de crisis loodsen. Terpstra: “De orderportefeuilles van onze leden zijn nog redelijk op peil, maar we kijken bezorgd naar 2021. Extra investeringen in verduurzaming van de gebouwde omgeving, de infra en de industrie kunnen de effecten van de coronacrisis beperken. Als we nú investeren, werken we aan de doelen van het Klimaatakkoord en creëren we tegelijkertijd werkgelegenheid.”
Vertrouwen van de leden
Terpstra is verheugd over het vertrouwen dat hij krijgt van de leden. “We hebben de afgelopen tijd veel bereikt. Techniek staat hoog op de agenda, onze zichtbaarheid is fors toegenomen.” De komende vier jaar wil Terpstra nóg meer dan nu al het geval is de verbinding zoeken met andere partijen. Hij verwacht met constructieve ideeën veel voor elkaar te kunnen krijgen in Den Haag, in de regio’s én in Brussel. “Met onze oplossingen voor maatschappelijke vraagstukken zoeken we naar common ground bij de overheid en bij maatschappelijke organisaties. Zo kunnen we het verschil maken.”
Nieuwe naam, nieuw kantoor
De werkgeversorganisatie voor de techniekbranche veranderde vorig jaar haar naam van Uneto-VNI in Techniek Nederland. Terpstra: “Daarmee is glashelder geworden waar wij voor staan. Zeker nu we sinds vorige maand in Woerden gevestigd zijn, in een echt huis van de techniek. Ook dat is positief voor de uitstraling van de vereniging.” Erik van Engelen, algemeen directeur van Techniek Nederland, is blij dat de voorzitter en de leden hebben gekozen voor een tweede termijn van vier jaar. “Ik kijk ernaar uit de goede samenwerking met Doekle voort te zetten. We gaan ook de komende jaren veel bereiken voor onze leden.”

[pt_view id="7e96cf24i3"]
- oktober 20, 2020
- 35 views
Groot deel installatiebedrijven verwacht omzetdaling in 2021
Techniek Nederland heeft gepeild hoe de sector er voor staat. De uitkomsten van het onderzoek zijn zorgwekkend. In 18% van de bedrijven is minimaal 2,5% van de medewerkers afwezig in verband met corona-gerelateerde klachten. Het gaat dan om zieke of verkouden werknemers én om mensen die in quarantaine zijn in afwachting van een test of een testresultaat. Driekwart van de deelnemende ondernemers verwacht een omzetdaling in 2021. Daar tegenover staat dat steeds minder bedrijven denken dat zij een beroep zullen doen op de NOW-regeling.
Sinds het begin van de crisis legt Techniek Nederland haar leden regelmatig een Corona Quick Scan voor. De uitkomsten geven informatie voor de gesprekken met het kabinet en met collega-brancheorganisaties. Het onderzoek van afgelopen week, de Corona Quick Scan 4, laat zien dat installatiebedrijven zich redelijk staande lijken te houden, maar óók zorgen hebben over de toekomst.
Een kentering dreigt
Doekle Terpstra, voorzitter van Techniek Nederland, begrijpt dat de zorgen toenemen. “Tot nu toe konden de meeste werkzaamheden doorgaan dankzij het protocol ‘Samen veilig doorwerken’. Helaas zien we dat nu een kentering dreigt. Door de aangescherpte maatregelen vrezen veel bedrijven dat zij bij een aantal klanten geen of minder werkzaamheden kunnen uitvoeren.” Terpstra benadrukt dat ook nu de werkzaamheden kunnen doorgaan als iedereen zich aan de regels uit het protocol houdt. “Een kwart van de deelnemende ondernemers heeft te maken met werknemers die niet naar klanten willen of durven. Dat onderstreept nog eens dat we de tweede golf van coronabesmettingen zo snel mogelijk onder controle moeten krijgen.”
Omzetdaling op korte termijn
In juni dacht 40% van de ondernemers dat zij de eerstvolgende twee maanden minimaal dezelfde omzet zouden draaien als in 2019. Die optimistische groep is geslonken tot 34%. Bijna de helft van de ondernemers verwacht in oktober en november omzetdalingen tot 20%. Een klein deel van de bedrijven (zo’n 3%) denkt dat de lagere omzet tot liquiditeitsproblemen zal leiden. Ongeveer één op de drie ondernemers houdt rekening met een sterke daling van de werkvoorraad.
Sombere vooruitzichten voor 2021
De technieksector maakt zich zorgen over het komende jaar. Een meerderheid van de ondernemers die aan de Corona Quick Scan 4 deelnamen verwacht een omzetdaling. Terpstra: “Het is meer dan ooit van belang dat de overheid nu blijft investeren. Op die manier kunnen we de economische bedrijvigheid in de techniek zoveel mogelijk op peil houden. Extra ondersteuning van woningbezitters en corporaties bij het verduurzamen van woningen kan óók helpen. Zo kunnen we er zelfs in slagen om sterker uit deze crisis te komen.”
Ondersteunende maatregelen zijn minder vaak nodig
Het kabinet heeft ondersteunende maatregelen genomen voor werkgevers en zelfstandigen die in de problemen komen door de coronacrisis. Denk aan de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid (NOW), de Tijdelijke Overbruggingsregeling Zelfstandige Ondernemers (TOZO) en het uitstel van belastingheffing. Uit de Corona Quick Scan 4 blijkt dat ruim 80% van de bedrijven géén beroep verwacht te doen op de steunmaatregelen. Dit is een verbetering ten opzichte van juni.
Impact op werkgelegenheid
De coronacrisis kost banen. Dat blijkt ook uit de Corona Quick Scan 4 van Techniek Nederland. Flexibele arbeidskrachten ondervinden als eerste de gevolgen. Eén op de drie bedrijven heeft de afgelopen tijd de flexibele schil verkleind. De meeste installatiebedrijven houden hun vaste werknemers wél in dienst. Slechts 6% van de deelnemende ondernemers denkt op korte termijn afscheid te nemen van eigen personeel.

[pt_view id="0108ae9hqd"]
- september 15, 2020
- 35 views
‘Kiwa keurmerk voor zonne-energie is onnodig en onwenselijk’
Kiwa heeft gisteren een kwaliteitsregeling voor zonne-energie geïntroduceerd. De brancheorganisaties Techniek Nederland en Holland Solar vinden dit onnodig en zelfs onwenselijk. De organisaties roepen installateurs op om zich te laten erkennen op basis van de InstallQ-regeling of zich te laten certificeren op basis van het Zonnekeur of een uitbreiding op de bestaande BRL-6000 certificering. Tegelijkertijd worden opdrachtgevers opgeroepen om alléén erkende of gecertificeerde zonne-energie-installateurs in te schakelen.
Beide organisaties vinden de door Kiwa geïntroduceerde kwaliteitsregeling voor zonne-energie onnodig aangezien er al jaren een breedgedragen erkennings- en een certificeringsregeling is voor vakbekwame zonne-energie-installateurs. ‘Alleen bedrijven die een speciale opleiding voor het plaatsen en inspecteren van zonne-energie-installaties hebben gevolgd, komen in aanmerking voor de erkenning of de certificering Zonnekeur. Deze installateurs kennen de normen en eisen die aan zonne-energie-installaties worden gesteld. Wanneer opdrachtgevers vakbekwame installateurs -dus met erkenning of Zonnekeur- inschakelen is de kwaliteit gewaarborgd.’
De onwenselijk schuilt ‘m volgens de brancheorganisaties in het feit dat de Kiwa-kwaliteitsregeling transparantie en duidelijkheid naar zowel opdrachtgevers als installateurs verkleint in plaats van vergroot.
‘Kiwa keurmerk levert geen bijdrage’
Zowel Techniek Nederland als Holland Solar roepen de installateurs op om zich te laten erkennen (op basis van de InstallQ-regeling) of zich te laten certificeren (op basis van het Zonnekeur of een uitbreiding op de bestaande BRL-6000 certificering). Tegelijkertijd roepen zij opdrachtgevers op om alléén erkende of gecertificeerde zonne-energie-installateurs in te schakelen. Deze aanpak is wat betreft Techniek Nederland en Holland Solar de enige manier om kwalitatieve zonne-energiesystemen te garanderen en ondeskundige installateurs van de markt te weren. Een keurmerk van Kiwa levert daar geen enkele bijdrage aan.

- september 4, 2020
- 43 views
Update CO-certificering: “Doe het goed of doe het niet”
Op 28 mei 2019 heeft de Tweede Kamer een wetsvoorstel aangenomen om het werken aan gasverbrandingsinstallaties te reguleren, de wettelijke certificeringsregeling. En op 25 juni heeft de Eerste Kamer ook met dit wetsvoorstel ingestemd. In deze wettelijke certificeringsregeling voor bedrijven is vastgelegd dat de wettelijke certificeringsregeling ingaat na de zomer van 2020. Dat betekent dat vanaf begin 2022 alleen nog vakbekwame installatiemonteurs werkzaamheden aan (gas)verbrandingsinstallaties mogen uitvoeren. Er geldt weliswaar een overgangstermijn van 1,5 jaar, maar verkijk je daar niet op. In die 1,5 jaar moeten alle installatiemonteurs in Nederland hun Vakmanschap aantonen door middel van een theorietoets en een praktijkexamen, en moeten bedrijven een officieel geaccrediteerd BRL 6000-25 of KIWA certificaat behalen.
De invoering van de verplichte certificering heeft nogal wat beroering teweeggebracht, zoals wij ook konden merken op onze Social Mediakanalen. Een deel van installateurs staat vierkant achter het plan en was dan ook erg teleurgesteld toen de ingangsdatum herhaaldelijk werd verschoven. Zo noemde Wilmen Kanis het een “slechte zaak”. Theo Brouwers ging nog een stapje verder en klonk ook sceptisch over het hele initiatief: “Typisch Nederlands! Iets willen invoeren en het vervolgens steeds uitstellen. Het brengt ook nog eens hoge kosten met zich mee en je zal zien als het dan na jaren wordt ingevoerd, er niet of bijna niet wordt gehandhaafd. Doe het goed of doe het niet.” Een deel van de installateurs liet ook al gelijk blijken helemaal geen heil te zien in de verplichte certificering. Zoals Klaus Petersohn, die na het laatste uitstel reageerde met: “Wie gaat het sowieso controleren? Ik ben blij dat ik [voorlopig] van deze geldklopperij af ben.”
Techniek Nederland wil installateurs de helpende hand bieden en heeft daarvoor een Handboek CO-certificering opgesteld. Voor meer informatie: https://www.technieknederland.nl/nieuwsberichten/het-model-kwaliteitshandboek-co-certificering-nu-beschikbaar.
