- juli 7, 2022
- 154 views
Nieuwe naam voor innovatie-aanjager bouw en techniek
Het Bouw en Techniek Innovatiecentrum (BTIC) is omgedoopt tot TKI Bouw en Techniek. Binnen het Thema Energie & Duurzaamheid is hiermee een serieuze plek verkregen in het nationale missiegedreven topsectoren- en innovatiebeleid. Als Topconsortium voor Kennis en Innovatie (TKI) heeft de organisatie meer slagkracht voor het aanjagen van innovatie in de ontwerp-, bouw- en technieksector. TKI Bouw en Techniek richt zich daarbij specifiek op circulair bouwen, levensduurverlenging, klimaatadaptief, natuurinclusief en omgevingsbewust bouwen. TKI Bouw en Techniek wil samen met TKI Urban Energy een snelle transitie naar een CO2-vrije en toekomstbestendige gebouwde omgeving mogelijk maken.
Tijdens de live streaming talkshow BTIC Talks is de nieuwe naam gelanceerd. Doekle Terpstra, voorzitter van het dagelijks bestuur van TKI Bouw en Techniek: “Ik ben er trots op dat innovatie en opschaling in de gebouwde omgeving structureel geborgd wordt. Het innovatie-ecosysteem dat het BTIC heeft opgezet voor de ontwerp-, bouw- en technieksector kunnen we nog beter vormgeven omdat we als TKI over een eigen gereedschapskist beschikken.” TKI Bouw en Techniek heeft door de verankering in het topsectoren- en innovatiebeleid een directe koppeling met het beleid van de ministeries van Infrastructuur en Waterstaat, Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Economische Zaken.
Over TKI Bouw en Techniek
TKI Bouw en Techniek heeft als doel om in 2050 te komen tot een toekomstbestendige gebouwde omgeving. Opgavegericht innoveren staat centraal met aandacht voor de praktijk, scholing en een cultuuromslag. TKI Bouw en Techniek richt zich op drie Meerjarig Missiegedreven Innovatieprogramma’s:
- Circulaire bouw en infrastructuur
Dit programma zet in op innovatie in nieuwe ontwerpstrategieën en -processen voor circulair onderhoud, reparatie, volhoudbaarheid, modulariteit, aanpasbaarheid en demonteerbaarheid op verschillende schaalniveaus; van product-, component-, en gebouwniveau tot stedenbouw. Speciale aandacht gaat uit naar de kansen die digitalisering en industrialisatie bieden. - Levensduurverlenging Gebouwde Omgeving
Door de ontwikkeling van geautomatiseerde data- en inspectietechnieken, datagedreven reststerkte- en voorspellingsmodellen, digital twins en de toepassing van nieuwe, circulaire materialen en reparatietechnieken wordt bijgedragen aan het optimaal instandhouden, aanpassen en benutten van bestaande gebouwen en civiele droge infrastructuur. - Klimaatadaptief, natuurinclusief en omgevingsbewust bouwen
Innovaties binnen dit programma richten zich onder andere op gebiedsgerichte, klimaatrobuuste en natuurinclusieve ontwerpmethodieken, (lokale) oplossingen tegen wateroverlast en hittestress, emissiereducerende bouw- en onderhoudsmethodes en nieuwe vormen van ketensamenwerking om dit mogelijk te maken. Deze programma’s worden opgezet en uitgevoerd vanuit de samenwerking tussen het bedrijfsleven, kennisinstellingen, overheden en gebruikers. Alle opgedane kennis wordt gedeeld. TKI Bouw en Techniek werkt daarbij samen met TKI Urban Energy, dat zich vooral richt op verduurzaming van bestaande bouw en zonne-energie, en met andere TKI’s op het gebied van cross-over thema’s zoals digitalisering, industrialisering en human capital.
Over het BTIC
In 2019 is het Bouw en Techniek Innovatiecentrum vanuit De Bouwagenda ontstaan als publiek-private samenwerking tussen drie overheden, drie brancheverenigingen en drie kennisinstellingen. Het doel was om innovatie in de sector te versnellen. Met de markt, kennisinstellingen en de overheid gezamenlijk wordt programmatisch gewerkt aan de benodigde innovaties waarmee de grote maatschappelijke uitdagingen worden aangepakt. Dat wordt nu voortgezet in de TKI Bouw en Techniek.
[pt_view id="f28aded524"]
- juli 6, 2022
- 148 views
Bouw grootste warmtepomp van Nederland van start
Op dinsdag 5 juli is het startsein gegeven voor de bouw van de grootste warmtepomp van Nederland. De pomp maakt onderdeel uit van een aquathermie-installatie van Eneco waarmee straks duurzame warmte wordt geproduceerd voor circa 20.000 huishoudens in gemeente Utrecht en Nieuwegein. De warmtepomp komt te staan op het terrein van de rioolwaterzuivering Utrecht van Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (HDSR). Daar gaven dagelijks bestuursleden Constantijn Jansen op de Haar en Els Otterman van De Stichtse Rijnlanden samen met Cees de Haan en Manja Thiry van Eneco het officiële startsein voor de bouw. Bij een voorspoedig verloop van de bouw vormt de installatie eind 2023 een nieuwe duurzame warmtebron.
Op het terrein van de rioolwaterzuivering Utrecht wordt dagelijks zo’n 65 miljoen liter afvalwater gezuiverd. Het afvalwater dat de zuivering binnenkomt is relatief warm. Met de komst van de aquathermie-installatie vloeit de warmte niet meer weg, maar wordt de temperatuur van het gezuiverde water gebruikt voor het warmtenet. Met een warmtewisselaar en de warmtepomp wordt het water van het warmtenet op een hoge temperatuur van 75 graden gebracht. Daarna wordt dit water aan het warmtenet geleverd. Om continu te kunnen beschikken over voldoende warmte realiseert Eneco ook een buffervat van ongeveer 18 meter hoog en 18 meter breed.
583.000 GJ aan warmte
Om de warmtepomp aan te sluiten op het bestaande warmtenet, legt Eneco een nieuwe warmteleiding van 600 meter lang aan. Jaarlijks levert de installatie dan 583.000 GJ aan warmte aan het stadswarmtenet. Dit is voldoende om circa 20.000 woningen te voorzien van duurzame warmte. Dat is zo’n 15% van de totale warmtevraag van het stadswarmtenet van Utrecht en Nieuwegein. Het warmtepompgebouw zelf gaat ook energie opwekken doordat het wordt voorzien van 177 zonnepanelen die samen jaarlijks 40.000 kWh aan energie opleveren. Dat is vergelijkbaar met het energieverbruik van 13 huishoudens.
Klimaatneutraal
Zowel Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden als Eneco hebben de ambitie klimaatneutraal te worden. Door de nauwe samenwerking van beide partners in het combineren van rioolwaterzuivering met het opwekken van warmte ontstaat een nieuwe duurzame warmtebron. Hiermee investeren zij direct in het verduurzamen van de stadswarmte van gemeente Utrecht en Nieuwegein. Gemeenten die eveneens de ambitie hebben om klimaatneutraal te functioneren.
Els Otterman, dagelijks bestuurder HSDR: “Aquathermie is een duurzame warmtebron met veel potentie, zonder de bezwaren van wind- en zonne-energie. Maar liefst 40% van de woningen en bedrijfsgebouwen in onze regio kunnen we verwarmen met warmte uit afvalwater en oppervlaktewater. De bouw van deze warmtepomp is dan ook een prachtig inspirerend en concreet voorbeeld voor gemeenten, energiebedrijven en andere samenwerkingspartners.”
Cees de Haan, Directeur Asset Development Eneco: “Samen met Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden zetten wij in op het versnellen van de energietransitie. Met de installatie die we nu bouwen, zijn we in staat om aanwezige restwarmte in het rioolwater te benutten voor ons warmtenet in Utrecht en Nieuwegein. Hiermee voorzien we vanaf eind 2023 circa 20.000 huishoudens van duurzame warmte. Een prachtig voorbeeld van een volledig duurzame energievoorziening.”
[pt_view id="f96681enp3"]
- juli 4, 2022
- 156 views
Klantbeleving in bouw- en installatiebranche opnieuw verbeterd
Het lukt de branche bouw- en installatie steeds beter om de klantbeleving te verbeteren. Het aantal enthousiaste klanten (promoters) bedroeg in 2021 19% tegenover 13% in 2020. De NPS (Net Promoter Score) is inmiddels boven de nul: +4. Deze stond op -1 in 2020 en zelfs op -11 in 2019. Wel blijft er nog altijd een grote groep passives (66%) die bouw- en installatiebedrijven (nog) niet actief aanbevelen bij anderen. Maar daar zit beweging in, gezien de stijging van het aantal promoters. Zo blijkt uit het benchmarkrapport ‘Customer Experience binnen de bouw- en installatie 2022’ van onderzoeks- en adviesbureau Integron.
Volgens Kay Sijbrandij, consultant customer experience bij Integron, kan geconstateerd worden dat klanten over het algemeen zeer tevreden zijn over de actieve rol van de accountmanager en de betrouwbare samenwerking. “Ook zien we dat tijdige en transparante informatieverstrekking aan klanten de NPS laten stijgen. Om meer klanten uit de grote groep passives over de streep te trekken naar het promoterschap worden ontzorgen en klantgerichtheid genoemd als concrete verbeterpunten. Kijkend naar de toekomst zijn die volledige ontzorging, maar ook digitalisering dé thema’s die een positief effect zullen hebben op de customer experience als ze de juiste aandacht krijgen. Het is zaak voor de branche om in kaart te brengen wat er bij klanten speelt en zo specifiek als mogelijk de klantbehoefte op te halen. Dan kun je daar beter en vooral gerichter op inspelen.”
Laagste gemiddelde tevredenheid van alle branches: 7,4
Hoewel het de branche bouw en installatie al voor het derde jaar op rij lukt om de NPS te laten stijgen, vertaalt zich dat niet direct naar een hele hoge gemiddelde tevredenheid. Deze is met 7,4 zelfs het laagst van alle branches in Nederland. Vooral het onvoldoende bewaken van de projectplanning en het niet tijdig communiceren over meer- of minderwerk tijdens een project blijven onderwerpen die structureel aandacht verdienen. Sijbrandij: “Opvallend is dat klachtafhandeling al twee jaar achter elkaar een 7,1 scoort. Klanten zijn daar dus niet minder tevreden over. Wel kent ‘storingen’ een daling van 0,3 in de customer journey. Van een 7,7 in 2020 naar een 7,4 in 2021. Capaciteitsproblemen en/of gebrek aan kennis of ervaring zijn hierin leidend als het gaat om de tevredenheid hierover.”
Skills medewerkers medebepalend voor betere customer experience
Voor bouw- en installatiebedrijven is het nodig om te investeren in skills en competenties van medewerkers om de customer experience te verbeteren. De branche zit te springen om technisch geschoolde vakmensen. “Zeker nu de werkzaamheden binnen de sector weer toenemen na alle coronaperikelen is het van groot belang om kennis en skills te verbinden aan de organisatie om de klant optimaal te bedienen”, zegt Sijbrandij. “Bovendien werkt dat twee kanten op. Uit ons rapport Employee experience in Nederland 2022 blijkt dat de eNPS (employee Net Promoter Score) blijft stijgen. Deze was in 2020 -3 en inmiddels is deze gegroeid naar +18. Ruim eenderde van de medewerkers zou de werkgever aanbevelen bij anderen, maar de tevredenheid in relatie tot perspectief en ontwikkeling blijft wat achter. Juist door actiever in te zetten op scholing en development kan de branche medewerkers betrokken en loyaal houden. Dit alles zal een positief effect hebben op de uiteindelijke klantbeleving.”
Over NPS
De NPS (Net Promoter Score) wordt gemeten met een 11-puntsschaal van 0 tot en met 10. Wie een 9 of 10 geeft op de vraag of je een organisatie zou aanbevelen, is een promoter. Bij een 7 of 8 ben je een passive en bij een 0 tot en met 6 een detractor. De NPS is het percentage promoters min het percentage detractors.
[pt_view id="2a6cae4u8h"]
- juni 24, 2022
- 134 views
Voldoen aan Gasketelwet nu mogelijk via CO-keur
CO-keur heeft het InstallQ Procescertificaat NC-6025-003 van Normec Certification ontvangen. Toelatingsonderzoek heeft aangetoond dat de CO-keur app werkt en dat hiermee wordt voldaan aan BRL 6000-25, de certificeringsregeling koolmonoxidepreventie. CO-keur is een initiatief van TIC Services Nederland BV in samenwerking met SKG-IKOB en BRIS.
Vanaf 1 januari 2023 moeten bedrijven die werkzaamheden verrichten aan gasverbrandingsinstallaties voldoen aan de Gasketelwet. Sinds 31 mei jongstleden is een volwaardig gecertificeerd initiatief beschikbaar voor de markt: CO-keur. “Door zich bij ons aan te melden, kunnen alle installatiebedrijven van klein tot groot voldoen aan de eisen van de Gasketelwet”, zegt Olaf van Panhuys, namens het bestuur van TIC Services Nederland. “Hiermee is de complete certificering geregeld, inclusief het opstellen van het kwaliteitssysteem.”
Aantoonbare vakbekwaamheid
Bedrijven die werken met cv-ketels, geisers en gashaarden kunnen met een licentie onder het certificaat van CO-keur werken. Op die manier wordt voldaan aan de Gasketelwet met betrekking tot CO-certificering. CO-keur verstrekt geen certificaten, maar is als koepelorganisatie gecertificeerd voor BRL 6000-25. CO-keur regelt de interne audits en het maken en bijhouden van een kwaliteitshandboek. Er wordt alleen gewerkt met vakmensen. Zo wordt er toegezien op de vakbekwaamheid door het diploma Vakmanschap-CO te controleren via het Centraal Register Techniek. Ook moet er worden aangetoond dat er met goedgekeurde meetapparatuur worden gewerkt.
Met de CO-keur app worden alle verplichte controles vastgelegd en wordt aangetoond dat aan alle vereisten wordt voldaan. CO-keur regelt de rest, zoals de kwaliteitscontroles, rapportages aan de certificerende instelling en indien nodig het bijgevoegd gezag. CO-keur kent geen licentiekosten of vaste jaarkosten. Het invullen van een checklist per project in de app kost een paar euro. Deze kosten zijn geheel inzichtelijk en kunnen via de factuur aan de klant worden doorbelast.
Meer dan 100 aanmeldingen
Sinds CO-keur beschikbaar is gesteld voor de markt zijn er meer dan 100 aanmeldingen binnengekomen. Ondernemers die hun bedrijfscertificering nog niet op orde hebben, worden uitgenodigd om zich aan te melden bij CO-keur. Na aanmelding maakt de deelnemer een online account aan in de CO-keur app, deze wordt bevestigd door de deelnemersovereenkomst te tekenen. Na ondertekening wordt een welkomstpakket met onder andere een handleiding en CO-keur stickers opgestuurd. Alle informatie is te vinden op www.CO-keur.nl.
[pt_view id="34b4271aih"]
- juni 23, 2022
- 139 views
Veel ergernis over onbekwame sollicitanten op technische vacatures
Bijna een derde van de HR-beslissers (31%) ergert zich aan onbekwame sollicitanten die op technische vacatures afkomen. Opvallend, aangezien de meerderheid (63%) van de HR-beslissers vindt dat tijdens sollicitaties meer gelet moet worden op motivatie dan op het voldoen aan alle technische kwalificaties. Dit blijkt uit de TechBarometer 2022 van technisch opleider ROVC, een onderzoek onder ruim 1.000 HR-beslissers in de technische branche, 2.500 technici en 1.000 potentiële zij-instromers.
Driekwart van de HR-beslissers (73%) verwacht de aankomende vijf jaar nog met een groot personeelstekort te maken te hebben. HR-beslissers kampen met meerdere uitdagingen op dit vlak. Op een gedeelde eerste plaats staan het aantrekken en behouden van medewerkers (35%). Gevolgd door het optimaliseren van de motivatie en betrokkenheid van medewerkers (13%).
“Motivatie alleen is niet genoeg”
John Huizing, directeur bij ROVC: “De TechBarometer laat zien dat – ondanks de enorme personeelstekorten – motivatie alleen blijkbaar niet genoeg is voor HR-beslissers om aanstormende technici aan te nemen. Daarmee sluit je een hele groep potentiële zij-instromers uit, die veel passie en interesse meebrengen en juist een grote oplossing voor het technicitekort vormen. In deze tijd van arbeidskrapte kun je niet meer vragen om het schaap met vijf poten. Bovendien is het enorm zonde als de techniek gemotiveerde zij-instromers verliest omdat ze nog niet aan alle kwalificaties voldoen en daardoor niet aangenomen worden. Bij ROVC kijken we daarom liever naar de mogelijkheden die er liggen. Dat is ook wat we werkgevers adviseren, om te focussen op de kennis en vaardigheden die sollicitanten wél al beschikken en om iemand gericht door te laten leren. Door middel van korte, praktijkgerichte scholing is iemand binnen mum van tijd functioneel inzetbaar. Deze manier van ontwikkelen kan de werkdruk binnen organisaties enorm verlichten. Ook is het de moeite waard om te kijken naar kansen om nieuwe groepen te enthousiasmeren voor de techniek.”
“Focus op basisvaardigheden die iemand wél al heeft”
Kees Maas, Adviseur Opleiden & Contractantenbeheer bij Technicum over de ergernissen rondom onbekwame sollicitanten: “Het lijkt haaks op elkaar te staan: enerzijds zij-instromers die een oplossing vormen voor het technicitekort en anderzijds werkgevers die niet willen investeren in deze groep. De frustratie van werkgevers zit met name in de tijd die geïnvesteerd moet worden in de vorm van begeleiding en inwerken. Dit komt doordat het personeelstekort in de techniek de laatste paar jaren alleen maar groter is geworden. Er is steeds meer werk, maar steeds minder personeel. Zeker op kleine teams vraagt het inwerken van zij-instromers dan om een grote investering, die er niet altijd is. Projecten moeten immers ook gewoon doorlopen. Het ligt in de meeste gevallen dus niet aan de wil van werkgevers, maar echt aan de resources. Het is daarom des te belangrijker om te focussen op welke basisvaardigheden iemand wél al heeft en te zorgen dat een zij-instromer voordat hij of zij start met werken in de techniek al technische basisvaardigheden door scholing krijgt zodat deze snel ingezet kunnen worden en bijdragen aan iemands productiviteit. De motivatie van zij-instromers is heel hoog; iemand maakt namelijk bewust de keuze om te gaan werken in de techniek. De vraag is daarom of de noodzaak voldoende gezien wordt voor inwerken op de werkplek. Ziet de manager het belang om een ervaren technici vrij te spelen en in te zetten om een zij-instromer in te werken?”
Van baan wisselen
Naast onbekwame sollicitanten vormt de onderlinge concurrentie op de markt ook een irritatiepunt op personeelsgebied. Eén op de vier HR-beslissers binnen technische organisaties ergert zich hieraan. Een meerderheid van de technici is het afgelopen jaar benaderd door een andere werkgever of recruiter voor een nieuwe baan. Redenen voor technici om van baan te wisselen, hebben allemaal te maken met groei- en ontwikkelmogelijkheden. De meest genoemde reden is persoonlijke ontwikkeling (51%), gevolgd door doorstromen naar een andere of hogere functie (36%) en een gebrek aan uitdaging in de functie (33%). Salaris (30%) staat op een vierde plaats.
Personeel binden
Huizing: “Naast het aantrekken van nieuw personeel, is het natuurlijk ook zaak om huidig personeel te binden. Wie medewerkers wil behouden, moet hun ontwikkeling stimuleren. Zeker met marktontwikkelingen als de energietransitie en industrie 4.0, die weer andere kennis en vaardigheden vereisen. Door te achterhalen welke competenties er in de toekomst nodig zijn, maar ook over welke competenties technici of sollicitanten op dit moment beschikken, kun je iemand zich gericht laten ontwikkelen. Zo kunnen ze ook gemakkelijker doorstromen binnen de organisatie. Houd hierbij rekening met zowel de organisatiedoelstellingen als de wensen en behoeften van technici zelf.”
[pt_view id="8064feeqsg"]
- juni 20, 2022
- 150 views
Nieuwe norm voor rook- en warmteafvoer
NEN en Brandveilig Bouwen Nederland (BBN) hebben samengewerkt aan de nieuwe uitgave van NEN 6093 ‘Brandveiligheid van gebouwen - Beoordelingsmethode van rook- en warmteafvoerinstallaties’. NPR 6095-1 ‘Rookbeheersingssystemen - Deel 1: Richtlijnen voor het ontwerpen en installeren van RWA-installaties en rookbeheersingssystemen in parkeergarages’ is hierbij in NEN 6093 geïntegreerd.
De titel van NEN 6093 is aangepast naar ‘Brandveiligheid van gebouwen - Rook- en warmteafvoersystemen - Systeem-, kwaliteits- en ontwerpeisen. De belangrijkste veranderingen in deze norm zijn:
• De CCV-Interpretatiebesluiten en -Harmonisatieafspraken die betrekking hebben op de vorige editie van deze norm, zijn geïntegreerd.
• Diverse doelstellingen waarvoor een RWA-systeem regulier kan worden ingezet, zijn opgenomen, inclusief bijbehorende ontwerpcriteria.
• Er zijn randvoorwaarden en ontwerpcriteria voor gesprinklerde branden in nevenruimten opgenomen.
• Het toepassingsgebied is verruimd, zoals voor situaties met obstakels in de rookpluim en/of rooklaag en met een plenum in de rooklaag als gevolg van een ‘open’ roosterplafond.
• NPR 6095-1 is geïntegreerd in deze norm en op onderdelen gewijzigd en vormt hiermee het normatief kader. Daarmee komt NPR 6095-1:2012, voor wat betreft RWA-systemen, te vervallen.
• Er is een bepalingsmethode opgenomen voor de warmtestraling vanuit een hete rooklaag.
[pt_view id="b9d5da9dhg"]
- juni 8, 2022
- 139 views
Rotterdamse totaalinstallateur viert 100 jarig bestaan
De Rotterdamse installateur Spindler viert woensdag 8 juni 2022 zijn honderdste verjaardag. Het jubilerende familiebedrijf staat bekend als hoogbouwspecialist uit Rotterdam. Een groot deel van de Rotterdamse skyline sierende torens is in samenwerking met Spindler gebouwd, zoals de Markthal, De Rotterdam, en ook de Kuip in 1936. Spindler heeft alle technische disciplines in huis: van ontwerp en installatie tot en met onderhoud.
100 jaar geleden startte Johannes Hermanus Spindler een loodgietersbedrijf vanuit zijn huis in de Ruilstraat. Hij richt zich op de woningbouw en spitst zich toe op loodgieterswerk en elektra. Al met de start van de wederopbouw is Spindler een bekende speler geworden bij de Rotterdammers en groeit het van tachtig tot ruim tweehonderd medewerkers.
Familiebedrijf
Met kleinzoon Robert Spindler (rechts op de foto onder), komen in de jaren 60 de contouren van het familiebedrijf. Het gaat dan niet meer om de grootste te zijn, maar om de beste te zijn. In 1998 neemt achterkleinzoon Richard als vierde generatie het roer over samen met Marcel Comba. Ze slepen het familiebedrijf zonder ontslagen door de bouwcrisis. Samen nemen ze prestigieuze hoogbouwprojecten voor hun rekening op de Kop van Zuid en grootschalige woningbouw als Boswijk in Ypenburg. Spindler is in 100 jaar uitgegroeid tot een totaalinstallateur met 220 medewerkers.
Vakmanschap
De toekomst van Spindler wordt volgens Richard Spindler gedragen door vakmanschap en de cultuur van het familiebedrijf. “Als familiebedrijf ben je minder geïnteresseerd in korte termijn gewin en kijk je naar de lange termijn. Dat betekent dat we continu investeren in de toekomst. Hoe die eruit komt te zien? Dat weet je nooit exact, maar we zien dat de wereld razendsnel verandert. Daar proberen we natuurlijk zo goed mogelijk op in te spelen. We ontwikkelen bijvoorbeeld een roadmap en implementatieplan voor circulaire inkoop en ondernemerschap”, vertelt Spindler.
Hij vervolgt: ”Technologische ontwikkelingen bieden nieuwe mogelijkheden voor het versnellen van een betere en duurzamere samenleving. Het is de reden dat Spindler veel tijd investeert in het aantrekken en opleiden van een nieuwe generatie vakmensen met nieuwe kennis en vaardigheden. We willen vooroplopen, maar niet ten koste van alles. Als Feyenoorder voel ik mij thuis bij een uitspraak van Willem van Hanegem. Die zei dat ie niet de snelste was…maar nooit te laat. Timing is alles. Zo hou je het meer dan 100 jaar vol.”
Familiecultuur
Richard Spindler: ”Bij Spindler wordt samengewerkt als één grote familie, met belangstelling voor elkaar en elkaars verschillen. We geven veel aandacht aan loopbaanbegeleiding en stimuleren onze medewerkers om opleidingen en cursussen te volgen voor zowel vakinhoudelijke als persoonlijke ontwikkeling. Daarnaast hechten we veel waarde aan plezier en teambuilding. Regelmatig gaan we er samen op uit. Als familiebedrijf zorg je voor elkaar en is het belangrijk dat je plezier hebt. We houden van een grap op zijn tijd. Daar bereik je meer mee, denken wij.”
Krapte op de arbeidsmarkt
“Bij ons leer je echt een vak. De mensen die bij ons werken hebben een passie voor techniek, van oudsher al. Door de krapte op de arbeidsmarkt is een vreemde situatie ontstaan. Er moet veel gebouwd worden, maar er dreigt een tekort aan de vakmensen die het kunnen maken. Wij gaan dan niet bij de pakken neerzitten, hè. We leiden zelf op en duiken zelf de markt in”, zegt Richard Spindler.
Nieuwe banen
“We zijn mede-initiatiefnemer van de Stichting Nieuwe Banen, waarmee we in Rotterdam op zoek gaan naar nieuwe medewerkers, ongeacht afkomst, opleiding of achtergrond. Die leiden we op om bij ons aan de slag te kunnen. Europa heeft hier de EFRO Subsidie aan toegekend. Inmiddels werken er zeven nieuwe medewerkers vanuit Nieuwe Banen bij ons op de bouwerij. Wij geloven dat in iedereen een talent schuilt, maar je moet wel de moeite willen nemen om het te ontdekken en het eruit te willen halen. Er is nog zat potentieel in Rotterdam.”
De 100 van Sander
Sinds 2021 behoort Spindler tot De 100 van Sander en helpt het mee om Rotterdammers die langer dan drie maanden geen werk hebben, aan werk te helpen. Inmiddels heeft Spindler als gevolg hiervan al twee nieuwe medewerkers welkom geheten. Beide worden nu opgeleid tot loodgieter.
Samenwerking onderwijs
Spindler zoekt ook de samenwerking op met basisscholen om kinderen met kleine opdrachtjes enthousiast te maken voor de techniek. En met VMBO-scholen maken we opdrachten van 2 tot 10 dagen werk die ze op kantoor kunnen uitvoeren. Mbo-scholen bieden we plekken voor werkend leren: drie dagen in week op kantoor en 2 dagen naar school.
[pt_view id="6543e8d1mi"]
- juni 7, 2022
- 147 views
Techniek Nederland wil dat minister werk maakt van Gasketelwet
In 2015 bracht de Onderzoeksraad voor Veiligheid een alarmerend rapport uit over koolmonoxide-risico’s bij cv-ketels. Bijna zeven jaar later zijn consumenten en bedrijven nog altijd niet verplicht om een gecertificeerd bedrijf in te schakelen voor werk aan de cv-ketel en andere gasverbrandingstoestellen. Techniek Nederland vindt dat woonminister De Jonge nu de regie moet nemen over de volledige invoering van de Gasketelwet. Voorzitter Doekle Terpstra: “Ondeugdelijke gastoestellen zijn levensgevaarlijk. Er zijn nog ieder jaar slachtoffers te betreuren door CO-vergiftiging. Het kan zo niet langer.”
In een brief vraagt Terpstra de minister om daadkracht te tonen: ‘Op 1 januari 2023 moet de volledige invoering van de Gasketelwet een feit zijn, inclusief handhaving en publieksvoorlichting.’
Duidelijkheid voor installateurs
Techniek Nederland maakt zich al jarenlang sterk voor de invoering van de zogenoemde Gasketelwet. De ‘harde’ invoering van de wet had al jaren geleden moeten plaatsvinden, maar in plaats daarvan geldt nog altijd een overgangsperiode zonder verplichtingen. Ook is er nog altijd geen duidelijkheid over de certificeringsregeling en de certificerende instellingen. Installateurs weten daardoor niet waar ze aan toe zijn. De volledige invoering van de wet is de afgelopen jaren keer op keer uitgesteld en Techniek Nederland vindt het nu hoog tijd dat aan de onzekerheid voor ondernemers een eind komt. De brancheorganisatie maakt zich daarnaast zorgen over de randvoorwaarden voor een succesvolle invoering van de wettelijke certificering.
Publiekscampagne CO-Vrij
Vanaf het begin was het plan dat de invoering van de Gasketelwet zou samenvallen met een meerjarige publiekscampagne over het keurmerk CO-Vrij. Het ministerie van Binnenlandse Zaken heeft inmiddels laten weten dat zo’n campagne er niet komt. Terpstra: “Een overheidscampagne is geen vrijblijvend extraatje. Goede publieksvoorlichting is nodig om mensen bewust te maken van de risico’s én van de nieuwe regels.”
Handhaving ontbreekt
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) ziet handhaving van de verplichtingen in de Gasketelwet niet als een taak die voor de gemeenten prioriteit heeft. Terpstra: “Zonder adequate handhaving heeft wettelijke certificering niet het gewenste effect op de veiligheid. De verschillende overheden moeten daar helder over zijn en er goede afspraken over maken.”
Vrije verkoop cv-ketels
Als het aan Techniek Nederland ligt, legt het ministerie de vrije verkoop van cv-ketels aan banden. Alleen deskundige, wettelijk gecertificeerde bedrijven zouden de mogelijkheid moeten hebben om cv-ketels te kopen. Terpstra: “Als ondeskundige bedrijven of particulieren met cv-ketels aan de slag gaan, brengt dat grote risico’s met zich mee. Een beperking op de verkoop is een extra slot op de deur.”
Rapport Onderzoeksraad voor Veiligheid
Het rapport dat de Onderzoeksraad voor Veiligheid in november 2015 presenteerde, liet een verontrustend beeld zien van het aantal ongelukken met koolmonoxide. Een aanzienlijk deel van die ongelukken is het gevolg van ondeugdelijk geïnstalleerde cv-ketels. De Onderzoeksraad adviseerde invoering van een verplichte, uniforme erkenningsregeling. Het toenmalige kabinet koos uiteindelijk voor een complex wettelijk certificeringsstelsel.
[pt_view id="6543e8d1mi"]
- juni 3, 2022
- 120 views
Nauwelijks nog installateurs om klussen aan te nemen
Tijdens de opening van de VSK vakbeurs kondigde minister Hugo de Jonge aan dat de (hybride) warmtepomp vanaf 2026 de standaard wordt. Offertevergelijker Slimster.nl kreeg vervolgens ruim vijf keer zoveel offerte-aanvragen op een dag te verwerken als normaal. Eigenaar Marco Schuurman vertelde dat er echter nauwelijks installateurs zijn die nog klussen kunnen aannemen: “Op dit moment heeft zeker tachtig procent aangegeven dat zij voor het komende halfjaar of langer vol zitten.” Eén van die installateurs is eenpitter Lino Noya Mahn van Noya Installatietechniek. Ook hij neemt geen aanvragen meer in behandeling voor (hybride) warmtepompen.
“Ik krijg dagelijks ongeveer 5 aanvragen binnen, naast nog eens 20 aanvragen voor airco’s per week”, vertelt Noya Mahn. “Dat is voor mij al praktisch niet meer te doen. Bovendien is de huidige marktsituatie rampzalig. Het duurt minimaal een half jaar voordat ik daadwerkelijk een warmtepomp krijg aangeleverd. De tussentijdse prijsverhogingen zorgen daarnaast voor veel onzekerheid. Als ik hierover in gesprek ga met klanten, nemen ze uiteindelijk liever toch geen risico omdat ze niet weten waar ze aan toe zijn. Je neemt dan veel moeite voor niets als installateur.”
Linkedin-mededeling
Noya Mahn plaatste daarom de volgende mededeling op zijn Linkedin-pagina: ‘Helaas heb ik een keuze moeten maken om tijdelijk geen (hybride) warmtepomp-aanvragen in behandeling te nemen.
Het kost mij ontzettend veel moeite om dit te communiceren richting klanten. Je hebt toch het gevoel altijd iemand teleur te stellen. Aan de andere kant scheelt deze beslissing mij tijd, omdat ik zo enorm veel inspanning kan besparen en hierdoor heel veel lopende klussen en spoedaanvragen wel kan uitvoeren. De hoeveelheid aanvragen die ik dagelijks ontvang en in behandeling probeer te nemen is gewoonweg niet meer te behappen. De warmtepompaanvragen zijn in de afgelopen maanden explosief gestegen, net als de airco aanvragen. Beschikbaarheid van de producten speelt een belangrijke rol in het geheel. We hebben te maken met zeer beperkte leveringen door grondstofproblemen, fabricageachterstanden, met als resultaat (deelleveringen) die de processen en planning van mijn agenda van uitvoering nog meer vertragen. Een warmtepompaanbieding maken is geen aankoop van een broodje bij de bakker. Het is een maatwerkoplossing, het kost meer voorbereiding, uitwerking en daarmee dus ook veel tijd. Ook zijn er steeds prijsverhogingen tussendoor en kunnen groothandels en fabrikanten mij geen prijsvastheid beloven! Waardoor een uitgebrachte offerte ineens duurder wordt en ik als installateur erop wordt aangekeken. Helaas is dit nu al aan de orde en ben ik de Sjaak, want de particulier zegt gewoon: voor dit bedrag heb ik getekend! En terecht. Alleen denkt niet iedereen hier zo over helaas.’
Geen eenvoudige opgave
Een rondgang op de VSK langs verschillende fabrikanten van warmtepompen leerde al dat het tijdig plaatsen van de door Hugo de Jonge gewenste (hybride) warmtepompen geen eenvoudige opgave zal zijn. Alle fabrikanten wezen, net als Noya Mahn, op de lange levertijden vanwege het tekort aan grondstoffen/materialen en transportvertragingen. ‘Een ontbrekend onderdeeltje van slechts 3 euro alleen al kan vertragingen opleveren van ruim een jaar; voorraden zijn er maar in beperkte hoeveelheden. Hoe gaan straks al die noodzakelijke hybride systemen er komen, ook al omdat er onvoldoende ‘handjes’ zijn?’
[pt_view id="2fd367eqsz"]
- juni 1, 2022
- 161 views
‘Kabinet maakt verduurzaming gebouwde omgeving nóg aantrekkelijker’
Techniek Nederland is blij met de plannen die het kabinet vandaag presenteert om de verduurzaming van de gebouwde omgeving te versnellen. Voorzitter Doekle Terpstra: ‘Het kabinet heeft stevige ambities. Die zijn ook nodig om de klimaatdoelstellingen te halen. De technieksector gaat alles op alles zetten om de plannen te realiseren.’
Terpstra: ‘Het kabinet geeft een duidelijke richting aan voor verduurzaming van de gebouwde omgeving. De opgave is groot, maar samen met de overheid en onze ketenpartners zetten we er de schouders onder.’
Verduurzaming nóg aantrekkelijker
Met een mix van normering, beprijzing, financiering, subsidiëring en ondersteuning wil het kabinet de verduurzaming van woningen versnellen. Terpstra: ‘Verduurzamen loont, zeker met de huidige energieprijzen. Met deze maatregelen maakt het kabinet verduurzaming nóg aantrekkelijker.’ Ook de aanpak van utiliteitsgebouwen kan rekenen op instemming van de installateurskoepel.
Natuurlijke momenten voor verduurzaming
Het kabinet wil natuurlijke momenten benutten voor verduurzaming. Denk aan vervanging van de cv-ketel, groot onderhoud en aankoop van een nieuwe woning. Terpstra: ‘Dat is een goede aanpak. Op zulke momenten blijft de overlast voor bewoners beperkt en kunnen installateurs de woning efficiënt aanpakken.’ Verduurzaming krijgt een meer verplichtend karakter. ‘Dat is ook nodig, maar vraagt ook de inzet van het kabinet om draagvlak te behouden.’ Het kabinet wil ook wijken collectief verduurzamen. Techniek Nederland denkt dat de verduurzaming daardoor beter te plannen en te organiseren is.
Technische vakmensen zijn hard nodig
Terpstra benadrukt dat het wel zaak is om snel méér mensen te laten instromen in de techniek. ‘We hebben veel mensen nodig om warmtepompen te plaatsen, zonnepanelen aan te sluiten en warmtenetten te realiseren. Een actieplan voor het technisch beroepsonderwijs is daarom dringend nodig. We willen hierover snel in gesprek met het kabinet. Het tekort aan technische vakmensen hoeft niet de showstopper voor de energietransitie te worden. Maar dan moeten we wél op korte termijn de juiste maatregelen nemen.’
60% CO2-reductie in 2030
Het plan van het kabinet is erop gericht de CO2-uitstoot met 60% terug te dringen in 2030. Dat moet onder meer gebeuren door het programma hybride warmtepompen, het Nationaal Isolatieprogramma, de versnelde aanpak van utiliteitsgebouwen en méér duurzame warmtebronnen en -netten. Ook innovatie en een continue opdrachtenstroom moeten de versnelde verduurzaming mogelijk maken.
