• juni 5, 2019
  • 132 views
Samenwerkende leveranciers garanderen energieprestatie nieuwbouw

Zes merkleveranciers hebben een geïntegreerd systeem ontwikkeld om nieuwbouwwoningen te laten voldoen aan BENG en NOM-eisen. Uitgangspunt was het vinden van een optimum tussen bouwkundig én installatietechnische maatregelen. In het uitgewerkte systeem zijn alle energiezuinige bouwkundige (isolatie en luchtdichting) en installatietechnische (verwarming, koeling en ventilatie) maatregelen op elkaar afgestemd.

Het concept, House Energy Optimum of kortweg HEO genaamd, is geschikt voor de meeste type nieuwbouwwoningen. HEO-woningen ontvangen een energieprestatiegarantie, die (toekomstige) huizenbezitters de zekerheid geeft dat energiebesparende maatregelen juist worden uitgevoerd en deze gegarandeerd leiden tot een energiezuinige woning. De energiebesparende toepassingen worden onafhankelijk getoetst, gemonitord en geborgd.

Deelnemers aan dit initiatief zijn ATAG Verwarming, Duco Ventilation & Sun Control, Jaga, Kingspan Insulation, Kingspan Unidek en Ubbink. Jan Verdonck van mede-initiatiefnemer Jaga over het project: “We zijn hier al meer dan 10 jaar mee bezig. Zo min mogelijk én duurzaam materiaalgebruik en het produceren van oplossingen met een zo hoog mogelijk rendement. De gebruiker staat bij ons centraal als het gaat om een gezond binnenklimaat en het comfortabel wonen. Daarom vinden we het zo belangrijk dat energiezuinig bouwen en wonen toegankelijker wordt. En een initiatief als HEO zorgt hiervoor.”

Het nieuwe initiatief is ontstaan uit de vraag van architecten, ontwikkelaars, corporaties en aannemers.

 

  • juni 5, 2019
  • 114 views
Nieuw Lidl filiaal energieneutraal

Supermarktketen Lidl opent begin september de eerste energie circulaire supermarkt van Nederland: Lidl Zero. Door klimaattechniek, productkoeling, energieopslag en zonnepanelen te koppelen, blijft de energierekening op 0. Het filiaal in Woerden krijgt 1766 zonnepanelen die worden verdeeld op het dak en de carports op het parkeerterrein. De heipalen dienen als warmte/koudeopslag en de restwarmte van de koelingen zorgt voor het gewenste klimaat in de winkel.

“We hebben de ambitie uitgesproken om in 2022 volledig CO2-neutraal te bouwen”, vertelt Marcel Ganzeboom sr. Manager Bouw van Lidl Nederland. Dit filiaal is voor ons een logische, leerzame maar ook spectaculaire stap.” Andy van den Dobbelsteen van TU Delft is nauw betrokken bij Lidl Zero: “In deze supermarkt zijn maatregelen getroffen die het gebouw toekomstbestendig maken met betrekking tot circulariteit. Lidl loopt hierin voorop.”

Eerder al liet de supermarktketen distributiecentra bouwen die tot de duurzaamste van Europa behoren en zijn gecertificeerd met BREAAM Outstanding en Excellent. Deze distributiecentra zijn voorzien van een warmte/koudeopslag, uitsluitend LED en duizenden zonnepanelen. Lidl heeft in totaal inmiddels ruim 72.000 m2 zonnepanelen op haar gebouwen geplaatst. Verder zijn sinds december 2018 alle winkels aardgasvrij en worden nieuwe filialen standaard met energielabel A++++ opgeleverd.

  • juni 4, 2019
  • 124 views
Amerikaans bedrijf neemt Intergas over

Het Amerikaanse Rheem heeft de Nederlandse ketel- en boilerfabrikant Intergas overgenomen. Intergas is in ons land marktleider op het gebied van gasgestookte cv-ketels. Daarnaast heeft het bedrijf snelgroeiende dochterondernemingen in het Verenigd Koninkrijk, Canada en de Verenigde Staten.

Rheem is het enige Noord-Amerikaanse bedrijf dat zowel producten op het gebied van verwarming, koeling, waterverwarming en verwarming van zwembaden en spa's, als verwarmings -en koelingsproducten voor commerciële toepassingen levert. Momenteel is Rheem in Amerika de grootste leverancier op het gebied van waterverwarming. De producten van het bedrijf zijn verkrijgbaar in meer dan 50 landen wereldwijd. Het hoofdkantoor van het bedrijf bevindt zich in Atlanta, Georgia en het portfolio van het bedrijf omvat de merken Rheem®, Raypak®, Ruud®, Eemax®, Richmond®, Splendid®, Solahart® en EverHot™.

Verbreding aanbod
“We zijn heel blij met de toevoeging van Intergas aan onze Global Water Division”, zegt Chris Peel, President en CEO van Paloma Rheem Global, Inc. “Door Intergas toe te voegen aan de merkfamilie van Rheem verbreden we ons aanbod op het gebied van cv-ketels en boilers, en bieden we Rheem de mogelijkheid om de Europese markt op te gaan met concurrerende oplossingen. De bedrijfscultuur van Rheem en Intergas passen goed bij elkaar, beide organisaties zetten zich in voor de ontwikkeling van nieuwe, innovatieve producten waarmee ze op een zinvolle en positieve manier een bijdrage leveren aan een beter milieu.”

Nieuwe markten
Janno de Haas, CEO van Intergas: “We zijn erg enthousiast over het samengaan met Rheem. Rheem begrijpt onze business en hun management is bereid om op de lange termijn te investeren in de groei van Intergas. Samen gaan we de ontwikkeling van innovatieve producten versnellen en nieuwe markten en gebieden betreden.”

Hoofdkantoor blijft in Coevorden
Intergas gaat deel uitmaken van de Global Water Division van Rheem en wordt een volledige dochteronderneming van Paloma Rheem Global, Inc. Het hoofdkantoor van Intergas blijft gevestigd in Coevorden, Intergas zal zijn activiteiten in Europa blijven voortzetten onder de Intergas naam.

“De producten en bedrijfsculturen van Rheem en Intergas passen perfect bij elkaar, en dat gaat ongetwijfeld leiden tot een stimulerende en gedenkwaardige samenwerking”, zegt Rich Bendure, President van de Global Water Division van Rheem. “Samen bieden we een zeer uitgebreid en aantrekkelijk productportfolio met cv-ketels en boilers voor zowel particulier als commercieel gebruik.”

Opgericht in 1925
Rheem is opgericht in 1925 en werkt aan manieren om precies de juiste temperatuur te leveren, waarbij aandacht wordt besteed aan energie- en waterbesparingen voor een duurzame toekomst. Momenteel is Rheem in Amerika de grootste leverancier op het gebied van waterverwarming. De producten van het bedrijf zijn verkrijgbaar in meer dan 50 landen wereldwijd. Het Japanse Paloma Co., Ltd. heeft het merk Rheem in 1988 overgenomen, en tegenwoordig omvat het portfolio van het bedrijf de merken Rheem®, Raypak®, Ruud®, Eemax®, Richmond®, Splendid®, Solahart® en EverHot™, naast commerciële koelproducten zoals Russell®, Witt®, ColdZone® en Kramer®, die onderdeel zijn van de divisie Heat Transfer Products Group (HTPG®).

  • juni 3, 2019
  • 132 views
Onderwijs sluit niet goed aan op technisch bedrijfsleven

Slechte aansluiting van het onderwijs op het bedrijfsleven is de belangrijkste oorzaak voor het tekort aan technici. Hierdoor past het profiel van potentiële werknemers niet bij de uitstaande vacatures. Dit vindt de technische sector zelf, zo blijkt uit recent onderzoek. Andere oorzaken zijn de vergrijzing en het imago van de branche. 

Het tekort aan goede technici is op allerlei niveaus merkbaar. Het grootste gemis aan technici wordt ervaren op mbo-4 niveau (46%). Maar ook op mbo-3- (23%) en hbo-niveau (21%) is er onvoldoende technisch opgeleid personeel. Technische organisaties zijn het hardst op zoek naar mediors met twee tot vijf jaar ervaring. Op dit niveau verwacht bijna de helft (47%) van de technische organisaties een tekort in de komende 5 jaar.

John Huizing, directeur bij ROVC, training- en opleidingsinstituut dat het onderzoek liet uitvoeren: “Dat er te weinig technisch geschoolde medewerkers in Nederland zijn, zorgt ervoor dat bedrijven naar andere opties gaan kijken. Het aandeel buitenlandse technici in Nederlandse bedrijven is bijvoorbeeld nog nooit zo hoog geweest. Een creatieve oplossing, maar het kan ook wat dichter bij huis gezocht worden. Technische bedrijven kunnen werknemers aannemen die op het eerste oog misschien niet aan de gestelde eisen voldoen. Dit omdat ze een andere opleiding hebben genoten of omdat het kennisniveau niet geheel bij de praktijk aansluit. Deze werknemers kunnen bijgeschoold of opgeleid worden. De technische branche krijgt er hierdoor werknemers bij en lost zo het tekort zelf op. Een win-win situatie.”

Aan het onderzoek deden ruim 1200 respondenten uit de technische branche mee. Ze geven in het rapport antwoord op vragen over markt-, HR- en opleidingstrends binnen de techniek. De ROVC TechBarometer is gratis aan te vragen via de volgende link: www.rovc.nl/techbarometer.

  • mei 31, 2019
  • 134 views
“Onderzoek eerst wat certificering de cv-installateur gaat kosten”

De beheerder van kwaliteitsregelingen in de installatiebranche, InstallQ, wil dat er een MKB-toets komt voordat de certificering van werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties een feit is. Hieruit moet blijken of de kosten en de regeldruk door de certificering niet te hoog worden voor met name het MKB en ZZP’ers. De Tweede Kamer heeft op 28 mei 2019 ingestemd met de wettelijke certificering voor verwarmingsbedrijven, die vanaf januari 2021 zal ingaan.

Ed Nijpels, voorzitter InstallQ: “De aanpassing van de Woningwet bevordert de veiligheid van installaties in Nederland en brengt de kwaliteit van de branche op een hoger niveau. Samen met diverse andere organisaties is InstallQ voorstander van een wettelijke regeling voor cv-bedrijven. De keus voor een certificeringsregeling in plaats van een erkenningsregeling brengt echter aanzienlijk extra kosten voor de installateurs met zich mee.”

Capaciteit
“Voor alle werkzaamheden aan gasverbrandingsinstallaties vraagt de markt de inzet van veel bedrijven, waaronder ook MKB-bedrijven en ZZP’ers. Door de kosten van de regeling dreigen deze bedrijven af te haken”, aldus Nijpels. Hij vervolgt dat InstallQ wel op de ontwikkelingen vooruit is gelopen: “InstallQ heeft al een nieuwe certificeringsregeling uitgewerkt. Daarnaast draagt de stichting bij aan het opstellen van de vakbekwaamheidseisen, het invullen van het opleidingstraject en de examens.”

Evaluatie
Op basis van een amendement wordt de wet na drie jaar geëvalueerd. Die evaluatie gaat dan, naast de veiligheid van cv-ketels, over de regeldruk en de kosten voor bedrijven en consumenten. Maar de hoge kosten hebben installatiebedrijven dan al moeten maken, vindt InstallQ. De beheerder heeft er daarom in een eerder stadium van de discussie rond de nieuwe wetgeving op aangedrongen om nadrukkelijker naar de kosten te kijken.

Opleidingen
Mede op initiatief van het onderwijsfonds OTIB is recentelijk een online-zelftoets, een theorietoets en een praktijkexamen ontwikkeld. Deze komen binnenkort beschikbaar. Op basis hiervan kunnen cv-monteurs aan de technische eisen van de nieuwe regeling voldoen. Zo kunnen zij zich goed voorbereiden op de wijziging van de Woningwet, die per januari 2020 van kracht wordt. Voor de wet geldt een overgangstermijn van een jaar.

Bij InstallQ zijn circa 7.300 installatiebedrijven erkend. Daarnaast treedt InstallQ op als schemabeheerder voor certificeringsregelingen. In totaal kent InstallQ rond de 1.000 gecertificeerde bedrijven. InstallQ is in januari 2019 ontstaan uit een fusie tussen KvINL en Sterkin.

  • mei 29, 2019
  • 165 views
Wettelijke certificering cv-bedrijven moet kaf van koren scheiden

Zoals verwacht heeft de Tweede Kamer gisteren ingestemd met de wettelijke certificering voor verwarmingsbedrijven. Vanaf januari 2021 mogen alleen gecertificeerde bedrijven met vakbekwame monteurs nog werkzaamheden verrichten aan cv-ketels, geisers en gashaarden. De wetswijziging gaat januari 2020 in. Tijdens de overgangstermijn van een jaar, die dan begint, helpt Techniek Nederland monteurs om te voldoen aan de nieuwe vakbekwaamheidseisen. Daarvoor zijn binnenkort een online-zelftoets en een theorie- en praktijkexamen beschikbaar. De installatie- en servicebedrijven krijgen ondersteuning van Techniek Nederland bij het certificeringsproces.

Na drie jaar evalueert de overheid wat het effect van de wet is op de veiligheid van cv-ketels, de regeldruk en kosten voor bedrijven en consumenten. De nieuwe regels worden opgenomen in een wijziging van de Woningwet. Later dit jaar volgt de concrete uitwerking in een Algemene Maatregel van Bestuur die wordt aangewezen in het Bouwbesluit. De Eerste Kamer spreekt zich dit najaar nog uit over de wetswijziging.

Belangrijke stap
Techniek Nederland zegt tevreden te zijn met het besluit, omdat het een belangrijke stap is naar minder ongevallen met cv-ketels. In 2015 bleek uit een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat koolmonoxide bij cv-ketels onnodig veel slachtoffers eist. Voorzitter Doekle Terpstra: “Elk jaar is er een aantal ongevallen met cv-ketels te betreuren als gevolg van koolmonoxide. Techniek Nederland heeft in 2015, na de publicatie van het rapport van de Onderzoeksraad, meteen haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen. Wij pleiten al jaren voor een wettelijk verplichte certificering voor cv-bedrijven. We zijn blij dat de Tweede Kamer daar nu mee heeft ingestemd. Ieder slachtoffer is er één te veel.”

Kaf van het koren scheiden
Terpstra: “Vanaf januari 2021 ben je als bedrijf in overtreding wanneer je niet over het vereiste certificaat beschikt en tóch werkzaamheden aan cv-ketels uitvoert. Consumenten kunnen op een website van de overheid vinden welke bedrijven gecertificeerd zijn. Zo scheiden we het kaf van het koren en weet de consument zeker dat hij met een vakbekwame cv-installateur te maken heeft.”

MKB-toets
Voor Techniek Nederland staat veiligheid voorop. Maar tegelijkertijd vindt de brancheorganisatie dat de wettelijke certificering óók haalbaar en betaalbaar moet zijn voor mkb’ers en zzp’ers in de installatiebranche. Terpstra: “Die verzekering hebben we niet gekregen van de minister. Mede op ons aandringen hebben VVD en CDA gevraagd om een MKB-toets. Die moet onafhankelijk vaststellen of de kosten en de regeldruk niet disproportioneel hoog zijn.” De MKB-toets zorgt er naar verwachting wel voor dat de invoering van de wetswijziging enige vertraging oploopt.

  • mei 29, 2019
  • 161 views
Herziene versie ‘ISSO-kleintje Riolering’ verschenen

Er is een herziene versie van ISSO-kleintje Riolering gepubliceerd. Het ‘kleintje’ is gebaseerd op NTR 3216 Riolering van bouwwerken - Richtlijnen voor ontwerp, uitvoering en beheer (2018) en daarmee indirect op NEN 3215. De kennis in het ISSO-kleintje is geschikt voor de installateur en servicemonteur. Hiermee kan deze snel de meest gebruikte richtlijnen voor het ontwerp en de aanleg van riolering terugvinden.

“Het Kleintje Riolering is vooral een handzaam praktisch boekje, met de praktijkrichtlijn NTR 3216 als basis, en vooral bedoeld voor het werk in dagelijkse situaties”, vertelt Irene van Veelen, projectcoördinator bij ISSO. “De NTR legt vrij gedetailleerd uit hoe je riolering zo kunt aanleggen dat een storingsvrije werking mogelijk is. De gewijzigde NEN 3215 was de aanleiding om ook de NTR 3216 en Kleintje Riolering te herzien. De NEN-norm en de NTR worden tegelijkertijd aangepast door dezelfde commissie.”

Vertaalslag naar de praktijk
Babylonische spraakverwarringen zijn geen uitzondering in de wereld van afvalwatertechniek. Verstopte riolering, geluidsoverlast van het toilet van buren, stank. Allemaal problemen waarmee installateurs en opdrachtgevers vaak te maken hebben, maar waar níet altijd een eenduidige norm of richtlijn voor bestaat. De oude NTR 3216, en daarmee dus ook het ISSO-kleintje Riolering, gaf soms net niet genoeg antwoord om op de juiste manier te ontwerpen.

Input van vakmensen
Rob Snoek van De Kraan Installatietechniek: “Neem bijvoorbeeld ontspanningsleidingen: mensen die ze moeten aanbrengen gaan uit van één zin of één tabel die in de NTR stond. Maar als die zin of tabel niet duidelijk is, kunnen er problemen ontstaan.” Rob Snoek was samen met enkele andere installateurs betrokken bij de verschijning van het aanvullingsblad op NEN 3215, de herziene NTR 3216 en het nieuwe Kleintje Riolering. Snoek: “Je kunt niet van iedereen op de werkvloer verwachten dat ze de berekeningen voor een installatie kunnen maken. In de vernieuwde NTR en het Kleintje Riolering is het makkelijker gemaakt om van de meest gangbare zaken op te zoeken hoe je ze ontwerpt.”

Norm als ruggensteun
Ook Nick Post was betrokken bij de nieuwe NTR. Hij is projectleider bij installatiebedrijf Beck & v/d Kroef. Net als Snoek vindt hij het belangrijk dat zaken voor iedereen op de werkvloer te begrijpen zijn. “Een tabel, stuk tekst of een afbeelding moet maar op één manier op te vatten zijn. Vaak krijgen we bij de uitvoering discussies met de opdrachtgever over de installatie van het systeem. Dan moet je als installateur echt met harde bewijzen komen om aantoonbaar te maken dat jouw plan juist is. Een goede, duidelijke norm en regeling is dan ontzettend fijn om te hebben als ruggensteun. Je staat daarmee gewoon sterker in je schoenen.”

Hemelwater bergen
In het nieuwe Kleintje Riolering is ook kennis opgenomen over gebouwriolering en hemelwater. Rob Snoek: “In de toekomst gaan we het steeds meer hebben over de problematiek van korte, heftige buien. Dat geldt ook voor het bergen van water binnen de eigen perceelgrenzen. Wat is je plan als het gaat om de opvang van water? De huidige installaties zijn daar meestal niet goed op toegerust.”

Dit ISSO-kleintje Riolering is de derde herziene versie. Eerdere versies verschenen in 2007 en 2014. Het nieuwe Kleintje is verkrijgbaar via de ISSO-KennisBank.

  • mei 28, 2019
  • 155 views
Nederlandse warmtepompmarkt is hardloper binnen de EU

In de EU zijn zo’n 12 miljoen warmtepompen geïnstalleerd. In Nederland zijn dit er slechts 150.000 maar onze warmtepompmarkt maakt de afgelopen jaren wel een forse groeispurt door. In 2013, 2014 en 2015 gingen er jaarlijks zo’n 6.000 tot 7.000 warmtepompen over de toonbank. In 2016 waren dat er al zo’n 14.000. Sindsdien zit de versnelling er goed in. Het afgelopen kalenderjaar stond de teller op ongeveer 31.000, waarvan 25.000 lucht/water- en 6.000 water/water-warmtepompen. In relatieve zin is de warmtepompverkoop met 45 procent gegroeid. Daarmee is Nederland een hardloper binnen de EU.

Frank Agterberg, voorzitter van de Dutch Heat Pump Association, presenteerde deze cijfers, tijdens het onlangs gehouden Heat Pump Forum 2019 in Brussel. De oorzaak van de groeispurt is volgens hem duidelijk: “De belangrijkste factor binnen dit succesverhaal is de ISDE-subsidie, die de investeringskosten, toch vaak een bottleneck voor verduurzaming van woningen, omlaag hebben gebracht.” Hij beaamde dat een verkoopcijfer van iets meer dan 30.000 warmtepompen nog heel bescheiden is tegenover de jaarlijkse verkoop van 400.000 gasketels, maar is ervan overtuigd dat de groei in verkoop in Nederland zal doorzetten tot uiteindelijk 200.000 warmtepompen per jaar.

Bron: Vakblad Warmtepompen

Foto: EHPA

  • mei 27, 2019
  • 132 views
Grohe brengt voor het eerst 3D-geprinte kranen op de markt

Grohe verkoopt vanaf deze maand twee verschillende kranen gemaakt door 3D-metaaldruk. De sanitairfabrikant luidt met 3D-printing een nieuw tijdperk in voor interieur. De printer doet er enkele dagen over om de kranen te produceren. Grohe komt met de nieuwe technologie tegemoet aan de groeiende behoefte van consumenten op het ontwerpen van keukens en badkamers naar hun eigen individuele smaak.

De eerste 3D-geprinte kranen, Grohe Atrio Icon 3D en Grohe Allure Brilliant Icon 3D, zijn gemaakt van messing. Het ultradunne ontwerp van de Grohe Atrio Icon 3D en het holle interieur in het vertrouwde ontwerp van Grohe Allure Brilliant zorgen ervoor dat de waterstroom eruitziet als een optische illusie.

Michael Seum, Vice President Design bij Grohe: “Bij Grohe geloven we dat iets compleet nieuws een gedurfde visie nodig heeft. Wat wel of niet mogelijk is, wordt een kwestie van perspectief. Met 3D openen we een compleet nieuwe manier van denken over productontwerp in de toekomst. We overwinnen grenzen door met behulp van 3D-metaalprinting producten te maken die op het eerste gezicht onmogelijk lijken. Deze productiemethode biedt de mogelijkheid om kranen in kleine hoeveelheden te ontwerpen volgens de wensen en persoonlijke smaak van onze klanten. Zo stellen we geen grenzen meer aan individuele personalisatie.”

De limited editions van de Grohe Icon 3D en Grohe Allure Brilliant Icon 3D zijn op aanvraag verkrijgbaar. Ook de prijs van deze producten is op aanvraag.

 

  • mei 24, 2019
  • 135 views
Bouwfysica en installatietechniek gaan gezamenlijk kennis ontwikkelen

ISSO en Stichting Kennisbank Bouwfysica (Klimapedia) gaan hun samenwerking versterken. Klimapedia, platform voor Bouwfysicadocenten en -studenten van hogescholen en universiteiten, wordt gekoppeld aan het kennisplatform van ISSO. Dit betekent dat ISSO, kennisinstituut bouw- en installatietechniek, en Klimapedia samenwerken om valide kennis te ontwikkelen en te laten stromen.

De bouwfysicadocenten van de hogescholen en technische universiteiten in Nederland staan achter de intentie om meer samen te werken. Hiermee krijgt de kennisontwikkeling op het gebied van bouwfysica en installatietechniek een boost, denken de initiatiefnemers. Dat is hard nodig om verder te kunnen professionaliseren en valide kennis just in time te kunnen aanbieden in het onderwijs en de bouw- en installatiewereld.

Bouwfysica als schakel
“De bouwfysica, als verbindende schakel tussen bouw en installatie, heeft altijd een belangrijke plaats in onze KennisBank ingenomen. Het is daarom erg mooi dat we deze samenwerking met ons kennisplatform kunnen faciliteren”, zegt Rob van Bergen, directeur van ISSO.

Afgesproken is dat de volgende activiteiten worden ontplooid:

  • Er wordt vanuit dit collectief actief gewerkt aan leermateriaal gebaseerd op bijvoorbeeld leerstofmodulen en leerbundels op Klimapedia en de ISSO-kennis in de KennisBank

(o.a. SBR Referentiedetails, ISSO-publicaties, KennisKaarten).
•             Er wordt naar gestreefd de gezamenlijke kennis ‘Klimapedia-ISSO’ via HOG bouw en ruimte, de 4 universiteiten en SKB-collectief aan te bieden aan alle hogescholen, post-hbo-opleidingen en universiteiten van Nederland.
•             De bedoeling is studenten en andere gebruikers van Klimapedia toegang te geven tot alle kennis in de ISSO-KennisBank.
•             De inhoud van www.klimapedia.nl wordt beheerd via het Kennisplatform van ISSO, maar blijft afzonderlijk benaderbaar.
•             ISSO en Stichting Kennisbank Bouwfysica blijven zelfstandige entiteiten.