• november 25, 2016
  • 129 views
Bouwsector lijkt nu echt goed op stoom te zijn gekomen

rimg0364-jpgdeBouwondernemers hebben er weer volledig vertrouwen in. In het derde kwartaal steeg voor het eerst in een jaar tijd het aantal nieuwbouwwoningen waarvoor een vergunning is afgegeven, zo maakt het Centraal Bureau voor de Statistiek donderdag (CBS) bekend. Er werd voor bijna 14.000 nieuw te bouwen huizen een vergunning afgegeven, ruim 31 procent meer dan een jaar eerder. “De al goed draaiende bouwsector krijgt hiermee een verdere impuls”, aldus het CBS. Ondernemers verwachten dat de omzet in het komende kwartaal verder groeit. Ook denkt een meerderheid dat de personeelssterkte zal toenemen.

De omzet in de bouwsector is in het derde kwartaal met 8,6 procent gestegen. Het is het achtste kwartaal op rij dat de omzet binnen de sector stijgt. Kleine bedrijven, met maximaal tien werknemers, presteerden het best met een omzetstijging van ruim 15 procent ten opzichte van dezelfde periode een jaar eerder. Bij middelgrote bedrijven, met tien tot honderd werkzame personen, nam de omzet gemiddeld met 10,9 procent toe en bij grote bedrijven bedroeg de groei 2,9 procent. Bij de laatste categorie kwam de omzetstijging een kwartaal eerder nog uit op 5,6 procent.

Ook branchevereniging Uneto-VNI ziet de toekomst voor de sector rooskleurig tegemoet. Persvoorlichter Dick Reijman reageert op de laatste CBS-cijfers: “De installatiemarkt zit na lange tijd weer in de lift. Er worden meer huizen gebouwd, het consumentenvertrouwen groeit met de dag, bedrijfs- en overheidsinvesteringen nemen toe. Bovendien neemt het aandeel installatietechniek in de totale bouwsom (de installatiequote) verder toe. Vooral de vooruitzichten voor de woningbouwgerelateerde installatiebedrijven zien er rooskleurig uit. De investeringen in badkamerrenovaties en energiebesparende maatregelen nemen toe. De branche profiteert van trends als energiebesparing en duurzaamheid, vergrijzing, Internet of Things en beveiliging. De utiliteitsmarkt profiteert ook. Hier gaat het vooral om toename van grootschalige energiebesparende kantoorrenovaties. Daarnaast zien we de ontwikkeling naar smart buildings en een toenemend belang van beheer en onderhoud om de total cost of ownership omlaag te brengen.”

Het aantal faillissementen in de bouwsector als geheel daalde opnieuw licht en kwam uit op 133, het laagste aantal in jaren.

 

  • november 17, 2016
  • 126 views
Ondernemers in de bouwsector zijn het meest positief gestemd

bijenkorf02_dsc9909De ondernemers in ons land zijn aan het begin van het vierde kwartaal onverminderd positief gestemd. Het ondernemersvertrouwen, de stemmingsindicator van ondernemend Nederland, kwam uit op 9,2. Daarmee ligt de indicator niet alleen 1,3 punt hoger dan in het derde kwartaal, maar ook ruimschoots boven het gemiddelde sinds de start van de metingen in 2008. Dat melden CBS, de Kamer van Koophandel, EIB, MKB-Nederland en VNO-NCW. De meting heeft plaatsgevonden in oktober. In nagenoeg alle sectoren zijn de ondernemers gunstig gestemd. Onder de ondernemers in de bouwsector is het vertrouwen het grootst. Daar steeg de indicator van 16,6 in het derde kwartaal naar 28,7.

Ondernemend Nederland verwacht voor 2017 meer omzet, hogere investeringen en uitbreiding van de werkgelegenheid. Per saldo verwacht bijna 30 procent van de Nederlandse ondernemers volgend jaar meer omzet te behalen dan in 2016. Ook de verwachtingen voor de buitenlandse omzet zijn gunstig.

Ook over de ontwikkeling in de bedrijfsvoering zijn ondernemers positief. Per saldo verwacht 11 procent van hen dat zij hun personeelsbestand in 2017 zullen vergroten. In de bouwsector zijn per saldo de meeste ondernemers die aan uitbreiding denken: 29 procent.

In 2017 nemen de investeringsuitgaven volgens per saldo 8 procent van de ondernemers toe ten opzichte van 2016. In de sector verhuur van en handel in onroerend goed is de groep met positieve investeringsvoornemens het grootst met per saldo 18 procent. Ook in de bouw is het aantal ondernemers dat een toename van de investeringen verwacht per saldo groter dan gemiddeld.

[related_post themes=”text”]

  • november 2, 2016
  • 127 views
Faalkosten: waar lekt het in de installatiesector?

faalkosten_3_faalkosten_de_bouwwereld_uit_www_sbr_nlHet gaat elk jaar beter met de installatiesector en de branche is positief over de toekomst. Dit is te zien in de conjunctuur van het 3e kwartaal 2016 van de installatiebranche, opgesteld door Uneto-VNI. Zo blijkt dat 30% van de ondervraagde leden een winst van meer dan 5% verwacht vergeleken met het vorige kwartaal. Maar uit onderzoek van BouwKennis blijkt dat tot wel 11,5% van de omzet nog steeds verloren gaat aan faalkosten. Waar zit de financiële lekkage?

De Uneto-VNI-leden genereerden in 2014 een omzet van bijna 13 miljard euro. Volgens de cijfers van BouwKennis kampt de installatiesector dus met grofweg een miljard euro aan faalkosten. Deze kosten ontstaan door praktisch onzichtbare fouten op organisatorisch gebied. Mede dankzij Uneto-VNI innoveert de sector door de inzet van nieuwe standaarden zoals het Europees Technisch Informatie Model (ETIM) en de Uniforme Objecten Bibliotheek (UOB). Deze standaarden leveren een bijdrage aan een betere communicatie tussen bedrijven in de bouw en installatie.

Hiermee is de sector er nog niet: 51% van de installateurs meldt in het onderzoek van BouwKennis dat een slechte werkvoorbereiding of fouten in de planning veel faalkosten veroorzaken. Die fouten ontstaan in een complexe omgeving waar medewerkers verspreid over verschillende locaties werken en verantwoordelijk zijn voor hun eigen administratie. Het lekt op meerdere plekken kleine bedragen die opgeteld de installatiesector veel geld kosten. Als de installatiesector deze vermijdbare problemen wil oplossen moet er worden geïnvesteerd in bewustzijn en innovatie op de werkvloer. Communicatie, transparantie en structuur in bedrijfsprocessen zijn de sleutels om de installatiesector naar structureel lagere faalkosten te brengen.

Goed nieuws. Er zijn al installatiebedrijven die de innovatieslag maken. Neem bijvoorbeeld GUTS dat in samenwerking met ITMobile al flink aan de weg timmert. Dankzij real time, volledig automatisch vastgelegde data over de uitvoering van het werk wordt tijdig inzichtelijk waar ingegrepen moet worden. De gehele administratieve afhandeling als verloning, nacalculatie en facturatie wordt eenvoudiger. De betrouwbaarheid van de basisgegevens gecombineerd met slimme applicatiesoftware en integratie met de ERP-omgeving maakt dit mogelijk.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 31, 2016
  • 121 views
Aantal vergunningen voor nieuwbouw dit jaar lager dan in 2015

nieuwbouwHet aantal verstrekte bouwvergunningen voor nieuwbouwwoningen in 2016 blijft sterk achter bij de verwachting. Ondertussen neemt de vraag naar nieuwe huizen verder toe. Vooral in de Amsterdamse en Utrechtse regio neemt de marktdruk toe en komen prijzen onder druk te staan. Dit blijkt uit de derde kwartaalrapportage Sprekende Cijfers Woningmarkten 2016 van Dynamis Makelaars, Vastgoedconsultants en Taxateurs. Op basis van het aantal afgegeven bouwvergunningen blijkt dat het aantal vergunningen voor nieuwbouw in 2016 lager uitkomt dan in 2015, terwijl een doorgroei naar circa 80.000 vergunningen aan het begin van het jaar nog werd verwacht en ook door de markt wordt gevraagd, aldus de makelaarsorganisatie.

In 2015 zijn in Nederland ongeveer 57.000 bouwvergunningen afgegeven. Op het jaarcongres van het EIB (Economische Instituut voor de Bouw) werd begin dit jaar nog te verwachting uitgesproken dat dit aantal in 2016 met ruim 20.000 bouwvergunningen zou worden overtroffen, tegemoetkomend aan de exploderende marktvraag. Maar in de eerste helft van dit jaar bleef het aantal afgegeven bouwvergunningen juist zwaar achter bij het jaar ervoor. Kwartaal 3 laat een kleine inhaalslag zien, maar die is waarschijnlijk niet voldoende om het aantal afgegeven bouwvergunningen van vorig jaar te evenaren.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 18, 2016
  • 126 views
FNV ontevreden over cao-besprekingen bij technische groothandels

unnamedWerknemers uit de technische groothandel houden momenteel een flyeractie om hun collega’s te informeren over de volgens vakbond FNV ‘sigaar uit eigen doos’ die de werkgevers hun voorhouden bij de cao-besprekingen. Het loonbod van 2,35% wordt volgens de vakbond gefinancierd door een verslechtering van de werktijden en een bezuiniging op de toeslagen. Ook tekent FNV bezwaar aan tegen de toekenning van de verhoging in kleine stapjes en de hieraan verbonden voorwaarden. De actie vindt plaats bij diverse groothandels in het land.

Mariëtte Patijn, arbeidsvoorwaardencoördinator FNV, die zelf aanwezig is bij het hoofdkantoor van de Technische Unie in Amstelveen: “Sectorbreed verbeteren de bedrijfsresultaten omdat de bouw bijvoorbeeld weer aantrekt. Dus in plaats van te beknibbelen op de cao zouden de werkgevers juist moeten investeren in de werknemers. Meer echte banen en een fatsoenlijke loonsverhoging bieden de werknemers meer zekerheid en koopkracht. En dat komt ook de branche ten goede.”

In mei bereikten de cao-onderhandelingen tussen FNV Handel en de werkgeversorganisatie WTG een patstelling. De werkgevers hebben hun loonbod inmiddels wel verhoogd naar 2,35% in 1,5 jaar maar de FNV is het niet eens met de voorwaarden die hieraan zijn verbonden. Volgens Lettie Kleijer van de vakbond zijn dit “verslechteringen die ten koste gaan van het inkomen bij het werken in bijzondere roosters én dus ten koste gaan van de zeggenschap over privétijd van mensen.”

Met de flyeractie willen de FNV-leden hun collega’s er bewust van maken dat de werkgevers de voorgestelde loonsverhoging uit eigen zak betalen. De cao Technische Groothandel geldt voor circa 45.000 werknemers die werken bij 2.700 bedrijven.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 11, 2016
  • 123 views
Gezamenlijke industrie-, bouw- en installatiesector pleit voor centrale gebouwendatabase

Air conditioning repairman working on a compressor and giving a thumbsup.
Air conditioning repairman working on a compressor and giving a thumbsup.

Meer veiligheid voor medewerkers, eenvoudiger handhaven, veel minder kosten en veel meer energiebesparing. Dat zijn enkele van de voordelen van een centrale gebouwendatabase waarvoor de gezamenlijke industrie-, bouw- en installatiesector, FME, Bouwend Nederland en Uneto-VNI pleiten bij minister Blok van Wonen en Rijksdienst. In de door de overheid beheerde database moeten alle wettelijk verplichte keuringen, controles, inspecties en registraties in één keer inzichtelijk worden gemaakt. Daarmee moet een einde komen aan de gebrekkige naleving en handhaving van wettelijke regels. Volgens het rapport NMC Bouw innovatie van bureau Deerns uit 2012 levert efficiënter handelen een kostenbesparing voor de handhaving op van EUR 286 miljoen op jaarbasis.

Voor bestaande gebouwen in Nederland geldt een groot aantal wettelijk verplichte, periodieke keuringen. Die keuringen worden vanuit verschillende beleidsterreinen uitgevoerd: veiligheid, gezondheid, milieu en energie. De verantwoordelijkheid ligt bij vier ministeries en bij de uitvoering is een waaier van instanties betrokken, zoals Rijkswaterstaat, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland, diverse inspecties en regionale en lokale handhavingsdiensten. “Als we dat efficiënter inrichten, worden bedrijven verlost van veel bureaucratie en ontstaat er direct een forse verlaging van de administratieve lasten”, aldus Ineke Dezentjé Hamming, voorzitter van FME.

Binnen de ‘Uitvoeringsagenda innovatie in de bouw’, die momenteel wordt uitgewerkt staat de gebouwendatabase wel geagendeerd, maar het gaat volgens de sectoren te langzaam. “Snelle en duidelijke politieke actie is noodzaak”, aldus Maxime Verhagen, voorzitter van Bouwend Nederland. “Van onderlinge afstemming is geen sprake en controles vallen regelmatig tussen wal en schip. Omdat inzicht in naleving en resultaten ontbreekt, kan er niet correct gerapporteerd worden als het gaat om de doelstellingen van het Energieakkoord.”

In een brief aan minister Blok noemen de sectoren een voorbeeld uit de dagelijkse praktijk. Grote gasketels moeten wettelijk periodiek worden geïnspecteerd op emissie, energieprestaties en veilig functioneren. “Daar zijn drie aparte regelingen, drie aparte keuringsregimes en vier verschillende instanties bij betrokken”, aldus Titia Siertsema, voorzitter van Uneto-VNI. “Wettelijke handhaving is ook noodzakelijk vanwege de veiligheid, want jaarlijks vallen bijvoorbeeld vijf à tien dodelijke slachtoffers en enkele honderden gewonden door blootstelling aan een verhoogde concentratie koolmonoxide.”

De invoering van de gebouwendatabase zal ook leiden tot een kwaliteitsverbetering in de installatiesector, omdat deze alleen toegankelijk is voor uitvoerende partijen met een aantoonbaar kwaliteitsniveau. De sectoren roepen de betrokken ministeries en uitvoerende instanties op om met de sectoren een aanvang te maken met de opzet van de centrale gebouwendatabase.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 7, 2016
  • 146 views
Installatiebedrijven moeten kritisch kijken naar hun huidige businessmodel

panel_trends_en_scenarioVijf hoogleraren geven in de publicatie ‘Richting toekomst’ van OTIB hun visie op de gevolgen van de snel veranderende technologische ontwikkelingen voor de toekomst van technische installatiebedrijven. Dit doen zij op het gebied van Duurzaam ondernemen, Smart industry, Slim bouwen, The Internet of Things en Systeeminnovatie. Op basis van trends binnen hun eigen vakgebieden zien de hoogleraren nieuwe kansen voor installatiebedrijven. Maar dan wel voor installatiebedrijven die gericht met hun toekomst aan de slag gaan.

Eén van de kernactiviteiten van OTIB, opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch InstallatieBedrijf, is het duiden van de voor de branche relevante trends en ontwikkelingen. En bovenal van de gevolgen van deze trends voor de benodigde competenties van werknemers en bedrijven. Daarom doet OTIB onderzoek naar de rol die installatiebedrijven in de huidige en toekomstige samenleving kunnen spelen.

In ‘Richting toekomst’ typeren vijf hoogleraren de toekomstige rollen van installatiebedrijven als Integrator, Creator, Assembler en Operator/Provider. Alle vijf zijn ze het erover eens dat installatiebedrijven zich bewust moeten zijn van de toegevoegde waarde van hun rol en daarbij kritisch moeten kijken naar hun huidige businessmodel. Onder deze voorwaarden kan de branche zich volgens de hoogleraren positioneren als dé samenwerkingspartner van alle partijen in de diverse ketens.

Kennis blijft volgens de hoogleraren de cruciale factor voor succes. Maar werknemers en werkgevers in de technische installatiebranche dienen daarnaast ook over andere competenties te beschikken. Zo moeten zij initiatiefrijk kunnen samenwerken, in systemen kunnen denken en hun deskundigheid weten uit te leggen aan de klant. Ook moeten zij oog hebben voor duurzaamheid en voor duurzaam ondernemen en moeten zij zich (meer) richten op slim werken.

Evenals de hoogleraren ziet OTIB kansen voor de toekomst van de installatiebranche. Met de mooiste kansen voor bedrijven die geïnspireerd en welbewust inspelen op een wereld in beweging: van veranderingen van de technologie en de samenleving tot veranderingen van de klantvraag en van het eigen bedrijf.

Met de opkomst van internet is de wereld ‘smart’ geworden. Mensen en bedrijven beschikken 24/7 over informatie, vormen netwerken en bedenken en produceren elke dag nieuwe oplossingen. Ook op het gebied van duurzaamheid, energiebesparing, mobiliteit, zorg en industrie. Juist op deze terreinen kunnen installatiebedrijven een belangrijke rol spelen, legt OTIB uit. Mits zij goed weten in te spelen op de voor hen relevante trends.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 4, 2016
  • 118 views
‘Omzet installatiebranche blijft licht groeien’

plumber-workingDe omzet in de installatiebranche zal zich met een geschatte groei van 2% dit jaar verder herstellen, meldt de Rabobank in haar sectorprognose. Er is sprake van een lichte groei voor met name de elektrotechnische installateurs en een stabilisatie voor de werktuigbouwkundige installateurs. Dit is vooral te danken aan de zowel de nieuwbouw- als renovatie-activiteiten in de woningbouw. Positief is de door de installateurs zelf (Uneto VNI) gesignaleerde stabilisatie en het lichte herstel van het prijsniveau. De werkgelegenheid herstelt zich, het aantal arbeidsplaatsen groeit licht waarbij ‘the battle for talent’, wegens schaarste aan jong opgeleide technici een nieuwe concurrentiestrijd kan betekenen.

Na een periode van forse krimp (ongeveer 35% vanaf 2009) zag de installatiebranche in 2015 een beperkte omzetgroei, die zich in 2016 verder herstelt. Renovatie en onderhoud lijken zich licht te herstellen (+ 1,5%), met name in de utiliteitsnieuwbouw en door de groeiende investeringen in verduurzaming van bestaande woningen. Voor het behalen van duurzaamheidsdoelstellingen is vooral de elektrotechnische installatietechniek nodig. De nieuwbouw van woningen laat een duidelijk en aanhoudend herstel zien en de pijplijn wordt weer gevuld met projecten. Ook voor de deelsectoren energie, duurzaamheid en domotica liggen er groeikansen.

Installateurs kunnen hun brutomarge verbeteren door zich als systemintegrator (totaalaanbieder) in de markt te zetten. Ze zijn dan inzetbaar van advies en ontwerp tot beheer en langdurig onderhoud. Verder zijn er nieuwe businessmodellen mogelijk voor installateurs, door gebruiksgemak aan de gebruiker van het vastgoed aan te bieden. Hierbij wordt een aanvankelijke investering vooraf vervangen door een gebruiksvergoeding per vast te stellen afrekeneenheid (tijd, energie, licht). Tegenover de rol van system integrator staat die van capaciteitsleverancier, waarbij de ondernemer zich vooral moet onderscheiden op prijs en efficiency in de uitvoering. De strategische keuze voor system integrator heeft wel gevolgen voor de interne bedrijfsprocessen. Denk aan een andere personele bezetting (inzet op state of art knowhow en per saldo hogere opleidingsniveaus) en het aanleren van andere technieken. Wel kan de implementatie van BIM en LEAN leiden tot kostenbesparingen, inclusief verlaging van de nog vaak onderschatte faalkosten. De prognose van de Rabobank voor de langere termijn is daarom gematigd positief.

Door uitval van concurrerend aanbod en stijgende vraag uit de markt herstellen de marktprijzen zich traag. Onder de kostprijs aanbieden gebeurt steeds minder. Groot aandachtspunt in deze markt is het volume-effect van de omzet op de dekking van de Algemene Kosten-toeslag. Calculeren in een stijgende markt vraagt om ondernemen: verantwoord risico’s nemen met verstand van zaken en met een gezonde, slanke en flexibele organisatie. De voortschrijdende technologische ontwikkelingen creëren nieuwe marktkansen door een nieuwe vraag. Maar er ontstaan ook risico’s door nieuwe markttoetreders: concurrentie van buiten de branche die mogelijk (zeer) verstrekkende gevolgen heeft voor bestaande marktpartijen en marktverhoudingen. Ondernemen in deze van oudsher wat conservatieve en arbeids- en kennisintensieve sector vraagt in de nieuwe markt om andere kwaliteiten, aldus de Rabobank.

 

new-buildDe bouwsector in zijn algemeenheid heeft de opgaande lijn ook weer te pakken, meldt de Rabobank. Vooral de (nieuwbouw-)woningmarkt trekt aan. Het aantal faillissementen daalt dit jaar fors maar omdat veel bedrijven door hun financiële reserves heen zijn, laat de prijsvorming nog steeds te wensen over. De concurrentie is onverminderd groot en in de aanbestedingsmarkt wordt op het scherpst van de snede ingeschreven. Voor 2016 en 2017 verwacht de Rabobank verdere groei met respectievelijk 4% en 3,5% voor de hele bouwsector, opnieuw met de woningmarkt als vaandeldrager. Het blijft kwakkelen in de utiliteitsmarkt. Uitgezonderd enkele grote steden is met name de kantorenleegstand nog steeds een storende factor. Ook in de retail en het onderwijs zal nieuwbouw voorlopig geen groei geven. De aantrekkende economie stimuleert voorlopig vooral de vraag naar bedrijfsruimtes zoals logistiek vastgoed.

In de bouwsector is een aantal items hot, namelijk ketensamenwerking, transformatie, creatie van toekomstbesteding vastgoed en duurzaamheid. Unaniem is de sector het erover eens dat de schakels in de keten ‘gedwongen’ zullen worden samen te werken teneinde consumenten/bedrijven nieuwe producten en productiemethoden te bieden. Vele initiatieven zijn al jaren bekend, maar lijken omarmd te gaan worden in een streven naar klantgerichte huisvestingsvormen. Een deel van deze initiatieven omvat transformatie van langjarig leegstaande panden (veelal kantoren) naar (studenten)woonruimte, zorgwoningen en themacentra. Vooral beleggers zullen nadrukkelijker gaan inzetten op toekomstbestendig vastgoed, ofwel naar hergebruiksmogelijkheden in het belang van waardebehoud. Alle initiatieven hebben hierbij één zaak gemeen: duurzaamheid is geen onderscheidend kenmerk meer, maar een basisvoorwaarde.

[related_post themes=”text”]

  • september 30, 2016
  • 111 views
Orderportefeuille bouw licht gestegen

nieuwbouw2De totale werkvoorraad in de bouw is in augustus met één tiende maand toegenomen tot 8,2 maanden. Deze stijging deed zich zowel bij de burgerlijke en utiliteitsbouw, als bij de grond-, water- en wegenbouw voor. De totale orderportefeuille in de burgerlijke en utiliteitsbouw steeg met een tiende maand tot 9,0 maanden. Na een daling in juni nam de werkvoorraad in de woningbouw in augustus met drie tiende maand toe tot 9,2 maanden. De orderportefeuille van de utiliteitsbouw is in augustus met één tiende maand afgenomen tot 8,8 maanden.

Van de bouwbedrijven geeft in augustus een kwart aan stagnatie in onderhanden werk te ondervinden. Eén op de zeven ondervindt stagnatie als gevolg van onvoldoende orders. Twee derde van de bedrijven beoordeelt hun huidige orderpositie als normaal, terwijl bijna twee op de tien bedrijven deze als groot beoordeelt.

Ongeveer driekwart van de bedrijven verwacht geen verandering van de personeelsbezetting. Slechts 2 op de 100 bedrijven verwacht een lagere personeelsbezetting.

Meer dan een kwart van de bedrijven verwacht een toename van de prijzen. Vrijwel geen bedrijf verwachten een afname van de prijzen. Dit blijkt uit de conjunctuurmeting in de bouwnijverheid van augustus 2016 van het Economisch Instituut voor de Bouw. Deze meting wordt uitgevoerd in opdracht van de Europese Commissie. Aan de conjunctuurmeting verlenen ruim 400 hoofdaannemingsbedrijven met meer dan tien personeelsleden hun medewerking.

[related_post themes=”text”]

  • september 29, 2016
  • 128 views
Positieve stemming onder mkb-ers in de technische branche

ac-installation-reddeer1Het Nederlandse midden- en kleinbedrijf in de technische branche kan met een positief gevoel terugkijken op 2015. Een meerderheid (54%) van de ondernemers heeft een omzetstijging gerealiseerd. Voor 21 procent bleef de omzet stabiel en 18 procent zag een afname. Deze gegevens blijken uit de jaarlijkse MKB Marktmonitor van Unique in samenwerking met onderzoeksbureau Motivaction onder 1.559 MKB’ers. Voor 2016 verwacht 60 procent van de ondernemers een stijging in de omzet. Bijna een kwart (24%) voorziet stabiliteit en 11 procent verwacht een afname in omzetgroei voor het aankomende kalenderjaar.

Loes Dingemans, algemeen directeur van Unique over de onderzoeksresultaten: “De boodschap dat het weer goed gaat met de Nederlandse economie is er een die we de laatste tijd vaak in het nieuws zien. Gelukkig geldt die positieve toon ook voor de techniek. Het vasthouden van deze positieve lijn is dan ook een van de belangrijkste uitdagingen voor de toekomst. Wat hierbij absoluut niet mag ontbreken is aandacht voor het personeel, het meest waardevolle kapitaal van iedere onderneming. Door te inspireren, faciliteren en stimuleren creëer je bevlogen mensen. En juist zij maken het verschil. Dat zal zonder twijfel terug te zien zijn in de cijfers.”

Het onderzoek van Unique Nederland en Motivaction Research & Strategy richtte zich op bedrijven met maximaal 500 medewerkers. In deze achtste editie van de MKB Marktmonitor zijn Unique en Motivaction, naast de bedrijfseconomische ontwikkelingen, ingegaan op de personele ontwikkelingen, innovaties en duurzame inzetbaarheid in het MKB. Tussen mei en juli van 2016 namen medewerkers van Unique en Technicum persoonlijke of digitale interviews af bij 1.559 ondernemers.

[related_post themes=”text”]