• september 19, 2016
  • 232 views
Uneto-VNI en Bouwend Nederland willen ketenbrede standaard

shutterstock_94649461-660x375Erik van Engelen, directeur van Uneto-VNI, en Fries Heinis, directeur van Bouwend Nederland, onderkennen het belang van een goede samenwerking in de keten. Op de website van Uneto-VNI leggen ze gezamenlijk uit dat tussen installateurs en bouwers al steeds meer wordt samengewerkt. “Onze grote uitdaging is nu digitalisering en BIM. Daar kunnen we belangrijke stappen zetten die een enorme sprong voorwaarts betekenen.”

“De tijd dat de installateur halverwege het bouwproces werd ingehuurd om wat techniek binnen te brengen, is voorbij”, legt van Engelen uit. “Het concept van hoofd- en onderaannemer heeft zijn langste tijd gehad. Alleen als bouwers en installateurs samenwerken als volwaardige partners leveren ze gebouwen en woningen af die in kwaliteit, efficiency en duurzaamheid beantwoorden aan de eisen van de gebruiker. Daarom is ketensamenwerking op alle niveaus zo’n belangrijk thema. Je moet dan kijken naar het belang van de keten als geheel, maar ook naar het belang van de verschillende ketenpartners. Soms heb je sectorspecifieke belangen. Er zijn grenzen aan de samenwerking.”

Heinis is het hiermee eens. “Het zou ondenkbaar zijn dat we elkaar niet spreken, maar soms moeten we ook uitspreken dat je er niet samen uitkomt. De belangen zijn soms nu eenmaal anders. Maar kijk naar het nieuwe digitaliseringsproject dat we nu gezamenlijk gaan opstarten. Daar hebben we allemaal enorm belang bij. De hele bouwketen wordt hierdoor naar een hoger plan getild. Niet dat het nu allemaal slecht is, maar er valt op ICT-gebied nog heel veel te winnen. Met meer efficiency en kleinere foutkansen als gevolg.’

Beide heren leggen uit dat het de bedoeling is om een ketenbrede standaard te ontwikkelen, zodat alle systemen met elkaar kunnen communiceren. Eén groot digitaal stelsel van Installatie en Bouw waarmee de verschillende data in de keten snel uitgewisseld kunnen worden. Ongeacht of je bij een groot concern werkt of bij een klein bedrijf.’

Heinis hierover: “We gaan ook objectbibliotheken toevoegen. Want daarin zit de meerwaarde van het samenwerken van Bouwend Nederland en Uneto-VNI, namelijk het collectief dat we samen achter ons hebben staan. We moeten ook met opdrachtgevers gaan praten hierover, want je wilt straks geen Betamax tegen VHS-strijd. Het doel is één systeem, waar opdrachtgevers, opdrachtnemers, bouw, installatie en toeleveranciers samen mee werken. Daar hebben de ondernemers én de gebruikers enorm veel baat bij.”

[related_post themes=”text”]

  • september 19, 2016
  • 134 views
Mogelijk illegale belastingafspraken Engie met Luxemburgse belastingdienst

zuil-engieDe Europese Commissie onderzoekt mogelijk illegale belastingafspraken van de Luxemburgse belastingdienst met het Franse internationale energiebedrijf Engie, het voormalige GDF Suez. Dit meldt Nu.nl op haar website. De Deense commissaris Margrethe Vestager (Mededinging) vindt het zorgelijk dat het energiebedrijf sinds 2008 dankzij speciale afspraken voordelen heeft genoten die andere bedrijven niet hadden. Dat is in strijd met de EU-regels. Vier dochterbedrijven van Suez konden onderling lenen op gunstige voorwaarden.
‘Een significant aandeel’ van winsten werd niet belast, waardoor de transacties zowel als schuld als eigen vermogen werden beschouwd. De Luxemburgse regering ontkent overigens een voorkeursbehandeling voor Engie en belooft volledige medewerking.

[related_post themes=”text”]

  • september 5, 2016
  • 134 views
Bijna helft van installateurs verwacht verdere verbetering van de prijzen

348sUit de conjunctuurenquête van Uneto-VNI over het derde kwartaal blijkt dat vooral de woning- en utiliteitsbouw en industrie profiteren van de verbetering van het consumentenvertrouwen, het snelle herstel van de huizenmarkt en toenemende bedrijfsinvesteringen. Bijna de helft van de installateurs verwacht een verdere verbetering van de prijzen. De conjunctuurenquête van Uneto-VNI vindt elke drie maanden plaats onder een steekproef van bedrijven met meer dan 25 werknemers, actief in de marktsegmenten woningbouw, utiliteitsbouw, infrastructuur en industrie. De enquêtes wijzen nu al ruim twee jaar uit dat ondernemers in de installatiebranche elk kwartaal meer vertrouwen krijgen in de marktontwikkeling.

Ook andere bedrijfseconomische indicatoren, zoals omzet- en resultaatverwachting, offerte-aanvragen en het scoringspercentage op offertes nemen toe. De orderportefeuilles verbeteren ten opzichte van het tweede kwartaal van 6,3 naar 6,5 maanden. De marktverbetering heeft ook een positief effect op de werkgelegenheid: bijna de helft van de ondernemers verwacht een groei van het personeelsbestand of denkt meer personeel te gaan inlenen.

Bekijk het conjunctuuronderzoek

[related_post themes=”text”]

  • september 2, 2016
  • 133 views
Eneco stopt met installatiewerk bij zakelijke klanten

Service onderhoud 460x260De Telegraaf meldt dat Eneco zijn installatietak gaat reorganiseren. Het installatiewerk bij zakelijke klanten, zoals woningcorporaties, zal worden stopgezet. Deze tak draait nu verlies. De reorganisatie zal naar schatting 80 medewerkers hun baan kosten. Bij Eneco Installatiebedrijven werken in totaal 450 mensen. Het onderdeel gaat zich komende tijd meer richten op installatiewerkzaamheden rondom duurzame producten en diensten zoals de slimme thermostaat Toon, thuisbatterij Powerwall, zonnepanelen en warmtepompen. De onderneming blijft actief op de particuliere markt van cv-ketels.

Met de vakbonden zou al een sociaal plan zijn overeengekomen. Het banenverlies kan hoger uitvallen doordat het servicepersoneel van Eneco wordt vervangen door ingehuurde monteurs. Eneco zou overigens niet de enige energieleverancier zijn die het moeilijk heeft op de installatiemarkt. Het AD meldde eerder al dat Nuon zijn verwarmingsbedrijf Feenstra wil verkopen, hetgeen overigens door Nuon niet bevestigd is.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 16, 2016
  • 117 views
De bouwsector blijft positief gestemd

housing-sector-boom-installersHet ondernemersvertrouwen is ook aan het begin van het derde kwartaal positief, meldt het CBS. De stemmingsindicator van de bouwsector was zelfs één van de grootste stijgers: van 12,2 in het tweede kwartaal naar 16,6 in het derde kwartaal. De ondernemers in de bouw waren niet eerder zo positief over hun orderportefeuille. Ook de werkgelegenheid zal zich volgens de ondernemers gunstiger ontwikkelen. Een toenemend aantal bedrijven ondervindt productiebelemmeringen als gevolg van een tekort aan gekwalificeerd personeel. Voor het derde kwartaal verwacht per saldo een op vier bedrijven personeel aan te trekken.

De stemmingsindicator van ondernemend Nederland is nu meer dan tweeënhalf jaar positief. Sinds begin 2014 zijn de ondernemers onafgebroken positief gestemd. In 2011 werd met een vertrouwen van 10 de hoogste stand gehaald, waarna het verslechterde tot een dieptepunt in 2013. Sindsdien nam het ondernemersvertrouwen toe tot het huidige niveau. Sinds de tweede helft van vorig jaar is het ondernemersvertrouwen stabiel.

[related_post themes=”text”]

  • augustus 2, 2016
  • 119 views
Meeste seinen in het MKB-metaal staan op groen

MKB-metaalNa zes kwartalen met een voorzichtige plus, is het MKB-metaal in het tweede kwartaal forser gegroeid. Onder deze sector valt ook de installatiebranche. Op bijna alle onderdelen van de Economische Barometer geven ondernemers aan positiever te zijn dan in voorliggende kwartalen. Aan het einde van het eerste kwartaal waren de verwachtingen over het tweede kwartaal al positief, maar de realisatie heeft de verwachtingen overtroffen. Dit blijkt vooral uit grotere orderportefeuilles en een stijgende vraag naar nieuwe medewerkers.

Zowel de binnenlandse- als buitenlandse orderportefeuilles zijn ten opzichte van het eerste kwartaal toegenomen. De waardering van de beide orderportefeuilles is overwegend positief. Voor het derde kwartaal verwacht ruim de helft van de exporterende ondernemers een verdere toename van de buitenlandse orderportefeuille.

Op de vraag hoe de omzet zich in 2016 zal ontwikkelen ten opzichte van 2015, geeft ruim 25% van de bedrijven aan dat men in 2016 een lagere omzet denkt te realiseren, 15% verwacht een zelfde omzet en bijna 60% van de ondernemers verwacht voor 2016 een hogere omzet.

Eén op de zes bedrijven heeft de verkoopprijzen weten te verhogen. Voor het eerst in vijf jaar wisten relatief veel bedrijven hun verkoopprijzen te verhogen. Dit heeft er toe geleid dat ondernemers in het MKB-metaal een iets beter bedrijfsresultaat hebben weten te realiseren ten opzichte van het vorige kwartaal. Ook het aantal bedrijven dat aangeeft winst te maken is in het tweede kwartaal toegenomen.

De groei in orderportefeuille komt ook tot uitdrukking in de ontwikkeling van de arbeidsplaatsen. Bij de ondervraagde MKB-metaalbedrijven werken gemiddeld 25 medewerkers waarvan 3,2 medewerkers op een flexibel contract, de overige medewerkers hebben een vast dienstverband. Een kwart van de bedrijven heeft in het tweede kwartaal meer mensen in vaste dienst dan in het eerste kwartaal. Ook het aantal bedrijven met meer flexibel personeel is toegenomen, zij het dat de toename minder sterk is dan bij het vaste personeel.

Het aantal bedrijven met openstaande vacatures is ook relatief hoog. De afgelopen kwartalen hadden 20 tot 30% van de bedrijven gemiddeld een a twee vacature open staan, nu geven bijna vier op de tien bedrijven aan gemiddeld 2,1 vacatures te hebben. In een aantal sectoren verwacht men deze vacatures het komende halfjaar niet in te kunnen vullen in verband met een tekort aan vakbekwaam personeel.

Dat het vertrouwen nog niet heel overtuigend is, blijkt uit de investeringsverwachtingen. Sinds het uitbreken van de financiële crisis verwachten meer ondernemers minder te zullen investeren het komende halfjaar dan dat er ondernemers zijn die verwachten meer te gaan investeren. Dit gold ook in het tweede kwartaal van 2016.

Sectoren die het meest positief zijn over het tweede kwartaal, zijn de aan de bouw toeleverende bedrijven en de metaalwarenbedrijven. De verspanende bedrijven zijn minder positief dan gemiddeld in het MKB-metaal. Dit komt mede door de prijsdruk in deze sector. Daar staat tegenover dat relatief veel verspanende bedrijven verwachten het komende halfjaar meer te gaan investeren in hun machinepark. De aan de landbouw gelieerde bedrijven zijn het afgelopen kwartaal het minst positief.

[related_post themes=”text”]

  • juli 26, 2016
  • 133 views
Nieuwe functionaliteiten voor beoordelingsplatform bouwprojecten

BeoordelingsplatformNog geen twee maanden na de lancering van de vernieuwde website, kunnen deelnemers niet alleen worden beoordeeld, maar ook zelf hun geleverde prestaties in de digitale etalage zetten. Door de integratie van de projectpresentatie kunnen deelnemende bedrijven laten zien wat ze kunnen, wie hun opdrachtgevers zijn en met elke partners zij hun projecten realiseren. “Een digitaal visitekaartje voor nieuwe opdrachtgevers die de beste partners voor hun bouwprojecten willen vinden.” aldus Errol Ooft, initiatiefnemer van Quantibus.

Naast de projectpresentatie lanceerde Quantibus ook een nieuwe klanttevredenheidsmodule. Patricia Leeman, CEO van Quantibus: “Klanttevredenheidsonderzoeken zijn vaak duur, omslachtig en leveren niet altijd de gewenste resultaten en inzichten op. Met onze module stel je eenvoudig en snel je eigen onderzoeken samen en verzend je deze met een druk op de knop naar al je relaties. Je ontvangt dan direct een notificatie zodra een onderzoek is ingevuld en de resultaten zijn ten alle tijden tussentijds te raadplegen. Deze feedback helpt je om direct en doorlopend beter te presteren.”

Deze nieuwe functionaliteiten worden nu uitvoerig getest door enkele deelnemers van de pilotprojecten. “Met onder andere IOB, VORM, Waal en Dura Vermeer zijn we na de lancering gestart met pilotsamenwerkingen. Binnen deze pilots maken de deelnemers onder begeleiding kennis met al onze functionaliteiten en ontvangen wij direct feedback over hoe wij Quantibus en alle functionaliteiten verder kunnen optimaliseren. Onze deelnemers hebben daardoor direct invloed op hoe Quantibus zich verder ontwikkelt.” aldus Errol Ooft.

Een louter beoordelingsplatform is Quantibus inmiddels niet meer. Patricia Leeman: “Met iedere uitbreiding groeien we steeds meer richting de digitale bouwomgeving die we voor ogen hebben. Onze missie is om een online omgeving te creëren waar opdrachtgevers op transparante wijze de beste partners voor al hun bouwprojecten kunnen vinden en waar wij leveranciers van producten en diensten binnen de bouw de juiste tools bieden om beter te kunnen presteren. Een onmisbaar platform voor iedereen in de bouw, waardoor uiteindelijk de kwaliteit van de geleverde prestaties over de hele linie toeneemt.”

Het beoordelingsplatform innoveert ondertussen gestadig verder. Op 1 september zal een nieuwe functionaliteit worden gelanceerd.

[related_post themes=”text”]

 

 

 

  • juli 6, 2016
  • 133 views
Herstel MKB zet nog niet echt door

Volgens het IMK, Instituut voor het Midden- en Kleinbedrijf, is het aantal bijstandsaanvragen door zelfstandige ondernemers met drie procent toegenomen in het tweede kwartaal, nadat in het eerste kwartaal juist een fors herstel voor het mkb zichtbaar was. IMK introduceerde in 2011 de IMK-Index. Deze is maatgevend voor het aantal mkb’ers en zzp’ers die in zwaar weer verkeren. De index is gebaseerd op het aantal ondernemers dat een beroep doet op bijstandverlening voor zelfstandigen in de vorm van krediet en/of uitkering bij gemeenten in Nederland. In de praktijk blijkt de IMK-Index een goede voorspeller te zijn voor de faillissementsrapportages van een half jaar later.

“Deze stagnatie komt voor ons niet onverwachts”, zegt Han Dieperink, algemeen directeur van IMK. “Dit is niet langer te wijten aan de economische crisis, maar aan de structurele veranderingen in vele markten. Veel ondernemers onderschatten de snelheid en de impact op hun onderneming en schakelen te laat. Daarom namen wij het initiatief voor 155-Help-een-Bedrijf ,het online en telefonisch noodloket voor ondernemers, waar zelfstandige ondernemers uit 142 aangesloten gemeenten kosteloos aan kunnen kloppen bij zwaar weer.”

De IMK-Index wordt voor de economische crisis in 2008 op 100 gesteld en steeg in maart 2010 naar het hoogste peil van 272. Sinds 2013 toont de Index een continu dalende trend en daalde in het eerste kwartaal van 2016 naar 78, dus ruim onder de stand van voor de crisis. In de laatste maanden steeg de index echter weer met 3% naar 80.

De Bbz-regeling (Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004) is in het leven geroepen voor ondernemers die tijdelijk niet beschikken over voldoende middelen om in hun bestaan te voorzien en/of behoefte hebben aan bedrijfskapitaal, maar hiervoor geen financiering kunnen krijgen. De regeling wordt uitgevoerd door gemeenten en draagt direct bij aan continuïteit van ruim de helft van de betrokken ondernemingen.

[related_post themes=”text”]

  • juni 28, 2016
  • 115 views
Imago bouwsector verbetert licht

imago bouwBijna vier op de vijf Nederlanders kijkt neutraal tot positief aan tegen werken in de bouwsector. Slechts 5% is uitgesproken negatief. Dit is een lichte verbetering ten opzichte van 2014. Ook het advies aan kinderen om te kiezen voor een opleiding in de bouwsector is iets positiever geworden. Dit blijkt uit onderzoek van USP Marketing Consultancy onder 512 huishoudens.

Waar in 2014 nog 13% van de Nederlandse bevolking aangaf de bouw als werkgever uit de weg te gaan, is nu slechts 5% negatief over werken in de bouwsector. Dit heeft met name te maken met het feit dat men vindt dat de bouw aantrekt en het feit dat de bouw mooi vakwerk levert. Het zijn vooral de mensen van middelbare leeftijd (35 – 55 jaar) die positiever tegen werken in de bouwsector zijn gaan kijken. De jongeren (< 35 jaar) zijn met name minder negatief tegen de bouwsector aan gaan kijken.

De ondervraagden is tevens gevraagd wat de houding is ten opzichte van een aantal specifieke beroepen uit de bouwsector (UTA personeel, uitvoerend personeel ruwbouw, uitvoerend personeel afbouw, uitvoerend personeel installatie en uitvoerend personeel infra/GWW). Hieruit blijkt dat er geen grote verschillen zijn in het imago van de verschillende beroepsgroepen. Wel ligt het percentage (zeer) positief bij elke individuele beroepsgroep iets hoger dan voor de totale bouwsector, met uitzondering voor het UTA personeel. Blijkbaar heeft men iets meer waardering voor het bouwpersoneel dan voor het Uitvoerend Technisch Administratief personeel.

[related_post themes=”text”]

  • juni 27, 2016
  • 123 views
Groei Nederlandse bouwsector gaat harder dan in rest EU

gateley-house-building-sectorDe productie van de Nederlandse bouwsector groeit sinds het derde kwartaal van 2014 harder dan gemiddeld in de Europese Unie. De Nederlandse bouw heeft inmiddels ruim afstand genomen van het productiedieptepunt van begin 2013. Dat meldt CBS, mede op basis van Eurostatcijfers. In het eerste kwartaal van 2016 kwam de bouwproductie in Nederland 17 procent boven dit dieptepunt uit. Dat is aanmerkelijk meer dan de gemiddelde bouwproductie in de EU. Die steeg in deze periode 7 procent uit boven het laagste punt van begin 2013. Tussen begin 2013 en midden 2014 bleef de groei van de Nederlandse bouwproductie nog achter bij het Europese gemiddelde.

Nederland heeft weliswaar het dieptepunt van de bouwcrisis achter de rug, maar op het niveau van vóór de crisis zijn we nog niet, aldus CBS. Begin 2016 lag de bouwproductie in Nederland nog 12 procent onder het niveau van begin 2008, toen de crisis in de Europese bouw als geheel zich voor het eerst liet voelen. De bouwproductie in de EU lag begin 2016 nog 21 procent onder het niveau van voor de crisis.

Niet in alle landen in Europa werd de bouw even hard door de crisis geraakt. De bouwproductie van Duitsland en Zwitserland is bijvoorbeeld vrij stabiel gebleven en ligt begin 2016 boven het niveau van voor de crisis. Noorwegen (+19 procent), Zweden (+12 procent) en Finland (+7 procent) produceerden in het eerste kwartaal van 2016 ruim meer dan in hetzelfde kwartaal van 2008. Deze landen kenden wel een lagere bouwproductie tijdens de crisis.

Aan de andere kant is de productie in de Zuid-Europese landen Italië, Portugal, Griekenland en Spanje in het eerste kwartaal van 2016 nog altijd fors lager dan in het eerste kwartaal van 2008. De productie in Spanje kwam bijvoorbeeld 38 procent lager uit dan toen, in Griekenland ligt de productie zelfs 75 procent lager.

Maar in tegenstelling tot andere zuidelijke landen is de productie in die twee landen de laatste jaren wel weer wat hersteld. In Spanje werd het dieptepunt al in het tweede kwartaal van 2012 bereikt, sindsdien nam de bouwproductie met 30 procent toe. Griekenland pluste 32 procent bij sinds het Griekse dieptepunt begin 2014.

In Italië stabiliseerde de productie het afgelopen jaar 45 procent onder het niveau van begin 2008. De productie in Portugal daalt nog steeds en ligt inmiddels 59 procent lager dan toen.

 

[related_post themes=”text”]