- mei 16, 2025
- 233 views
Steeds minder verpakkingen in de installatiebranche
De technieksector maakt grote stappen op het gebied van verduurzaming. Sinds 2021 is het kartongebruik met 18% gedaald. De doelstelling van het Brancheplan Verpakkingen (20% reductie in 2025) is daarmee binnen handbereik. Inmiddels wordt ook 98% van het gebruikte karton gerecycled, terwijl 81% van het nieuw gebruikte karton een FSC- of PEFC-keurmerk heeft. Het Brancheplan Verpakkingen is een initiatief van Techniek Nederland, FEDET en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Het Brancheplan Verpakkingen had niet alleen maar positieve berichten. Zo steeg het gebruik van plastic in 2024 met bijna 20%. Tegelijkertijd daalde de hoeveelheid plastic die voor recycling of hergebruik werd ingezameld – van 81% in 2023 naar 66% in 2024. Wel stappen steeds meer bedrijven over op milieuvriendelijke alternatieven voor etiketten op verpakkingen.
Stevige eindsprint nodig
Het Brancheplan Verpakkingen eindigt in 2025. Volgens Laurens de Vrijer, Hoofd Werkgevers- en Ondernemerschap bij Techniek Nederland moet er in het laatste jaar nog heel wat gebeuren. “De resultaten van het Brancheplan over 2024 laten zien dat een breed gedragen ketenaanpak werkt. Maar om de ambities van het Brancheplan te halen, is in 2025 nog een stevige eindsprint nodig.” Ook Sebastiaan Scheers, projectmanager bij FEDET, roept de sector op tot extra inzet: “De resultaten zijn wisselend, maar de richting is goed. In 2025 gaan we grote stappen zetten om de doelstellingen van het Brancheplan te halen. We moeten fundamenteel anders omgaan met verpakkingen.”
Beweging is onomkeerbaar
Het laatste jaar van het Brancheplan Verpakkingen betekent niet dat de installatiebranche daarna achterover gaat leunen. De Vrijer: “Met het Brancheplan hebben we een beweging in gang gezet die onomkeerbaar is. Volgend jaar maken we de eindresultaten bekend en bundelen we de opgedane ervaringen in een Successenboek. Daar profiteert straks de hele branche van.”
Europese regels voor verpakkingen
Vermindering en verduurzaming van verpakkingen wordt volgend jaar verplicht op basis van Europese regels. Scheers: “Met het Brancheplan nemen we daar al een voorschot op. Dat maakt het een stuk eenvoudiger om straks aan de wetgeving te voldoen.”
75 deelnemers
Het Brancheplan Verpakkingen werd in maart 2022 gelanceerd door de technieksector. Het plan heeft als doel om in 2025 ten minste 20% minder plastic en karton te gebruiken. Daarnaast moeten straks alle verpakkingen volledig recyclebaar zijn. Techniek Nederland en FEDET voeren het Brancheplan uit in samenwerking met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Inmiddels nemen 95 installatiebedrijven, groothandels en fabrikanten actief deel aan het initiatief.
- mei 9, 2025
- 154 views
Biobased verwarmen
Uniwarm levert al ruim 20 jaar vloer-, wand- en plafondverwarmingssystemen. Eigenaar Peter Riethorst zag de markt in die periode flink veranderen. Volgens hem drukken nu vooral het grote woningtekort en de verduurzaming van de bestaande bouw hun stempel op de bouw- en installatiebranche. En, komt ook circulair installeren steeds dichterbij.
Uniwarm nam zelf jaren geleden al het voortouw. Zo heeft het bedrijf onder andere Healthure modules en een ECO circulair vloerverwarmingssysteem in haar assortiment zitten.
Wat maakt deze oplossingen zo bijzonder?
“Ze zijn biobased. De Healthure modules bestaan uit platen met een hoge densiteit. Ze zijn gemaakt van stro en worden toegepast voor wand- en plafondverwarming. De platen zijn 100 % natuurlijk en zijn uitermate geschikt voor ECO bouwen. De platen zijn beschikbaar met sleuf, zonder sleuf en als eindplaat. De stroplaat kan worden afgewerkt met een laag leemstuc, waardoor de warmte makkelijker wordt doorgegeven. Het ECO circulair vloerverwarmingssysteem is geschikt voor verwarmen en koelen en bestaat uit een 30 mm dikke houtvezelplaat waarin het leidingpatroon is voorgefreesd. De houtvezelplaat is 100 % recyclebaar.”
Hoe komt het dat de installatiebranche zo achter ligt op het gebied van circulariteit, vergeleken met bouwkundige aannemers en architecten?
“Aannemers en architecten hebben vaak een directe relatie met de eindklant. Als die zelf al vraagt om circulaire oplossingen of daar wel voor te porren is, kan je het makkelijk concreet maken. Er is bij die bouwpartners dus al een zekere gewenning ingetreden en een duidelijke incentive om met circulariteit aan de slag te gaan. Installateurs daarentegen zijn meestal onderaannemers en minder bepalend in het hele bouw- en realisatietraject. Hoewel sommige installateurs een afwachtende houding aannemen en snel beperkingen en obstakels zien als het gaat om dit soort innovaties, zijn er ook juist veel installateurs die zeer innovatief en vooruitstrevend zijn. Zij denken in oplossingen en zijn actief bezig met het toepassen van nieuwe technieken in de praktijk.”
Een van de trends die jij signaleert is het grote woningtekort. Zie jij daar al een voorzichtige kentering optreden?
“Ja, toch wel. Er worden al de nodige initiatieven ontplooid om deze problematiek aan te pakken. Denk bijvoorbeeld aan gemeentes die hun regelgeving versoepelen, zodat inwoners makkelijker een extra woonunit in hun tuin kunnen plaatsen.”
Hoe positioneren jullie jezelf in de huidige markt?
“We zijn niet reactief, maar innoveren voortdurend door. Als je goede producten ontwikkelt, komen de klanten vanzelf wel. Daarnaast zetten wij volop in op een klantvriendelijke benadering en een snelle levering.”
Hoe ziet de markt eruit over 5 jaar?
“We zien nu al hoe AI en robotisering de sector aan het veranderen zijn. Bijvoorbeeld door AI montagehandleidingen te laten schrijven of een deel van de marketing te laten doen. Prefabben via robotisering spaart mankracht en maakt het nog eenvoudiger om modulair te gaan bouwen. Ik denk, tot slot, dat we de komende tijd ook stappen zullen zetten op het gebied van circulair installeren. Maar het gaat traag, de overheid zou eigenlijk het adaptieproces moeten versnellen via regelgeving of subsidies.”
- september 13, 2019
- 137 views
Circulaire dakbedekking op nieuwbouw
Voor het eerst is in een nieuwbouwproject circulaire dakbedekking toegepast. Dit gebeurde op de British School in The Netherlands in Leidschenveen. Het betreft de bitumen dakbaan Citumen, dat eerder wel al bij renovaties werd toegepast.
De circulaire dakbedekking past in plaatje van architect Kraaijvanger om een 100% circulaire ontwerp te realiseren. In het project zijn meerdere gecertificeerde C2C-producten toegepast. Voor de productie van dit dakbedekkingsmateriaal wordt 50% van bitumen afkomstig uit sloop en renovatie, gered van de vuilverbranding en hergebruikt.
Innovatie en certificering
Met de realisatie van Stadskantoor Venlo zette Kraaijvanger eerder al de toon voor het toepassen van de C2C. Voor veel producten bestonden destijds nog geen goede C2C oplossingen. Laat staan gecertificeerde oplossingen. Het voorschrijven van circulair materiaalgebruik zet producenten en leveranciers aan tot innovatie en certificering, aldus de architect.
Concurrerend
“Circulaire ambities hoeven niet duurder te zijn”, vertelt Caspar Ulijn, directeur van ZND Nedicom, één van de partijn die Citumen ontwikkelde. De prijs van deze circulaire dakbedekking kan prima concurreren met standaard daksystemen, los van de milieuwinst die je behaalt.” ZND behoort samen met New Horizon Material Balance en Icopal tot een collectief dat hergebruik nastreeft. Projectcoördinator Bart van der Werf: “Wij juichen dit soort C2C-initiatieven van leveranciers toe. Het brengt ons dichterbij ons doel om 100% circulaire ontwerpen te realiseren.”
Foto: Kraaijvanger, directievoerder, specialist Circulair Bouwen Bart van der Werf (staand rechts) en Caspar Ulijn, directeur van ZND Nedicom (gehurkt rechts) rollen de eerste dakbaan Citumen uit op het dak van de nieuwbouw van BSN Leidschenveen
- januari 17, 2019
- 136 views
Eerste Europese normen voor circulaire economie
Veel partijen zijn sinds vorig jaar druk bezig om de plannen uit de transitieagenda’s voor circulaire economie handen en voeten te geven. Op Europees niveau is al gestart met het ontwikkelen van normen voor energie gerelateerde producten. Het betreft een twaalftal normen waarvan nu de eerste twee beschikbaar zijn.
De norm EN 45558 ‘General method to declare the use of critical raw materials in energy-related products’ geeft aan wat kritische grondstoffen zijn en hoe moet worden vastgelegd welke in een product zijn gebruikt. EN 45559 ‘Methods for providing information relating to material efficiency aspects of energy-related products’ geeft informatie over de manier waarop kan worden aangeven hoe goed een product te repareren, opnieuw te gebruiken, op te waarderen en opnieuw te fabriceren is. Bovendien geeft deze norm aan hoeveel en welke toegepaste materialen en onderdelen gerepareerd, hergebruikt, opgewaardeerd of opnieuw gefabriceerd zijn.
Pakket van twaalf normen
Deze twee Europese normen zijn onderdeel van een pakket van twaalf normen, waar op dit moment in Europa aan wordt gewerkt voor de Europese Ecodesign richtlijn. Deze richtlijn is opgesteld door de Europese Commissie om zo efficiënt mogelijk met energie en materialen om te gaan. De richtlijn is van toepassing op alle apparaten waar een stekker aan zit, maar ook op andere producten die van invloed zijn op ons energiegebruik, zoals dubbelglas.
De normen gaan in op duurzaamheid, repareerbaarheid, herbruikbaarheid, opwaardeerbaarheid en fabriceerbaarheid van en gebruik van kritische grondstoffen in producten, onderdelen en materialen die ingezet worden in onder andere de maakindustrie en bouwsector en gebruikt worden voor consumentengoederen.
Op Europees niveau zijn meer dan 400 experts en tientallen Europese normcommissies en brancheorganisaties betrokken bij de ontwikkeling van deze nieuwe normenreeks, in werkgroepen van minstens 80 experts.


