• december 7, 2022
  • 160 views
‘In utiliteit twee keer zoveel energiebesparing door WTW’

Een van de thema's van de internationale vakbeurs voor HVAC en water, ISH 2023, is energie-efficiëntie en duurzaamheid in gebouwen. In de verwarmingssector moeten alle bestaande mogelijkheden worden benut om de vereiste vermindering van CO2-uitstoot in gebouwen te realiseren. Belangrijk daarbij is het efficiënte gebruik van verwarmingsenergie via warmteterugwinning

De huidige energiesituatie heeft geleid tot een sterke toename van energiebesparende maatregelen. Naast de verschuiving naar hernieuwbare energiebronnen is een efficiënter gebruik van energie een doorslaggevende factor om onder andere een betrouwbare en betaalbare warmtevoorziening voor gebouwen te waarborgen. Vraaggestuurde ventilatiesystemen met warmteterugwinning kunnen een substantiële bijdrage leveren aan een efficiënt gebruik van verwarmingsenergie. Ze houden ventilatiewarmteverliezen laag door een groot deel van de warmte van de afgezogen lucht naar de aanzuigzijde over te brengen.

Utiliteitsgebouwen
Een studie van de Milieucampus Birkenfeld van de Trier University of Applied Sciences heeft het potentieel van deze technologie aangetoond. Uit de analyse van de impact van warmteterugwinning op de energiebesparing van centrale ventilatiesystemen in utiliteitsgebouwen bleek dat de aldus teruggewonnen warmte in 2021 een primaire energiebesparing opleverde van ruim 30 terawattuur per jaar (TWh/j). , een verdubbeling ten opzichte van 2011. Het is aannemelijk dat deze ontwikkeling zich de komende jaren zal voortzetten doordat oude installaties worden vervangen door nieuwe, efficiëntere systemen. Naast een grotere energie-efficiëntie verbetert de continue luchtcirculatie die wordt gecreëerd door ventilatiesystemen niet alleen de binnenluchtkwaliteit door het CO2-gehalte te beperken, maar zorgt het er ook voor dat verontreinigende stoffen en ziektekiemen worden verwijderd met de 'gebruikte' lucht. Bovendien profiteren mensen met een allergie van luchtfiltratie, terwijl de montage van bevochtigingssystemen op de ventilatiesystemen ervoor zorgt dat de aanbevolen minimale luchtvochtigheid in de kamer (40 procent) zelfs in de winter kan worden bereikt.

Woningen
Ook in woningen kan ventilatie met warmteterugwinning een aanzienlijke energiebesparing opleveren, zeker als het om energiezuinige woningen gaat. In dit geval is het warmteverlies door de gebouwschil zeer laag, zodat ventilatiewarmteverliezen een belangrijkere rol spelen. Zo kan vraaggestuurd ventileren met warmteterugwinning een besparing opleveren van 25 tot 50 procent verwarmingsenergie en een vergelijkbare verlaging van het CO2-gehalte. Tegelijkertijd zijn ventilatiesystemen met warmteterugwinning een voorwaarde voor gezonde lucht in energiezuinige gebouwen.

Op de beurs in Frankfurt am Main, van 13 tot 17 maart 2023, presenteren fabrikanten een breed scala aan centrale en decentrale ventilatiesystemen voor allerlei soorten ruimten in woon- en utiliteitsbouw.

[pt_view id="2984d1a6fc"]

  • december 2, 2022
  • 154 views
Primeur: woningen met waterstof via bestaand gasnet

In Lochem worden in de wijk Berkeloord voor het eerst twaalf bewoonde woningen verwarmd met waterstof via het bestaande aardgasnet. Bij deze pilot onderzoekt Alliander op verzoek van de bewoners van deze monumentale panden of waterstof een goed alternatief is voor aardgas voor het verwarmen van woningen. Alliander werkt daarbij samen met onder andere LochemEnergie, Remeha en Westfalen Gassen Nederland BV.

In het Klimaatakkoord is afgesproken dat in 2050 7 miljoen woningen en 1 miljoen gebouwen van het aardgas af zijn. Daardoor verandert het energiesysteem en Alliander bereidt zich hierop voor. Waterstof is één van de alternatieven voor aardgas om woningen en gebouwen mee te verwarmen. Zo kan het een goed alternatief zijn voor met name woningen die moeilijk te isoleren zijn en waarvoor elektrische warmtepompen geen oplossing bieden, of in wijken waar geen warmtenet kan worden aangelegd. Een bijkomend voordeel is dat voor het transport van waterstof naar de woningen gebruik kan worden gemaakt van de gasleidingen die al in de grond liggen.

Unieke pilot
Arthur van Schayk, algemeen directeur Remeha: “De energietransitie moet versnellen en dat kunnen we alleen door als ketenpartners nauw samen te werken. Waterstof gaat, naast elektrificatie en warmtenetten, een belangrijke rol spelen in de verduurzaming van de bebouwde omgeving. Na de projecten in Rozenburg en Uithoorn hebben we nu in Lochem de primeur dat bewoonde woningen via het bestaande netwerk door middel van waterstof worden verwarmd. Met dit project willen we als fabrikant aantonen dat de Remeha cv-ketel voor waterstoftechnologie klaar is voor toepassing in de praktijk.”
Naast het feit dat in Lochem voor het leveren van waterstof het bestaande aardgasnet wordt gebruikt, is het ook een kans voor de bewoners om hun veelal monumentale woningen te verduurzamen met behoud van de waarde van hun erfgoed. Zowel bewoners als betrokken partijen hebben dan ook geïnvesteerd om deze pilot mogelijk te maken.

Veel voorbereidingen
Aan de overstap naar waterstof ging veel voorbereiding vooraf. Zo is onder meer aan de Stijgoord in Lochem door Westfalen een locatie gebouwd waar het waterstof in het bestaande gasnet wordt gevoed. In deze zogeheten invoed-installatie wordt de druk van het waterstof geregeld en wordt die voorzien van een geurstof omdat waterstof van nature geurloos is. De woningen zelf zijn eerst goed geïsoleerd. Vervolgens zijn de bestaande cv-ketels vervangen door de wereldwijd eerste gecertificeerde 100% waterstofketels van Remeha. In de straat zijn extra gasleidingen aangelegd om de woningen die niet meedoen aan de pilot te kunnen blijven voorzien van aardgas.

Werken aan het waterstofnet
Het onderhoud aan het waterstofnet gebeurt door netbeheerder Liander. Deze pilot is ook voor de netbeheerder een nieuwe stap. De werkzaamheden lijken in eerste instantie veel op het werk dat gasmonteurs dagelijks uitvoeren. Wel vraagt het om een aantal extra handelingen. Daarom heeft een groep monteurs eerder dit jaar een opleiding gevolgd, specifiek gericht op waterstof, in een speciaal voor dit doel gebouwd waterstofhuis in Apeldoorn. Begin september slaagde deze groep voor hun examen.

Drie jaar onderzoek
De pilot in Lochem duurt drie jaar. Zo kan voldoende ervaring worden opgedaan tijdens koude winters. De ervaringen worden vervolgens gedeeld met andere netbeheerders die plannen hebben voor vervolgprojecten met meer bewoners. Op die manier ontstaat steeds meer inzicht in hoe waterstof een aanvulling kan zijn bij de verduurzaming van bestaande woningen.
De pilot in Lochem is een samenwerking van burger-energiecoöperatie LochemEnergie, Remeha, Westfalen Gassen Nederland BV, Kimenai Installatiebeheer BV, Belangenvereniging Beschermd Stadsgezicht Berkeloord (BBSB) en Alliander. Mogelijk gemaakt door de gemeente Lochem en provincie Gelderland.

[pt_view id="b1c86221qc"]

  • november 30, 2022
  • 143 views
Biogas voor verwarming en warmtapwater

Remeha zet in op de hybridisering van klimaat- en warmtapwaterinstallaties om het gasgebruik te minimaliseren. Via een samenwerking met scale-up Circ biedt de fabrikant haar klanten een nieuwe optie om installaties met biogas in plaats van aardgas te voeden.

Remeha en Circ produceren en leveren producten die elkaar aanvullen, waar het gaat om het reduceren of vervangen van het aardgasgebruik. Circ is een ontwikkelaar en producent van mini-vergisters – BioTransformers, zoals zij de apparaten noemen – die GFE-reststromen omzetten in biogas en biowater. Het biogas kan, zo nodig met een kleine nabewerking, aardgas vervangen en zo de verwarmings- of warmtapwaterinstallatie van een CO2-neutrale energiebron voorzien.

Groente- fruit- en etensresten
“Onze klanten voeden de BioTransformers hoofdzakelijk met groente- fruit- en etensresten”, vertelt Robert Kooloos, chief commercial officer bij Circ. “Daarmee produceren zij twee producten; biogas en biowater. Als het biogas vervolgens wordt gebruikt in de cv-toestellen, komt daarbij uitsluitend kortcyclische CO2 vrij. Deze CO2 uit voedselresten was anders bij verbranden of storten ook vrijgekomen. Het tweede product, biowater, is zeer rijk aan nutriënten en kan in veel gevallen als plantenvoeding worden gebruikt in bijvoorbeeld de land- en tuinbouw.” De BioTransformers van Circ zijn al te vinden in de hotelwereld en horeca, de zorgsector, de voedingsindustrie en andere sectoren met veel GFE-stromen.

“Biogas en groen gas kunnen belangrijke rol spelen”

“Remeha ziet in Circ een mooie partner waarmee onze adviseurs een extra oplossing voor handen hebben zodra zij klanten aan een efficiënte en CO2-neutrale verwarmings- of tapwaterinstallatie willen helpen” zegt Rick Bruins, business development manager bij Remeha. “In Nederland gebruiken we ongeveer 15 miljard kubieke meter aardgas in de gebouwde omgeving. Circa de helft daarvan gebruiken we in de utiliteit. Wij denken dat het realistisch is om via hybridisering het gasverbruik in de utiliteit uiteindelijk naar 2 miljard kubieke meter te reduceren. Die 2 miljard kuub zullen we door CO2-neutrale gassen moeten vervangen. Dat kan met waterstof, maar dat gas zal niet het volledige aandeel voor zijn rekening kunnen nemen. Daarom denken wij dat ook biogas en groen gas een belangrijke rol kunnen en zullen spelen.”

Zo’n 50 miljoen m3 aardgas vervangen
De BioTransformers die Circ ontwikkelt en produceert hebben verschillende capaciteiten. De kleinste verwerken 30 kilo per dag en de grootste 600 kilo GFE per dag. Het bedrijf produceert zowel de hardware als de software en zorgt dat de apparaten via een installateur bij de klant worden geïnstalleerd. “Onze klanten kopen de machine omdat zij hiermee meerdere doelen behalen. Ze vergroenen hun energievoorziening. Ze minimaliseren hun kosten voor het afvoeren van GFE-stromen. En sommige klanten kunnen het andere restproduct, biowater, goed gebruiken als voeding voor planten of leveren dit aan nabijgelegen locaties. In elk geval zorgen onze BioTransformers voor een duurzame businesscase die meestal in 2 tot 5 jaar is terugverdiend. Onze prognose is dat de toestellen die we in de jaren tot 2030 zullen verkopen in totaal zo’n 50 miljoen m3 aardgas kunnen vervangen”, zegt Kooloos.

Versnelling
Remeha en Circ willen via hun samenwerking een versnelling teweegbrengen; enerzijds in de hybridisering van cv- en warmtapwaterinstallaties, en anderzijds bij de inzet van biogas als vervanger van aardgas. “In veel horecabedrijven of voedingsindustrieën komen we als adviseur over de vloer omdat deze bedrijven willen verduurzamen”, zegt Bruins. “Maar lang niet overal is een all-electric oplossing mogelijk. Soms kun je bijvoorbeeld wel voor verwarming een warmtepomp gebruiken maar niet voor tapwater”. “En zelfs als een all-electric oplossing past, gaat Kooloos verder, “kan het alsnog interessant zijn om de BioTransformer te gebruiken. Puur omdat die bedrijven hun organische reststromen in dat geval effectief en rendabel voor verwarming en warmtapwater kunnen inzetten, en dus niet hoeven af te voeren.”

Praktijkvoorbeelden
Kortgeleden leverde Circ al een BioTransformers die feilloos samenwerkt met een cv-systeem van Remeha. Zorgcentrum de Koperhorst in Amersfoort kocht een BioTransformer50 – voor 50 kilo GFE-reststroom per dag – en gebruikt het geproduceerde biogas als energiebron voor de Remeha Quinta Ace cv-toestellen die het gebouw verwarmen. En in december wordt bij het Van der Valk Hotel in Gorinchem een BioTransformer200 -  voor 200 kilo per dag – geïnstalleerd. Het biogas van dat apparaat wordt gebruikt voor een Remeha cv-ketel, die straks met voorrang zal worden gestookt. Pas als er niet genoeg biogas is, zullen de in hybride geschakelde warmtepompen in werking treden. Volgend jaar zullen er nog enkele combinaties van een BioTransformer met Remeha cv-ketels worden geïnstalleerd, zoals bij Van der Valk Hotel Nuland en De Penitentiaire Inrichting (PI) Nieuwersluis.

 

  • november 11, 2022
  • 136 views
Binnen een dag plannen voor een duurzame wijk

Amersfoort kreeg deze week tijdens Techathon 2022 verschillende innovatieve plannen voorgeschoteld. Zeven teams kregen één dag de tijd om plannen uit te werken voor een duurzame toekomst van de wijk Hoefkwartier. Ieder team bestond uit mbo-studenten, hbo-studenten en veelbelovende talenten van technische bedrijven. Uiteindelijk koos de jury voor het plan Next gen digitale wijk van team Croonwolter&dros/Haagse Hogeschool/mboRijnland.

De Techathon is een jaarlijks terugkerend spektakel. Studenten en professionele talenten krijgen de opdracht om in één dag tijd een concreet plan te maken voor een bestaande uitdaging in de openbare ruimte. Dit jaar ging het om de herontwikkeling van de wijk Hoefkwartier. De teams gingen  in de ochtend in alle vroegte aan het werk in Playground 33 in Amersfoort. De deelnemers moesten woekeren met de beschikbare ruimte, maar ook rekening houden met regels en randvoorwaarden op het gebied van klimaatadaptatie, circulariteit, energie, natuur en veiligheid.

Vijftig jaar vooruit
Voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland en burgemeester Lucas Bolsius van de gemeente Amersfoort gaven het startschot. Terpstra maakte duidelijk dat de Techathon geen spelletje is: ‘We verbinden de praktijk van technische bedrijven met de ideeën van studenten op het mbo en het hbo. Dat is een serieuze zaak. Samenwerking en communicatieve vaardigheden worden steeds belangrijker in de techniek. Tijdens de Techathon moet je van die vaardigheden volop gebruikmaken.’ De burgemeester keek reikhalzend uit naar de plannen. Bolsius: ‘Hoefkwartier wordt een heel nieuw, spannend stuk stad, duurzaam en dynamisch. Met de herontwikkeling van de wijk moeten we weer vijftig jaar vooruit kunnen. Er zijn veel knappe koppen voor nodig om dat zover te krijgen. Deze talenten hebben we daarbij heel hard nodig.’

Digital-twin
De jury was verrast door de kwaliteit van de gepresenteerde plannen. De teams slaagden erin om de problemen op een originele manier en vanuit verschillende perspectieven te benaderen. Toch waren de juryleden het erover eens dat het plan van team Croonwolter&dros/Haagse Hogeschool/mboRijnland eruit sprong. Met name over het idee van de Digital-twin, een digitale wijk waarin het echte Hoefkwartier kan worden gesimuleerd en geregeld, was de jury enthousiast.

5.000 euro voor de winnaars
Na het verlossende woord van de juryvoorzitter kon algemeen directeur Erik van Engelen van Techniek Nederland de captain van team Croonwolter&dros/Haagse Hogeschool/mboRijnland de beker overhandigen. Een mooie trofee, maar captain Noëlle Choong was uiteraard óók blij met de cheque van 5.000 euro die haar team in ontvangst mocht nemen. Het winnende team krijgt verder een aantal vaktechnische boeken, een energietransitiespel én een circulair bierpakket. Al in december krijgen de winnaars de gelegenheid om de inhoud van hun plan voor de herontwikkeling van Hoefkwartier voor te leggen aan de gemeenteraad van Amersfoort.

Organisatie
Techniek Nederland organiseerde de Techathon in samenwerking met de gemeente Amersfoort en de kennisorganisaties Wij Techniek, ISSO en TVVL. Techathon 2022 komt voort uit de toekomstverkenningen voor de techniekbranche: CONNECT2025, SCENARIO2040 en CONNECT2030.

[pt_view id="d92de7d6f0"]

  • oktober 21, 2022
  • 144 views
100 jaar oude kazerne stapt over op gasloze stadsverwarming

Fort Isabella, met haar geschiedenis als verdedigingswerk van ’s-Hertogenbosch en als kazerne, gaat over op een volledig gasloos verwarmings- en koelsysteem. Op vrijdag 21 oktober wordt het systeem geactiveerd. Twee Vughtenaren realiseren op het 10 hectare grote terrein momenteel een nieuwe samenleving waar wonen, werken, educatie en recreatie worden samengebracht.

Samen met OVVIA en Van Hout Installateurs en adviseurs heeft de Isabella Groep enkele jaren geleden een 2-staps strategie bedacht om het gasloze verwarmings- en koelingssysteem te realiseren. Ten eerste zijn alle bestaande (deels monumentale, meer dan honderd jaar oude) gebouwen geïsoleerd naar energielabel A of hoger. Daarnaast is op het terrein een netwerk van warmte en koude leidingen aangelegd die alle gebouwen verbindt met de (elektrisch aangedreven) energiecentrale. Hierdoor werkt het terrein als een warmtebatterij; in de zomer wordt overtollige warmte van de gebouwen opgeslagen in de grond en in de winter wordt dit opnieuw gebruikt. In de tussenseizoenen kan overtollige energie op de ene plek direct worden hergebruikt op een andere locatie. Door het ontwerp van het systeem kan dit zeer efficiënt gebeuren. De benodigde elektriciteit voor het systeem en het terrein wordt grotendeels geleverd door meer dan 1800 PV-panelen.

Samenwerking
Het terrein gaat hiermee van meer dan 1.800.000 m3 gas verbruik per jaar in het verleden (2004) naar een volledig elektrisch systeem dat grotendeels gevoed wordt door eigen PV-panelen. Voor zover bekend is Fort Isabella het eerste gecombineerde renovatie- en nieuwbouwproject dat overgaat op een volledig gasvrij systeem.
“De keuze om hier extra in te investeren was voor ons de enige juiste. Om een dergelijke herontwikkeling en verduurzaming te kunnen realiseren heb je de hulp en samenwerking met andere partijen nodig”, aldus Olivier Koning. Samen met Tjeerd Saatrube is hij initiatiefnemer van het project en eigenaar van het terrein. “Gelukkig zagen de gemeente Vught en de provincie Noord-Brabant direct de toegevoegde waarde van het plan voor de nieuwe samenleving voor de locatie zelf en de omgeving”, vervolgt Saatrube. Vanuit de gemeente Vught kwam de goedkeuring om het terrein van het COA te kopen en de medewerking aan de benodigde wijziging van het bestemmingsplan. Voor de Erfgoedfabriek was Fort Isabella een van de belangrijke militaire erfgoederen in de provincie. De door hen verstrekte subsidie heeft haalbaarheidsonderzoeken naar de verduurzaming mogelijk gemaakt.

  • oktober 20, 2022
  • 139 views
Binnenklimaat Label voor kantoorgebouw DGMR

Het kantoorgebouw van DGMR Den Haag heeft het Binnenklimaat Label gekregen van het kenniscentrum Binnenklimaattechniek. Dit Label is gebaseerd op het Programma van Eisen (PvE) gezonde kantoren, waarin standaard eisen staan voor een gezond en comfortabel binnenklimaat. De eisen gaan over de thema’s lucht, licht, klimaat en geluid. In het PvE staan praktische informatie en handvatten om de eisen te beoordelen. bba binnenmilieu werkte mee aan de ontwikkeling van het verificatieprotocol voor het label. Hiermee is op een efficiënte manier in kaart te brengen aan welke klasse een kantoorgebouw voldoet.

Er zijn drie categorieën voor de beoordeling, klasse C geeft een ‘voldoende’ aan, klasse B betekent ‘goed’ en de beste beoordeling is klasse A, met een ‘zeer goed’. De beoordeling van de thema’s gebeurt door middel van een gebouwinspectie, een vragenlijst onder de gebruikers en duurmetingen van het binnenklimaat.

‘Practice what you preach’
Paul van Bergen van DGMR: “Wij zijn als bureau dagelijks bezig met het binnenklimaat en binnenklimaat vraagstukken. Niet alleen thermisch, akoestisch en visueel maar ook met gezonde materialen, beweging en groen. ‘Practice what you preach’ is ons motto en daarom lieten wij ook een Binnenklimaat Label voor ons eigen pand opstellen. Nu eerst voor ons kantoor in Den Haag en als we gesetteld zijn in ons nieuwe kantoor in Arnhem en ook in Drachten. Meten is een belangrijk onderdeel van het label, dus het gaat om werkelijke prestaties: het heeft echte waarde.”

Inzicht waar kansen liggen
“Wij zijn er trots op dat we het label goed - Klasse B - hebben gekregen, zegt Marije te Kulve van bba binnenmilieu, ook werkzaam in het pand van DGMR in Den Haag. “De uitkomsten van de beoordeling geven echt inzicht in waar kansen liggen voor verdere verbetering van het binnenklimaat. Na het behalen van dit label blijven wij de luchtkwaliteit natuurlijk monitoren en verbeteren, voor zowel onze eigen medewerkers als voor onze klanten.”

Onafhankelijke methodiek
Remi Hompe, voorzitter kenniscentrum Binnenklimaattechniek: “Met deze onafhankelijke methodiek zorgen we ervoor dat in één oogopslag duidelijk is hoe het met het binnenklimaat van een gebouw gesteld is. Je moet als eigenaar kunnen aangeven welke klasse wenselijk is en er zeker van zijn dat de vooraf gestelde prestatie-eisen ook behaald kunnen worden. Daarom is borgen en monitoren een belangrijk onderdeel van het label. Scoor je een B? Dan geven we advies over hoe je een A kunt bereiken. We zijn ontzettend trots dat we nu bij DGMR het tweede label mogen uitreiken en hopen dat er nog vele zullen volgen.”

Database van gebouwen
Organisaties die het Binnenklimaat Label behalen, komen in een database van gebouwen die aantoonbaar gezond zijn. Het label is ontwikkeld vanuit kenniscentrum Binnenklimaattechniek, door Binnenklimaat Nederland, TVVL, TNO, BBA, OfficeVitae en DWA.

  • oktober 18, 2022
  • 134 views
Ruim kwart voetbalclubs bezig met aanschaf warmtepomp

Door de gestegen energieprijzen is een gemiddelde sportvereniging dit jaar €15.000 extra kwijt aan de energierekening. Dit is een stijging van bijna 100% ten opzichte van vorig jaar. Verenigingen hebben ontzettend veel moeite om de energierekeningen te kunnen betalen en maar liefst 38% van alle verenigingen vreest inmiddels voor het voortbestaan van de club. De helft van alle clubs hebben op dit moment een variabel contract en van nog eens 22% loopt het contract binnen 6 maanden af. Deze verontrustende cijfers komen uit recent onderzoek dat de KNVB samen met Groene Club sponsor Mitsubishi Electric heeft laten uitvoeren.

“Als duurzaamheidspartner van de KNVB herkennen we de onzekerheden waar veel voetbalverenigingen mee te maken hebben. Maar waar voor veel verenigingen een warmtepomp eerst nog geen interessante investering was is dit nu volledig omgeslagen”, geeft Arjen de Jong, algemeen directeur bij Alklima de exclusief distributeur van Mitsubishi Electric aan. “Steeds meer verenigingen hebben baat bij het plaatsen van een warmtepomp als één van de mogelijkheden om energie te besparen en de club te verduurzamen. Ondanks dat we merken dat meer bedrijven, particulieren en zeker ook sportverenigingen interesse tonen in verduurzamen en de aanschaf van een warmtepomp hebben we er begrip voor dat veel zaken nog onduidelijk zijn. Daarom ben ik enorm trots dat we onze campagne “de Energietrainer” kunnen aankondigen.”

‘Energietrainer’ John Williams
“Iedereen heeft het over verduurzamen en het verlagen van de energierekening. Maar waar begin je en waar houdt het op? Ook ik worstel daarmee”, geeft John Williams aan. “Als Energietrainer help ik samen met de experts van Mitsubishi Electric de Nederlandse voetbalclubs met het verduurzamen en verlagen van de energierekening. Naast mijn presentatie-werk bij onder andere “Help mijn man is klusser” ben ik een groot voetballiefhebber en iemand die enorm veel affiniteit heeft met verduurzamen. Ik hoefde in ieder geval niet lang na te denken toen Mitsubishi Electric en de KNVB mij vroegen voor de functie van Energietrainer. Ik ben heel erg trots en blij dat ik een onderdeel mag zijn van dit project. Want hiermee kunnen wij heel veel clubs en dus mensen helpen. Want dit zijn zware tijden voor iedereen.”

Veel verenigingen maken al goede stappen
Marc Nipius is vanuit de KNVB één van de grondleggers van De groene Club: “We zijn de Groene Club in 2018 gestart om verenigingen te helpen met verduurzamen. En we zien dat veel verenigingen al goede stappen hebben gemaakt. Voornamelijk met zonnepanelen en LED-verlichting. Maar de vraag vanuit verenigingen is veranderd. We zien op dit moment een stijgende vraag naar warmteoplossingen bij verenigingen. Met Mitsubishi Electric hebben wij een partner met veel kennis op het gebied van warmtepompen. Iets waar onze verenigingen veel naar vragen. Maar liefst 27% van de verenigingen is nu al bezig met het aanschaffen van een warmtepomp en dat zal de komende jaren alleen maar toenemen. We zijn daarom ook enorm blij dat Mitsubishi Electric partner is geworden van De Groene Club.”

[pt_view id="239b9c6659"]

  • oktober 17, 2022
  • 145 views
Prefab warmtepompen voor op het dak

Nefit Bosch en iBuild hebben een contract getekend waarin een meerjarige samenwerking wordt vastgelegd. Nefit Bosch gaat iBuild honderden prefab-installaties leveren op basis van de all-electric dakwarmtepomp die Nefit Bosch volgend jaar op de markt brengt.

Als ambitieuze start-up komt iBuild met een nieuw woningbouwconcept dat het bouwproces versnelt. Woningen worden gebouwd vanuit een vaste bodemplaat met volledig in de fabrieken van partners voorgeproduceerde elementen. Voor de duurzame verwarming en warmwatervoorziening kiest iBuild voor de nieuwe lucht-water dakwarmtepompen van Nefit Bosch, de Compress 5800i AWR ('Air Water Rooftop'). Deze specifiek voor schuine daken ontwikkelde, volledige geïntegreerde monoblockoplossing wordt in zijn geheel op het dak geplaatst. Alleen de aansluitingen, waarvoor geen specifieke certificering vereist is, gaan door het dak.

Prefab installatie
Het binnendeel, bestaande uit de compacte binnenunit, een 200 of 300 liter warmwaterboiler en een buffervat, wordt samen met een WTW-unit voorgemonteerd in het prefab configuratiecentrum van Nefit Bosch in Deventer. De complete unit wordt aangeleverd als prefab skid, zodat de installatiewerkzaamheden op locatie tot een minimum worden beperkt.

Dingen slimmer doen
“Deze werkwijze bespaart niet alleen veel tijd en schaarse menskracht, hij verlaagt ook faalkosten en minimaliseert de impact op het milieu. Als iBuild willen we een bijdrage leveren aan het oplossen van de woningnood, door dingen slimmer te doen. Maar wel met oog voor de prijs én op een zo duurzaam mogelijke wijze”, zegt William van Rijn, één van de oprichters van iBuild.
Mark Dekker, key accountmanager nieuwbouw bij Nefit Bosch, vult aan: “Als Nefit Bosch hebben we sterke ambities om te groeien op de nieuwbouwmarkt met de nieuwste warmtepomptechnologie, maar ook met prefab oplossingen. Voor ons is de samenwerking met iBuild een perfecte match.”
“Door jarenlange ervaring in de bouwwereld en het ontwerpen van gebouwen met diverse functies te combineren, hebben we een samenwerking gevonden die baanbrekend kan zijn voor de toekomstige huizenmarkt”, stelt William van Rijn.

Onderhoudsarm
“Dat iBuild kiest voor deze oplossing is eigenlijk heel logisch. Een dakopstelling kent minder beperkingen ten aanzien van geluid en ruimte”, licht Mark Dekker toe. “Onze nieuwe dakwarmtepomp is uniek in de markt. Superstil en geen risico op trillingen in de dakconstructie. Het ontwerp is gebaseerd op Nederlandse woningen en windbelastingen. Er wordt gebruikgemaakt van een natuurlijk koudemiddel (Propaan) waardoor hoge aanvoertemperaturen worden gehaald. De unit kent een lange levensduur en is onderhoudsarm.”
De nieuwe dakwarmtepomp rolt vanaf medio 2023 van de band bij Nefit Bosch in Deventer.

[pt_view id="231fb7d2ty"]

  • oktober 7, 2022
  • 137 views
Ook verhoogd prijsplafond maakt warmtepomp duur

Ook het verhoogde prijsplafond biedt geen soelaas voor wie een warmtepomp heeft of van plan was deze aan te schaffen. In de meeste gevallen speel je quitte ten opzichte van verwarmen met een cv-ketel. Huishoudens die onlangs een nieuw energiecontract afsloten zijn zelfs ruim 700 euro meer kwijt wanneer zij de warmtepomp prefereren boven verwarmen op gas. Dat concludeert vergelijkingswebsite Slimster, nadat het twee weken geleden al berekende dat de eerste variant van het prijsplafond voor warmtepompeigenaren een klap in het gezicht was.

Nadat er de nodige ophef ontstond over het vorige prijsplafond - het bedrag van 70 cent per kWh was te hoog en het verbruiksplafond van 2400 kWh per jaar juist te laag - besloot het kabinet dit aan te passen naar 40 cent en 2900 kWh. Slimster berekende wat deze aanpassingen voor verschillende soorten huishoudens betekenen. Een huishouden met een gemiddeld verbruik ziet de energiekosten door de aanschaf van een al dan niet hybride warmtepomp met 100 tot 120 euro per jaar dalen. “Een minieme besparing die niet opweegt tegen de hoge aanschafkosten van een warmtepomp, zeker niet in een periode waarin veel gezinnen het spaargeld ook goed voor andere zaken kunnen gebruiken”, aldus Marco Schuurman, eigenaar van Slimster.

Nieuw contract
Huishoudens die onlangs overstapten naar een andere energieleverancier zijn nog veel duurder uit. Sterker, voor hen is het gunstiger om op gas te blijven verwarmen dan de stap naar elektrisch te zetten, concludeert Slimster. Dat komt omdat je met een warmtepomp gegarandeerd ruim over het verbruiksplafond van 2900 kWh heengaat. Heb je daarbij net een nieuw contract afgesloten, dan betaal je de torenhoge prijzen die leveranciers momenteel hanteren in hun modelcontracten. Bij Vattenfall, Eneco en Essent gaat het om gemiddeld 92 cent per kWh. Die prijs geldt dan voor bijna de helft van je elektriciteitsverbruik, wat dus niet onder het prijsplafond valt. In de praktijk komt het erop neer dat huishoudens in deze situatie met een volledig elektrische warmtepomp ruim 700 euro per jaar meer kwijt zijn aan energiekosten dan met een ouderwetse cv-ketel. Bij de keuze voor een hybride warmtepomp komt het neer op een nadeel van ruim 300 euro, blijkt uit de berekeningen van Slimster.

Elektrisch bijverwarmen
Wat nog wel uitkomst kan bieden is gebruikmaken van een airco of infraroodpaneel als elektrische bijverwarming. De thermostaat kan dan lager worden gezet, waardoor flink wordt bespaard op gaskosten en alleen de ruimte op stroom wordt verwarmd waar iemand op dat moment verblijft. Dat kan gunstig zijn wanneer iemand bijvoorbeeld overdag thuiswerkt.

  • september 30, 2022
  • 135 views
Duurzame flats met extreem lage energiekosten

In Den Bosch heeft woningcorporatie BrabantWonen twee duurzaame flats gebouwd. Een groot deel van het jaar verwarmt de zon de woningen, een collectieve warmtepomp vult in de koude maanden aan. Dit project is een voorbeeld van betaalbare duurzaamheid voor bewoner én verhuurder: voor verwarmen en koelen betalen de bewoners maandelijks niet meer dan 35 euro.

Gevels met grote glasvlakken laten zonlicht het hele jaar maximaal binnen. Iedere woning heeft een niet geïsoleerde serre die de warmtevraag vermindert. De woningen hebben daardoor maar heel weinig verwarming nodig, gemiddeld 800-1500 watt per woning. Doordat prefab luchtdicht is gebouwd, kan snel worden verwarmd en gekoeld. Het hele gebouw wordt met een warmtepomp van 40 kW verwarmd (een gemiddeld huishouden heeft 20 kW nodig). Op het dak een dakterras met tuin, overkapt door 308 PV-panelen.
Voor warm water heeft ieder appartement een zoutbatterij, het zout wordt opgewarmd door de zonnepanelen en houdt zijn warmte 3 dagen vast. Voor de ventilatie zorgen individuele balansventilatieboxen in iedere berging.
De klimaatadaptieve flats zijn industrieel, flexibel en demontabel prefab gebouwd. Alle materialen zijn te hergebruiken en zo gekozen dat de gebouwen 3x lichter zijn dan vergelijkbare systemen.

Betaalbaar perspectief voor de energietransitie
Bahman Laké, projectleider BrabantWonen: “We zijn in 2020 gestart met het ontwerp van deze twee gebouwen met beide 31 appartementen, waarvan de helft sociale huurwoningen. Ons doel was toekomstbestendigheid zonder gas, met zoveel mogelijk natuurlijk opgewekte energie. Niet wetend dat wij geconfronteerd zouden worden met de huidige energieproblematiek. Het resultaat van die inspanning en de gedane investering is dat de energiekosten voor de verwarming en warm water ver onder het ingestelde prijsplafond ligt. Dat voordeel gaat geheel naar de bewoner.”
Bewoners betalen een maandelijks voorschot van 20 euro voor warm tapwater en voor verwarming en koeling 15 euro, of 12,50 euro in een kleinere woning. Dit is 10 keer minder dan in een gemiddeld nieuw appartementengebouw.

[pt_view id="9db9a6c2ky"]