Slim aansturen warmtepompen en elektrische auto’s om elektriciteitspieken op te vangen
Voor het eerst gaan elektrische auto’s en warmtepompen slim aangestuurd worden om pieken in het elektriciteitsnet op te vangen. Tijdens deze pilot ‘Flexibel laden en verwarmen achter de meter’, willen de deelnemende partijen nader inzicht krijgen in de acceptatie van de consument voor het door een energiemanager laten regelen van energie in en om het huis. Ook wordt onderzocht hoe de techniek om het energiegebruik in en om het huis slim te regelen verder kan worden ontwikkeld. In deze proef wordt nu gekeken of met slimme sturing huishoudens een bijdrage kunnen leveren aan het opvangen van pieken van het elektriciteitsnet.
Het project ‘Flexibel laden en verwarmen achter de meter’ is een gezamenlijk initiatief van Cohere, Enpuls, Enexis Netbeheer, ElaadNL en Living lab smart Charging. De komende periode worden 250 huishoudens geworven om deel te nemen aan het proefproject. Het project loopt tot december 2019.
Door de omschakeling naar elektrisch rijden en naar elektrische verwarming door middel van warmtepompen gaat het elektriciteitsverbruik in Nederlandse huishoudens flink stijgen. Wanneer er gelijktijdig elektrisch gekookt wordt, het huis elektrisch verwarmd en de elektrische auto opgeladen wordt, kan dit in de toekomst leiden tot overbelasting van de netaansluiting of zelfs van het achterliggende elektriciteitsnet, met als mogelijk gevolg dat de elektriciteit thuis volledig uitvalt. Een oplossing is het verzwaren van die netaansluiting of het versterken van het net, maar dat is een dure oplossing terwijl dat wellicht niet altijd nodig is. Het is dan ook voor huishoudens interessant om met slimme technieken het elektriciteitsverbruik te sturen om dergelijke overbelasting te voorkomen, zo vinden de initiatiefnemers van dit project.
Energiemanager
Rijders van elektrische auto’s kunnen slimmer hun energiegebruik sturen door gebruik te maken van de Energy Manager Maxem. De Maxem FLEX is een apparaat dat aan de elektriciteitsmeter in de meterkast wordt gekoppeld en een huishouden realtime inzicht geeft in het elektriciteitsverbruik en de opbrengst van eventuele zonnepanelen. Op basis hiervan wordt het laadpunt voor de elektrische auto, de warmtepomp en mogelijk de thuisbatterij aangestuurd zodat de stoppen in de meterkast niet doorslaan en er binnen de capaciteit van de netaansluiting optimaal gebruik wordt gemaakt van de eigen zonne-energie. Daarnaast kan je deze grote elektriciteitsverbruikers in en om het huis ook in zetten om te zorgen dat pieken op het lokale elektriciteitsnet opgevangen worden door te variëren met de capaciteit op de netaansluiting op het moment dat er schaarste is aan capaciteit in het net. Zo kan het elektriciteitsgebruik van huishoudens flink toenemen zonder dat dure investeringen gedaan moeten worden in zwaardere netaansluitingen, grotere elektriciteitskabels en zwaardere transformatoren in de wijk. Door het slim aansturen van grote elektriciteitsverbruikers kunnen dure investeringen voor consumenten én netbeheerder voorkomen worden en blijft de overgang van fossiele naar duurzame energie betaalbaar.
Heeten onderzoekt de mogelijkheden van een lokale en duurzame energiemarkt
In het Overijsselse Heeten is een proef gestart om een lokale en duurzame energiemarkt op te zetten. De proef is erop gericht om energie zoveel mogelijk daar te gebruiken waar deze ook opgewekt is: in de woning zelf, bij de buurman of in de wijk. Doordat de energie zoveel mogelijk lokaal opgeslagen, verhandeld en gebruikt wordt, hoeft deze niet ingekocht te worden. Daardoor worden de kosten voor energie in de wijk verrekend. Het doel is om tot een businesscase te komen, die schaalbaar en toepasbaar is voor de toekomst. De proef loopt tot eind 2019.
Opslag in zoutbatterijen
Om de met zonnepanelen opgewekte energie op te slaan, wordt gebruik gemaakt van 25 zoutbatterijen. Deze worden geplaatst bij de deelnemers, ongeacht of ze zelf zonnepanelen hebben. Hierdoor is het mogelijk dat de door de buurman teveel opgewekte energie bij een wijkgenoot in de batterij opgeslagen wordt en op een later moment weer gebruikt kan worden. Door het bij elkaar brengen van vraag en aanbod wordt lokaal energiegebruik optimaal gestimuleerd en wordt het elektriciteitsnet van de netbeheerder niet extra belast. Met het lokaal balanceren van opgewekte en gebruikte energie, variabele tarieven en opslag wordt met de inwoners van Heeten een nieuw verdienmodel ontwikkeld.
Energie Management Systeem (EMS)
Om inzicht te krijgen in de hoeveelheid opgewekte energie, het energieverbruik en de beschikbare energie in de batterij, worden bij de deelnemers een Energie Management Systeem (EMS) opgehangen. Daarnaast zorgt het EMS dat de batterij aangestuurd wordt. Via een app kan de bewoner zijn eigen woning volgen waardoor hij zich bewust wordt en inzicht krijgt in het energiegebruik. De bewoner houdt altijd de regie over het systeem.
Energie besparen
Een belangrijk kenmerk van het project is de buurtinspanning. Waar energiebesparing normaliter een individuele inspanning is, gebeurt het hier met de straat, wijk of buurt. De pilot moet uitwijzen welke invloed deze gezamenlijke aanpak heeft op gedragsverandering bij de deelnemers. De verwachting is dat door gezamenlijk aan energiebesparing te werken, er creatiever en bewuster met energie om gegaan wordt.
Partners
Bij de pilot zijn diverse partijen betrokken: Enexis Netbeheer, Energiecoöperatie Endona, Enpuls, Universiteit Twente, Escozon, ICT Automatisering, DrTen en Buurkracht. Op de website www.gridflex.nl zijn de rollen van deze partijen nader toegelicht.
Test met batterij die zonne-energie van hele wijk opslaat
Voor het eerst wordt in ons land een buurtbatterij in een wijk ingezet, meldt duurzaamnieuws.nl. Deze batterij slaat zelf opgewekte zonne-energie op die een huishouden niet gebruikt. Op het moment dat er stroom nodig is, kan die er weer worden afgehaald. 35 huishoudens in Haarlemmermeer testen de batterij samen met Lyv smart Living, netbeheerder Liander en Tegenstroom, het lokale energiebedrijf van de gemeente Haarlemmermeer.
Het energiemanagementsysteem met een bijbehorende app registreert de energie die een bewoner opslaat en er weer afhaalt. Aan de hand van het actuele energiegebruik van de bewoners en de hoeveelheid opgewekte energie wordt bepaald of de energie het beste gebruikt, opgeslagen of teruggeleverd kan worden aan het net. Als een bewoner in de wijk energie nodig heeft dan levert het systeem zijn resterende deel uit de batterij terug. Zo kunnen bewoners maximaal hun eigen opgewekte energie gebruiken en wordt het energienet ontlast.
Liander gebruikt de batterij uitsluitend om te testen wat de gevolgen ervan zijn voor het lokale energienet en of het één van de oplossingen kan zijn om het lokale net te ontlasten. Om te begrijpen wat de dynamiek en impact is van het gebruik van batterijen op het elektriciteitsnetwerk doet de netbeheerder onderzoek naar oplossingen als de Buurtbatterij. De eerste voorlopige resultaten laten zien dat er een toename is van zo’n 100% in het gebruik van de eigen opgewekte energie met behulp van de batterij.
Gemeente Soest laat haalbaarheid geothermische energiecentrale onderzoeken
De gemeente Soest en Larderel Energy, onderdeel van Ingenieursbureau Herman de Groot, hebben een Letter of Intent getekend voor de realisatie van een geothermische energiecentrale. De centrale richt zich op ultra-diepe geothermie (tot een diepte van ca. 7 kilometer). Deze techniek kan ruim 50% van de duurzame energiebehoefte opwekken voor de 20.000 huishoudens in Soest.
Dit voornemen maakt onderdeel uit van het beleid van Soest om minimaal 20% van de duurzame energie binnen de gemeentelijke grenzen te realiseren. Het beoogde doel is dan ook een aanzienlijke verhoging van duurzame energieopwekking: elektriciteit, warmte en koude.
De ondertekening van de LOI werd verricht door de Wethouder Milieuzaken van de gemeente Soest, de heer M.J. Adriani en directeur J. Herman de Groot van Larderel Energy. Het officiële moment vond plaats tijdens een bijeenkomst van Bedrijvenplatform Duurzaamheid Soest. Er waren diverse vertegenwoordigers aanwezig van belangengroeperingen, gemeentelijke instanties, de Raad en het bedrijfsleven.
Larderel Energy en Herman de Groot Ingenieurs gaan samen met de Gemeente Soest verder onderzoek plegen naar de haalbaarheid van het voornemen en verwachten medio 2018 daarover verder uitsluitsel te kunnen geven.
KU Leuven onderzoekt potentie van ramen met zonnecellen
Op de campus van de KU Leuven onderzoeken Vlaamse en Nederlandse wetenschappers en ondernemers de potentie van ramen die uitgerust zijn met zonnecellen. “Het onderzoek is cruciaal om te weten hoe je in de toekomst deze producten kunt verkopen”, aldus Bennie Pekel van het Schoonebeekse bedrijf Sanko Solar. Dit bedrijf heeft de PV-ramen voor dit onderzoek beschikbaar heeft gesteld.
De geproduceerde PV-ramen zijn opgebouwd uit zogenaamde Cadmium telluride (CdTe-)zonnepanelen. Een van de voordelen van deze dunnefilmtechniek is de lage CO2-voetafdruk. De zonnepanelen worden door Sanko Solar geïmporteerd vanuit China. “De eigenaar van de zonnepanelenfabriek houdt zich al meer dan 25 jaar bezig met onderzoek naar en productie van CdTe-zonnepanelen”, duidt Pekel. “Uit de fabriek komen verschillende eindproducten; allereerst standaard CdTe-zonnepanelen met een formaat van 0,6 bij 1,2 meter. Vervolgens kan men tal van aanpassingen doen. Zo kunnen de zonnepanelen in groter of kleiner formaat gemaakt worden, van verschillende transparanties of van isolatieglas voorzien worden. Het is de enige fabriek ter wereld die dit kan. Zij hebben een procedé ontwikkeld waarmee een niet-transparant zonnepaneel transparant gemaakt kan worden door materiaal weg te laseren.”
Volgens Pekel kan men er ook voor kiezen om de zonnepanelen als halffabricaten in Europa te importeren en lokaal te assembleren tot bijvoorbeeld PV-ramen. “Een van de partners in het PV OpMaat-project is Ceyssens Glas. Voor de PV-ramen die door de universiteit KU Leuven onderzocht worden heeft Ceyssens Glas een gedeelte van het gebruikte glas geleverd.”
Oplopende temperaturen
“We hebben het VLIET-gebouw voorzien van zeven semi-transparante PV-ramen. Daarnaast is er ter vergelijking 1 normaal semi-transparant raam geplaatst”, zegt Jonathan Lehman, onderzoeker bij de universiteit KU Leuven. “Twee van de zeven PV-ramen zijn voorzien van dubbelglas. De andere vijf zijn voorzien van driedubbelglas, waarvan drie met ventilatie en twee zonder ventilatie. Van de 7 PV-ramen hebben er twee een transparantie van 40 procent en vijf een transparantie van 20 procent.”
Dat de PV-ramen zo’n grote diversiteit qua karakteristieken kennen, is volgens Pekel en Lehman noodzakelijk om vast te kunnen stellen welke samenstelling het beste presteert. “We hopen natuurlijk dat de PV-ramen ook bij oplopende temperaturen goede prestaties blijven leveren”, aldus Pekel. “Over het algemeen geldt namelijk dat als een zonnepaneel warm wordt de prestaties iets achteruitgaan. Een niet-geïsoleerd CdTe-zonnepaneel kan zijn warmte heel goed kwijt omdat het aan de achterkant kan ventileren. Op het moment dat je isolatieglas aanbrengt – zoals wij bij de PV-ramen hebben gedaan – kan de temperatuur in de spouw oplopen tot wel 60 graden. We willen via het PV OpMaat-project achterhalen wat de gevolgen hiervan zijn voor de prestaties van de zonnepanelen. Het inzicht is cruciaal om te weten hoe je in de toekomst deze producten kunt verkopen.”
Simulatiemodellen ontwikkelen
“Vanuit Sanko Solar bezien hopen we natuurlijk dat er geen verschil zit in de opbrengst van de verschillende PV-ramen”, vervolgt Pekel. “Is dat wel zo, dan gaan we werken aan het doorvoeren van verbeteringen aan bijvoorbeeld de ventilatie. Van een kristallijn siliciumzonnepaneel is bekend dat het vermogen met 0,5 procent per graad achteruitgaat als een temperatuur van 25 graden Celsius bereikt wordt. Bij CdTe-zonnepanelen is dit slechts 0,2 procent. Dat neemt niet weg dat je opbrengstverlies te allen tijde wilt voorkomen. Net als de onderzoekers verwachten wij dat bij met name de transparante zonnepanelen die zijn uitgerust met isolatieglas de temperatuur een zeer belangrijke factor gaat zijn. Dat is echter puur op theoretische cijfers gebeurd en in de praktijk gaan we het een en ander nu verifiëren.”
“Het onderzoek dat minimaal een jaar duurt is er allereerst op gericht om te onderzoeken wat de potentie is om elektriciteit op te wekken met semi-transparante ramen die uitgerust zijn met zonnecellen”, stelt Lehmann. “We zijn in het bijzonder geïnteresseerd in de temperaturen die bij deze ramen bereikt kunnen worden. Van traditionele zonnepanelen weten we dat ze heel warm kunnen worden en de opbrengst daardoor minder wordt. Doordat wij verschillende PV-ramen testen, kunnen wij de onderlinge prestaties goed vergelijken. Een van de aspecten die met name vanwege de thermische huishouding interessant is, is het effect van ventilatie op de temperatuur van de zonnepanelen. Voor het genereren van zonnestroom is het bovendien interessant om te zien wat het verschil in opbrengst is tussen de ramen met 20 en 40 procent transparantie. Ten slotte zal de installatie ook gebruikt worden om modellen te ontwikkelen die het gedrag van PV-ramen simuleren.”
Duizenden vierkante meters
“We verwachten dat de geventileerde PV-ramen een stuk beter functioneren en minder warmte zullen produceren”, besluit Lehmann. “Logischerwijs zouden de PV-ramen met 20 procent transparantie meer stroom moeten produceren dan de ramen met 40 procent transparantie. Alvorens het onderzoek afgerond is, houden wij echter een slag om de arm; het vaststellen van de exacte prestaties is immers het doel van het onderzoek.”
“De uitkomsten van het onderzoek kunnen de afzet van PV-ramen een fikse boost geven”, verwacht Pekel. “De markt van zonwerend of isolatieglas is weliswaar kleiner dan die van standaardzonnepanelen, maar het is nog altijd een gigantisch grote markt. De toepassingen zijn bovendien vrijwel eindeloos. Doordat ze transparant zijn, zijn ze deels lichtdoorlatend en werken ze tegelijkertijd zonwerend. Daarmee vormen ze een perfecte toepassing voor veranda’s, serres, overkappingen en carports, maar dus ook als PV-ramen. Alleen al in 2018 verwachten we duizenden vierkante meters te gaan verkopen.”
“Steeds meer nadruk op het intelligent verduurzamen van woningen”
“Nu de nieuwe regering het einde van de salderingsregeling heeft aangekondigd, wordt energieopslag bij een woning met zonnepanelen interessanter.” Dat zegt Wendy van der Aa, segment manager residentieel bij Eaton Industries, een bedrijf dat energie efficiënte oplossingen aanbiedt. “Het zijn zeer interessante tijden voor fabrikanten en installateurs in de woningmarkt. Er komt steeds meer nadruk te liggen op het intelligent uitvoeren en verduurzamen van woningen en daar spelen zij natuurlijk een grote rol in.
Met een demotruck deed Eaton onlangs zestien plaatsen in Nederland aan: van Maastricht tot Groningen, van Hengelo tot Goes. Op die plekken werden deelnemers geïnformeerd over de ontwikkelingen in de markt en over de stand van de techniek. De belangstelling was groot
Van der AA: “Medio 2018 zijn onze oplossingen voor thuisopslag beschikbaar en dat betekent dat bewoners veel meer zelf de regie krijgen over hoe ze omgaan met hun opgewekte energie. Zeker als terugleveren minder aantrekkelijk wordt, is opslag een goede optie. Wij verwachten dan ook dat bewoners steeds meer interesse zullen krijgen in energieopslag. Installateurs moeten zich daarop voorbereiden.
“Verduurzamen gaat vrijwel altijd hand in hand met verslimmen. Woonhuisintelligentie helpt om energie te besparen en slimmer om te gaan met geleverde en zelf opgewekte energie. Verslimmen maakt het daarnaast ook mogelijk om slimmer te bouwen. Ook daar zijn relevante ontwikkelingen die we graag delen met onze partners. En hoe meer afhangt van de elektrotechnische installatie, des te belangrijker is de veiligheid daarvan”, aldus Van der Aa.
Nuon zet volop in op zonne-energie
Nuon investeert de komende jaren miljoenen in zonne-energie. Een nieuw bedrijfsonderdeel gaat zonneparken bouwen, waaronder een zonnecentrale met 135.000 panelen in de gemeente Goeree-Overflakkee. Hiervoor is onlangs de vergunning verkregen. Ook biedt Nuon particulieren de mogelijkheid om zonnepanelen te huren en realiseert het energiebedrijf grote zonneprojecten voor zakelijke klanten.
Nuon gaat particulieren op grote schaal de mogelijkheid bieden om zonnepanelen te huren. Het energiebedrijf wil hiermee een oplossing aandragen voor mensen die wel zelf duurzame energie willen opwekken, maar de investering niet willen of kunnen doen. Voor een vast bedrag per maand regelt het energiebedrijf materiaal, installatie, onderhoud, verzekering én monitoring. Het termijnbedrag zal omlaag gaan met de verwachte opwekking van de huurpanelen. Afhankelijk van het aantal zonnepanelen dat mensen op hun dak krijgen, verwacht Nuon dat de energierekening onderaan de streep met gemiddeld minstens honderd euro per jaar daalt.
Zakelijke markt
Ook gaat Nuon zakelijke klanten helpen om zonprojecten te realiseren. Dat gebeurt via advies en ondersteuning op maat, onder meer met het aanvragen van subsidie. Nuon zakelijke klanten met een dakoppervlakte van meer dan 500 m2 om de SDE-subsidies te krijgen. Vervolgens installeert Nuon de zonnepanelen en verzorgt het energiebedrijf de monitoring.
Zo gaat Nuon voor supermarktketen Hoogvliet op 15 locaties zonnepanelen plaatsen. In totaal gaat het om circa 6.000 stuks, met een gezamenlijk oppervlak van ongeveer 1,5 voetbalveld. Het totale vermogen van de installaties bedraagt ruim 1,6 MW. De Hoogvliet-supermarkten en -bakkerij zullen de zonne-energie gebruiken voor hun eigen energievoorziening.
Zonnecentrales
Daarnaast gaat Nuon zelfstandig grootschalige zonneparken ontwikkelen. Het eerste grote zonnepark in Nederland dat Nuon realiseert, komt bij windpark Haringvliet. Daar heeft het energiebedrijf deze week goedkeuring gekregen van de gemeenteraad van Goeree-Overflakkee om een zonnecentrale te bouwen met 135.000 panelen. Het vermogen van dit park is 36 tot 40 MW, waarmee naar verwachting circa 10.000 huishoudens van stroom kunnen worden voorzien. Ook zijn inmiddels de eerste SDE+ – subsidies verkregen voor het ontwikkelen van zonneparken bij de energiecentrales Hemweg, Velsen en Eemshaven. Hier komen grote zonnecentrales. In totaal zullen er vele duizenden zonnepanelen geïnstalleerd worden. Ook bij windpark Wieringermeer, waar naar verwachting de bouw in het najaar zal starten, heeft Nuon plannen voor de realisatie van een groot zonnepark. Mogelijkheden voor participatie door particulieren in dit zonnepark wordt verder onderzocht.
Nieuw bedrijfsonderdeel
Om de plannen voor de zonneparken in goede banen te leiden heeft Vattenfall – het moederbedrijf van Nuon – een nieuw bedrijfsonderdeel opgericht: zonne-energie en batterijopslag. Voor deze combinatie is gekozen omdat duurzame energie kan leiden tot grote pieken en dalen in het energieaanbod. Zo is in juni een grote batterij-installatie geplaatst bij windpark Alexia – om de pieken en dalen op te vangen die veroorzaakt worden door windenergie. In de toekomst zal hier mogelijk ook een grote zonnecentrale komen.
Alle technologieën zijn nodig
De Nederlandse Margit Deimel is benoemd tot manager van de ontwikkeling van grootschalige zonprojecten. Tot voor kort was zij hoofd ontwikkeling windprojecten. Zij zal de grote zonprojecten van Vattenfall in Nederland verder vormgeven. Deimel: “Voor het behalen van de duurzame doelstellingen zijn alle technologieën nodig. Zonne-energie wordt hiervoor steeds belangrijker, zowel op daken als grootschalig in open ruimten. Een belangrijke drijfveer achter de groei is dat zonne-energie steeds goedkoper wordt. Op bedrijventerreinen zien we nog veel onbenut potentieel. Daarnaast is het belangrijk dat gemeenten locaties te selecteren van een schaalgrootte van bij voorkeur boven de 25 MW. Grotere projecten dragen relatief veel bij aan het halen van de duurzaamheidsdoelstellingen en creëren kostenreducties.”
GroenLinks wil aansluitplicht op gasnet uit de wet
Gisteren diende GroenLinks Kamerlid Liesbeth van Tongeren een initiatiefwet in die de huidige aansluitplicht op het gasnet voor nieuwbouwwoningen uit de wet haalt. Van Tongeren stelde dit voor bij een debat over energiedoelen bij woningbouwcoöperaties. Er is steeds meer animo vanuit de samenleving om al op korte termijn woningen van het gas af te hebben. Eerder deed Uneto-VNI voorzitter Doekle Terpstra al een oproep aan een nieuw kabinet om gasloze ambities te ondersteunen.
Het kabinet heeft de intentie om woningen in 2050 van het gas af te hebben, maar daarvoor is nog steeds niets geregeld, zo stelt GroenLinks. De initiatiefwet van deze partij stelt wel een nieuwe norm; nieuwbouw is gasloos. Deze norm wordt sterk bepleit door Vereniging Nederlandse Gemeentes, het Inter Provinciaal Overleg, de netbeheerders, bouwbedrijven zoals Ballast Nedam en Dura Vermeer, Uneto-VNI en milieuorganisaties. Dat bleek onder andere op een hoorzitting die op initiatief van GroenLinks in juni dit jaar door de Tweede Kamer werd gehouden.
Alle nieuwbouw gasloos
Van Tongeren: “We willen minder fossiele brandstoffen gebruiken en over op hernieuwbare energie, dus dan is het logisch dat je nieuwbouw niet meer op het gas aansluit. Geld dat je nu investeert in extra gasleidingen is weggegooid. Het is zo logisch dat iedereen denkt dat het allang geregeld is. Maar met deze wet wordt alle nieuwbouw gasloos.”
Volgens onderzoek van stichting Natuur & Milieu worden met de huidige wetgeving nog steeds 150.000 nieuwbouwwoningen op het gas aangesloten in de komende jaren. “Dat druist in tegen de kabinetsdoelstelling om in 2050 geen enkele woning meer op het gas te hebben”, aldus GroenLinks Kamerlid Van Tongeren. “Netbeheerders moeten dan toch investeren in gasleidingen die maar kort gebruikt zullen worden.”
Lek in beveiliging zonnepanelen
Het beveiligingsbedrijf ITsec waarschuwt dat de beveiliging van zonnepanelen mankementen vertoont, schrijft de Volkskrant vandaag. Door een lek in de beveiliging loopt de stroomvoorziening in Europa gevaar. Het lek zou zitten in de omvormers. Kwaadwillenden zouden deze eenvoudig kunnen uitschakelen. In een worst case scenario kan op een zonnige dag het stroomgebruik van miljoenen huishoudens wegvallen. Volgens de Volkskrant onderkennen de stroombedrijven het gevaar niet, maar erkennen onafhankelijke deskundigen wel het risico. Het ministerie van Economische Zaken houdt in de gaten of het nodig is de ict-beveiliging van zonnepanelen te verbeteren.
Energieleverancier neemt isolatie-expert over
Essent heeft isolatie-expert Isoprofs overgenomen. Isoprofs is een isolatiebedrijf met ruime ervaring in zowel de zakelijke als particuliere markt. De energieleverancier voegt hiermee een nieuw bedrijf toe aan het landelijk dekkend netwerk van Essent Servicepartners, die actief zijn in onder andere installatie en service van energiebesparende maatregelen in en rond het huis. De overname past in de ambitie van Essent om koploper te worden op het gebied van betaalbare en slimme producten en diensten die bijdragen aan verduurzaming en energiebesparing. De naam Isoprofs blijft gehandhaafd en alle medewerkers van de vier Isoprofs vestigingen in Nederland en België behouden hun baan.
Zoektocht naar partners
Essent verwacht dat de vraag naar totaaloplossingen voor energiebesparende maatregelen in woningen en gebouwen in de komende jaren verder zal toenemen. Met de overname van Isoprofs neemt Essent een isolatiebedrijf over met ruime ervaring in zowel de particuliere als zakelijke markt.
Gemeenten, woningcorporaties en inkoopcollectieven zijn op zoek naar partijen die grootschalig oplossingen kunnen bieden voor energiebesparing en verduurzaming. Essent Servicepartners zijn bijvoorbeeld al betrokken bij projecten in Parkstad Limburg, waar 100.000 zonnepanelen worden geplaatst en in Maastricht en omgeving waar 60.000 woningen worden verduurzaamd. Leenders:
Groei in Nederland en België
Isoprofs, dat per direct volledig is overgenomen, werkte al enkele jaren samen met Essent en haar Servicepartners. Alle medewerkers in de vestigingen Meijel, Almere, Hasselt en Lokeren in Nederland en België behouden hun baan. Elo Dhaene, de huidige directeur van Isoprofs, blijft actief in zijn functie. Dhaene: “Isolatie is vaak de eerste stap in het proces van verduurzaming en energiebesparing. Door de overname kunnen we nog intensiever profiteren van elkaars netwerk. Hierdoor zien wij verdere groeimogelijkheden in Nederland en België.”