• november 29, 2016
  • 136 views
Bouwagenda: Aan de slag met innovatie in de bouw- en installatiebranche

bouwagendaEr is de komende jaren volop werk aan de winkel voor de bouw- en installatiesector. Energieneutrale woningen en gebouwen, frisse scholen, huizen waarin onze ouderen langer zelfstandig kunnen blijven wonen. Maar ook smart buildings, transformatie van leegstaande kantoren, digitalisering en slimmere snelwegen. Deze grote maatschappelijke uitdagingen vragen om een innovatieve aanpak. “Die gaan we de komende maanden uitwerken in een Bouwagenda, samen met alle ketenpartners, van de overheid tot en met leveranciers. De technologische oplossingen van onze leden zijn daarbij onmisbaar, zegt Titia Siertsema, voorzitter van UNETO-VNI.

Onder leiding van oud- werkgeversvoorzitter Bernard Wientjes stelt de Taskforce Bouw de Bouwagenda op. De uitvoeringsagenda voor 2017-2021 wordt komend voorjaar gepresenteerd. Siertsema: “Belangrijke thema’s voor de installatiebranche, zoals het realiseren van een energieneutrale gebouwde omgeving, verhoging van de productiviteit door digitalisering, een toekomstbestendige infrastructuur en het levensloopbestendig maken van woningen krijgen volop aandacht”. 

Het kabinet onderschrijft het economisch belang van de bouw- en installatiebranche en zet zich met de Bouwagenda volledig in voor innovatie en vernieuwing. Afgelopen vrijdag kwamen de ministers Blok (Wonen en Rijksdienst), Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) en Kamp (Economische Zaken) bijeen met onder meer vertegenwoordigers van het bedrijfsleven, kennisinstellingen, gemeenten en provincies om hierover afspraken te maken.

Siertsema: “We zetten er samen de schouders onder: Rijk, provincies, waterschappen, bouwers, woningcorporaties, installateurs, architecten, ingenieurs, toeleverende industrie, kennisinstituten en de financiële sector doen allemaal mee. Het gaat om een grootschalige operatie: het verduurzamen van miljoenen woningen en gebouwen, het levensloopbestendig maken van de woningvoorraad voor onze ouderen, een grootschalige transformatie van commercieel en maatschappelijk vastgoed en oplossingen voor slimme mobiliteit. De afgelopen jaren hebben we niet stilgezeten, er is al veel bereikt. Maar nu is tijd om op te schalen en nieuwe technologieën en concepten grootschalig toe te passen en daarvoor investeringsruimte te creëren.”

Meer informatie over de Bouwagenda op de website van het Ministerie van Economische Zaken: https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-economische-zaken/nieuws/2016/11/29/kabinet-met-bouwagenda-werken-aan-toekomstbestendige-sector

Meer informatie over innovatie in de installatiebranche: de toekomstverkenning Radar 2020

[related_post themes=”text”]

  • november 29, 2016
  • 126 views
Verplicht energielabel C voor kantoren leidt tot 25% minder energiegebruik in 2023

energielabel-kantoorEen verplicht energielabel C voor kantoren per 2023 leidt tot een besparing van het gebouwgebonden energiegebruik van 8,6 petajoule (PJ) in dat jaar. Afgezet tegen een verwacht energiegebruik in 2023 van 35,3 PJ in de kantorenmarkt zonder de maatregel, levert een verplichtstelling van een energielabel C een energiebesparing op in de kantorenmarkt van bijna 25%. De verplichtstelling levert daarmee een substantiële bijdrage aan de energiebesparingsdoelstellingen uit het Energieakkoord. De verplichtstelling brengt een investeringsopgave van ongeveer € 860 miljoen met zich mee.

Gezien de installatietechnische aard van de maatregelen die genomen moeten worden om energielabel C te bereiken, blijft de overlast voor ondernemers en eigenaren veelal beperkt. Dit concluderen het Economisch Instituut voor de Bouw (EIB) en Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) in de zojuist verschenen studie ‘‘Verplicht energielabel voor kantoren’’.

Het EIB en ECN hebben de effecten van twee varianten van een energielabelverplichting voor kantoren onderzocht: een variant waarbij label C, B of A verplicht wordt gesteld per 1 januari 2023 en een gefaseerde variant met een verplichting van label C in 2023 gecombineerd met een verplichting van energielabel A in 2030. De ingangsdatum van de maatregel is gesteld op 1 juli 2017. De jaarlijkse besparingen die op de handhavingsdatum 1 januari 2023 worden gehaald door een verplichtstelling van respectievelijk energielabel C, B of A zijn 8,6, 9,4 en 10,9 PJ. De verplichtstelling van label C in 2023 gevolgd door een verplicht label A in 2030 leidt tot een jaarlijkse additionele besparing van 8,6 PJ in 2023 en 10,1 PJ in 2030. De investeringen lopen voor een verplicht label C, B of A op tot respectievelijk € 860 miljoen, € 1 miljard en € 1,4 miljard in 2023. Ook de gefaseerde combinatie van eerst een verplicht energielabel C in 2023 naar energielabel A in 2030 leidt tot een cumulatieve investering in 2030 van € 1,4 miljard. De energiebesparende maatregelen verdienen zich bij labelstappen richting C en B relatief snel terug door besparingen op de energierekening. De gemiddelde terugverdientijden van labelstappen naar C en B liggen tussen 3 en 6½ jaar. Voor labelstappen naar A variëren de terugverdientijden tussen 3½ en 13½ jaar, waarbij met name de terugverdientijden van de labelstappen vanaf D, C en B naar label A relatief lang zijn. 

De maatregelen die moeten worden genomen om de labelstappen te maken, vergen doorgaans beperkte aanpassingen aan de gebouwschil en bedrijfsprocessen zullen slechts in enkele gevallen worden verstoord door de maatregelen. De meeste maatregelen die genomen moeten worden zijn installatietechnisch van aard. Gedacht kan worden aan het installeren van LED verlichting, zonnepanelen en balansventilatie. Alleen vanaf label G zijn relatief lichte isolatiemaatregelen noodzakelijk om label C, B of A te behalen. De te nemen maatregelen staan verdere verbetering van de energetische kwaliteit van panden in de toekomst slechts in beperkte mate in de weg.

De effecten van een verplichtstelling beperken zich tot de kantoren die momenteel een slechter label hebben dan het verplicht te stellen label. De verplichting voor een label C heeft betrekking op 52% van de vierkante meters kantoorruimte in Nederland. Respectievelijk 66% en 75% van de oppervlakte zal energiebesparende maatregelen moeten nemen door een verplichtstelling van label B en A.

Voor een deel van deze markt leidt de verplichting tot extra uitval van de kantorenvoorraad met een slechter energielabel dan verplicht. Het gaat hierbij om het marginale deel van de markt dat zich kenmerkt door slechte verhuurbaarheid en lage huurprijzen, vaak geconcentreerd op onaantrekkelijke locaties. De mogelijkheden om de investeringskosten in de huren te verrekenen zijn voor dit deel van de markt beperkt, omdat de vraag al snel uitwijkt naar alternatieven. De marginale voorraad neemt aanvankelijk toe met 0,9%, 1% en 1,2% van de voorraad door een verplichting van respectievelijk label C, B of A. In vierkante meters betekent dit een uitval van 720.000 m2, 835.000 m2 en 1 miljoen m2. Doordat de investeringen in de energiebesparende maatregelen niet kunnen plaatsvinden, kunnen deze panden niet meer als kantoor worden verhuurd of gebruikt. In eerste instantie leidt deze toename van de marginale voorraad tot leegstand. Het merendeel van de toegenomen leegstand zal in de loop der jaren worden gesloopt en eventueel vervangen worden door nieuwbouw, of krijgt een andere bestemming.

[related_post themes=”text”]

  • november 28, 2016
  • 126 views
Kantoren vanaf 2030 verplicht energiezuinig

upc-office-4-pic-A4Minister Blok heeft vandaag in de Tweede Kamer aangegeven dat alle kantoren vanaf 2023 energiezuinig dienen te zijn. Ze moeten dan allemaal te voldoen aan de eisen voor energielabel C. Om dit doel te bereiken moeten kantooreigenaren volgens Blok eenmalig 860 miljoen euro investeren. De maatregelen betalen zich gemiddeld in drie tot zesenhalf jaar terug, verwacht de bewindsman. Het moet een besparing van 8 petajoule opleveren. Er geldt een uitzondering voor heel kleine kantoren en monumentale panden.  

[related_post themes=”text”]

  • november 25, 2016
  • 133 views
Meer dan helft kantoorpanden van grootste eigenaren voldoet niet aan energielabel C

centerpointNatuur & Milieu heeft de Nederlandse kantorenportefeuille van de twintig grootste eigenaren onderzocht op energiezuinigheid. Het bleek dat 54 procent van de onderzochte panden niet voldoet aan de norm van label C als minimum. Label C wordt waarschijnlijk met ingang van 2023 verplicht voor alle kantoren. Er zijn duidelijke verschillen tussen de onderzochte partijen. De meerderheid van de twintig onderzochte marktleiders is helaas geen voorloper, zo concludeert Natuur & Milieu.

De twintig eigenaren zijn op basis van de energielabels van hun kantoren in te delen in drie groepen:

Voorlopers: deze zijn goed op weg. Minimaal 66 procent van hun panden heeft label C of beter. Natuur & Milieu heeft slechts zes voorlopers gevonden: • Chaletgroep • Commerz Real Investment • Dutch Office Fund • Gemeente Amsterdam • Schiphol Real Estate • Wölbern Invest

Achterblijvers: deze hebben nog een enorme energie- uitdaging. Minder dan 33 procent van hun panden voldoet aan de norm van label C of beter; twee derde van hun panden voldoet hier nog niet aan. Natuur & Milieu onderscheidt vijf achterlopers: • Breevast • Hanzevast Real Estate • Lonestar • Ping Properties • Rabobank (andere kantoorpanden in eigendom dan eigen bankkantoren) • Rijksoverheid (overige kantoren, waaronder Politie en Defensie)

De overige partijen behoren tot de middenmoot: • ABN AMRO • Achmea Holding • Deka Immobiliën • Fortress Investment Group • ING Bank • Merin • NSI • NS Vastgoed • Rabobank (eigen bankkantoren) • Rijksoverheid (panden van Rijksvastgoedbedrijf)

Lang niet alle kantoren van deze twintig eigenaren hebben een energielabel. Een kwart van de onderzochte panden heeft geen label. Blijkbaar zien deze marktleiders niet altijd de meerwaarde van een energielabel. De Rijksoverheid (voor wat betreft de panden van het Rijksvastgoedbedrijf), Hanzevast, Schiphol Real Estate, ING Bank, NSI en Chaletgroep hebben de meeste kantoren met een energielabel; meer dan 90 procent van hun panden is gelabeld. Breevast en NS Vastgoed hebben nog een flinke achterstand bij het labelen van hun kantoren: slechts minder dan de helft van hun panden heeft een energielabel. Dit geldt ook voor de panden in eigendom bij dochters van de Rabobank. Mogelijk labelen zij hun panden alleen bij mutaties. Kantoren moeten voorzien zijn van een energielabel bij mutatie (verhuur, verkoop, oplevering.

[related_post themes=”text”]

  • november 21, 2016
  • 137 views
‘Slimme meters moeten worden voorzien van display voor beter effect’

slimme-meter-vervangen-bij-installeren-zonnepanelen-1555-w800Volop in de landelijke media afgelopen weekend: ‘Huishoudens met een slimme energiemeter besparen minder elektriciteit en gas dan gedacht’. Gemiddeld is dit nog geen  1 procent minder, terwijl werd uitgegaan van een gemiddelde energiebesparing van 3,5 procent. Met deze mededeling kwam het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) zaterdag. Onderzoek leerde dat het effect van de slimme meters tegenvalt, door het ontbreken van een schermpje in woonkamers dat het actuele gebruik toont. Zo’n schermpje zou gebruikers bewuster maken van hun verbruik. Zonder schermpje moeten ze in de meterkast of op een app kijken, wat minder goed zou werken. Het kabinet moet daarom overwegen om alle slimme energiemeters alsnog te voorzien van een display, zo adviseert het PBL. Bij de invoer van de meters in 2015 is daar juist bewust van afgezien.

[related_post themes=”text”]

  • november 7, 2016
  • 131 views
Verplicht stellen energielabel C voor kantoren in de maak

office-buildingsIn het kader van het Energieakkoord wordt gewerkt aan het verplicht stellen van een energielabel C voor kantoren. Er is gekozen voor een algemene verplichting voor alle kantoren per 1 januari 2023. De labelplicht gaat gelden voor gebouwen waarvan meer dan 50% van het oppervlak een kantoorfunctie heeft. Daarbij geldt voorlopig een ondergrens van 100 m2 en de verplichting geldt daarbij voor het gehele gebouw. Op basis van een data-analyse van de Nederlandse Vereniging van Makelaars (NVM) blijkt dat ongeveer 60% van de gebouwen die niet voldoen aan een C-label in handen is van eigenaar-gebruikers. De rest is in handen van beleggers.

De NVM pleit overigens voor een ondergrens van 500 m2 en het beperken van de verplichting tot zelfstandige kantoorgebouwen. De makelaarsvereniging heeft inmiddels ook gesproken met een aantal grote makelaarskantoren. Een belangrijk kritiekpunt uit dit overleg was dat het energielabel geen directe koppeling heeft met het daadwerkelijke energiegebruik. Uiteindelijk is de energiebesparing bepalend voor de mate waarin de investering hiervoor ook daadwerkelijk kan worden doorberekend in de huur.

[related_post themes=”text”]

  • november 4, 2016
  • 113 views
Maatregelen energiebesparing woning steeds vanzelfsprekender

energie-woningAl bijna 2.800 huiseigenaren hebben sinds half september een subsidie aangevraagd voor het isoleren van hun huis. Wie tegelijk twee isolatiemaatregelen neemt, kan ongeveer 20 procent subsidie krijgen. Er is in totaal 60 miljoen beschikbaar voor het nemen van isolatiemaatregelen. De grote interesse komt mede door de nieuwe overheidscampagne ‘Energie besparen doe je nu’. Bijna driekwart (74 procent) van de woningbezitters beschouwt het overigens als vanzelfsprekend om na te denken over energiebesparing bij het kopen en/of verbouwen van de eigen woning. Dat beeld komt naar voren uit onderzoek van TNS NIPO onder ruim duizend huiseigenaren met energielabel C of lager. Veel mensen zien echter op tegen de rommel en overlast.
In de aanloop naar de Dag van de Isolatie (zaterdag 5 november) stimuleert de campagne ‘Energie besparen doe je nu’ mensen nog eens extra om hun dak, vloer, gevel, spouwmuur en/of ramen te isoleren. Ook op lokaal en regionaal niveau zijn er vele initiatieven. Tijdens de Dag van de Isolatie laat men in meer dan honderd woningen zien hoe isoleren in zijn werk gaat. Daarnaast is er op 5 en 12 november een Duurzame Huizen Route waar bijna 700 energiezuinige huizen, van appartementen en rijtjeshuizen tot monumenten, te bezoeken zijn. Verspreid over het hele land organiseren Energieloketten dit najaar veel activiteiten.

[related_post themes=”text”]

  • november 1, 2016
  • 108 views
In stappen tot Nul-op-de-meter via modulaire aanpak

meterteller-op-nul-310x200Een groep bedrijven introduceert een aanpak om corporaties te helpen bij het verduurzamen van de bestaande bouw. De modulaire aanpak maakt het mogelijk om in stappen tot Nul-op-de-meter te komen, aldus de initiatiefnemers. Deze ‘Beter Op De Meter’ oplossing kende al een aanpak voor rij- en hoekwoningen, waarbij met een investering van €30.000 euro de bewoner 80% bespaart op zijn energierekening. De slimmigheid van deze aanpak zit in het geïntegreerde prefab gevelconcept waarin de installaties zijn verwerkt. Deze basisingreep zorgt al voor 50% besparing. Met de plusvariant kan dit oplopen tot 80%.

Beter Op De Meter is realiseerbaar in vijf werkdagen en verkrijgbaar vanaf € 30.000,- per woning voor gezinswoningen en vanaf € 37.500,- voor portiekwoningen. Er is ook een Nul-op-de-meter ingreep mogelijk, zodat de Energieprestatievergoeding (EPV) van toepassing is.

Beter Op De Meter is zowel in te zetten per individuele woning (n=1) als per complex. Dit maakt het concept aantrekkelijk voor corporaties die willen verbeteren bij mutaties of in situaties waar draagvlak nodig is voor de aanpak. Met de modulaire opzet van de pakketten is het bovendien mogelijk om, indien gewenst, in stappen naar Nul-op-de-meter te komen. Dat biedt corporaties ruimte om naast energiebesparende maatregelen ook andere noodzakelijke woningverbeteringen door te voeren.

Beter Op De Meter is een initiatief van Hemubo, Smits Vastgoedzorg, Rutges vernieuwt en TBI-ondernemingen ERA Contour, Hazenberg Bouw en Koopmans Bouwgroep.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 26, 2016
  • 117 views
NEN nodigt partijen uit om samen te werken aan de energietransitie

jorge-melero-renewable-world-e1470678566616Nederland is bezig met de overgang naar een CO2-arme energievoorziening door inzet van energiebesparing en duurzame energiebronnen. De energietransitie vraagt volgens NEN om een normalisatieagenda met als doel een substantiële bijdrage te leveren aan de beperking van het CO2-uitstoot (Klimaatakkoord Parijs) en om de Nederlandse kennis en expertise verder in de markt te zetten. Samen met Nederlandse bedrijven wil NEN hierover in gesprek om via (internationale) normalisatie deze doelen te realiseren.

De snelheid van de energietransitie, met inbegrip van de samenstelling van de toekomstige energiemix en de integratie met andere systemen, laat zich moeilijk voorspellen. Hierop zijn diverse politieke, economische, sociale en technologische factoren van invloed. De ‘sense of urgency’ om de energietransitie te realiseren is hoog met het oog op klimaatverandering en energieleveringszekerheid. In dit licht zijn diverse trends waar te nemen, waaruit blijkt dat nieuwe afspraken nodig zijn die via normalisatie tot stand kunnen komen. Deze trends heeft NEN beschreven in haar whitepaper ‘Samenwerken aan de energietransitie’.

Normalisatie is een instrument voor een veilige, betrouwbare en betaalbare energievoorziening en via normalisatie worden al de nodige stappen gezet om de energietransitie te realiseren, zo betoogt NEN. ‘Deze ontwikkelingen behoren dan ook onverminderd te worden voortgezet. Waar voorheen normen veelal verticaal werden ontwikkeld (bijvoorbeeld per brandstof), vraagt de energietransitie ook om horizontale en diagonale normen om verschillende systemen met elkaar te verbinden en uitwisseling te borgen (bijvoorbeeld omzetting van overtollige windenergie in gas, ook wel ‘power-to-gas’ genoemd).’

De normalisatieagenda wordt in de komende maanden met industrie, overheid, kennisinstellingen, NGO’s en andere belanghebbende partijen besproken en uitgewerkt. NEN nodigt partijen uit het gesprek aan te gaan. Kijk op nen.nl/energie voor meer informatie en om de whitepaper ‘Samenwerken aan de energietransitie’ te downloaden.

[related_post themes=”text”]

  • oktober 25, 2016
  • 126 views
Bewustwordingscampagne Zeer Energiezuinige Nieuwbouw van start

shutterstock_89658352Deze week gaat de bewustwordingscampagne ‘Ik woon zen’ officieel van start. ‘Ik woon zen’ is ontwikkeld om mensen aan het denken te zetten. Met een video, online campagne en website worden de voordelen van Zeer Energiezuinige Nieuwbouw (ZEN) onder de aandacht gebracht bij de consument. Zeer Energiezuinige Nieuwbouw is het vervolgprogramma van de partijen in het Lente-akkoord (Aedes, Bouwend Nederland, Neprom, NVB en de minister van BZK). Met ZEN wil meneen positieve kanteling in de woningmarkt stimuleren, waardoor energie niet langer een kostenpost is maar een waardevermeerdering. Over vijf jaar moet alle nieuwbouw (bijna) energieneutraal of zelfs energieleverend zijn. Niet alleen voor de bewoners en samenleving, maar ook voor de bouwer, de corporatie, de belegger en de projectontwikkelaar.

De focus van ZEN ligt op energiereductie, een term die de consument nog weinig zegt. Maar met de bewustwordingscampagne is energiereductie inzichtelijk gemaakt en vertaald naar concrete voordelen. Energiezuinig wonen maakt een fundamenteel verschil in het wooncomfort, de portemonnee en het milieu, aldus de initiatiefnemers. Bij comfort, gezond binnenklimaat, energielasten verlaging en waardevermeerdering heeft de consument wel een beeld.

[related_post themes=”text”]