FNV richt meldpunt op voor misstanden op bouwplaatsen
FNV Bouw roept een meldpunt in het leven voor bouwvakkers om gevaarlijke situaties aan te kaarten op bouwplaatsen. De FNV krijgt zoveel signalen binnen van onregelmatigheden dat de vakbond besloten heeft om het meldpunt op te richten. Dat zegt FNV-bestuurder Willem Dijkhuizen zaterdag in De Telegraaf.
Dijkhuizen hoopt vooral Poolse en Roemeense bouwvakkers te bereiken. Buitenlandse uitzendkrachten zouden vaak niets durven te zeggen, omdat ze bang zijn om hun baan te verliezen. Op bouwplaatsen ontstaan misverstanden, onder meer doordat er Nederlands, Pools, Roemeens en Engels wordt gesproken. Volgens Dijkhuizen leidt dit soms tot “levensgevaarlijke situaties”.
[related_post themes=”text”]
Werkgever zet nauwelijks opleiding in als motivator
Slechts acht procent van de Nederlandse technische bedrijven zet opleiden van technici in om de aantrekkelijkheid als werkgever te vergroten. Ook het motiveren van personeel (7%) blijft achter als beweegreden om personeel op te leiden. Dit constateert ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland, in de ROVC TechBarometer, een onderzoek uitgevoerd onder 1.231 medewerkers in de industrie en utiliteitsbouw.
De krapte op de arbeidsmarkt en de vraag naar technici is groter dan ooit. Het werven van technisch personeel staat dan ook in de top vier van de belangrijkste personele uitdagingen. Juist daarom is het belangrijk dat werkgevers zich onderscheiden van concurrentie om personeel aan te trekken. Technici geven aan dat opleidingsmogelijkheden een belangrijke motivator is in hun werk. Ondanks het belang van aantrekkelijk werkgeverschap, is het verbeteren van de kwaliteit van werk (58%) de belangrijkste reden binnen de techniek om personeel op te leiden. Voor meer informatie: www.rovc.nl/techbarometer.
[related_post themes=”text”]
Docenten willen meer aandacht voor techniek
Deze week heeft een aantal vmbo-docenten techniek de publicatie “Meer bèta en technologie op vmbo-tl” overhandigd aan Michaël van Straalen, voorzitter van MKB-Nederland. Met de overhandiging willen de docenten meer aandacht vragen voor de vele technische talenten op het vmbo-tl, die onvoldoende kansen krijgen om op een praktische en interessante manier in aanraking te komen met technologie. Dit komt doordat scholen die alleen havo, vwo en mavo aanbieden, de ruimte, middelen, aansluiting met het bedrijfsleven en faciliteiten missen voor het aanbieden van praktijkgericht technologisch beroepsonderwijs. Dit terwijl de op twee na grootste groep van alle leerlingen op het vmbo-tl zit.
De afgelopen twee jaar hebben 105 scholen hard gebouwd aan manieren om vmbo-tl-leerlingen op een interessante en praktische manier in aanraking te laten komen met technologie. De bottom-up approach waarin docenten zelf – met draagvlak vanuit de schoolleiding- verantwoordelijkheid droegen voor het realiseren van ambities heeft tot resultaten geleid, zoals op een van de M-Tech-scholen, het Alfrink College, waar ze leerlingen een voor een aan het bedrijfsleven koppelen. Hierdoor is de profielkeuze van leerlingen verschoven van zorg en economie naar economie en techniek. Dit is een van de resultaten die zijn vastgelegd in de publicatie “Meer bèta en technologie op vmbo-tl”. MKB-Nederland, VNO-NCW, Platform -TL en de scholen en docenten van het M-Tech programma roepen het onderwijs en het bedrijfsleven op om regionaal meer samen te werken bij het ontplooien van technische talenten van leerlingen. Meer jongeren worden zo beter voorbereid op de regionale arbeidsmarkt.
“Het bedrijfsleven kan daaraan zijn bijdrage leveren”, zegt voorzitter Michaël van Straalen van MKB-Nederland. ‘Het is goed om jongeren vroegtijdig te laten kennismaken met je bedrijf, branche of beroepsgroep.” Van Straalen benadrukt het belang van betere beroepsoriëntatie op het algemeen vormend voortgezet onderwijs; op het vmbo-tl, maar ook op havo en vwo. “Dat kan eraan bijdragen dat jongeren beter weten waarvoor ze kiezen. Nu zien we dat talloze jongens en meisjes met een beta-pakket na het voortgezet onderwijs een keuze maken voor toch net niet de passende beroepsopleiding.”
Technici zijn onmisbaar voor de Nederlandse toekomst. Het bedrijfsleven en de branches vragen expliciet om een hogere instroom op niveau mavo/niveau mbo 4. Uit de recente monitor van het Techniekpact blijkt dat het aandeel gediplomeerden op het vmbo-tl met een vakkenpakket natuur- en scheikunde (NaSk-profiel) is gestegen naar 40% in 2014-2015 (was 36% in 2012-2013). Ondanks deze stijging stroomt slechts de helft van de afgestudeerde vmbo-tl-leerlingen met een NaSk-profiel door naar een technische vervolgopleiding op het mbo. Het is daarom belangrijk dat vmbo-tl-leerlingen een bewuste keuze maken op basis van een duidelijk beeld van exact en techniek/technologie en met de ervaring van interessant en aantrekkelijk onderwijs dat aansluit bij hun leefwereld en de praktijk.
Vanuit het Techniekpact hebben het kabinet, de scholen in het vmbo en het bedrijfsleven de handen ineengeslagen om het technisch onderwijs in het vmbo aantrekkelijker te maken. Met de impuls vanuit het M-Tech-programma hebben 105 scholen en docenten zich ingezet om aantrekkelijk exact onderwijs aan te bieden met aandacht voor het versterken van de loopbaanoriëntatie en -begeleiding (LOB) richting een technische vervolgopleiding en de technische sectoren.
Net als bij het Techniekpact, wordt het programma regionaal en van onderop ingericht. De leerling, in de klas en op de school, staat hierin centraal. Binnen regionale netwerken hebben scholen op basis van hun eigen ambities en te behalen doelen een ontwikkelagenda geformuleerd. Vanuit die agenda hebben scholen nieuw onderwijs ontwikkeld, projecten opgezet, loopbaanoriëntatie en -begeleiding versterkt én meer samengewerkt met het basisonderwijs, het mbo en met het bedrijfsleven.
Kennisniveau Hogere Elektrotechniek in installatiebranche onder druk
Het afgelopen decennium is het kennisniveau in de installatiebranche op het gebied van Elektrotechniek behoorlijk onder druk komen te staan. Met het verdwijnen van de avond HTS-elektrotechniek, het ontbreken van installatietechniek in het reguliere dagonderwijs, de trend in het aanbieden van onderwijs op meer generiek niveau en minder mogelijkheden tot bijscholing door druk op financiële marges in de installatiebranche, is het opdoen van vakinhoudelijke kennis er de laatste jaren fors bij ingeschoten.
Nieuwe ontwikkelingen en innovaties op het gebied van elektrotechniek volgen elkaar echter in ras tempo op. In gebouwen zijn steeds meer technische installaties nodig voor veiligheid, optimaal energiegebruik en comfort. Bovendien worden gebouwen vaker verbonden met hun omgeving om slim energie uit te wisselen.
Elektriciteit is de meest universeel bruikbare vorm van energie om uit te wisselen. En met zon, zee en wind is deze feitelijk onbeperkt beschikbaar. De toekomst is “All-Electric”. Het opslaan van elektriciteit is echter beperkt mogelijk. Dit is op te lossen met slimme netwerken die vraag en aanbod op elkaar afstemmen. Hier komen harde elektrotechniek èn slimme ICT-besturingstechnieken samen, waarbij de harde elektrotechniek de kern van het vakgebied is en blijft. Tel daarbij op de wijzigingen op het gebied van regel- en wetgeving, en het belang van kwalitatief hoogwaardige bijscholing buiten de dagscholen is duidelijk. Een installateur die up-to-date is, dient een direct belang van de opdrachtgever en voegt zo veel waarde toe.
TVVL ontwikkelde in samenwerking met Stichting KIEN en OTIB de cursus Hogere Elektrotechniek. Een cursus op post-hbo-niveau die in 16 dagen opleidt naar Elektrotechnisch specialist voor gebouw- en bedrijfsinstallaties.
De cursus Hogere Elektrotechniek start 21 september en vindt plaats in het Intechnium gebouw, Korenmolenlaan 4 te Woerden. Voor inschrijven en meer informatie kunt u terecht bij het TVVL-cursussecretariaat, e-mail: cursus@tvvl.nl.
[related_post themes=”text”]
Opleiders bundelen krachten
Goed gekwalificeerde vakmensen in de elektro- en installatie- techniek zijn nodig om de kwaliteit in de technische sector te garanderen. ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland, sluit daarom een samenwerkings- overeenkomst met InstallatieWerk Nederland (Contract-Onderwijs). Gezamenlijk bieden zij een breder aanbod van diverse opleidingen en cursussen, van basistrainingen in elektro- en installatietechniek tot specifieke trainingen in onder andere klimaattechniek en gebouwautomatisering. Door de handen ineen te slaan zijn ROVC en InstallatieWerk Contract-Onderwijs in staat om in te spelen op de behoefte aan specifieke opleidingsvraagstukken vanuit de installatiebranche.
De samenwerking is halverwege juni van start gegaan, maar de aanvragen lopen nu al storm bij InstallatieWerk Contract-Onderwijs. Stefan Adriaansen, Landelijk manager Contract-Onderwijs bij InstallatieWerk Nederland: “Als opleidingsbedrijven vissen we met zijn allen in de dezelfde vijver. Maar in plaats van in elkaars vaarwater te zitten bundelen wij onze krachten. Daardoor kunnen we gezamenlijk beter en uitgebreider invulling geven aan de kennisvraag van klanten en vergroten we de dienstverlening. Zo hoeven we niet opnieuw specifieke opleidingen samen te stellen, maar kunnen we met een totaalpakket het bedrijfsleven ontzorgen en Leven Lang Leren stimuleren.”
Roel Greutink, manager Business Development bij ROVC: “Het is mooi om te zien dat de samenwerking nu al haar vruchten afwerpt, terwijl we nog maar net aan de gang zijn. Dit bevestigt de grote behoefte vanuit de sector voor meer scholing en ontwikkeling op het gebied van service en onderhoud. Het maakt niet uit of de technicus zijn kennis wil verbreden of juist wil verdiepen. Met dit partnership bieden we een compleet portfolio, voor ieder wat wils. Samen tillen we de vakkennis van technici naar een hoger niveau en bieden we toegevoegde waarde, daar waar het hard nodig is.”
Op de foto: Stefan Adriaansen (links) en Roel Greutink
[related_post themes=”text”]
Ge-emmer
Zo kruipend naar de maand juli begint het bij Karel te kriebelen. Hij is zijn bed niet uit te branden, zijn dagelijkse routine is compleet zoek. In werk heeft hij geen zin meer. Kortom, hij is toe aan vakantie. Vorige week was bijvoorbeeld zo’n week dat zelfs zijn geliefde kanaaltjes hem niet meer blij konden maken. En als u Karel een beetje kent, weet u dat hij een spreekwoordelijke moord doet om een kanaal te mogen ophangen.
Bij deze klus had hij zelfs daar geen puf meer voor. Al dat werk, het op maat maken van het kanaal, het ophangen, afmonteren, etc. etc. Het was maar goed dat er in zijn bus nog een lading lege emmers met tegellijm stond van de tegelklusjes die hij het afgelopen jaar heeft gedaan. Scheelde hem weer al dat denk- en montagewerk. En hé, zeg nou zelf, wie bestelt er bij de vakleverancier een kanaal als er nog meer dan genoeg emmers voorhanden zijn…
We hopen dat Karel lekker kan bijtanken tijdens zijn vakantie en na de zomer weer met frisse zin aan het werk gaat. Mocht u nog werk van hem tegenkomen tijdens uw werk of op uw vakantieadres? Deel het met ons via:
redactie@merlijnplus.nl, @installatienet of via onze facebookpagina
[related_post themes=”text”]
Imago bouwsector verbetert licht
Bijna vier op de vijf Nederlanders kijkt neutraal tot positief aan tegen werken in de bouwsector. Slechts 5% is uitgesproken negatief. Dit is een lichte verbetering ten opzichte van 2014. Ook het advies aan kinderen om te kiezen voor een opleiding in de bouwsector is iets positiever geworden. Dit blijkt uit onderzoek van USP Marketing Consultancy onder 512 huishoudens.
Waar in 2014 nog 13% van de Nederlandse bevolking aangaf de bouw als werkgever uit de weg te gaan, is nu slechts 5% negatief over werken in de bouwsector. Dit heeft met name te maken met het feit dat men vindt dat de bouw aantrekt en het feit dat de bouw mooi vakwerk levert. Het zijn vooral de mensen van middelbare leeftijd (35 – 55 jaar) die positiever tegen werken in de bouwsector zijn gaan kijken. De jongeren (< 35 jaar) zijn met name minder negatief tegen de bouwsector aan gaan kijken.
De ondervraagden is tevens gevraagd wat de houding is ten opzichte van een aantal specifieke beroepen uit de bouwsector (UTA personeel, uitvoerend personeel ruwbouw, uitvoerend personeel afbouw, uitvoerend personeel installatie en uitvoerend personeel infra/GWW). Hieruit blijkt dat er geen grote verschillen zijn in het imago van de verschillende beroepsgroepen. Wel ligt het percentage (zeer) positief bij elke individuele beroepsgroep iets hoger dan voor de totale bouwsector, met uitzondering voor het UTA personeel. Blijkbaar heeft men iets meer waardering voor het bouwpersoneel dan voor het Uitvoerend Technisch Administratief personeel.
[related_post themes=”text”]
Groene stroom, wel zo veilig!?
“Dat milieu is toch wel een dingetje hé”, had collega-zelfstandige Frans laatst tegen Karel gezegd. “Al die plannen om die fossiele brandstoffen en uitstoot terug te dringen. En dan de opkomst van groene stroom, zou dat nou wat veranderen aan NEN1010 en het veilig werken?” Karel had Frans vertwijfeld aangekeken, maar een beetje geknikt en had het gesprek snel verlegd naar die Dino-plaatjes van Albert Hein (dinosauriërs zijn tenslotte ook fossielen). Het begrip fossiele brandstoffen is Karel volkomen onbekend en groene stroom in combinatie met één of andere afkorting zei hem ook totaal niets. Duidelijk geen man van de wereld, die Karel. Totdat hij vorige week bij een klant een mooie nieuwe ketel op zou gaan hangen. Hij constateerde een loshangend stopcontact aan de muur. “Dat kan toch echt niet,” dacht hij, “levensgevaarlijk!” Karel had nog wat groen isolatietape in zijn koffer zitten; kon hij de klant gelijk blij maken met groene stroom. Bij het eraf halen van de oude ketel (eentje met een tapwaterrendement van gemiddeld 1,2% uit 1978) zag hij dat de stekker eigenlijk nog hartstikke goed te gebruiken was. De stekker uit die nieuwe ketel legde hij dus maar in z’n bus. Toch weer een mooi voorraadartikel. Vindt de klant vast niet erg, bedacht hij, nu die niet alleen over een fraaie, nieuwe en veilige ketel beschikt maar ook over gratis groene stroom!
Met dank aan Eric Dekkers voor de foto.
Ook ‘vakwerk’ van Karel gespot? Stuur het ons toe:redactie@merlijnplus.nl, @installatienet op via onze facebookpagina
[related_post themes=”text”]
Boekje over Arbozorg nu ook voor buitenlandse werknemers
Het Blauwe Boekje van Uneto-VNI voor veilig, gezond en milieuverantwoord werken is er nu ook in het Engels, Duits en Frans. Het boekje informeert buitenlandse werknemers in de installatiebranche over actuele arboregels en is een hulpmiddel voor veilig werken. Mimoun el Yattioui, voorzitter van de Commissie Arbeidsomstandigheden van de branchevereniging, presenteerde de uitgaven op 9 juni tijdens een praktijkdag voor veilig werken in Vlaardingen. Hij reikte de eerste exemplaren van het Blauwe Boekje in het Engels, Duits en Frans uit aan George Vrolijk van de Inspectie SZW, Marcel de Groot, algemeen directeur van De Groot Installatiegroep en Rick Gooshouwer, arbomanager bij Engie Services.
Vrolijk: “Helaas zien we bij de Inspectie SZW dagelijks de gevolgen van onveilig werken. Voorlichting over goede arbeidsomstandigheden is essentieel. Daarom is dit boekje heel belangrijk.” De Groot stelt dat bedrijven in de installatiebranche er alles aan doen om te zorgen voor veilige arbeidsomstandigheden. “We zijn zuinig op onze mensen, zij zijn ons belangrijkste kapitaal.” Gooshouwer benadrukt het belang van veilige arbeidsomstandigheden. “Elk ongeluk is er één teveel. Met dit boekje zetten we een belangrijke volgende stap in arbozorg.”
Het Blauwe Boekje is een praktische gids die de wet- en regelgeving vertaalt in onder andere heldere aanwijzingen, handige checklists en overzichtelijke taakrisicoanalyses voor elke specifieke situatie. Het Blauwe Boekje is onmisbaar in de gereedschapskist van iedere monteur. Bovendien is het een handig naslagwerk voor werkgevers in verband met VCA-verplichtingen en als instrument voor een toolboxmeeting. Er zijn inmiddels meer dan 100.000 exemplaren van de tot nu toe verschenen Nederlandstalige edities van het Blauwe Boekje in omloop.
Het Blauwe Boekje in het Engels, Duits en Frans is te downloaden via de webshop van Uneto-VNI. De kosten bedragen 89 euro voor leden, de prijs voor niet-leden is 200 euro.
Uneto-VNI houdt zich al jaren intensief bezig met het bevorderen van veilige en gezonde arbeidsvoorwaarden. Daarbij ondersteunt de brancheorganisatie haar leden onder andere met een Arbocatalogus, VCA, bijeenkomsten voor kwaliteitsmanagers en veiligheidskundigen en praktijkdagen veilig werken voor monteurs en middenkader. Uneto-VNI werkt daarbij nauw samen met de Inspectie SZW en het Ministerie van Sociale zaken en Werkgelegenheid.

Vlaardingen – overhandiging Blauwe Boekje
[related_post themes=”text”]
Binnenstebuitendeel
Het is de afgelopen tijd behoorlijk warm geweest. Dus Karel was vooral druk in de weer met airco-installaties. De ene na de ander splitunit hing hij op bij zijn klantjes. Lekkere omzet natuurlijk, maar man wat zijn die buitenunits toch zware en onhandige dingen, vooral in die bloedverziekende hitte. Toen hij vorige week zijn derde split binnenshuis gemonteerd had, restte hem enkel nog de buitenunit te monteren. Op zich geen probleem om de unit buiten te installeren – de bewoners hadden een mooi plat dak – maar mijn god in die hitte (het was inmiddels al drie uur ’s middags en de zon stond hoog aan de hemel te branden). Daar had hij dus echt geen puf meer voor. Maar ja zo’n buitenunit werk je nou niet direct weg in een binnenmuurtje ofzo. Gelukkig had de klant een mooie ruime badkamer, met een voldoende hoog plafond. Bijkomend voordeel: de aanzienlijke decibellen die de buitenunit produceert overstemmen zo mooi de wc-geluiden van de bewoners. Het is wel te hopen dat de draagconstructie het aankan als er iemand op de wc zit. Anders heeft dat voordeel ook zijn nadeel!
Met dank aan Harry Verhoeff voor het sturen van de foto. Ook ‘vakwerk’ van Karel gespot? Stuur het ons toe:redactie@merlijnplus.nl, @installatienet op via onze facebookpagina