Opleider ziet aantal cursisten voor warmtepomptraining verviervoudigen
Bij opleider ROVC Technische opleidingen hebben zich dit jaar vier keer zoveel cursisten aangemeld voor een warmtepomptraining. Volgens Nico van Leeuwen volgde de afgelopen vijf jaar gemiddeld honderd professionals per jaar een cursus op dit vakgebied. “Dit jaar is dit explosief gestegen inclusief de bijbehorende F-gassen trainingen”, vertelt de projectleider binnen ROVC. “En in tegenstelling tot voorafgaande jaren gaan alle geplande groepen ook door.”
De trendbreuk sluit aan op cijfers die kort geleden openbaar werden. Zo bleek uit een rapport dat tijdens de European Heat Summit werd gepresenteerd dat er in 2016 twee maal zoveel warmtepompen zijn verkocht als in het voorafgaande jaar in ons land. Daarmee kwam het totale aantal warmtepompen in Nederland vorig jaar uit op 160.000, volgens cijfers van het CBS. Naar verwachting zal dat aantal dit jaar doorgroeien naar 200.000. aldus het CBS. Naast de beschikbaarheid van subsidies wijst van Leeuwen op twee andere redenen om de groeiende populariteit van warmtepompen te verklaren. “Verduurzaming is hot en er komen nieuwe hybride warmtepompen op de markt. Daarmee worden warmtepompen ook bereikbaar voor de bestaande bouw.”
Aangepaste modulaire basistraining
ROVC is overigens gevraagd om een aangepaste modulaire basistraining te ontwikkelen op het gebied van warmtepompen. “Wij werken intensief samen met praktijkopleider Installatiewerk Nederland. In mei van dit jaar heeft een aantal partijen, waaronder Uneto-VNI, Gasunie en de Dutch Heat Pump Association bij hen aangeklopt. Zij legden het verzoek op tafel om een op de hedendaagse markt gericht opleidingstraject te ontwikkelen. Praktisch en zonder veel onnodige ballast. Daarbij gaat het om korte modules en alleen dat leren wat je nodig denkt te hebben als installateur, beheerder of adviseur. Tegenwoordig hebben installatiebedrijven alle handjes nodig en kunnen ze nauwelijks personeel missen om een lange cursus te volgen. In de nieuwe opzet die volgend jaar van start gaat op vijf locaties van Installatiewerk Nederland, kunnen de cursisten afhankelijk van hun kennis en de werkomgeving zelf de modules selecteren die ze willen volgen. Wij verwachten dat er zich tussen de 500 – 1000 mensen zullen aanmelden.” Van Leeuwen beklemtoont nog eens het belang van een basistraining.
Waarborgen dat mensen goed worden opgeleid
“Een warmtepomp is op een aantal punten fundamenteel anders dan een CV-installatie. Die verschillen moet je weten en vooral ervaren in de praktijk. In Engeland was de warmtepomp een tijdlang stormachtig in opkomst, inmiddels is die hype weer over. Waarom? Het installeren ging nog wel, maar het in bedrijfstellen en onderhoud verliep gebrekig, heb ik gehoord van leveranciers. Die zelfde leveranciers, samen met een Uneto-VNI en de Nederlandse Gasunie, willen koste wat het kost voorkomen dat we hier in Nederland een soortgelijk debacle krijgen. Daarom klopten ze aan bij onze partner Installatiewerk Nederland en kunnen we samen met de installateurs zorgen dat we waarborgen dat mensen goed worden opgeleid.”
In één dag alle basiskennis over BACnet
Building G100 organiseert in samenwerking met BACnet Academy Europe de ‘BACnet Basis Training’. Deze eendaagse training wordt in het Nederlands gegeven op 28 september a.s. De cursist krijgt in één dag de basisfunctionaliteiten van BACnet aangereikt en inzicht in de manier waarop BACnet samenwerkt met andere protocollen (KNX en LON). BACnet een wereldwijde open standaard voor gebouwautomatiseringssystemen.
Het aantal deelnemers is beperkt om interactie te stimuleren. Het programma ziet er als volgt uit:
-De basis van gebouwautomatisering / gebouwbeheersystemen (GBS)
-BACnet, de wereldwijde gebouwautomatisering netwerkstandaard (waarom BACnet?)
-BACnet DATA Link Layer (waar wordt mee gecommuniceerd?)
-BACNet in samenwerking met KNX en LON
-De ‘BACnet taal’ en de componenten ervan (hoe werkt BACnet?)
-De (automatische) gegevensstroom in het GBS
-De integratie van BACnet in IT-omgevingen
-Testen en demonstreren van de conformiteit van BACnet producten
-BACnet, de algehele gebouwautomatisering netwerkstandaard
De cursus wordt op 28 september a.s. van 10.00 tot 17.30 uur gegeven in Eindhoven.
Kosten voor Building G100 leden bedragen € 299,- en voor niet-leden € 449,- De prijs is exclusief BTW en inclusief lunch, documentatie en certificaat
Er is ook een BACnet vervolgtraining voor professionals. De nadruk in deze cursus ligt op de updates van BACnet en praktijkopdrachten uitgevoerd met diverse fabricaten regelapparatuur.
Kijk op de site van Building G100 voor meer informatie.
Installatiebedrijven met handen in het haar
Volgens het UWV komen er in 2017 nog ongeveer 13.000 banen bij in de bouwsector. Werkgevers hebben echter grote moeite met het vinden van vaklieden, zoals loodgieters, die graag met hun handen willen werken. Onvoldoende doorstroming vanuit het onderwijs en de economische groei zijn hier de oorzaak van. Het UWV verwacht dat deze schaarste de komende jaren nog meer gaat doorzetten. Cijfers van Bouwend Nederland bevestigen het sombere beeld. In de bouwsector zijn de komende vijf jaar 40.000 mensen nodig, stelt de werkgeversorganisatie.
Mismatch
Uit onderzoek van uitzendreus Randstad blijkt dat er sprake is van een mismatch op de arbeidsmarkt. Door het aantal opleidingen dat wordt aangeboden op de scholen, kiezen steeds meer jonge professionals voor andere branches in plaats van de bouwsector. Het zware fysieke werk en te weinig waardering zouden de grootste redenen zijn om geen ambachtsfunctie te bekleden. Daarentegen schiet het aantal kantoorbanen als paddenstoelen uit de grond. ‘’Op onze website staan ongeveer 33.000 vacatures open voor vaklieden als timmermannen, installatiemonteurs en loodgieters’’, merkt Rob Brouwer op, CEO van concullega Jobrapido.
Vergrijzing
Tegelijkertijd dreigt een ander gevaar; het personeelsbestand van bouw- en installatiebedrijven is steeds verder aan het vergrijzen. Zo is het aantal bouwmedewerkers onder de 45 jaar sinds 2014 met 56% afgenomen, blijkt uit onderzoek van het UWV. Experts binnen en buiten de bouw- en installatiebranche waarschuwen dat deze trend zal doorzetten, als de bouwkolom er niet in slaagt om binnen afzienbare tijd meer jongere professionals aan te trekken.
Praktijkcursus energieneutraal bouwen en renoveren met internationaal diploma
Op 20 september start in Ede de driedaagse Praktijkcursus energieneutraal bouwen en renoveren. De cursus is bestemd voor wie energieneutraal bouwt of renoveert in de bouwuitvoering als vakman, aannemer of installateur. Wetenschappelijke kennis en de bouwpraktijk gaan in deze cursus hand in hand. De cursus duurt drie dagen.
“Deze cursus heeft mij veel meer inzicht gegeven in detailleringen dan ik op hoofdlijnen al wel wist. Met veel praktijkvoorbeelden en een beetje bouwfysica leer je snel waar het mis kan gaan als men niet deskundig luchtdicht bouwt of extra isolatie aanbrengt. Als je dan met gemotiveerde vakmensen bij elkaar zit die allen leergierig zijn, word je alleen maar enthousiaster over bouwen volgens de Passiefhuis-principes”, aldus Oskar Oldeman van Promantor-Bouwnext
Cursusinformatie
De cursusdagen zijn op 20, 21 en op 22 of 26 september. Op dag 1 staat de interdisciplinaire basis centraal van comfortabel en betaalbaar energieneutraal bouwen met passiefhuistechnologie. Op dag 2 kiest de cursist voor de specialisatie installatie met bijvoorbeeld verdieping in balansventilatie en verwarmen via ventilatielucht, of de bouwkundige kant met verdieping in isolatietechniek en de daarbij behorende bouwfysica. In de middag worden twee energieneutrale projecten bezocht. Op dag 3 staat de bredere integrale samenhang centraal tussen de bouwkundige aspecten en de installaties.
Certificaat Passiefhuis Vakman
De opleiding van het Passiefhuis Instituut is voor de Nederlandse markt vertaald en aangepast en wordt gegeven door stichting KERN. Wie slaagt ontvangt het internationaal erkende certificaat Passiefhuis Vakman. Het examen vindt vrijdag 17 november plaats, voorafgegaan door een gratis examentraining op 10 november.
De opleiding kost € 690,- en deelname aan het examen € 250,-, cursuslocatie is Ede. Meer informatie en aanmelden op www.stichtingkern.nl
Jonge vakmensen achter Concert at Sea als inspiratiebron
Eind juni volgt het Opleidings- en ontwikkelingsfonds voor het Technisch Installatiebedrijf (OTIB) op Concert at Sea de technici achter het populaire muziekfestival. Met vlogs brengt OTIB vooral jonge techneuten van verschillende technische bedrijven in beeld, die zowel bij de voorbereiding als op het festival zelf actief zijn. Doel van de vlogs is het enthousiasmeren van jongeren voor techniek. Concert at Sea, dat zo’n 40.000 bezoekers per dag trekt, vindt op 30 juni en 1 juli op de Brouwersdam in Zeeland. Het volgen van de vakmensen op dit festival is een vervolg op OTIB’s videoverslag van de technische opbouw van Lowlands in 2016.
Met Concert at Sea als decor wil OTIB jongeren enthousiast maken voor de techniek achter de schermen van het muziekfestival. Om met name jongeren voor techniek te inspireren, volgt OTIB vooral jonge techneuten op het festival. Wat zijn hun technische uitdagingen? Wat zijn hun kick-momenten? En hoe is het om mee te werken aan zo’n festival?
Techniek kan niet zonder jongeren
Met de vlogs wil OTIB de jongeren van nu inspireren om te kiezen voor een toekomst in de technische installatiebranche. “We weten dat het beeld dat jongeren van de branche hebben niet altijd klopt. Daarom kiezen we voor nieuwe middelen om een meer up to date beeld van de branche te laten zien. Net als Lowlands in 2016 biedt Concert at Sea ons de mogelijkheid om met de techneuten van nu het vaktalent van morgen te inspireren,” aldus projectleider Jorn Marks van OTIB.
Volg OTIB op Concert at Sea via www.otib.nl/concertatsea.
Bedrijven hebben moeite juiste opleiding voor hun technische medewerkers te vinden
Bedrijven hebben behoefte om technici bij te scholen, maar HR-medewerkers tasten geregeld in het duister als zij een opleiding moeten selecteren voor technisch personeel. Bijna een kwart geeft aan hier moeite mee te hebben (24%). Dit blijkt uit de ROVC TechBarometer, een onderzoek uitgevoerd door ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland. 1.164 respondenten uit de technische branche geven in het rapport antwoord op vragen over markt-, HR- en opleidingstrends binnen de techniek.
Uitdagingen bij opleiden
Naast het kiezen van de juiste opleiding zijn er meer uitdagingen. Zo vinden HR-medewerkers van technische bedrijven het lastig om medewerkers te motiveren voor een opleiding (15%). Daarop volgt het bieden van begeleiding op de werkvloer tijdens het scholingstraject (14%). Met 12 procent staan het vrij plannen van medewerkers en het laten toepassen van nieuwe vaardigheden op de werkvloer op een gedeelde vierde plaats.
“Er valt nog veel winst te behalen als het gaat om effectief opleiden”, zegt John Huizing, algemeen directeur bij ROVC. “Leidinggevenden moeten in kaart brengen wat iemand kan en wat hij zou moeten kunnen. Het vergelijken van de aanwezige competenties met het gewenste profiel laat eenvoudig de ontbrekende competenties van een medewerker zien. Deze ‘gap’ vormt de basis van het persoonlijk ontwikkelplan van de medewerker. Vervolgens kijk je naar de behoefte aan technische vaardigheden vanuit de organisatie. Op basis hiervan kan er een praktijkgerichte opleiding gekozen worden. Daarnaast is het is van belang dat degene die de medewerker begeleidt de inhoud van de opleiding kent. Hierdoor wordt het niet alleen eenvoudiger om begeleiding te bieden, maar wordt ook de aansluiting van de opleiding op het werkveld geborgd. Zo haalt de technicus meer voldoening uit de opleiding.”
Het rapport
De ROVC TechBarometer geeft inzicht in alle relevante trends voor de techniek. Het rapport is gratis aan te vragen via de volgende link: www.rovc.nl/techbarometer.
‘Nog niet zinvol om opleiding te volgen om aan de wettelijke erkenningsregeling te voldoen’
Uneto-VNI adviseert nog niet in te gaan op het aanbod van opleidingsinstituten die installateurs benaderen met opleidingen waarmee zij zouden voldoen aan de wettelijke erkenningsregeling. De exacte opleidingseisen zijn namelijk nog niet bekend. Deze instituten lopen dus op de muziek vooruit, aldus de bracheorganisatie. Vanaf 1 januari 2019 moeten alle installatiebedrijven en monteurs die zich bezighouden met het installeren en onderhouden van cv-installaties voldoen aan een wettelijke erkenning en daarmee aan minimale eisen voor vakbekwaamheid en (bij)scholing.
Uneto-VNI adviseert niet in te gaan op het aanbod van deze opleidingsinstituten als daarvan de doelstelling is nu al aan de eisen in 2019 te voldoen. ‘De kans is namelijk aanwezig dat de uiteindelijke opleidingseisen nét anders uitpakken waardoor uw monteurs later alsnog op cursus moeten. Dat kost u dan onnodig geld en tijd’, meldt de brancheorganisatie op haar website.
Uneto-VNI overlegt momenteel met de overheid en andere betrokken partijen over de opzet van de wettelijke erkenningsregeling en de opleidingseisen die daarbij horen. Er wordt naar gestreefd om zo snel mogelijk duidelijkheid te verschaffen, zodat installateurs voldoende tijd krijgen om zich op de wettelijke eisen voor te bereiden. ‘Als dat nodig is,’ zo meldt Uneto-VNI, zal een overgangsperiode worden bepleit die de installateur voldoende tijd geeft om zich op de nieuwe situatie voor te bereiden.
Opleidingscentrum voor de koudetechniek breidt aantal cursuslocaties uit
Het opleidingscentrum GOº voor de koudetechniek breidt het aantal cursuslocaties uit. Daarmee komt het centrum onder andere tegemoet aan de vraag vanuit het bedrijfsleven om verletkosten, zoals reistijd en reiskosten naar de cursuslocaties, te beperken. Inmiddels is GOº begonnen met een training F-gassencertificaat categorie 1 in de regio Amersfoort. Vanaf september wordt dat ook mogelijk in Amsterdam. Er is een toenemende vraag naar trainingen voor het F-gassencertificaat. Dit vanwege de opkomst van nieuwe verwarmingstechnieken, zoals warmtepompen
De trainingen en opleidingen van het GOº Opleidingscentrum worden uitgevoerd in het Expertisecentrum Koudetechniek van Aeres Tech in Ede, dat de vaste uitvoeringspartner is van de opleidingen. Er zijn twee redenen om nu ook trainingen en opleidingen ‘buitenshuis’ te gaan geven: ten eerste de wens op te besparen op reistijd en -kosten. Ten tweede is er een flinke toeloop op de cursussen F-gassen.
Toegenomen vraag
De vraag naar trainingen voor het F-gassencertificaat is toegenomen vanwege de opkomst van nieuwe verwarmingstechnieken, zoals warmtepompen. Bij het installeren en onderhouden van deze systemen wordt van traditionele installatietechnici steeds vaker verwacht dat ze ook koudetechnische handelingen kunnen verrichten. “Daarvoor is het F-gassencertificaat wettelijk verplicht, ook onder de drie kilo koudemiddel-inhoud”, zegt Roelof Robbertsen van Opleidingscentrum GOº.
Om deze redenen heeft GOº de samenwerking gezocht met andere technische opleidingscentra. Begin mei 2017 is de eerste F-gassentraining van start gegaan vanuit Studium Eemland in Bunschoten/Spakenburg. “Dat is een aantrekkelijke locatie voor deelnemers uit de hele regio Eemland en Amersfoort”, zegt Robbertsen. In september start een cursus voor het F-gassencertificaat bij het opleidingscentrum GoFlex in Amsterdam. Zowel in Amersfoort als Amsterdam beginnen dan ook BBL-opleidingen, waarbij leerlingen met een leer-werkovereenkomst bij een bedrijf het vak van koudetechnicus kunnen leren.
Groeiachterstand technische bedrijven door het ontbreken van technisch talent
Meer dan een kwart van de technische bedrijven ziet dat de groei van de organisatie stagneert als gevolg van het kwalitatieve tekort aan technici (27%). Dit houdt in dat er een verschil is in de kwaliteit van aangeboden en gevraagde arbeid. Dat laat ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland, zien in de tweede editie van de ROVC TechBarometer, een onderzoek uitgevoerd onder 1.164 respondenten uit de technische branche. Het rapport geeft inzicht in de markt-, HR- en opleidingstrends binnen de techniek.
Gevolgen tekort
Als gevolg van het kwalitatief tekort geeft 26 procent aan hogere lonen te bieden aan technici. Het kwantitatieve tekort is vooral te merken op de werkplek. 39 procent wijst stress op de werkvloer aan als grootste gevolg van het kwantitatief tekort. Een lagere kwaliteit van het werk volgt met 18 procent op de derde plek.
Continu in beweging
Dat bedrijven al jaren zoeken naar goed opgeleide technici vanwege grote tekorten is niet onbekend. Het tekort werd het afgelopen jaar door 33 procent van de bedrijven zowel op kwalitatief als kwantitatief niveau ervaren. De komende vijf jaar loopt het percentage naar verwachting zelfs op naar 45 procent.
John Huizing, algemeen directeur bij ROVC: “De technische sector is continu in beweging. Het feit dat organisaties achterblijven op hun groeidoelstellingen vanwege het ontbreken van technisch talent is een kwalijke zaak. Het tekort lost zich niet vanzelf op. We moeten nu spijkers met koppen slaan. Dat betekent niet alleen een betere aansluiting van het regulier onderwijs op het bedrijfsleven, maar ook een nauwere samenwerking tussen technische bedrijven. Alleen als we allemaal onze verantwoordelijkheid nemen, kunnen we stappen in de juiste richting zetten.”
De ROVC TechBarometer geeft inzicht in alle relevante trends voor de techniek. Het rapport is gratis aan te vragen via: www.rovc.nl/techbarometer.
Lonen technici stijgen
Het afgelopen jaar zag een derde van de technici zijn inkomen stijgen (33%). De toename van hogere lonen is volgens 26 procent van technisch Nederland een gevolg van het kwalitatief tekort aan technici. Dit blijkt uit de ROVC TechBarometer, een onderzoek uitgevoerd door ROVC, partner in trainingen en opleidingen voor technisch Nederland. 1.164 respondenten uit de technische branche geven in het rapport antwoord op vragen over markt-, HR- en opleidingstrends binnen de techniek.
In de TechBarometer is tevens onderzocht hoe het carrièrepad van de gemiddelde technicus eruit ziet. Eenmaal in dienst veranderen technici niet snel van baan. Sterker nog, een kwart blijft maar liefst 21 jaar of langer werkzaam bij dezelfde werkgever. Daarnaast zijn technici niet alleen honkvast aan hun werkgever, binnen het bedrijf zijn ze ook trouw aan hun functie. Slechts 12 procent wisselt regelmatig van functie.
Honkvast
John Huizing, algemeen directeur bij ROVC: “Technici staan erom bekend loyaal te zijn aan hun werkgever. Dat is prettig, maar het is ook belangrijk om hen te blijven uitdagen. Werkgevers moeten daarom trouw personeel ook voldoende ontwikkelingsmogelijkheden bieden. Zo zorgen ze ervoor dat de technische medewerker niet alleen honkvast blijft, maar ook gemotiveerd. Loonsverhoging is een mooi middel, maar het is een onderdeel van het totaalpakket om mensen aan de organisatie te binden.”
Het rapport
De ROVC TechBarometer geeft inzicht in alle relevante trends voor de techniek. Het rapport is gratis aan te vragen via de volgende link: www.rovc.nl/techbarometer.
[related_post themes=”text”]