- maart 6, 2023
- 236 views
ISSO-kleintje Riolering vernieuwd
De afgelopen maanden is het ISSO-kleintje Riolering volledig geactualiseerd. Vooral mensen in de praktijk vinden in dit document de meest gebruikte richtlijnen voor het ontwerp, de aanleg en het onderhoud van gebouwriolering. Door zijn compacte vorm, maar ook doordat hij online te raadplegen is, is de kennis op de bouwplaats of bij een praktijkproject te raadplegen.
Naast de laatste kennis biedt het handzame boekje ook diverse afbeeldingen, schema's en montagerichtlijnen voor afvoerleidingen van vuilwater en hemelwater. Bovendien is het Kleintje Riolering ook interessant voor andere doelgroepen, zoals architecten en aannemers. Zij kunnen hiermee snel de meest basale en noodzakelijke kennis van riolerings- en hemelwaterafvoersystemen tot zich nemen.
Op basis van ISSO-publicatie 3216
De meest recente ISSO-publicatie 3216 ‘NTR 3216 Riolering van bouwwerken’, die eveneens in februari 2023 verscheen, ligt aan de basis van het vernieuwde Kleintje Riolering. Daarbij richt de inhoud van het Kleintje zich vooral op vuilwater- en hemelwaterafvoer binnen de perceelgrens. Die kennis kan de vakman dus gebruiken voor:
• Woningen, woongebouwen en kleine utiliteit;
• Realisatie van nieuwe riolering;
• Uitbreiding van bestaande riolering;
• Beheer en onderhoud.
Voorbeeld
Een concrete aanpassing is bijvoorbeeld het duidelijk onder de aandacht brengen van de noodzaak om hemelwater via het eigen perceel af te voeren, en niet via een naburig perceel. In de praktijk betekent dit dat installateurs de uitvoering van HWA-systemen soms anders moeten uitvoeren dan ze gewend waren. Denk aan doorlopende dakgoten bij rijtjeshuizen, waarin de installateur nu bijvoorbeeld separatieschotten moet zetten, zodat regenwater per perceel kan worden afgevoerd.
Koppeling met ISSO-opleverprotocollen
Een andere wijziging waarvan het Kleintje nu melding maakt, is dat de uitzondering voor het moeten plaatsen van ontlastvoorzieningen bij grondgebonden woningen is komen te vervallen. Ook meldt het geactualiseerde Kleintje dat de afstand tussen ontstoppingsstukken is vergroot. Verder is er in dit Kleintje meteen een koppeling gemaakt naar de ISSO-opleverprotocollen, die belangrijk zijn en worden in de relatie tot de toekomstige Wet Kwaliteitsborging (Wkb). Ook zijn er op diverse plekken nieuwe of aangepaste afbeeldingen toegevoegd, zodat de kennis inzichtelijker wordt en eenvoudiger te interpreteren.
Snel en helder
Het doel van Kleintje Riolering is er volledig op gericht om mensen in de praktijk snel en zo helder mogelijk te ondersteunen bij het vakbekwaam uitvoeren en onderhouden van riolerings- en hemelwatersystemen. Het geactualiseerde ISSO-kleintje Riolering is als gedrukt exemplaar of digitale versie beschikbaar via het kennisplatform ISSO Open.
[pt_view id="d26fc37v3w"]
- december 2, 2021
- 144 views
Gescheiden boren naar aardwarmte en drinkwater
Klimaatverandering, een groeiende drinkwatervraag en bedreigingen van drinkwaterbronnen zorgen ervoor dat aanvullende grondwatervoorraden aangewezen moeten worden voor de drinkwatervoorziening. Mijnbouwactiviteiten zoals boren naar aardwarmte (geothermie) kunnen een risico vormen voor grondwater voor de drinkwatervoorziening. Uitgangspunt moet daarom zijn dat zij ruimtelijk van elkaar worden gescheiden. De provincies en drinkwaterbedrijven roepen het Rijk daarom op te zorgen voor een goede bescherming van de toekomstige voorraden voor ons drinkwater.
Provincies en drinkwaterbedrijven hebben een verkenning Robuuste drinkwatervoorziening opgesteld. Doel hiervan is de toekomstige drinkwatervoorziening veiligstellen. Hiertoe zijn aanvullende grondwatervoorraden voor de drinkwatervoorziening aangewezen en zorgen we voor voldoende beschikbaarheid van drinkwater. De drinkwatervraag kan tot 2040 met gemiddeld 30% stijgen maar de beschikbaarheid van voldoende kwalitatief goed water voor drinkwater is niet vanzelfsprekend.
Ook de energietransitie heeft ruimte nodig in de ondergrond. Door middel van geothermie wordt warmte van diep in de aarde gebruikt voor de verwarming van huizen, kassen of industrie. Boren voor mijnbouw, waaronder geothermie, kan risico’s opleveren voor het grondwater. Bij deze aanwijzing van grondwatervoorraden voor de drinkwatervoorziening is daar zorgvuldig rekening mee gehouden.
Mijnbouw en drinkwatervoorziening náást elkaar
Functiescheiding tussen mijnbouw en drinkwater is van belang voor de Aanvullende Strategische Voorraden (ASV's). Uitgangspunt moet zijn dat het Rijk dit dient te respecteren bij vergunningverlening voor mijnbouwactiviteiten. Dat is het advies van provincies en drinkwaterbedrijven in de verkenning Robuuste drinkwatervoorziening. Bij de aanwijzing van de ASV’s is rekening gehouden met bestaand gebruik van de gebieden en nieuwe ontwikkelingen als geothermie. Hiermee is zorgvuldig beoordeeld hoeveel en waar extra reserves voor de toekomstige drinkwatervoorziening nodig zijn en welk beschermingsbeleid daarbij gewenst is.
Jelle Hannema, directievoorzitter Vitens en voorzitter stuurgroep Bodem & Infrastructuur Vewin: “Voor een goede bescherming van de ASV’s en het veiligstellen van de drinkwatervoorziening op lange termijn moet functiescheiding ook gelden bij vergunningverlening voor mijnbouwactiviteiten. Daarom vragen we het Rijk uitsluiting van mijnbouw in de toekomstige voorraadgebieden voor de drinkwatervoorziening op te nemen in de Mijnbouwwet. Mijnbouw en drinkwaterproductie kunnen náást elkaar plaatsvinden, sámen gaat niet.”
‘Beschermen om te blijven’
Jeannette Baljeu, gedeputeerde provincie Zuid-Holland en lid van de gezamenlijke provincies in de Stuurgroep water: “Provincies zijn verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen van voldoende drinkwaterbronnen van voldoende kwaliteit. De bevolkingsgroei en toename van drinkwatergebruik vergroten de vraag naar voldoende zoetwaterbronnen. Dit verhoogt het belang tot bescherming van bestaande en gereserveerde drinkwaterbronnen vanuit het principe `beschermen om te blijven’. Provincies erkennen ook het belang van geothermie voor de energietransitie. En staan open voor mogelijkheden van maatwerk die beide belangen ten goede komen. Uitgangspunt voor de provincies blijft daarbij wel de ruimtelijke scheiding van deze functies.”
Vermijd risico’s op onomkeerbare schade
Grondwater is een belangrijke bron voor ons drinkwater. Ongeveer 60% van het drinkwater in Nederland wordt van grondwater gemaakt. Gebruik van de diepe ondergrond door geothermie vormt een risico voor de kwaliteit van deze grondwaterbronnen. De verwachting is dat de komende decennia het aantal geothermieprojecten toeneemt vanwege de energietransitie. Wanneer grondwater eenmaal vervuild raakt, kan het voor altijd onbruikbaar worden voor de drinkwaterproductie. Vanuit het voorzorgsbeginsel – ook de Structuurvisie Ondergrond sluit elk risico zoveel mogelijk uit – is een goede bescherming van de grondwatervoorraden van groot belang.
Drinkwaterbehoefte in de toekomst
Het rapport is een uitwerking van de Structuurvisie Ondergrond (STRONG). Hierin heeft het Rijk aan provincies en drinkwaterbedrijven gevraagd aan te geven waar aanvullende grondwaterreserves voor de toekomstige drinkwatervoorziening noodzakelijk zijn. En wat daarvoor het beschermingsbeleid moet zijn. In het rapport is per provincie uitgewerkt hoe groot de extra drinkwaterbehoefte is richting 2040/2050 en hoe daarin kan worden voorzien. Deels gebeurt dit door Aanvullende Strategische Voorraden aan te wijzen. Ook wordt gekeken hoe de drinkwatervraag te verminderen via waterbesparing en een passender gebruik van drinkwater.
“Er is sprake van een groeiende drinkwatervraag. Klimaatverandering zorgt voor toenemende droogte en we zien dat bronnen voor drinkwater vervuild zijn. We willen Nederland in de toekomst ook van goed en voldoende drinkwater voorzien. Maar dat betekent wel dat we zuinig om moeten gaan met de bronnen die we hebben deze goed moeten beschermen. Onnodig risico’s nemen is daarbij geen optie!” aldus Hannema.
Eindrapportage Verkenning Robuuste Drinkwatervoorziening 2040
[pt_view id="6769bb6u3f"]
- mei 12, 2021
- 142 views
Regelgeving legionellapreventie in leidingwater op de schop?
Sinds het Legionelladrama in Bovenkarspel (1999) en de kort daarna in werking getreden regelgeving voor Legionellapreventie in leidingwater is in Nederland, maar ook wereldwijd, veel onderzoek gedaan. Er is nu veel meer kennis over de omstandigheden waaronder Legionella groeit of niet groeit, welke legionellasoorten gevaarlijk zijn voor de mens en hoe Legionella het beste bestreden en voorkómen kan worden. Het huidige Legionellapreventie beleid is gebaseerd op wetenschappelijke aannames uit het begin van deze eeuw. Sindsdien is het wetenschappelijk onderzoek doorgegaan en wijkt het legionellabeleid – op onderdelen – af van de wetenschappelijke inzichten. Gaat de regelgeving voor legionellapreventie in leidingwater nu op de schop?
Op het TVVL Nationaal Congres Sanitaire Technieken 2021 vertelt Paul van der Wielen (microbioloog bij KWR) over de huidige wetenschappelijke kennis ten aanzien van Legionella in leidingwatersystemen. Dan zal blijken in hoeverre de huidige Regeling legionellapreventie in Nederland nog in lijn is met de huidige wetenschappelijke kennis. Het laat zich niet moeilijk raden dat dit niet zo is, want het huidige wetgevend kader borduurt nog altijd voort op inzichten uit 2000. Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft daarom laten onderzoeken welke voorschriften in de wetgeving ten aanzien van Legionella in leidingwater op basis van de huidige wetenschappelijke inzichten zouden moeten worden aangepast, en op welke wijze. De onderwerpen die genoemd worden hebben onder meer betrekking op het thermisch beheer, het effect van spoelen, invloed van materiaalgebruik, legionellasoorten, de 1-liter regel en de risicokwalificatie tabel. Wanneer het merendeel van de adviezen uit het onderzoek wordt overgenomen zal dat een grote impact hebben op de praktijk van legionellapreventie. Dat de regelbaarheid en beheersbaarheid van de warmtapwatertemperatuur in met name collectieve warmtapwaterinstallaties met circulatie erg lastig is wordt in de praktijk nog altijd te vaak ervaren. Michiel van Bruggen vertelt op het congres vanuit zijn expertise over het dynamische gedrag van warmtapwatercirculatiesystemen.
Pseudomonas aeruginosa
Naast ziekteverwekkende legionellasoorten zijn in het Nederlandse drinkwater ook andere ziekteverwekkende micro-organismen aangetroffen, zoals Pseudomonas aeruginosa, die zich in het drinkwatersysteem vermeerderen en waar geen regelgeving in drinkwater voor geldt. De ziekte veroorzaakt door deze andere ziekteverwekkers zijn niet meldingsplichtig, maar schattingen laten zien dat het aantal ziektegevallen waarschijnlijk hoger zijn dan het aantal ziektegevallen veroorzaakt door ziekteverwekkende Legionella non-pneumophila-soorten. Onderzoek heeft laten zien dat beheersmaatregelen die voor Legionella gelden, niet allemaal werken tegen Pseudomonas aeruginosa. Dit micro-organisme is in staat zich te vermeerderen in drinkwaterbiofilms met een temperatuur beneden de 20°C. De Duitse microbioloog Peter Arens verzorgt op het congres een presentatie over oorzaken en sanering van een ziekenhuis met Pseudomonas aeruginosa in het drinkwater. Stefan van ‘t Hof van het Rijksvastgoedbedrijf bespreekt op het congres andere aspecten op het gebied van Waterveiligheid in gebouwen en de wet- en regelgeving die daarop van toepassing is.
Keukenafvalvermalers in hoogbouw
Julian Muñoz Sierra (KWR) presenteert samen met Mirjam Blokker (KWR) het TKI onderzoeksproject naar keukenafvalvermalers in hoogbouw. Specifiek is gekeken naar de technische haalbaarheid van het aansluiten van een keukenafvalvermaler op de gebouwriolering en naar de duurzaamheid (LCA) van keukenafval via riolering ten opzichte van keukenafval via het restafval. De resultaten van het zogenoemde OSKAR-project (Organisch keukenafval via het riool) worden gepresenteerd, met een nadruk op de tests die in een laboratoriumopstelling van de gebouwriolering zijn gedaan.
Dagvoorzitter van het TVVL Nationaal Congres Sanitaire Technieken is Mirjam Blokker, voorzitter van de TVVL Expertgroep Sanitaire Technieken. Voor verdere informatie over het online congres op 7 juni zie: www.tvvl.nl (bijeenkomsten, Landelijk)
[pt_view id="4eac35ftjc"]
- mei 6, 2021
- 139 views
Ontwerpen en realiseren van legionellaveilige gebouwen
ISSO heeft nieuwe kennis toegevoegd aan de productenreeks Legionellapreventie. Het gaat om de CUR-aanbeveling 120 ‘Legionellaveilige gebouwen: Bouwkundig ontwerp en realisatie’ (2017), die is omgedoopt naar ISSO-publicatie 116 ‘Legionellaveilige gebouwen: Bouwkundig ontwerp en realisatie’. De publicatie is specifiek ontwikkeld voor ontwerpers, bouwkundigen en bouwers. Eind 2017 heeft ISSO de kennis overgenomen van SBRCURnet voor het vakgebied Bouw in handen, voor beheer en verdere ontwikkeling. Onderdeel daarvan was de CUR-aanbeveling 120.
In maart 2021 heeft Toshihiro Takada, kennisontwikkelaar Sanitaire techniek bij ISSO, de kennis geactualiseerd. Op deze kleine actualisatie na bleef de publicatie ongewijzigd. De ISSO-publicatie is volledig afgestemd op ISSO-Publicatie 30 ‘Leidingwaterinstallaties in woningen’, de ISSO Checklist ‘hotspots’ in waterleidingen en NEN 1006 Algemene voorschriften voor leidingwaterinstallaties.
Aansluiting met de bouw
“ISSO gaf al een uitgebreide reeks aan legionella-kennisproducten uit, maar met ISSO-publicatie 116 als nieuwste onderdeel van het legionellaportfolio hebben we nu ook aansluiting naar de bouwkundige kant”, vertelt Ingrid van Toorn, portfoliomanager bij ISSO. “Deze kennis is in 2017 als CUR-aanbeveling echt ontwikkeld voor architecten, bouwers en bouwkundig adviseurs. Het helpt hen de bouwkundige randvoorwaarden in een gebouw zo te maken, dat de installateur hierin een legionellaveilige waterinstallatie kan installeren. We hopen dat CUR-aanbeveling 120 als ISSO-publicatie ook zijn weg zal vinden in de bouwsector.”
Ontwerpuitgangspunten
In de praktijk blijkt nog te vaak dat in het bouwkundig ontwerp onvoldoende is nagedacht over de benodigde randvoorwaarden voor legionellaveilige leidingwaterinstallaties. ISSO-publicatie 116 sluit aan op de gangbare ontwerpmethodiek voor gebouwen. Voor het ruimtelijk ontwerp geeft de publicatie aan welke ontwerpuitgangspunten vastgelegd moeten worden. Middels checklists voor het technisch ontwerp, het geschreven bestek en voor het bouwkundig tekenwerk, beschrijft de publicatie de essentiële, duidelijk vast te leggen punten die nodig zijn voor een legionellaveilige leidingwaterinstallatie. De kennis is gericht op woningbouw, maar ook goed toepasbaar op het ontwerp voor veel voorkomende utiliteitsgebouwen, zoals kantoor-, logies-, en bijeenkomstgebouwen.
[pt_view id="ec3382c56f"]
- mei 4, 2021
- 135 views
Warmteterugwinning in badkamer in gestapelde bouw
Warmteterugwinning (wtw) in de badkamer bestaat al geruime tijd. In de gestapelde bouw is het realiseren van deze energiebesparende maatregel een stuk lastiger. Daarom innoveerde Hamwells deze wtw-techniek en lanceerde een generatie actieve douchewater-wtw-systemen die zich juist op dat segment richt. De systemen passen in enkellaagse woningen en appartementen. Metingen laten zien dat deze wtw-systemen tot 73% van de energie uit het afvalwater van de douche te halen.
Het systeem bestaat uit de bekende douchepijp-wtw met hoog rendement, in combinatie met een industriële sensor en membraanpomp. Deze pomp zorgt ervoor dat het gebruikte douchewater vanuit het douchesifon door de wtw-unit wordt gepompt. Omdat dit wtw-systeem op dezelfde verdieping als de douche wordt geïnstalleerd, is dit een geschikte oplossing voor de gestapelde en enkellaagse bouw.
Meerdere uitvoeringen
De Blue, zoals deze douchewater-wtw heet, is verkrijgbaar in meerdere uitvoeringen. De Blue-HE is de uitvoering met de langste wtw-pijpen en behaalt daarmee ook het hoogste rendement van 73%. Daarnaast bestaat het portfolio van actieve douchewater-wtw-systemen nog uit een drietal kleinere varianten waarvan de rendementen variëren van 52 tot 62,5%.
BENG-impact
Het rendement van de Blue-HE ontstaat door een dubbel uitgevoerde, koperen wtw-buis. De kleinere Blue-versies bestaan uit een enkele buis in verschillende lengtes (120, 160 en 210 cm), waardoor deze systemen prijstechnisch gunstiger zijn. Omdat al deze actieve douchewater-wtw-systemen een bij Bureau CRG geregistreerde gelijkwaardigheidsverklaring hebben, zullen zij in de BENG-berekening een impact hebben.
40% energiegebruik
Het energiegebruik in de badkamer bedraagt ongeveer 40% van het totale energieverbruik van een gemiddeld huishouden. Met moderne douchewater-wtw-systemen is dit energiegebruik te halveren. De traditionele douche-wtw’s zijn al vele jaren op de markt maar kenmerken zich door een lange douchepijp-wtw die de installateur een verdieping lager, onder de verdieping van de badkamer, moest plaatsen. Later ontstond een alternatief, de zogeheten douche-drain-wtw, waarbij het wtw-systeem in de vloer van de douche of douchebak is ingebouwd. Deze systemen hebben echter een beperkt rendement en zijn soms erg onderhoudsgevoelig.
Sensor
Met de Blue douchewater-wtw-systemen zijn de beperkingen van de eerder genoemde types niet meer van toepassing. De Blue vangt het warme water op in de afvoer. Hier zit een sensor die, zodra hij water detecteert, de pomp aanstuurt. De membraanpomp brengt het warme water naar de bovenkant van de wtw-buizen. In deze robuuste pomp blijven geen haar en zeepresten achter. Het warme afvoerwater stroomt via de speciaal ontwikkelde werveling (vortex) op de meest efficiënte wijze door de wtw-buizen, waarin de warmteoverdracht plaatsvindt. Als het koude tapwater bij de thermostatische mengkraan aankomt, is deze soms wel tot 28°C opgewarmd. Hamwells heeft de verschillende uitvoeringen van de Blue juist voor enkellaagse woningen en appartementen ontwikkeld. Het systeem is bovendien geschikt om in de prefab woningproductie en in sociale nieuwbouw toe te passen.
[pt_view id="eadebf3bhq"]
- april 29, 2021
- 149 views
Sanitaire oplossingen oudere bewoners
Techniek Nederland heeft een brochure gemaakt, die installateurs helpt om levensloopbestendige keuzes te maken bij natuurlijke renovatiemomenten, zoals bij een badkamer verbouwing. In de brochure staan sanitaire oplossingen voor oudere bewoners die langer zelfstandig thuis willen blijven wonen.
Eén van de meest voorkomende woningaanpassingen voor ouderen die langer zelfstandig thuis blijven wonen is een verbouwing van de badkamer en toilet. Logisch als je het bekijkt vanuit de verbetering van de veiligheid in huis, want valpartijen in de badkamer komen helaas veel voor en leiden tot ernstig letsel. Installateurs spelen een belangrijke rol in het veiliger en comfortabeler maken van woningen. Er zijn talloze mogelijkheden voor veilige sanitaire oplossingen. Techniek Nederland heeft deze overzichtelijk op een rij gezet in de nieuwe brochure ‘Langer Zelfstandig Thuis Wonen met het juiste, aangepaste sanitair’.
Oplossingsgerichte informatie voor een goed advies
Naast productinformatie geeft de brochure aan voor welk (gezondheids)probleem een gekozen product een oplossing kan bieden, zodat installateurs deze informatie in hun comfortadvies aan klanten kunnen verwerken. De behoeften van eventuele andere gezinsleden en/of zorgverleners zijn daarin meegenomen, evenals de technische voorschriften en de bouwkundige randvoorwaarden. Heeft een klant moeite met de financiering van de verbouwing of wil de klant verduurzaming meenemen in het project, dan biedt de brochure uitkomst met extra informatie over deze onderwerpen.
De brochure is hier te downloaden.
[pt_view id="5c846b5wev"]
- april 28, 2021
- 150 views
Aardgasvrij douchen
Een consortium met TNO, Hametech en Beter Bad ontwikkelde een douche die het mogelijk maakt om aardgasvrij te douchen. Door een warmtewisselaar te combineren met een elektrische boiler, kan continu warm gedoucht worden zonder gebruik te maken van een cv-ketel of een warmtepomp. Het douchewater wordt met een pomp omhoog gepompt langs een warmtewisselaar, waardoor meteen warm water beschikbaar is.
Voor 2050 moeten bijna 7 miljoen woningen en 1 miljoen andere gebouwen aardgasvrij zijn. In moderne, goed geïsoleerde woningen is warm tapwater de grootste energiegebruiker.
Energie-efficiënte douchecabine
Ruimteverwarming wordt door betere isolatie, luchtdicht bouwen en warmteterugwinning al sterk teruggebracht. Maar het was nog lastig om warm tapwatergebruik terug te brengen zonder het verlies van comfort. Om de energiebesparing bij het douchen te realiseren en toch het comfort te behouden ontwikkelde TNO samen met Beter Bad en Hametech een multifunctionele energie-efficiënte douchecabine, de MEED.
Van ontwerp naar praktijk
Door een warmtewisselaar te combineren met een elektrische boiler, kan continu warm gedoucht worden zonder gebruik te maken van een cv-ketel of een warmtepomp. Het douchewater wordt met een pomp omhoog gepompt, langs een warmtewisselaar, waardoor je meteen warm water hebt.
Binnen het consortium wordt gewerkt aan het optimaal ontwerp en de constructie van de douchecabine. De individuele componenten worden gemodelleerd door TNO en worden daarna getest in het MEC laboratorium van TNO. Zowel de individuele werking als de integrale werking van de componenten spelen daarbij een cruciale rol. Samen met Beter Bad en Hametech is het eindproduct ontwikkeld en wordt de douche geproduceerd.
Demonstratiedouchecabines
Het consortium heeft de ambitieuze doelstelling om 70% van de douchewarmte terug te winnen. Dit wordt door de betrokken partijen mogelijk gemaakt door de integratie van verschillende technologieën. Een aantal demonstratiedouchecabines worden aansluitend gemaakt en beproefd. Deze prefab douchecabines zijn geïnstalleerd in particuliere woningen, bij woningbouwverenigingen en in een hotel.
Warmte hergebruiken
Het systeem vereist een elektra-aansluiting, koudwaterleiding en een afvoer. Het warme water dat bij de start van een douchebeurt wegstroomt, verwarmt het nieuwe koude water uit het leidingnet met hele hoge efficiëntie. Hierdoor kan het koude tapwater met beperkt elektrisch vermogen worden verwarmd tot een comfortabele douchetemperatuur.
Voordelen van deze douche zijn onder meer dat warm water direct uit de boiler komt, waardoor geen verlies van warmte verloren gaat. De douche is daarnaast gemakkelijk te installeren, zonder dat grote ingrepen nodig zijn.
Dit project is door TKI Urban Energy gesteund met financiering vanuit de Topsector Energie en RVO.nl.
[pt_view id="cb5609ewxl"]
- maart 12, 2021
- 141 views
Loodgieter: specialistische duizendpoot waar er steeds minder van zijn
Gisteren was het de Dag van de Loodgieter. Deze beroepsgroep heeft nog werk genoeg, zo blijkt uit onderzoek van Zoofy. Het klusplatform, waarbij landelijk meer dan 7.000 vakmensen zijn aangesloten, zag loodgietersklussen ruimschoots op nummer 1 uitkomen in 2020. Toch daalt de populariteit van de loodgietersopleidingen al jaren.
Het beroep van loodgieter is populariteit aan het verliezen in Nederland. Er wordt vaak op het beroep neergekeken en hoewel we eigenlijk niet zonder ze kunnen, lijkt het maatschappelijke belang van loodgieters sterk naar de achtergrond te verdwijnen. Als er niets gebeurt, verdubbelt het tekort aan vakmensen in de installatiebranche de komende drie tot vijf jaar mogelijk tot 40.000 mensen, aldus voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland. Er zijn zo’n 150.000 vakmensen werkzaam in de installatiebranche en nieuw personeel is zeer welkom. Volgens het UWV is loodgieter dan ook absoluut een kansrijk beroep. Want, ondanks de coronacrisis valt het nog steeds onder de beroepen met moeilijk vervulbare vacatures.
Maatschappelijk belang
Volgens cijfers van het CBS zijn er steeds minder mbo'ers die de sector techniek volgen. Dit schooljaar waren dat er 136.544. De sectoren economie en zorg en welzijn zijn populairder. Het maatschappelijk belang van loodgieters is enorm, aldus Arthur de Leeuw, oprichter van Zoofy: “Ieder Nederlands huishouden heeft op een bepaald moment behoefte aan een loodgieter. Het is zulk ongelooflijk specialistisch werk, dat je bovendien écht goed voor elkaar wilt hebben. Als doe-het-zelver begin je er niet zo snel aan. Daarom vinden we het zo jammer dat er steeds minder jongeren kiezen voor dit mooie beroep.”
Verscheidenheid aan klussen
In 2020 werd de loodgieter per uur maar liefst 18% vaker ingeschakeld dan een jaar eerder. De vijf meest opgepakte werkzaamheden bestaan uit kraan plaatsen, lekkage opsporen, sanitair plaatsen, afvoer aansluiten en het verhelpen van een gootsteenverstopping. “Het beeld van een loodgieter die alleen wc’s ontstopt is niet meer van deze tijd. Een loodgieter is bij ons inzetbaar voor veel verschillende klussen en daarmee een specialistische duizendpoot,” zegt de Leeuw.
[pt_view id="54656ec4qi"]
- maart 11, 2021
- 131 views
“Klimaatadaptatie lukt niet zonder de loodgieter”
Vandaag is het Wereld Loodgieters Dag. Reden voor Techniek Nederland de politiek op te roepen veel meer aandacht te besteden voor het technisch beroepsonderwijs. De carrièrekansen voor loodgieters en andere technische vakmensen zijn groter dan ooit, vindt brancheorganisatie. Voor de energietransitie zijn de komende jaren tienduizenden extra technici nodig.
Volgens voorzitter Doekle Terpstra van Techniek Nederland is er steeds meer waardering voor het loodgietersvak. “In februari was de loodgieter voor veel mensen in Nederland een held. De vorst veroorzaakte heel wat lekkages en de loodgieter bleek de redder in de nood. Zoiets drukt ons weer eens met de neus op de feiten: technische vakmensen zijn onmisbaar in onze maatschappij.” Techniek Nederland wijst op de carrièrekansen die er liggen voor loodgieters en andere technische vakmensen. Omdat de vraag naar technici sterk groeit, richt de installatiekoepel zich ook op de politiek. Terpstra: “Technisch beroepsonderwijs is zo belangrijk dat het volgende kabinet het véél aantrekkelijker zou moeten maken. Bijvoorbeeld met financiële voordelen.”
Legionella en loden waterleidingen
Loodgieters zijn vaak letterlijk van levensbelang, benadrukt Techniek Nederland. Als voorbeeld noemt de brancheorganisatie legionellapreventie en het vervangen van loden waterleidingen. Maar ook het levensloopbestendig maken van badkamers en toiletten, waardoor ouderen langer veilig en zelfstandig thuis kunnen blijven wonen.
Een innovatief vak
Terpstra ziet dat het vak snel verandert. “Het vakgebied wordt breder, innovatiever en digitaler. Denk aan een energiezuinig huis, waterbesparing en -hergebruik of een speciaal systeem dat de riolen controleert. De moderne loodgieter is een ambachtelijke vakman of vakvrouw, maar heeft óók verstand van ict. Je zult hem of haar steeds vaker met een laptop in de weer zien. Loodgieters zorgen er ook voor dat we droge voeten houden. Met goede hemelwaterafvoer en riolering komen tuinen en woningen bij hevige regenbuiten niet blank te staan en blijven straten en wegen begaanbaar. Dat onderdeel van het werk wordt alleen maar belangrijker. Klimaatadaptatie krijgen we niet voor elkaar zonder de loodgieter.”
Word loodgieter!
Ondanks de groeiende waardering vindt Terpstra dat de loodgieter nog wel wat meer erkenning verdient. “Praktische probleemoplossers met verstand van zaken hebben we altijd nodig. Vandaar dat we de loodgieter vandaag in het zonnetje zetten.” Hij adviseert praktisch ingestelde jongeren juist nu om een technisch vak te kiezen. “Dus waarom geen loodgieter? De banen liggen voor het oprapen. En loodgieter klinkt misschien wat ouderwets -eigenlijk: moet je sanitair-installateur zeggen- maar het is ook wel weer een mooie geuzennaam.”
(foto Hans Hordijk)
[pt_view id="2d879709fn"]
- februari 19, 2021
- 200 views
Warmtepompboilers gebruiken lucht vanuit WTW
In Leiden worden de komende maanden honderden woningen voor studenten en ‘young professionals’ opgeleverd. Er worden ruim 550 warmtepompboilers geïnstalleerd. De betrokken adviseur en installateur gaven deze boilers een hele nieuwe functie.
De projectontwikkelaar van Leiden is Yours kwam in een vroeg stadium van de bouw voor een uitdaging te staan. Het opwarmen van het tapwater voor de complexen bleek lastiger dan gedacht. Kortom: de vraag veranderde, daarom nam de opdrachtgever een gespecialiseerd adviesbureau in de arm. Dat was VIAC. Zij gingen op zoek naar een installateur en een fabrikant die snel de juiste oplossing konden ontwikkelen die aan de specifieke vraag voor ‘Leiden is Yours’ voldeed.
Kleine kamers, op grote hoogte
“Als wij ergens komen, weten mensen dat we niet meteen zomaar gaan implementeren”, zegt Paul Vink, directeur bij VIAC. “Wij bekijken wat de uitdaging is en met wie wij die aangaan.” De technische uitdagingen die het Leiden is Yours-project zo interessant maken, hebben volgens hem te maken met de implementatie in kleine kamers, op grote hoogte.
In de complexen van het Leiden is Yours-project wonen straks meer dan 2000 studenten en young professionals. “Die moeten individueel van warm water worden voorzien, en het is onwenselijk om alle appartementen een grote installatie te geven”, zegt Vink. “Grotere installaties hebben namelijk méér energie nodig en kosten logischerwijs meer ruimte: ruimte die in de Leiden is Yours-appartementen spaarzaam is. Vaillant bleek te beschikken over warmtepompboilers die genoeg vermogen leveren om twee éénkamerappartementen van warm water te voorzien, maar klein genoeg zijn om tactvol weggewerkt te worden. De studentenkamers maken per twee appartementen gebruik van één boiler. Young professionals krijgen er één per appartement, omdat die groter zijn.
Niet voor de klus ontworpen
VIAC en Breman bedachten een manier om gebruikte lucht vanuit een warmteterugwinning (WTW) te gebruiken voor het verwarmen van het water. De boilers van Vaillant hebben een dermate hoog rendement dat ook relatief koude lucht, al vanaf -7 graden Celsius, gebruikt kan worden voor de verwarming. Er loopt namelijk een vorstvrije vloeistof door de boiler, die ‘warmte’ (ook bij lichte tot matige vriestemperaturen) aan de lucht onttrekt en later weer afgeeft. De technici van Breman bedachten samen met Vaillant een constructie waarin een WTW afvoerlucht (die al is afgekoeld) gebruikt voor de verwarming van water. De WTW koelt lucht en ventileert die naar de warmtepompboiler. Deze gebruikt die lucht vervolgens om het tapwater naar behoefte te verwarmen. Feitelijk gebruik je dus lucht die normaal gewoon naar buiten zou worden geblazen (opnieuw) als warmtebron.
Zo kan de energielevering voor Leiden is Yours volledig onafhankelijk van een stroomnet of leverancier gerealiseerd worden. De daken van de appartementen liggen vol zonnepanelen en ook de cv en warmwatervoorziening zijn duurzaam gemaakt. “Dat gaan we in de toekomst natuurlijk steeds meer zien”, zegt Vink. “De wetgeving is daar heel duidelijk over en met dit soort projecten laten we zien dat het kan.”
Opstelling bedenken
De praktische oplossing voor het grote Yours-project is grotendeels bedacht door Breman Zuid-Holland, de installateur van alle WTW installaties in ‘Yours’. Breman heeft de constructie die voor warm water zorgt ook geplaatst Zij namen de producten van Vaillant op in een geheelontwerp, omdat zij zagen dat het product zou werken voor de toepassing die VIAC en zij voor ogen hadden.
Het enige probleem: Breman moest aantonen dat het ontwerp werkte, met factoren die niet zomaar theoretisch berekend konden worden. Bij installatie in grote gebouwen, met lange leidingen en op grote hoogte, komen drukfactoren kijken die niet gemakkelijk zijn te berekenen of in te schatten. “Daarom bouwden we de volledige constructie in onze werkplaats alvast een keer op”, zegt Mark Dam van Breman, “Zo konden we direct meten of de theoretische berekeningen klopten. Daar zijn VIAC en Vaillant ook bij geweest. We konden meten dat de boiler zijn beloofde rendement behield, monitoren dat alles naar behoren werkte. Begin oktober 2020 plaatsten we de eerste opstellingen, die prefab uit de fabriek komen, ook op de bouwlocatie. Alles klopte. Daar ga je natuurlijk al vanuit, maar omdat het een nieuw concept is wil je toch in de praktijk zien dat het werkt!”
Volledig nieuw concept
VIAC, Breman en Vaillant kwamen in het Yours-project samen tot een geheel nieuw concept. Geen van de partijen was eerder betrokken bij een project waarbij deze bijzondere eisen (compact, hoogbouw, op individuele basis en kostenefficiënt) tot deze specifieke oplossing leidde. “Dat is een compliment waard naar alle partijen”, zegt Harry Lips, accountmanager bij Vaillant. “We stonden voor een uitdaging toen de vraag van de opdrachtgever eigenlijk ineens veranderde. De lucht die de warmtepompboiler moest gebruiken kwam niet van de corridor in de gebouwen, zoals in een eerdere fase van het project, maar vanuit de luchtafvoer van de WTW. Dat we daar met z’n allen dit nieuwe concept voor hebben ontwikkeld is uniek, en de kans is groot dat we deze oplossing in de toekomst vaker gaan zien.”
Ook Mark Dam, projectleider bij Breman, ziet kansen om de ontworpen constructie vaker toe te passen. “Dat ligt natuurlijk grotendeels bij de opdrachtgever. Maar er worden zoveel studentenwoningen gebouwd. Wij hebben met dit concept laten zien het mogelijk is om kleine appartementen met aparte warmtepompboilers van warmwater te voorzien. En ook nog op een duurzame manier.”
[pt_view id="13ea814vtk"]




