• juli 10, 2018
  • 127 views
Klimaatakkoord: geen verplichte maximale warmtevraag woningen

Uneto-VNI is enthousiast over de plannen in het Klimaatakkoord die vandaag zijn gepresenteerd. De subsidie voor gebouw-gebonden financiering en een verschuiving in de energiebelasting zullen verduurzaming aantrekkelijker maken, verwacht de installateurskoepel. Ook komt er bijvoorbeeld een norm voor de maximale warmtevraag van woningen die de toepassing van hybride warmtepompen en zonneboilers moet versnellen. Kanttekening: die norm is geen verplichting. Daarvan zal op z’n vroegst pas in 2030 sprake zijn.

Voorzitter Doekle Terpstra van de installateurskoepel: “De grote verbouwing van Nederland gaat écht beginnen. Nog voor 2021 gaan we 100.000 corporatiewoningen verduurzamen met behulp van warmtenetten en collectieve of individuele (hybride) warmtepompen. Vanaf 2021 moeten jaarlijks 50.000 huizen aangepakt worden. Al ruim voor 2030 verduurzamen we ieder jaar 200.000 woningen. Daarmee reduceren we onze CO2-uitstoot enorm. Een CO2-neutrale gebouwde omgeving in 2050 is geen utopie, het kan echt. Op deze manier zetten we grote stappen om het voor elkaar te krijgen.’

Technici
Op basis van de huidige voorstellen zal het Klimaatakkoord leiden tot een gefaseerde energietransitie, verwacht Uneto-VNI. Terpstra: “Wij zijn blij met de afspraak dat gemeenten in 2021 duidelijk maken of en wanneer een wijk van het gas af gaat en wat de alternatieve bron voor verwarming wordt. Dat is belangrijk voor bewoners, maar óók voor de regionale installateurs die voorbereidingen moeten treffen om klanten voor te lichten of medewerkers bij te scholen. Met dit tempo verwacht ik dat we voldoende capaciteit hebben om de klus te klaren. De komende jaren zetten we bovendien alles op alles om meer technici op te leiden voor de energietransitie.”

Niet automatisch gasloos
Het Klimaatakkoord schrijft het huidige aardgasnetwerk nog niet af. Daarmee blijft de mogelijkheid open in de toekomst gebruik te maken van duurzaam gas, stelt de installateurskoepel. Het huidige gasnetwerk is daarvoor uitermate geschikt. In het akkoord is op aandringen van Uneto-VNI opgenomen dat er demonstratieprojecten komen voor duurzaam gas en waterstof. De installateurskoepel verwacht dat dit een belangrijke bijdrage gaat leveren aan de energietransitie. 

Financieel aantrekkelijk
Uneto-VNI vindt het van groot belang dat het Klimaatakkoord het verduurzamen van de woning aantrekkelijk maakt. De belasting op gas zal stapsgewijs omhoog gaan vanaf 2020 terwijl de elektriciteitsbelasting omlaag gaat. Dat bevordert de toepassing van duurzame energie met bijvoorbeeld warmtepompen en zonnepanelen. Daarnaast zijn in het akkoord afspraken opgenomen over de invoering van een financiering die gekoppeld is aan het huis en niet aan de eigenaar. De kosten van de lening mogen niet hoger worden dan wat de verlaging van de energierekening oplevert. Terpstra: “Zo maken we de energietransitie ook haalbaar voor Nederlanders met een krappere portemonnee.”

Duurzame warmtetechnieken

Woningen zullen worden verwarmd door warmtenetten en collectieve of individuele (hybride) warmtepompen. Dat betekent dat de aardgasgestookte cv-ketel op termijn verdwijnt als enige vorm van warmtevoorziening. Terpstra: “De combinatie van duurzame techniek en een cv-ketel kan de CO2-uitstoot met de helft reduceren. Uneto-VNI heeft zich hiervoor hard gemaakt. In 2021 evalueren we of de beoogde kostenreductie wordt gerealiseerd en de systemen compacter en dus eenvoudiger inpasbaar zijn.”

Norm voor woningen
Om de toepassing van onder meer de hybride warmtepomp te stimuleren, komt er een norm voor de maximale warmtevraag voor woningen. De norm wordt geïntroduceerd bij aankoop van de woning en bij een vergunningsaanvraag voor een verbouwing. Tegelijkertijd hebben de installatiebranche en de bouwsector hun commitment uitgesproken om de kostprijs van duurzame verwarmingssystemen te verlagen en de rendementen te verbeteren. Met name warmtepompen en zonneboilers zullen daardoor nog aantrekkelijker worden. De norm is niet verplicht en wordt in 2025 geëvalueerd. Als de regeling niet voldoende oplevert, komt er mogelijk in 2030 een verplichting.

Innovatie
Innovatie speelt een cruciale rol in het Klimaatakkoord. De installatiebranche blijft ook de komende jaren veel aandacht besteden aan stillere en meer compacte warmtepompen, mogelijkheden voor compacte warmte-opslag, industrialisering van renovaties en specialistische technieken als aquathermie en geothermie. Terpstra: “Het Klimaatakkoord is tot op zekere hoogte een momentopname. De techniek staat niet stil en zal steeds betere oplossingen aandragen. Onze branche blijft daar een voortrekkersrol in vervullen.”

Naar de Tweede Kamer

Minister Wiebes laat het Klimaatakkoord op hoofdlijnen nu doorrekenen door het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het Centraal Planbureau (CPB). Na de zomer gaan de plannen met commentaar van het kabinet naar de Tweede Kamer, die het vervolgens met aanvullende opdrachten terugstuurt naar de onderhandelaars. Bedrijven, overheden en maatschappelijke organisaties moeten de maatregelen dan nog dit jaar uitwerken en ondertekenen.

  • juni 22, 2018
  • 133 views
Bezuinigen op praktijkleren is een “onzalig plan”

MKB-Nederland, VNO-NCW, FNV en de Industriecoalitie (Uneto-VNI, Bouwend Nederland, Metaalunie en FME) maken zich ernstig zorgen over de financiering van het praktijkleren in de beroepsgerichte leerweg (BBL). Het ministerie van OCW heeft al een bezuiniging van €7 miljoen aangekondigd. Dat mag geen opmaat zijn naar het verder uitkleden van de subsidieregeling praktijkleren. Fors bezuinigen op de BBL kost tot 40.000 leer-werkbanen per jaar en met name in het mkb, zo waarschuwen zij.

Het gaat dan om banen voor jongeren, maar ook voor volwassenen die zich willen om- of bijscholen. Dit ondermijnt de eigen ambities van het kabinet om een leven lang ontwikkelen te stimuleren en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een vak te leren en aan het werk te helpen. Bovendien zijn leer-werkbanen juist nu hard nodig om de tekorten in het mkb te bestrijden en de broodnodige vakmensen op te leiden.

Kloof tussen onderwijs en praktijk alleen maar groter
Buf Vaumont, dga van Buf Klimaatbeheersing vind het een “onzalig plan” om te gaan bezuinigen op het praktijkleren. “Ja, het bedrijfsleven boert goed. We kunnen best opleidingskosten betalen, zeker als er een belastingvoordeel aan wordt gekoppeld. In feite betalen we al voor opleidingstrajecten, kijk maar naar een F-gassen certificaat. Maar toch keur ik bezuinigingsmaatregelen af. Ik heb nu net na anderhalf jaar zoeken een leerjongen kunnen krijgen. Ik zou er zo nog twee bij kunnen plaatsen, maar je vindt ze niet. Met het gillend tekort aan mensen is het zaak om juist het onderwijs zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Op deze manier gebeurt dat niet, ik verwacht nog minder instroom als we zo doorgaan. Bovendien zal de kloof tussen het onderwijs en de praktijk alleen maar groter worden. Als we zo doorgaan worden we nog een ontwikkelingsland.”

“Hoe gaan we ooit de energietransitie succesvol en tijdig doorlopen”
Vaumont verwacht dat bezuinigingsmaatregelen ook andere consequenties zullen hebben. “Hoe gaan we ooit de energietransitie succesvol en tijdig doorlopen, nu we al weinig aanwas hebben en de situatie nog verder zou kunnen verslechteren? Kijk eens naar de hoeveelheid warmtepompen die geplaatst moet worden, de elektrakabels die moeten worden aangepakt en ga zo maar door. Kortom, bezuinig niet op onderwijs. Slecht idee.”

  • juni 18, 2018
  • 128 views
Uneto-VNI vindt subsidieplafond op zonne-energie niet wenselijk

Minister Wiebes heeft vrijdag aangekondigd dat hij de salderingsregeling voor zonnepanelen in 2020 vervangt door een terugleversubsidie. Uneto-VNI zegt blij te zijn met de duidelijkheid over de opvolging van de salderingsregeling. Tegelijkertijd waarschuwt de installatiekoepel voor het effect van een eventueel subsidieplafond. Bestuursvoorzitter Doekle Terpstra vindt het essentieel dat minister Wiebes een ruim budget beschikbaar stelt voor de terugleversubsidie. Terpstra: “Als je investeert in zonnepanelen, moet je erop kunnen rekenen dat de stroom die je produceert voldoende oplevert. Om de doelstellingen van het Klimaatakkoord te halen, moet zonne-energie aantrekkelijk blijven.”

De nieuwe regeling gaat ervan uit dat eigenaren van zonnepanelen hun investering in ongeveer zeven jaar moeten kunnen terugverdienen. Uneto-VNI juicht dat toe, maar Doekle Terpstra benadrukt dat er geen enkele onzekerheid bij consumenten mag ontstaan over de beschikbaarheid van de terugleversubsidie. “In het verleden hebben we gezien dat een subsidiepot die halverwege het jaar leeg is, consumenten onzeker maakt. Het risico bestaat dat mensen hun investering dan uitstellen en wachten op het moment dat er wél subsidie beschikbaar is. Als dat gebeurt, halen we de doelstellingen van het Klimaatakkoord niet.”

Hou het simpel
Uneto-VNI vindt verder dat de nieuwe regeling niet onnodig ingewikkeld moet worden. Terpstra: “Op dit moment is het voor consumenten met zonnepanelen glashelder en heel makkelijk. Dat moet zo blijven om de groei vast te houden.”

In 2017 hebben installateurs in ons land 3 miljoen zonnepanelen geplaatst, een toename van bijna 60 procent ten opzichte van een jaar eerder. Bij ruim een half miljoen Nederlanders liggen nu zonnepanelen op het dak. Terpstra: “Dit is pas het begin. We moeten alle dakruimte in ons land gaan benutten”’ Inmiddels neemt ook het aantal installateurs van zonnepanelen razendsnel toe. De solar-sector is nu al goed voor 10.000 arbeidsplaatsen.  

Scholen en kantoren
Uneto-VNI vindt dat ook scholen en kantoren voor de nieuwe regeling in aanmerking moeten komen. Minister Wiebes heeft aangekondigd dat hij die mogelijkheid gaat onderzoeken. Terpstra: “Veel scholen en kantoren hebben platte daken, waar je op grote schaal zonnepanelen kunt plaatsen. Deze regeling kan een stimulans zijn om die daken te gebruiken voor duurzame energie.”

Branchevereniging zonnepanelen tevreden
Ook branchevereniging Holland Solar reageerde direct op het besluit van minister Wiebes om te kiezen voor de invoering van een terugleversubsidie als opvolger van de salderingsregeling voor zonnepanelen. “Met deze keuze biedt de minister de consument en andere eindgebruikers de gewenste investeringszekerheid. In de komende periode zullen wij ons hard maken dat de minister ook voldoende budget reserveert voor de invoering van de terugleversubsidie”, aldus Peter Desmet, bestuurslid bij branchevereniging Holland Solar.

“Met de brief van de minister is er definitief een einde gekomen aan de sluimerende onzekerheid over het stopzetten van de salderingsregeling”, stelt Desmet die binnen Holland Solar voorzitter is van de commissie PV Klein (red. deze commissie is binnen de branchevereniging houder van het salderingsdossier). “Alle seinen staan nu op groen voor consumenten en andere eindgebruikers die gebruik maken van de salderingsregeling om te investeren in zonnepanelen. In 2020 is er een fluwelen overgang naar de nieuwe regeling mogelijk waardoor de markt zich in de komende jaren stabiel en snel kan doorontwikkelen.”

Intensieve lobby
De voorganger van minister Wiebes, minister Henk Kamp, maakte in de zomer van 2017 na een evaluatie melding dat de salderingsregeling vervangen zou gaan worden door een teruglever- of investeringssubsidie. In het regeerakkoord dat afgelopen oktober bij het aantreden van het nieuwe kabinet gepresenteerd werd, formuleerde de regering daarbij de wens om te kiezen voor de terugleversubsidie. Holland Solar heeft zich sindsdien samen met haar partners via een intensieve lobby hardgemaakt voor deze keuze .

Desmet: “Sinds het moment dat Wiebes voorganger Kamp aankondigde dat de salderingsregeling vervangen zou worden door een nieuwe regeling, hebben wij samen met diverse partners – waaronder de NVDE – een pleidooi gehouden voor de invoering van een terugleversubsidie. Dat de minister nu definitief deze oplossing kiest, en daarmee ook het alternatief van een eenmalige investeringssubsidie van tafel is, stemt tot tevredenheid. Tegelijkertijd kunnen we nog niet op onze lauweren rusten. We gaan met vertrouwen en op constructieve wijze met de minister en zijn ambtenaren in gesprek om te zorgen dat er voldoende budget voor de terugleversubsidie beschikbaar komt. We willen voor de markt te allen tijde een stop-and-go-effect voorkomen doordat het budget vroegtijdig uitgeput raakt. We hebben er alle vertrouwen in dat het kabinet en de Tweede Kamer ditzelfde doel nastreven.”

  • juni 13, 2018
  • 129 views
Uneto-VNI voorzitter zelf nog niet helemaal los van gas

In een interview met Eneco krijgt Uneto-VNI voorzitter Doekle Terpstra de vraag voorgelegd hoe duurzaam hij zelf leeft. Hij moet bekennen helaas nog niet ‘los te zijn’ van gas en met de kennis van nu vier jaar geleden zijn huis anders te hebben verduurzaamd. “Jammer genoeg wist ik toen nog niet wat ik nu wel weet. Ik heb een top geïsoleerd huis, label A. En ik heb zonnepanelen en een zonneboiler voor warm water. Ik woon in een buitengebied, dus ik had al geen klassieke gasaansluiting. Maar er staat wel een tank in de tuin, met propaan. Gelukkig verbruik ik nog geen tank per jaar. Toch vind ik het jammer, ik heb nu 90% van datgene waar ik eigenlijk 100% van wil hebben.”

“Ik denk eigenlijk dat heel veel mensen niet goed weten welke vragen ze moeten stellen bij het verduurzamen van hun huis”, vervolgt Terpstra in het interview. “Dat had ik ook. Kijk naar zo’n bouwproject: je gaat naar de architect, daarna naar de aannemer en vervolgens naar de installateur. Als je dan pas zegt wat je wensen zijn, ben je te laat. Het laat zien dat we daar anders over moeten gaan denken. Met zo’n technisch dienstverlener moet je al veel eerder aan tafel zitten. Het gaat tegenwoordig minder om de schil, maar om de inhoud van die schil. Daardoor heb ik nu thuis een energievoorziening waar ik niet 100% tevreden mee ben. Ik ga binnenkort toch maar eens kijken of ik dat gas er niet uit kan krijgen.”

  • juni 7, 2018
  • 106 views
Krachtenbundeling in de bouw- en technieksector

Overheden, kennisinstellingen en marktpartijen in de bouw- en technieksector gaan hun krachten bundelen om te komen tot langjarige kennisprogramma’s. Deze programma’s moeten een belangrijke basis gaan vormen voor het ontwikkelen en toepassen van innovaties. Die zijn noodzakelijk om aan de huidige grote maatschappelijke uitdagingen het hoofd te bieden, zoals klimaatverandering, energietransitie en uitputting van grondstoffen.

De inspanningen van dit innovatiecentrum zullen zich richten op concrete wensen voor korte en lange termijn vanuit de overheden, bouwondernemingen, installateurs en/of hun toeleveranciers. De bouw- en technieksector wordt zo nadrukkelijk verbonden aan het topsectorenbeleid. Bovendien wordt innovatie in de sector herkenbaarder en krachtiger gemaakt.

Op 6 juni is de intentieverklaring voor de oprichting van het BTIC ondertekend door Ministerie van EZK, Ministerie van BZK, Ministerie van IenW, TNO, 4 TU.Bouw, Vereniging Hogescholen, NLingenieurs, UNETO-VNI en Bouwend Nederland.

  • juni 4, 2018
  • 138 views
“Samenwerking tussen bouwers, aannemers, architecten en installateurs belangrijker dan ooit”

De Dag van de Bouw heeft afgelopen zaterdag 71.000 bezoekers getrokken. In totaal 130 bouw- en techniekprojecten waren opengesteld voor het publiek. Maxime Verhagen van Bouwend Nederland opende de dag samen met Jos Melchers van de Gemeente Rotterdam en Erik van Engelen van Uneto-VNI. Dat gebeurde bij de Fenixloods in Rotterdam, waar een oude, industriële loods wordt getransformeerd in moderne appartementen.

Tijdens de dag was een scala van bouw- en techniekprojecten geopend voor het publiek, variërend van zorginstellingen tot sluizen, van renovatiewerk tot de aanleg van rivierlandschappen, en dat van Groningen tot in Limburg.

Verhagen: “Tijdens de Dag van de Bouw zijn 130 bijzondere projecten open voor publiek. Projecten waar bouwondernemers, constructeurs, installateurs en diverse specialisten laten zien tot welke hoogstandjes ze in staat zijn. We ontvangen niet alleen de toekomstige bewoners van onze huizen en gebouwen, maar ook onze potentiële vakmensen. Op deze dag laten we zien hoe fantastisch werken in de bouw is.”

Algemeen directeur Erik van Engelen van Uneto-VNI is blij met de grote belangstelling. “De innovatiekracht van de bouw en techniek is vandaag goed zichtbaar. Geweldig dat zoveel ouders en hun kinderen zijn gekomen om te ervaren hoe veelzijdig het werken in onze sector is. Wie nu kiest voor een technische vmbo-opleiding heeft de banen voor het uitkiezen.”

Volgens Van Engelen is ketensamenwerking tussen bouwers, gespecialiseerde aannemers, architecten en installateurs belangrijker dan ooit. “Ook dat laten we zien tijdens de Dag van de Bouw. Samen kunnen we de kansen optimaal benutten. Er is enorm veel mogelijk. Wij hebben met z’n allen de oplossingen in huis om ons land nóg beter en mooier te maken. Zorg, wonen, werken, reizen, recreëren, vervoer en cultuur: de bouw- en technieksector maakt het mogelijk.”

Paul Rijpstra, voorzitter VNconstructeurs: “Het is indrukwekkend om te zien wat samenwerking in de keten mogelijk maakt, van tekentafel tot realisatie.” Jaco Uittenbogaard, directeur Aannemersfederatie Nederland: “Deze dag spreekt enorm tot de verbeelding. Wie wil er nou niet werken in een sector die zoveel technische kennis en innovaties benut.”

De Dag van de Bouw is op vijf locaties officieel geopend. In Groningen was de opening bij multicultureel centrum in aanbouw Forum, in Zevenum bij het innovatieve zorghotel, in Nieuwegein bij de high tech Beatrixsluis, bij het gelijknamige natuurproject in Ooijen-Wanssum en in Rotterdam bij de Fenixloods.

Top vijf locaties in bezoekersaantallen

6000     Technische Kontaktdagen, Almere
3861     Amphia Ziekenhuis, Breda
3273     Groninger Forum, Groningen
3000     Stationsgebied, Driebergen
2500     Maankwartier, Heerlen & Stationsgebied Utrecht

De Dag van de Bouw is een initiatief van Bouwend Nederland, samen met Uneto-VNI, VNconstructeurs en Aannemersfederatie Nederland.

 

  • mei 24, 2018
  • 136 views
Uneto-VNI vindt wetsvoorstel arbeidsmarkt onacceptabel

De Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) maakt het minder aantrekkelijk voor werkgevers om mensen in vaste dienst te nemen. Dat schrijft installatiekoepel Uneto-VNI in een brief aan minister Koolmees. ‘Blijft het wetsvoorstel van de minister van Sociale zaken en Werkgelegenheid ongewijzigd, dan krijgen ondernemers in de technische installatiebranche te maken met een hogere ww-premie, extra kosten bij ontslag en een hogere transitievergoeding. De wet is bedoeld om werkgevers te stimuleren mensen in vaste dienst te nemen, maar bereikt in de huidige vorm het tegenovergestelde.’ Deze reactie op het wetsvoorstel is gebaseerd op een inventarisatie onder de ondernemers die lid zijn van Uneto-VNI.

In het wetsvoorstel van minister Koolmees vervangt een algemene premie de huidige sectorpremie voor de ww. In de installatiebranche raken relatief weinig werknemers hun baan kwijt en daardoor is de sectorpremie laag. Volgens Doekle Terpstra, voorzitter van Uneto-VNI, wordt zijn sector straks gestraft voor die goede prestaties: “Wij weten te voorkomen dat mensen werkloos worden en als dank krijgen we een hogere, algemene premie. Dat is onacceptabel.”

Met een hogere ontslagvergoeding zijn we terug bij af
De nieuwe wet geeft werkgevers de mogelijkheid verschillende ontslaggronden bij elkaar op te tellen. Door deze ‘cumulatiegrond’ wordt het eenvoudiger om werknemers te ontslaan. Dat verlaagt de drempel om medewerkers sneller in vaste dienst te nemen, maar dat effect wordt geheel teniet gedaan door de veel hogere vergoeding die bij ontslag betaald moet worden. Doekle Terpstra: “We willen dat ondernemers minder terughoudend zijn als het gaat om vaste contracten. Dat lukt niet als je de ontslagvergoeding verhóógt. Met deze maatregel zijn we terug bij af.” De voorzitter van de installateursvereniging vindt het verder onbegrijpelijk dat de minister de ontslagvergoeding ook wil invoeren bij werknemers met tijdelijke contracten.

Méér flexwerkers in de installatiesector
Het wetsvoorstel voor de nieuwe WAB verruimt het begrip flexibele arbeid. UNETO-VNI kan zich niet vinden in de manier waarop dat gebeurt. De voorstellen van minister Koolmees leiden ertoe dat een groot deel van de huidige vaste contracten in de installatiesector straks als flexibel zullen gelden. Terpstra: ‘In de installatiebranche zijn vaste contracten de norm. Maar met dit wetsvoorstel groeit het percentage flexwerkers in de sector juist. De werkgeverslasten nemen daardoor enorm toe; dit wetsvoorstel kan de installatiebranche tientallen miljoenen euro’s kosten. Dat kan niet de bedoeling zijn.”

Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zal de reactie van Uneto-VNI meenemen in de uitwerking van het wetsvoorstel. Minister Koolmees wil het definitieve wetsvoorstel nog voor de zomer naar de Raad van State sturen en daarna naar de Tweede Kamer.

  • mei 11, 2018
  • 131 views
“Techniekonderwijs heeft voor Uneto-VNI absolute topprioriteit”

Met Doekle Terpstra als frontman, probeert Uneto-VNI er alles aan te doen om de instroom van technische vakmensen in de branche te verbeteren. Des te opvallender dat uit onderzoek van technisch opleider ROVC blijkt dat slechts één op de tien ondervraagden vindt dat acties vanuit brancheorganisaties efficiënte aanjagers zijn voor het terugdringen van het nijpende tekort. Dat deze acties niet direct met Uneto-VNI worden geassocieerd, vindt Terpstra echter begrijpelijk. “De activiteiten worden namelijk uitgevoerd door bijvoorbeeld Opleidingsfonds OTIB, de regionale opleidingsbedrijven InstallatieWerk of het beroepsonderwijs zelf.”

Terpstra: “Het techniekonderwijs heeft voor Uneto-VNI absolute topprioriteit. Onze leden ondervinden nu al problemen als gevolg van een groeiend tekort aan technische vakmensen. Wij doen er alles aan om de instroom in de techniek te verbeteren. Maar als brancheorganisatie alleen lukt het ons niet om de problemen op te lossen. De sleutel ligt bij samenwerking met andere partijen, zoals het bedrijfsleven, het (beroeps-)onderwijs én de overheid. Alleen op die manier kunnen we resultaten boeken. Uit het onderzoek van ROVC blijkt in ieder geval dat de acties die wij sámen met deze partijen uitvoeren positief worden beoordeeld.”

Op fietsafstand een vmbo-techniekopleiding
“Het onderzoek van ROVC onderstreept nog eens de urgentie van een het tekort aan technici”, vervolgt Terpstra. “Er is al veel gebeurd, maar extra acties in met name het vmbo en mbo zijn dringend noodzakelijk. De aansluiting tussen onderwijs en bedrijfsleven is al stukken beter dan voorheen, maar kan nog beter. Techniekonderwijs moet makkelijk toegankelijk zijn; voor alle jongeren die willen kiezen voor een carrière in de techniek moet er op fietsafstand een vmbo-techniekopleiding zijn. En er moet letterlijk meer ruimte komen voor zogenaamde ‘hybride’ docenten. Dit zijn docenten die deels in de praktijk werken en deels voor de klas staan.”    

Een technische mbo-opleiding winnen
ROVC zelf is inmiddels een winactie gestart, waarbij een technische mbo-opleiding ter waarde van €15.000,- wordt weggeven. Dit doet de opleider samen met YoungCapital. De wedstrijd wordt georganiseerd om aandacht te vestigen op de uitdaging waar de branche op dit moment voor staat. Zowel technici als mensen die de techniek in willen, oftewel zij-instromers, maken kans om een technische mbo-opleiding te winnen. Er is keuze uit een opleiding op mbo-3 of 4-niveau. De winnaar bepaalt zelf het technisch vakgebied waarin hij of zij zich wil ontwikkelen. ROVC biedt kandidaten een kennismaking met het technisch opleidings- en werkveld. Daarnaast ontvangen zij studieadvies van professionele adviseurs.

Symbolische stap om tekort te lijf te gaan
John Huizing, directeur bij ROVC: “De technische sector staat onder druk. Er is een hevig tekort aan technici, zowel kwalitatief als kwantitatief. Technische organisaties zijn voortdurend op zoek naar technisch talent. Het is van belang dat organisaties kijken naar enthousiasme en motivatie onder potentiële technici. Zij-instromers zijn in deze branche gewilder dan ooit. Met deze wedstrijd wil ROVC technisch Nederland laten zien dat er veel potentie in de markt te vinden is, als je het maar wilt zien. Daarnaast zetten we hiermee een eerste symbolische stap om het tekort aan technici te lijf te gaan.”

Stevig in de schoenen staan
“YoungCapital ondersteunt dit initiatief, omdat we zien dat de markt vraagt om goed opgeleide technici”, aldus Bart Dekker, accountmanager YoungCapital. “Daarom leiden wij in samenwerking met ROVC gemotiveerde, energieke trainees vakinhoudelijk op. Daarbij begeleiden we ze ook in hun persoonlijke ontwikkeling, waardoor ze stevig in hun schoenen staan.”

  • april 30, 2018
  • 157 views
‘Verwijder rotte appels in plaats van extra eisen aan installateurs te stellen’

‘Het beroep van installateur is een beroep met verantwoording voor andermans gezondheid en welzijn. Een ongeluk heet niet voor niets een ongeluk maar zo’n tien, meestal onnodige, doden per jaar is te veel. Uiteraard zou daar iets aan gedaan moeten worden maar het al maar meer eisen stellen aan de installateur is hiervoor niet de oplossing. Je moet de rotte appels er tussen uit zien te plukken in plaats van steeds meer eisen te stellen aan de reeds erkende en vakkundige installateurs.’

Dit schrijft Philip van Rijkhuizen als reactie op de nieuwe certificeringsregeling die in de maak is. Van Rijkhuizen is een derde generatie installateur met inmiddels 32 jaar praktijkervaring. Het beroep van installateur is er bij hem van kinds af aan met de paplepel ingegoten. Op zijn 16e begon hij met zijn vakopleiding. ‘Door een ijzeren discipline en een overdosis doorzettingsvermogen’ was hij op zijn 21e in het bezit van al zijn vakdiploma’s (G-M-R-V-W-13711). ‘Samen met 32 jaar praktijkervaring en een gezonde dosis boerenverstand maakten dit mij tot een vakkundig installateur.’

Extra kosten en administratieve rompslomp
‘Extra eisen, de certificering, brengen extra kosten met zich mee en dat is voor vele een last waar ze niet op zitten te wachten. Als ieniemienie ondernemertje ben ik al krap €900,– per jaar kwijt aan mijn Uneto-VNI lidmaatschap en mijn KViNL inschrijving. Dat laatste is voor vele sowieso een doorn in het oog…jaarlijks moeten betalen voor de diploma’s waar we destijds zelf voor hebben moeten knokken. Als je dan ook nog eens moet gaan betalen voor een certificeringsregeling, ga ik waarschijnlijk ruim de duizend euro per jaar voorbij. Naast de extra kosten krijg je dan natuurlijk ook weer te maken met extra administratieve rompslomp. Iets waar je niet op zit te wachten, want als éénpitter heb je standaard al last van chronisch tijdgebrek.

Upgraden naar gecertificeerde installateur lost het probleem niet op
Maar veel belangrijker dan extra onkosten en tijdsverspilling is het feit dat er uiteindelijk verrekte weinig zal veranderen. Erkende installateurs upgraden naar gecertificeerde installateurs zal het probleem sowieso niet gaan oplossen. Voor de doorsnee particulieren opdrachtgever zijn al die termen op bedrijfswagen en briefpapier überhaupt abracadabra. Er zal pas iets significant veranderen als we simpelweg een aantal basisproblemen ontwortelen:
1.            Herinvoering van de vestigingswet: geen vakdiploma’s voor het gewenste vakgebied betekent simpelweg geen inschrijving bij de Kamer van Koophandel. Zonder inschrijving bij de Kamer van Koophandel is er dan dus ook geen inschrijving bij Uneto-VNI mogelijk.
2.            Herinvoering van de keuringen van de technische installaties van woningen bij veranderding van eigenaar of huurder van de desbetreffende woning. Ook steekproefsgewijze controles naar uitvoer van werkzaamheden aan deze installaties ( Gas – Water – Elektra – C.V. ).
3.            Opschonen van het ledenbestand van Uneto-VNI: leden zonder vakdiploma’s de kans bieden alsnog in het bezit te komen van de vereiste vakdiploma’s en anders gewoon uitschrijven. De klant moet ervan op aan kunnen dat de Uneto-VNI installateur een gediplomeerd installateur is en niet iemand wiens opa in een grijs verleden zijn diploma’s heeft behaald en zodoende ingeschreven staat.
4.            Meldpunt voor misstanden van Uneto-VNI installateurs. Niet correct uitgevoerd werk moet kunnen worden aangemeld, vervolgens beoordeeld worden en als blijkt dat de desbetreffende installateur er daadwerkelijk met zijn pet naar heeft gegooid moeten daar consequenties aan vast zitten. Een soort ‘Three strikes out’ systeem, wie niet wil luisteren moet maar voelen…game over!
5.            Invoering verplichte A.P.K keuring voor gasverbruiksapparaten. Zolang het onderhoud en de controle van gasverbruiksapparaten op vrijwillige basis doorgaat zullen er doden blijven vallen. Een deel van de mensen ziet de noodzaak er niet van in en zal dus geen actie ondernemen met mogelijk gevaarlijke situaties als gevolg. Deze situaties hoeven helaas niet per se gevaarlijk te zijn voor de eigenwijze eigenaar maar kunnen dat helaas ook zijn voor de niets vermoedende omwonenden. Een ander deel van de mensen ziet wel de voordelen van onderhoud in maar is niet geïnteresseerd in de hoge kosten van de tripel gediplomeerde installateur en schakelt een voordelige allround klusser in voor de controle van zijn installatie…..valse veiligheid voor een prikkie!
6.            Aanpassing van de polisvoorwaarden bij verzekeraars. Als er problemen ontstaan die toegerekend kunnen worden aan niet door erkende installateurs aangelegden en onderhouden installaties moet uitkering van de schade simpelweg uitgesloten zijn (feitelijk geldt dit voor alle aspecten in de bouwsector). Minder uitkeringen aan problemen die voorkomen hadden kunnen worden betekent ook minder onkosten voor de verzekeringsmaatschappijen en dat betekent dan weer lagere premies voor iedereen die een desbetreffende verzekering wil afsluiten. In België hebben ze dat goed begrepen en is dit al de normaalste zaak. Tevens levert deze aanpak meer werk op voor de gediplomeerde vakman en helpt het de kluskabouters te weren uit de installatiebranche.
7.            Aanpakken van de verkoop van verwarmingstoestellen en warmwaterbereidingstoestellen; deze apparaten zouden simpelweg alleen door de erkende installateur aangeschaft moeten kunnen worden. Dit is tenslotte ook de aangewezen vakman die het apparaat zou moeten aansluiten en in werking zou moeten stellen. Het schoenmaker blijf bij je leest principe; waarom moet iedereen maar alles en overal kunnen aanschaven. Op die manier help je het prutsen in de hand en verlies je de controle al aan het begin van het proces.
8.            Strengere spelregels bij de fabrikanten: geen hulpverlening aan doe-het-zelvers en geen garantie als blijkt dat er geen erkende installateur te pas is gekomen aan montage, in werking stellen en/of onderhoud van het desbetreffende apparaat. Bovendien zou een uniforme onderhoudsinterval van 12 maanden in de handleidingen opgenomen moeten worden. Brandweer Nederland adviseert, vanuit helaas ruime ervaring op dit gebied, een onderhoudsinterval van 12 maanden maar de fabrikanten vermelden onderhoudsintervallen tot wel 24 maanden, enkel en alleen om de klant over te halen voor hun product te kiezen.

Het is treurig te bemerken dat de simpele zielen onder ons worden afgewimpeld als ouwe zeuren terwijl de oplossing voor de problemen is te vinden tussen de regels van onze éénvoudige denkwijze.’

  • maart 29, 2018
  • 170 views
Hybride oplossingen: schone schijn?

Veel aandacht gisteren voor het pleidooi van onder andere Uneto-VNI om de ‘solo cv-ketel’ binnen drie jaar uit te bannen. In de landelijke media waren er vooral zorgen over de ‘forse’ kosten die dit voor huiseigenaren mee zou brengen. Ook al omdat in veel gevallen de woning bijvoorbeeld beter geïsoleerd zou moeten worden. Op onze LinkedIn-pagina vielen woorden als ‘rampscenario’, ‘misleidend’, ‘gedachteloos’ en ‘opportunistisch’ op te tekenen. Maar er is ook het besef dat apathie zo langzamerhand plaats begint te maken voor actiegerichtheid.

Vanaf 2021 mogen huiseigenaren hun cv-ketel alléén nog vervangen in combinatie met een hybride warmtepomp, een zonneboiler of een ander duurzaam alternatief’, zo meldt het manifest dat Uneto-VNI en een groot aantal andere organisaties presenteerden. Voorzitter Terpstra van Uneto-VNI wijst erop dat de toepassing van hybride warmtepompen inmiddels relatief eenvoudig is. Pijnpuntje is nog wel de financiering ervan. Om de plaatsing van duurzame cv-systemen voor iedereen financieel haalbaar te maken, pleit het manifest daarom voor de snelle introductie van gebouw-gebonden financiering.

‘Uitspraken zonder uitzicht’
‘Inspraak zonder inzicht leidt tot uitspraken zonder uitzicht’, dacht Chris Zijdeveld van de stichting Passief Bouwen meteen toen hij van dit manifest hoorde. ‘Onmiskenbaar ontvouwt zich het rampscenario van mensen die duizenden euro’s investeren maar er geen betere woning voor terugkrijgen. Als ze pech hebben zullen ze het ’s winters koud hebben en een gigantische elektriciteitsrekening krijgen. Elektriciteit van kolencentrales. Wie een warmtepomp inbouwt zonder eerst de woning drastisch te verbeteren, is bezig als een kip zonder kop. De enige verantwoorde weg om Nederland van het gas af te krijgen is de energievraag fundamenteel verlagen. Bij een goede aanpak geeft dat ook een enorme woningverbetering, een hoger thermisch comfort en een betere kwaliteit binnenlucht. De misleidende term hybride warmtepomp die wordt gebruikt haalt Nederland helemaal niet van het gas af. Het is een gasketel voor de koude dagen met een kleine warmtepomp voor de basislast. Behoud ons voor kretologie, verlaag de energievraag van het casco in plaats van te kiezen voor schijnoplossingen.

Cv-ketels niet gedachteloos vervangen
Marjet Rutten, aanjager, innovator en marketeer voor de bouw-, installatie- en vastgoedsector, benadrukt vooral dat cv-ketels niet gedachteloos vervangen zouden moeten worden. ‘De komende 15 jaar gaan mensen niet investeren in iets anders. Dat betekent dat die woningen voor 2021 + 15 = 2036 niet van het gas los komen. Dat maakt het voor gemeenten ook lastiger. Maar die gemeenten zijn wel als eerste aan zet. Die moeten eerst hun plannen presenteren hoe en wanneer ze verwachten in iedere wijk van het (fossiele) gas los te gaan. Dan kunnen mensen daarop ook anticiperen. Wat verder een nadeel van cv-ketels is, is dat ze vaak snel vervangen moeten worden. Mensen zitten in de kou en nemen helemaal niet de tijd om over een oplossing na te denken. De hybride ketel is volgens mij al helemaal geen oplossing, want dan koop je nog steeds een nieuwe ketel en ga je een luchtwarmtepomp toepassen, terwijl geothermie mogelijk veel geschikter is. En, wat doe je als er geen plek is voor een hybride warmtepomp of zonnecollectoren? Met andere woorden: het bespreekbaar maken juich ik toe, maar dan ben je er nog niet.’

Meer dan alleen warmtepompen
Bas Hasselaar, adviseur Bouwfysica en Duurzaamheid bij DGMR, kijkt ook nog wat verder dan alleen maar warmtepompen. ‘Alle reacties hebben betrekking op het onvermogen van warmtepompen om slecht geïsoleerde huizen te verwarmen. Terecht natuurlijk, maar het manifest rept ook over zonneboilers of andere duurzame alternatieven (nieuw glas, isoleren?). Het voorstel daarom afbranden omdat gedachteloos warmtepompen plaatsen niet de oplossing is, lijkt me wat kort door de bocht. Eerst de uitwerking van het voorstel maar eens afwachten. Ik vind het een positieve ontwikkeling.’
Waarop Chris Zijdeveld reageert: ‘Het gaat om het beeld dat in de samenleving blijft hangen en daarvan hebben we nu genoeg ongelukken gezien. Het misverstand dat een lage EPC tot een woning leidt met een laag energiegebruik; het misverstand dat een woning met zonnepanelen een fantastische oplossing is; het misverstand dat een mooi Breeam-getal leidt tot een milieuvriendelijk gebouw; en dan nu dat het vervangen van een gasketel door een warmtepomp leidt tot een duurzame woning. Ik werkte gisteren met de radio naast me en die laatste boodschap is keihard het beeld dat er in de samenleving achterblijft als er geen tegengas wordt gegeven.’
Bas Hasselaar kan zich hier wel enigszins in vinden. ‘Natuurlijk gaat het pas om een eerste aanzet, maar zo wordt in woningen waar anders helemaal niets zou gebeuren in ieder geval een eerste stap gezet. Verwarming naar lage temperatuur vereist gebouwaanpassingen. Maar als deze niet genomen worden, laat dan in ieder geval het warme tapwater duurzaam opgewekt worden.’

‘Misschien moeten we de cv-ketel 1.000 euro duurder maken’
Guido Bartelink, managing partner bij Holland Climate Ventures ziet dat apathie zo langzamerhand plaats begint te maken voor actiegerichtheid. ‘Heel goed. Van Gas los is een thema dat bij ons zeer leeft. Ons ontwikkelcentrum ligt midden in het aardbevingsgebied! Toch moet deze benadering snel en vakkundig genuanceerd worden. Een one-size-fits-all benadering zal snel tot grote problemen en desillusie leiden. Misschien moeten we de cv-ketel gewoon 1.000 euro duurder maken en het geld gebruiken voor subsidie in energetisch betere oplossingen en waar nodig verdere ontwikkeling van alternatieven? Denk dat we snel veel warmtepompen gaan zien, maar ook een hele rij andere oplossingen. De gekozen benadering is een typische installateursbenadering is. We vervangen de ene doos door de andere en het probleem is opgelost. De warmtepomp is niet nieuw maar al 15 jaar een bewezen techniek. Het doet wel heel opportunistisch aan nu te pleiten voor een wettelijke maatregel. Het feit dat we het over verplichten hebben geeft aan dat we een gemankeerde verhouding hebben tot onze klanten. Er is een enorm oor bij mensen om te leren over verduurzaming en een enorme bereidheid maatregelen te nemen. Laten we nu met deze actie geen ING-tje maken en zelf de kar trekken om meer en betere oplossingen aan te bieden.’

Tot slot, op het twitteraccount #INGnlEconomie is ondertussen het volgende plaatje zien: