Shell gaat haar restwarmte aan 16.000 Rotterdamse huishoudens leveren
Shell, Warmtebedrijf Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam gaan restwarmte, die vrijkomt bij de raffinaderij van Shell Pernis, leveren aan de regio Rotterdam. Het project – dat de basis is voor de eerste zogeheten 1-op-1 afspraak tussen het rijk en bedrijfsleven in het kader van het Energieakkoord – moet voldoende energie leveren om in de warmtebehoefte van 16.000 huishoudens te kunnen voorzien. Met het project is een totale investering van ongeveer €16 miljoen gemoeid, waarvan het Havenbedrijf Rotterdam ongeveer € 8 miljoen voor rekening neemt. Shell investeert in de installaties die het mogelijk maken de restwarmte uit de raffinaderij gecontroleerd af te voeren. Havenbedrijf Rotterdam investeert in de warmteleiding die zorgt voor het transport van Shell Pernis naar het bestaande warmtenet. Het Warmtebedrijf Rotterdam investeert in de aansluiting op het bestaande warmtenet, het beheer, operatie en onderhoud van het warmtenet en zorgt voor de distributie van de warmte aan haar klanten.
Dit project is op jaarbasis goed voor een energiebesparing van 0,6 petajoule wat overeenkomt met een gemiddeld vermogen van zo’n 20 megawatt (MW) dat door Shell aan het warmtenet zal worden geleverd. Dit is voldoende om in de warmtebehoefte van ongeveer 16.000 huishoudens te voorzien. Op jaarbasis kan dit de CO2-uitstoot door huishoudens tot met zo’n 35.000 ton reduceren.
Verbetering van de energie-efficiëntie is belangrijk voor Pernis en Shell Moerdijk, de productielocaties van Shell in Nederland. Het besluit om samen met andere partijen restwarmte te gaan leveren, vormt een volgende stap in het verbeteren van de efficiëntie.
‘Shell Pernis behoort nu al tot de meest energie-efficiënte raffinaderijen ter wereld’, zegt Jos van Winsen, general manager Shell Pernis. ‘Dit project moet ertoe leiden dat de netto uitstoot van CO2 van de regio Rotterdam verder zal afnemen.’
Allard Castelein, CEO Havenbedrijf Rotterdam: ‘Na AVR is Shell het tweede bedrijf dat warmte gaat leveren aan afnemers buiten de haven. Dit is een belangrijke stap in het realiseren van een groot warmtenetwerk met diverse bronnen in de haven en met afnemers in heel Zuid-Holland. Bij de industrie in de Rotterdamse haven komt veel warmte vrij die binnen de haven niet benut kan worden. Ons streven is zo veel mogelijk van die warmte via zo’n netwerk nuttig te gebruiken. Zowel fossiele als hernieuwbare warmte. Daarmee houdt zo’n netwerk ook op lange termijn zijn waarde.’
Het project is de eerste bedrijfsspecifieke afspraak tussen het bedrijfsleven en het rijk, die een bijdrage moet leveren aan het realiseren van de energiebesparingsdoelstellingen uit het Energieakkoord. In het Energieakkoord zijn afspraken gemaakt over energiebesparing, schone technologie en klimaatbeleid. Zo is er onder andere afgesproken dat de energie-intensieve industrie in 2020 voor 9 petajoule aan energiebesparing nastreeft.
Minister Henk Kamp van Economische Zaken:”‘Ik waardeer de voortrekkersrol die Shell, Warmtebedrijf Rotterdam en Havenbedrijf Rotterdam nemen bij het invullen van de ambities van het Energieakkoord. Zij zijn de eerste bedrijven in de energie-intensieve industrie die maatregelen nemen om te komen tot de in het energieakkoord afgesproken 9 petajoule energiebesparing. Ik verwacht dat in de komende maanden meer bedrijven in de energie-intensieve sector dergelijke energiebesparende afspraken zullen maken. Een win-win situatie: bedrijven dragen immers niet alleen bij aan het realiseren van de besparingsdoelen, maar verbeteren ook hun concurrentiepositie door lagere energiekosten.”
[related_post themes=”text”]
10 procent Nederlanderse huizenbezitters vertrouwt cv-ketel niet
Uit onderzoek van installateurscollectief Mister Hippo blijkt dat 10 procent van de Nederlanders met een koopwoning de cv-ketel als onveilig ervaart. De resultaten laten verder zien dat twee keer zoveel vrouwen als mannen zich onveilig voelen in de woning met de huidige cv-ketel. Deze vrouwen zijn voornamelijk 30 tot en met 39 jaar oud en verdienen per maand € 2.000 – € 3.000. Het onveilige gevoel wordt volgens het onderzoek veroorzaakt door een aantal factoren: het ontbreken van kennis bij de koper waardoor deze moet vertrouwen op de installatiemonteur; nieuwsberichten over het feit dat vele cv-ketels niet goed geïnstalleerd blijken waardoor de kans op koolmonoxidevergiftiging groter is; achterstallig onderhoud van de cv-ketel omdat het niet verplicht is om jaarlijks de cv-ketel te laten onderhouden.
Uit het onderzoek blijkt ook dat meer mannen een service- of onderhoudscontract afsluiten dan vrouwen. Het verschil is 12 procent. Mannen vergelijken meer bij aankoop van een cv-ketel dan vrouwen. Mannen vergelijken ook meer op type cv-ketels. Het verschil met vrouwen is 15,8 procent. Ook vragen meer mannen meerdere offertes aan om de juiste cv-ketel te kiezen. De vrouwen gaan af op de expertise van de installateur of gebruiken de ervaringen van bekende (vrienden of familie).
Daarnaast blijkt uit het onderzoek dat voornamelijk de jonge Nederlanders met een koopwoning (18 tot en met 39 jaar) meerdere type cv-ketels met elkaar vergelijken. Het verschil is afgerond 19 procent. Daaropvolgend vragen de jonge Nederlanders meerdere offertes aan.
[related_post themes=”text”]
Feenstra doet open geiser in de ban
Feenstra doet per heden alle open gastoestellen in de ban. Kachels, keukengeisers en gasgestookte boilers die een risico vormen voor koolmonoxidevergiftiging worden niet meer verkocht of verhuurd, meldt de verwarmingsspecialist met ruim 800.000 onderhoudsklanten voor de cv-installatie. Voor open toestellen worden geen nieuwe onderhoudscontracten afgesloten. Eigenaren van een open toestel met een lopend servicecontract worden geholpen over te stappen naar een veiligere manier van verwarmen. “Door het ontmoedigen van open toestellen willen we voorkomen dat er onnodig slachtoffers vallen door koolmonoxidevergiftiging”, stelt Henjo Groenenwegen, algemeen directeur van Feenstra. “Bij open toestellen kunnen schadelijke gassen, vooral koolmonoxide, in de woning terecht komen. Bij gesloten toestellen worden de gassen veilig via een rookgasafvoer naar buiten geloosd.”
Feenstra gaat met woningcorporaties overleggen hoe gezamenlijk de stap naar gesloten, veilige toestellen kan worden gemaakt. Nederland telt bijna 1 miljoen open toestellen waarvan het merendeel keukengeisers zonder rookafvoer. Jaarlijks overlijden er tenminste vijf à tien mensen door koolmonoxidevergiftiging en worden er enkele honderden slachtoffers met klachten zoals hoofdpijn, duizeligheid of hersenbeschadiging opgenomen in het ziekenhuis.
Groenenwegen: “Veiligheid moet voor alles. Wij nemen de verantwoordelijkheid om bewoners bewust te maken van de risico’s van open toestellen. Klanten met een huurcontract voor een open toestel komen we graag tegemoet. Die kunnen zonder afkoopsom de overeenkomst beëindigen en overstappen op een veilig gesloten gastoestel of een elektrisch toestel.”
“Het kan voorkomen dat een open toestel de enige optie is voor warmte en warm water omdat een rookgasafvoer naar buiten onmogelijk is. Dan kijken we heel kritisch naar de ruimte aan de hand van onze veiligheidseisen. Alleen als die haalbaar zijn, houden we een open toestel in onderhoud of in de verhuur. Sowieso gaan we bij alle open toestellen koolmonoxide-melders plaatsen. Die waarschuwen de klant als de concentratie koolmonoxide te hoog is.”
[related_post themes=”text”]
Nieuwe slimme thermostaat laat installateur woonklimaat beïnvloeden
InstallateursZaken (IZ) introduceert als eerste vakblad in Nederland een eigen slimme thermostaat: IZY. Daarmee speelt IZ in op de toenemende behoefte in de markt aan deze thermostaten.. Momenteel heeft 8% van de Nederlandse huishoudens een slimme thermostaat. Dit blijkt uit een recent marktonderzoek van Multiscope onder 6.000 Nederlanders. De IZY biedt de gebruiker alle mogelijkheden van de momenteel op de markt aanwezige slimme thermostaten maar biedt als extra mogelijkheid voor de installateur dat hij proactief het leefklimaat in de woning op afstand kan bijstellen op de wensen van de bewoners als deze door bijvoorbeeld tijdgebrek of onachtzaamheid hun vooraf ingestelde duurzaamheidsprognose dreigen te overschrijden. Uiteraard zal de installateur hierover tijdens de installatie van de thermostaat afspraken moeten maken met de bewoners. Dit kan snel en eenvoudig via een handige App voor de installateur, die te downloaden is in de appstores van Google en Apple. Daarnaast is een Powermodule (DIN rail) beschikbaar waarmee groepen gemeten, geschakeld of in een klokprogramma gezet kunnen worden.
Op www.installateurszaken.nl kan de installateur op overzichtelijke wijze en op elk gewenst moment precies zien hoeveel energie de bewoners die dag hebben gebruikt, maar ook de historie van het gebruik. Dit wordt weergegeven in kWh, m3 gas en in euro’s, zowel vanuit een overzichtelijk dashboard als in grafieken. Inzage in het totale gas- en elektriciteitsverbruik kan door een koppeling met een slimme meter. Inzage in energiegebruik en opwekking van alle apparaten aangesloten op IZY is ook mogelijk zonder slimme meter. Hierdoor heeft de installateur continu overzicht in het energiegebruik en de daarbij komende kosten en ziet hij waar eventuele besparingsmogelijkheden liggen. Naast het instapmodel is er een variant met ingebouwde infraroodcamera, waarmee de installateur automatisch warmtebeeldrapportages van het betreffende huis kan opvragen en live via infraroodbeelden de ruimtes kan onderzoeken op mogelijke hotspots of warmtelekkage.
Ondanks deze unieke mogelijkheden is de IZY niet duurder dan de gemiddelde slimme thermostaat die door andere fabrikanten op de markt wordt gebracht. De verkoopprijs voor het instapmodel zal €145,- bedragen. De IZY communiceert via KNX en IP en kan desgewenst eenvoudig aan een GBS-monitoringssysteem worden gekoppeld. Meer informatie over de IZY en een uitgebreide brochure zijn aan te vragen via IZY@Merlijnplus.nl.
De IZY is verkrijgbaar via de landelijk opererende groothandels in Nederland en België.
Abonnees op IZ kunnen profiteren van extra voordeel. Zij krijgen 25% korting bij afname van 20 of meer slimme thermostaten. Deze aanbieding geldt overigens alleen voor installateurs of installatiebedrijven.
Voor meer informatie: installateursZaken.nl/izy
Oneerlijke concurrentie?
Alklima heeft afgelopen week melding gemaakt bij de Autoriteit Consument & Markt van mogelijke oneerlijke concurrentie. De gemeente Utrecht heeft namelijk stadsverwarming van Eneco geaccepteerd met een beduidend lager rendement dan aanvankelijk was beloofd. Ondertussen zijn leveranciers van andere duurzame alternatieven buitengesloten, waardoor de marktwerking is verstoord, aldus Alklima. Zowel Eneco als de gemeente trekken in een reactie het boetekleed aan. Maar is hiermee de kous af?
Eneco moest vorige jaar al door het stof. In een brief aan de gemeente liet de energiereus weten dat de nieuwe stadsverwarming niet het beloofde opwekrendement van 177% zou gaan halen. De oorzaak: een nieuwe inkoopstrategie van Eneco. Die brief kwam pas na veel omzwervingen terecht op het bureau van de juiste ambtenaar. Toch was dit aanvankelijk geen reden voor de gemeente om stappen te ondernemen. Door een inschattingsfout van de betrokken ambtenaar, aldus de gemeente Utrecht, werden nog 9 maanden lang bouwaanvragen goedgekeurd. In de wijk Leidsche Rijn zijn hier nu 240 woningen de dupe van. De stadsverwarming behaalt namelijk een opwekrendement dat tientallen procenten lager ligt dan oorspronkelijk was afgesproken.
Twee maten
Alklima, exclusief importeur van Mitsubishi Electric klimaatsystemen, meent dat de gemeente deze misstap had kunnen voorkomen door een andere vorm van verwarming te kiezen. Alleen “leveranciers van verwarmingssystemen die wel hun prestatiewaarden op orde hebben, zijn niet eens tot dit speelveld toegelaten.” Volgens Alklima “meet de gemeente met twee maten. Het lijkt wel of ze willens en wetens een oogje toe knijpen.” Vandaar ook dat de leverancier aan de bel heeft getrokken en de Autoriteit Consument & Markt is ingeschakeld.
Open voor alternatieven
In een reactie aan de redactie van installatienet.nl laat de gemeente Utrecht weten inmiddels “het beloofde rendement waar mee dient te worden gewerkt bij nieuw te bouwen woningen op 110% te stellen. Hoewel het milieurendement van stadsverwarming hiermee concurrerend blijft ten opzichte van conventionele opties, zoals Cv-ketels is dit dus lager dan verwacht. Daardoor komen ook andere gelijkwaardige, meer duurzame alternatieven in beeld. Bijvoorbeeld warmtepompen. De gemeente is van oordeel dat deze alternatieven in plaats van stadsverwarming moeten kunnen worden toegepast. We gaan met Eneco in gesprek om de intentieovereenkomst op dit punt aan te passen waardoor de verplichte aansluiting op stadsverwarming die geldt voor ontwikkellocaties in Leidsche Rijn komt te vervallen.”
Rendement opkrikken
Eneco lijkt nu te kiezen voor een nieuwe aanpak. De energieleverancier wil best moeite doen om het opwekkingsrendement van de stadsverwarming te verhogen. “Bijvoorbeeld door bioketels in te zetten.” De benodigde financiën daarvoor, zou Eneco dan zelf ophoesten. Voor de rest wil de energieleverancier weinig kwijt over de kwestie en wordt er voortdurend doorverwezen naar de gemeente Utrecht.
Vervolg
Zowel de gemeente Utrecht als Eneco zijn op hun schreden zijn teruggekeerd. Toch wil Alklima het hier niet bij laten zitten. “Het feit dat er door de gemeente Utrecht, op zeer korte termijn, wordt beaamd dat het tot stand komen van de overeenkomst op deze manier niet juist is, sterkt ons doorzettingsvermogen op dit vlak. Tevens bevestigt het onze zorgen en sterkt het ons in onze visie op een gelijk speelveld voor iedereen en duurzame ontwikkeling van de stedelijke gebieden. Wij hebben dit nog in onderzoek en verdere berichtgeving zal volgen.”
Goodbye CV!
Volgens Liander-directeur Daan Schut verdwijnt de Cv-ketel op termijn uit huis. Verschillende media berichtten dat gisteren naar aanleiding van uitspraken van de topman. Uiterlijk 2040 moet in ons land 6000 kilometer aan verouderde en breukgevoelige gasleidingen zijn vervangen. De grootste netbeheerder twijfelt ernstig aan het nut om daar nog geld in te steken. Mede vanuit duurzaamheidsoverwegingen. Volgens Schut is het einde van het gastijdperk in zicht. Woningen kunnen volgens de Liander-directeur in de toekomst worden verwarmd via regionale warmtenetten die op restwarmte van afvalcentrales en bedrijven draaien, warmtepompen, warmte- en koudeopslag en aardwarmte.
Soortgelijk toekomstscenario
Fabrikant Vaillant signaleert bij de consument een groeiende interesse voor duurzame technologie. Hoewel de producent van Cv-ketels, warmtepompen en andere installatietechnische oplossingen geen uitspraken wil doen over de termijn van de uitfasering van het gasnet, voorziet ze bij monde van woordvoerder Wendy van Duijnhoven wel een soortgelijk toekomstscenario als Liander. “De warmtepomp mag zich verheugen op een stijgende populariteit onder consumenten. Wij spelen daar ook op in met ons duurzame assortiment.” Vaillant adviseert installateurs om in te spelen op deze groeimarkt door gerichte trainingen te gaan volgen op het gebied van warmtepompen.
Einde broodwinning?
Hoewel zijn broodwinning op termijn verloren dreigt te gaan, ziet Marcel de Graaf de toekomst met vertrouwen tegemoet. Samen met een compagnon uit de installatiewereld zette hij 2,5 jaar geleden HR Recycling op dat zich heeft gespecialiseerd in de duurzame demontage van Cv-ketels. Waar mogelijk worden onderdelen gereviseerd voor een tweede leven, wat overblijft wordt grotendeels gerecycled.
Nog 20-30 jaar aan het gas
“Ik kan me wel vinden in de overwegingen van Liander. Heeft het wel zin om nog door te gaan met fossiele brandstoffen? Daar moeten we goed over nadenken.” De toekomst is voor installatieconcepten met warmtepompen, bijvoorbeeld in combinatie met pv-panelen denkt De Graaf. Hij ziet Nederland nog zeker 20-30 jaar aan het gas zitten, “maar met steeds minder mensen”.
Andere markten
In die tussentijd zal zijn bedrijf stevig doorgroeien, denkt de mede-eigenaar van HR Recycling. “De wetgeving stuurt in toenemende mate aan op verantwoord verwerken van afgedankte Cv-ketels. Daarnaast vraagt de klant steeds meer om duurzaam hergebruik van onderdelen” Op termijn hoopt De Graaf 15 tot 20 man in dienst te kunnen hebben. Over het ‘post Cv-tijdperk’ maakt hij zich geen zorgen. “Dan ga ik me wel storten op duurzaam hergebruik van andere (installatie)technische producten en onderdelen, zoals omvormers en warmtepompen.”
Vrijdagmiddag werkje
De VSK was een hoogtepunt voor Karel. Man wat heeft hij daar een hoop interessants gezien! Enorm veel verschillende soorten bier en overal smakelijke hapjes. Het was fantastisch. Om 12 uur kon hij zijn eerste gele rakker al naar binnen gooien in combinatie met een verse schaal bittergarnituur. Hij had zich elke dag prima vermaakt…tot vrijdagmiddag. Er belde een klant over een lekkende ketelsifon, net toen hij zijn vijfde trippel achter in zijn keel goot. Hij was eigenlijk van plan nog wel een zesde en zevende te nemen, maar de klant kreeg natte voeten, dus hij moest het hierbij laten. Gelukkig reed zijn vrouw (prullaria-verzamelaarster en dus ook een frequent beursbezoekster), die hij wegsleurde bij een stand waar USB-stickies in de vorm van toiletpotten werden uitgedeeld. Natuurlijk had Karel geen nieuwe sifon bij zich, maar gelukkig wel enkele verschillende lengtes PVC. Daarmee kon hij de lekkage snel mee oplossen, waarna hij thuis nog mooi even zijn roes op de bank kon uitslapen. Het is te hopen voor de bewoner dat de ketel wel goed blijft verbranden en er een co-sensor aanwezig is… Met dank aan IBDT Installatiebedrijf D. Timmer voor het spotten van dit Kareltje.
Geld besparen met intelligente regelafsluiter
Nieuwe TA-Modulator regel- en inregelafsluiter en TA–Slider de meest geavanceerde motor in de huidige markt.
Hoe u geld en energie kunt besparen met een intelligente regelafsluiter
Een fijninstelling is een vereiste om een comfortabele en stabiele temperatuur in een leef- of werkruimte bereiken. Als de regeltechniek van een verwarming- of koelsysteem niet goed gekozen is ontstaan er temperatuur afwijkingen die het comfort niet ten goede komen. Ook is er dan een risico van bovenmatig geluid, kan het systeem aanzienlijk meer energie gebruiken dan gewenst en ondefinieerbare klachten veroorzaken. IMI Hydronic Engineering heeft een nieuwe, elegante oplossing om genoemde problemen het hoofd te bieden: TA-Modulator, een zeer nauwkeurige drukonafhankelijke regel- en inregelafsluiter met een volledig nieuwe en revolutionaire motor; TA-Slider. Bij toepassing van deze nieuwe revolutionaire producten krijgt men exact de hoeveelheid energie die nodig is om een perfect comfort en een lage energierekening te garanderen.
Temperatuurschommelingen en een hoog energieverbruik worden meestal veroorzaakt door te grote of te kleine regelafsluiters, overdebiet of onderdebiet en niet correct ingestelde pompen. Ook regelafsluiters met alleen de mogelijkheid het noodzakelijke debiet te leveren om de gewenste temperatuur te bereiken en stabiel te houden dragen niet bij aan een energievriendelijke installatie.
Deze tekortkomingen mogen niet worden onderschat: één graad hogere ruimte temperatuur in de winter verhoogt het jaarlijkse energieverbruik met 6% tot 11 % . De cijfers voor koelsystemen zijn nog dramatischer: één graad lagere ruimte temperatuur dan nodig is komt neer op een jaarlijkse stijging van de energiekosten van 12% tot 18%.
De energievraag en het debiet hebben geen lineaire relatie naar koeling- en verwarmingsbatterijen. Een debiet van 20% is nodig voor het afgeven van 50% vermogen. De meeste systemen zijn (over)bemeten voor slechts een paar vollast dagen per jaar. Een debiet van 100 % is dan ook alleen nodig in nauwelijks voorkomende vollast situaties. Rekening houdend met deze feiten, vereisen eindunits een debiet van ongeveer 25% voor 80 % van het seizoen.
Huidige toegepaste regelafsluiters met aan/uit motoren leveren alles of niets. De variërende energievraag kan het eenvoudigst worden vergeleken met het brandstofverbruik van een auto: als de bestuurder altijd vol gas geeft en vervolgens weer afremt, is de tank veel sneller leeg dan wanneer hij rijdt met een constante snelheid.
Precisie is alles
Aangezien slechts minimale aanpassingen van het debiet nodig zijn om de gewenste temperatuur stabiel te houden, is een grote nauwkeurigheid van de regelafsluiter inclusief de motor een vereiste. Veel aandacht is dan ook besteed aan de nieuwe TA-Modulator. Uniek gevormde regelkegel met een gepatenteerde EQM-karakteristiek, welke een 6 keer groter werkgebied heeft dan een lineaire afsluiter met een gelijk debiet. Uniek is ook dat u met de TA-Modulator een uitstekende mogelijkheid krijgt om het debiet nauwkeurig te regelen tot bijna het nulpunt.
De TA-Modulator valt in de categorie van de “drukonafhankelijke regel- en inregelafsluiters”, ook wel PIBCV genoemd. De ingebouwde drukverschilregelaar beschermt de afsluiter tegen drukschommelingen in de installatie, hierdoor blijft de temperatuur zeer stabiel en wordt het aantal motor bewegingen geminimaliseerd, hetgeen de levensduur verlengt.
Bovendien beschermt de TA-Modulator de installatie tegen overdebieten,
biedt automatische waterzijdige inregeling, vereenvoudigt de inbedrijfstelling en bespaart op de energiekosten van de pomp tot wel 40 % . In tegenstelling tot de meeste concurrerende producten, is de TA-Modulator in staat zowel de druk als het werkelijke debiet over de klep te meten. Het is daardoor eenvoudig de pompen exact in te stellen om daarmee de energiekosten te minimaliseren. Ook fouten of eventuele storingen in het systeem zijn eenvoudig te lokaliseren en te corrigeren door de mogelijkheid van het meten te benutten.
Afhankelijk van de toepassing, kan de TA-Modulator worden geregeld door middel van de nieuwe digitale gestuurde motor TA-Slider en indien u dat wenst ook nog met de wel bekende thermische motor EMO-TM. De nieuwe TA-Slider motor – volledig digitaal te configureren met een smartphone of PC – kan gebruikt worden met of zonder BUS communicatie. U krijgt de mogelijkheid om meer dan 200 verschillende instellingen en programmering opties te gebruiken. Hiermee staat de TA-Slider garant voor onbeperkte toepassing mogelijkheden, voor een slimmere regeling welke bijdraagt aan een lager energieverbruik, maar ook een correcte waterzijdige inregeling. Eenvoudige en snelle selectie, evenals 50 % tijdbesparing bij de montage en inbedrijfstelling en het eenvoudige opsporing van fouten zijn slechts een paar van de vele voordelen.
Ontwerpers, installateurs en eigenaren van gebouwen kunnen uiteindelijk veel profijt hebben van deze nieuwe afsluiter technologie. Ontwerpers kunnen afzien van de tijdrovende en complexe planning en kunnen de grootst mogelijke energie-efficiëntie garanderen door toepassing van deze moderne high-tech oplossing. Installateurs kunnen profiteren van de stille en betrouwbare werking zonder klachten van klanten, terwijl de gebruikers zich kunnen zich verheugen op een perfect temperatuur comfort en lage operationele kosten.
Voor aanvullende informatie kunt u contact opnemen met IMI Hydronic Engineering B.V., Postbus 188, 2400 AD Alphen aan den Rijn.
Telefoon +31(0)172492041 info.nl@imi-hydronic.com, www.imi-hydronic.nl
“Beugelen is voor losers”
Dennis Timmer van Installatiebedrijf D Timmer stuurde ons vorige week een foto toe van een duidelijk werkje van Karel. Uit de foto blijkt maar weer eens dat Karel niet gelooft in beugelen. Uit de mond van Karel tekende wij al eens eerder op: “Beugelen is voor losers, die rottige ringen die je om de buizen heen moet doen. De ketel houdt toch ook leidingen op z’n plek. Een gasleiding beugelen verplicht? Man, dat ding zit zo vast als een huis en het enige dat er doorheen loopt is een beetje lucht, dat hoef je toch niet vast te zetten! Totaal kosten-ineffectief, tijd is geld mensen!”
Dat beugelen dus niet bovenaan Karel zijn to-do list staat bij het installeren van een nieuwe ketel is wel duidelijk. Het gebruik van VD-draad is dat schijnbaar wel! “Reuze handig dat draad, kun je van alles mee opknopen zonder te hoeven beugelen!”, aldus Karel.
Ook ‘vakwerk’ van Karel gespot? Stuur het ons toe:redactie@merlijnplus.nl, @installatienet.nl op via onze facebookpagina
Zehnder introduceert op VSK radiator met kunststof binnenwerk
Zehnder introduceert een vlakke plaatradiator; de Zehnder Zmart. Zestig procent lichter dan een traditionele plaatstaalradiator dankzij het kunststof binnenwerk. Door de flexibele 360°-aansluitingen is de Zehnder Zmart overal plaatsbaar zónder het leidingwerk vooraf op te hoeven nemen. De lichtgewicht radiator kan worden getild, geplaatst en geïnstalleerd door één persoon. De radiator is voorzien van geïntegreerde (nog verplaatsbare) thermostaatknop en ventiel. Deze onderdelen hoeven dus niet apart te worden besteld. Daarnaast heeft de radiator de laagste CO2-footprint in de markt: een kwart lager dan traditionele radiatoren.
Zehnder ComfoAir Q is de eerste modulerende WTW voor de woningbouw. Geïntegreerde sensortechnologie zorgt ervoor dat de temperatuur van de toegevoerde lucht zich continu aanpast aan de omstandigheden, zowel ’s zomers als in het stookseizoen. Een slimme regeling zorgt automatisch voor het beste binnenklimaat bij verschillende weersinvloeden. De WTW is energiebesparend dankzij motoren met de nieuwste gepatenteerde regeltechniek FlowControl en een nieuw ontwikkelde warmtewisselaar. De ‘bedrijfsname-assistent’ leidt de installateur in vier eenvoudige stappen door het hele proces. Verkeerd inregelen en onbalans zijn daarmee uitgesloten. Daarnaast is de unit zeer stil.
De ComfoAir 70 en ComfoSpot 50 zijn decentrale ventilatie-oplossingen met warmteterugwinning voor als een centrale situatie geen uitkomst is. Een oplossing dus voor individuele kamers en kleinere wooneenheden, voor renovatie of nieuwbouw. Ze hebben compacte afmetingen en hoge rendementen. De units zijn gemakkelijk en zonder ingrijpende renovatie te installeren. Voor gebruiksgemak is het bedieningselement in de unit geïntegreerd. Het grote voordeel is de enthalpiewisselaar: deze onttrekt niet alleen warmte uit de lucht maar ook vocht. Hierdoor ontstaat geen condens en blijft de gevel schoon.
Zehnder toont verder de onlangs geïntroduceerde zuinige dakventilator VDX, als opvolger van de VDA. De VDX is een verbeterde versie door toepassing van moderne technologie. Duurzaamheid is hierbij doorslaggevend geweest. De VDX is energiezuinig, stiller en milieuvriendelijker door de recyclebare onderdelen zoals de kunststof kast. Zehnder introduceerde begin 2015 ook een nieuwe lijn convectoren; Zehnder Stana en Zehnder Lateo. Het zijn betaalbare en kwalitatief hoogwaardige convectoren met een EPC winst, die snel gemonteerd én geselecteerd kunnen worden. Beide convectoren worden voorgemonteerd en compleet aangeleverd. Geen bouwpakket maar plug-and-play te installeren met 15% besparing op de montage tijd.
Meer info: zehnder.nl U vindt Zehnder op stand 07.D010
