• juli 2, 2019
  • 124 views
“Bioketels zijn beste optie voor duurzame warmte”

“Bioketels zijn nodig om van het gas af te gaan waar warmtenetten en -pompen niet passen. Er is meer subsidie voor bioketels nodig om Nederland te helpen van het gas af te komen.” Dit zegt Theo de Groot, vice-voorzitter van de vereniging voor bioketelleveranciers, die vanmiddag het CE Delft-rapport ‘Bioketels voor warmte in de toekomst’ zal overhandigen aan de vaste Kamercommissie voor Economische Zaken & Klimaat. 

“Warmtenetten en warmtepompen vormen straks de ruggengraat van de warmtevoorziening. Deze voorzieningen zijn echter niet overal mogelijk of betaalbaar. Dit is het geval waar het elektriciteitsnet niet of slechts tegen hoge kosten verzwaard kan worden en warmtenetten te ver weg liggen. In een deel van die gevallen zijn bioketels de beste optie voor duurzame warmte”, aldus De Groot. “In 2050 zouden bioketels tot zo’n 7% van de woningen, bedrijven en andere gebouwen verwarming en warm water kunnen leveren. Dit zijn zo’n 600.000 gebouwen, oftewel grofweg alle huishoudens in de provincie Utrecht. Dit gegeven past bij het Klimaatakkkoord, dat stelt dat ‘een forse opschaling van het aanbod van duurzame warmte’ nodig is met ‘een combinatie van alle warmtetechnieken en -bronnen’. Om dit te bereiken is wel meer subsidie nodig om het prijsverschil tussen een bioketel en een cv-ketel af te dekken.”

Wat zijn bioketels?
Bioketels werken ongeveer hetzelfde als cv-ketels, maar dan op snoei- en houtafval in plaats van gas: ze zetten dit om in warmte en soms ook elektriciteit. Daarnaast lopen er nu proeven om voedselafval en bermgras om te zetten naar brandstof voor bioketels. Deze brandstof komt vaak uit de regio. Het Klimaatakkoord stelt ook dat hier nog veel onbenut potentieel ligt. De Groot: “De nieuwste generatie bioketels kent rendementen die oplopen tot ver boven de 90% en heeft een hele lage uitstoot van fijnstof. Bioketels gaan bovendien wel tot twee keer zo lang mee als cv-ketels.”

Subsidie nodig
“De studie van CE Delft laat zien dat bioketels op veel plekken maatschappelijk het best betaalbaar zijn”, vindt Eppo Bolhuis, voorzitter van de vereniging voor bioketelleveranciers NBKL. “Maar voor het individuele huishouden of midden- en kleinbedrijf is nog wel subsidie nodig om bioketels even betaalbaar te maken als gasgestookte cv-ketels. Het Klimaatakkoord zegt jaarlijks 100 miljoen euro toe aan zogenaamde ISDE-subsidie voor zonneboilers, warmtepompen, bioketels en alle andere oplossingen. Volgens CE Delft zou echter alleen al voor bioketels tot 45 miljoen euro per jaar nodig zijn als we alle potentieel benutten. Het zou toch zonde zijn als mensen niet van het gas af kunnen omdat de subsidiepot op is?”

  • juni 28, 2019
  • 137 views
“Belang van verwarming en koeling steeds essentiëler”

Het warme weer van de afgelopen tijd benadrukt nog eens het belang van de cruciale rol die koeling in ons dagelijks leven speelt. Andrea Voigt, directeur-generaal van EPEE – een organisatie die de koel-, klimaat- en warmtepompindustrie in Europa vertegenwoordigt – legt uit dat verwarmings-, ventilatie-, klimaatregelings- en koelsystemen (HVAC-R) de komende decennia alleen nog maar meer zullen groeien.

“Europeanen brengen 90% van hun tijd binnenshuis door en tegen het jaar 2050 zal 80% van de Europese bevolking in stedelijke gebieden wonen. Daarom zullen verwarming, airconditioning en koeling worden steeds belangrijker om burgers te verzekeren van gezonde, productieve en comfortabele woon- en werkruimtes maar ook van vers en veilig voedsel en de beste gezondheidszorg.”

Enorme verantwoordelijkheid
“Voor onze industrie betekent dit kansen,” vervolgt Voigt, “maar het brengt ook een enorme verantwoordelijkheid met zich mee. Het is van essentieel belang om emissies te verminderen en klimaatmaatregelen te bevorderen.”

Strenger toezicht
Daarvoor moeten nationale regeringen en EU-beleidsmakers niet het HVAC-R-potentieel aanpakken, vindt de EPEE directeur-generaal. “Maak juist gebruik van het volledige potentieel van technische producten en systemen maar zorg wel voor beter en strenger markttoezicht. Dwing bovendien de F-gassenverordening effectief af en gebruik de ontwikkeling van slimme apparaten voor flexibiliteit in de elektriciteitsmarkt. Promoot ten slotte het concept van terugwinning van thermische energie. Op die manier kan en zal de HVAC-R-sector bijdragen ​​aan een verbetering van de kwaliteit van het moderne leven.”

  • mei 29, 2019
  • 165 views
Wettelijke certificering cv-bedrijven moet kaf van koren scheiden

Zoals verwacht heeft de Tweede Kamer gisteren ingestemd met de wettelijke certificering voor verwarmingsbedrijven. Vanaf januari 2021 mogen alleen gecertificeerde bedrijven met vakbekwame monteurs nog werkzaamheden verrichten aan cv-ketels, geisers en gashaarden. De wetswijziging gaat januari 2020 in. Tijdens de overgangstermijn van een jaar, die dan begint, helpt Techniek Nederland monteurs om te voldoen aan de nieuwe vakbekwaamheidseisen. Daarvoor zijn binnenkort een online-zelftoets en een theorie- en praktijkexamen beschikbaar. De installatie- en servicebedrijven krijgen ondersteuning van Techniek Nederland bij het certificeringsproces.

Na drie jaar evalueert de overheid wat het effect van de wet is op de veiligheid van cv-ketels, de regeldruk en kosten voor bedrijven en consumenten. De nieuwe regels worden opgenomen in een wijziging van de Woningwet. Later dit jaar volgt de concrete uitwerking in een Algemene Maatregel van Bestuur die wordt aangewezen in het Bouwbesluit. De Eerste Kamer spreekt zich dit najaar nog uit over de wetswijziging.

Belangrijke stap
Techniek Nederland zegt tevreden te zijn met het besluit, omdat het een belangrijke stap is naar minder ongevallen met cv-ketels. In 2015 bleek uit een rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid dat koolmonoxide bij cv-ketels onnodig veel slachtoffers eist. Voorzitter Doekle Terpstra: “Elk jaar is er een aantal ongevallen met cv-ketels te betreuren als gevolg van koolmonoxide. Techniek Nederland heeft in 2015, na de publicatie van het rapport van de Onderzoeksraad, meteen haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen. Wij pleiten al jaren voor een wettelijk verplichte certificering voor cv-bedrijven. We zijn blij dat de Tweede Kamer daar nu mee heeft ingestemd. Ieder slachtoffer is er één te veel.”

Kaf van het koren scheiden
Terpstra: “Vanaf januari 2021 ben je als bedrijf in overtreding wanneer je niet over het vereiste certificaat beschikt en tóch werkzaamheden aan cv-ketels uitvoert. Consumenten kunnen op een website van de overheid vinden welke bedrijven gecertificeerd zijn. Zo scheiden we het kaf van het koren en weet de consument zeker dat hij met een vakbekwame cv-installateur te maken heeft.”

MKB-toets
Voor Techniek Nederland staat veiligheid voorop. Maar tegelijkertijd vindt de brancheorganisatie dat de wettelijke certificering óók haalbaar en betaalbaar moet zijn voor mkb’ers en zzp’ers in de installatiebranche. Terpstra: “Die verzekering hebben we niet gekregen van de minister. Mede op ons aandringen hebben VVD en CDA gevraagd om een MKB-toets. Die moet onafhankelijk vaststellen of de kosten en de regeldruk niet disproportioneel hoog zijn.” De MKB-toets zorgt er naar verwachting wel voor dat de invoering van de wetswijziging enige vertraging oploopt.

  • mei 23, 2019
  • 135 views
Certificering cv-monteurs op zijn vroegst op 1 juli 2021 verplicht

Het nieuwe certificaat voor monteurs die werken met gasverbrandingsinstallaties wordt op zijn vroegst op 1 juli 2021 verplicht. Gisteren werd hierover gedebatteerd in de Tweede Kamer. Kamer en minister lijken het eens over de invoering van de certificering. De laatste details moeten nog worden gladgestreken, waarvan de belangrijkste lijkt de startdatum van de evaluatie van de certificering. De minister vraagt hiervoor een half jaar langer de tijd dan de kamer wenselijk acht.

Volgende week krijgt dit debat een vervolg. Zowel oppositie- als regeringspartijen in de Tweede Kamer zijn, zoals was voorzien, voorstander van een snelle invoering van de certificering, die tot gevolg zal hebben dat het ongediplomeerd sleutelen aan cv-ketels voor bedrijven én woningeigenaren strafbaar zal zijn. Installatiebedrijven zullen op basis van de nieuwe wetgeving hun bedrijfsvoering zo nodig moeten aanpassen en personeel eventueel laten bijscholen om te voldoen aan de eisen. Naar schatting van de installatiesector zelf, hebben tussen de 1.400 en 2.300 monteurs aanvullende scholing nodig.

Totaal verbod op gasverbrandingsinstallaties
Groen Links had de invoering van deze wetgeving graag gekoppeld gezien aan een verbod op het plaatsen van gasverbrandingsinstallaties, maar stond daarin alleen. Zorgen waren er vanuit de Kamer vooral over de kosten die de invoering van de certificering mee zou brengen voor, uiteindelijk, de consument. De minister wist te vertellen dat onderzoek uitwijst dat de bijscholing van installateurs de tweejaarlijkse onderhoudsbeurt ongeveer 15 euro duurder zou maken. Dat zou geen onoverkomelijke problemen moeten opleveren. De vraag vanuit de Kamer was nog wel wat de kosten van handhaving zouden zijn en of deze uiteindelijk ook bij de burger terecht zouden komen.

0800-nummer
Daarnaast werd de minister nog gevraagd de meldplicht voor koolmonoxide ook voor het vrijkomen van rookgassen te verplichten. De minister antwoorde hierop dit niet zinvol te achten omdat het vrijkomen van rookgassen op zichzelf geen levensgevaar zal opleveren. Verder werd de minister nog aangespoord maatregelen te nemen tegen fabrikanten die onveilige toestellen in de markt hebben gebracht, zoals verplichte terugroepacties en het instellen van een 0800-nummer voor bezorgde eigenaren en huurders. De minister vond dit op de muziek vooruit lopen en wacht eerst de resultaten van onderzoek van de warenautoriteit naar deze toestellen af.

De roep om een wettelijke basis voor werk aan gasinstallaties komt voort uit het Koolmonoxide-rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid uit 2015. Die concludeerde dat bestaande kwaliteitsregelingen de veiligheid van woningbezitters niet kon borgen. Belangrijkste struikelblokken zullen de kosten en handhaving zijn, meldt Techniek Nederland op haar site. Zo is de angst dat de regeling te duur gaat worden voor installatiebedrijven. Ook zoeken de instanties nog naar de juiste wijze om effectief te kunnen handhaven. Wel is de verwachting dat er een Tweede Kamer-meerderheid voor de stap is.

Brancheorganisatie Techniek Nederland heeft een dossier in pdf gemaakt over de huidige stand van zaken. Die is hier te downloaden.

  • mei 17, 2019
  • 128 views
Komt de certificering er nu echt?

De Tweede Kamer vergadert komende week over de wettelijke regeling voor gasverbrandingsinstallaties. Dan wordt duidelijk of de certificeringsregeling voor installatiebedrijven en monteurs er echt komt. In dat geval zou vanaf 2021 het ongediplomeerd sleutelen aan cv-ketels voor bedrijven én woningeigenaren strafbaar zijn. Installatiebedrijven zullen op basis van de nieuwe wetgeving hun bedrijfsvoering zo nodig moeten aanpassen en personeel eventueel laten bijscholen om te voldoen aan de eisen. Naar schatting van de installatiesector zelf, hebben tussen de 1.400 en 2.300 monteurs aanvullende scholing nodig.

De roep om een wettelijke basis voor werk aan gasinstallaties komt voort uit het Koolmonoxide-rapport van de Onderzoeksraad voor Veiligheid uit 2015. Die concludeerde dat bestaande kwaliteitsregelingen de veiligheid van woningbezitters niet kon borgen. Belangrijkste struikelblokken zullen de kosten en handhaving zijn, meldt Techniek Nederland op haar site. Zo is de angst dat de regeling te duur gaat worden voor installatiebedrijven. Ook zoeken de instanties nog naar de juiste wijze om effectief te kunnen handhaven. Wel is de verwachting dat er een Tweede Kamer-meerderheid voor de stap is.

Brancheorganisatie Techniek Nederland heeft een dossier in pdf gemaakt over de huidige stand van zaken. Die is hier te downloaden.

 

  • mei 14, 2019
  • 128 views
Adviesbureau pleit voor één open warmtenet met meerdere warmteleveranciers

Adviesbureau HermanDeGroot Ingenieurs pleit voor open warmtenetten, waarbij meerdere leveranciers met elkaar concurreren op zowel prijs als duurzaamheid en kwaliteit van de geleverde warmte. ‘Warmtenetten zijn een belangrijke schakel in de omschakeling naar duurzame energiebronnen als biomassa, geothermie en restwarmte’, stelt het bureau in een persbericht. ‘Doordat huidige warmtenetten kleinschalig zijn, is er geen sprake van concurrentie tussen leveranciers en wordt het warmtetarief gebaseerd op de gasprijs.’

‘Een warmtenet – ook wel bekend als stadsverwarming – kan worden vergeleken met centrale verwarming, maar dan op het niveau van een wijk of stad. In plaats van zelf water te verwarmen met een cv-ketel op gas ontvangen huishoudens rechtstreeks warm water uit het warmtenet. Voor die warmte betaalt men niet meer dan wat een gemiddeld huishouden met een gasaansluiting betaalt voor gas. Die koppeling met de gasprijs wordt ook wel het ‘niet-meer-dan-anders-principe’ genoemd.

Efficiënte distributie van duurzame warmte
In de omschakeling van fossiele naar duurzame energiebronnen – ook wel de ‘energietransitie’ genoemd – vormen warmtenetten een belangrijke schakel. Via een warmtenet kan namelijk zeer efficiënt duurzame warmte uit bijvoorbeeld geothermie, restwarmte of biomassa worden getransporteerd. Huishoudens die zijn aangesloten op een warmtenet zijn wat dat betreft dus goed bezig, al helemaal als het warmtenet met duurzame energie wordt gevoed.

Verbinden van warmtenetten is een must
Wat HermanDeGroot Ingenieurs betreft zou de prijs voor warmte niet door de gasprijs moeten worden bepaald, maar door marktwerking. Die marktwerking kan bereikt worden door de bestaande warmtenetten met elkaar te verbinden tot open warmtenetten waar meerdere warmteleveranciers op zijn aangesloten. In tegenstelling tot de huidige situatie van lokale warmtenetten waarbij consumenten op één leverancier zijn aangewezen, moeten er dan meerdere warmteleveranciers met elkaar concurreren. Niet alleen op prijs, maar het liefst ook op de duurzaamheid en kwaliteit zoals bij elektriciteit ook het geval is.
Open warmtenetten zijn een grote kans voor onafhankelijke netbeheerders. Zij zorgen voor de aanleg en beheer van het netwerk en de verbinding tussen de energieleveranciers en de woningen. Voor het elektriciteit- en gasnet is dit al gebruikelijke situatie en het is tijd om die ook voor warmte te introduceren.

Er is werk aan de winkel
Open warmtenetten zijn een zeer efficiënte manier om duurzame warmte te transporteren en de klimaatdoelen voor 2030 te halen. Maar met de realisatie hiervan gaat tijd en inspanning gepaard. Daarom pleit HermanDeGroot Ingenieurs ervoor om nu al een start te maken met het verbinden van warmtenetten. Zo kunnen we in 2030 de grootstedelijke gebieden al van duurzame warmte voorzien.’

 

  • mei 10, 2019
  • 137 views
Vrije hoek

Ook Karel had, net als de rest van Nederland, afgelopen woensdag naar de thriller in de Johan Cruyff Arena zitten kijken. Op het puntje van zijn stoel had hij de wedstrijd gevolgd, ondanks het feit dat hij eigenlijk nooit naar voetbal kijkt. Maar dit keer liet hij zich helemaal in het spel zuigen.

Ook Karel was dus zwaar teleurgesteld toen de Engelsen in de laatste minuut alsnog de winst naar zich toe trokken. Even daarvoor had hij juist nog staan schreeuwen voor de tv dat er een speler van Ajax helemaal vrij stond in de hoek van het strafschopgebied van Tottenham. Het pleit had zomaar voor de Amsterdammers beslecht kunnen zijn, maar uiteraard had niemand hem gehoord behalve zijn vrouw die zich al de hele avond behoorlijk irriteerde aan zijn getier.

Met de telleurstelling van het ontbreken van een Nederlandse club in de finale was hij direct na afloop van de wedstrijd maar naar bed gegaan. Hij moest tenslotte de volgende dag gewoon weer naar een volgende klus. De slaap kon hij echter niet onmiddellijk vatten. Hij had nog flink wat uurtjes liggen mijmeren over die vrijstaande aanvaller van Ajax.

De volgende morgen meldde hij zich toch keurig op tijd bij de klant, die graag een nieuwe radiator gemonteerd wilde hebben. Diezelfde klant kwam er later die dag achter dat Karel zijn werk vaak door zijn gedachtenspinsels laat beïnvloeden. De ‘vrije hoek in het strafschopgebied’ kwam fraai terug in zijn verder natuurlijk perfect afgeleverde werk. De klant – zelf een verstokte Ajax-fan – begreep het allemaal wel.

  • april 11, 2019
  • 135 views
Nederlandse producent van nano warmtepanelen haalt 2 miljoen op

Degree-n heeft een investering opgehaald van 2 miljoen euro. Het Hilversumse bedrijf maakt een alternatief voor verwarming in de vorm van warmtepanelen. Op basis van nanotechnologie kunnen ruimtes efficiënt verwarmd worden.

De investering moet ervoor zorgen dat deze manier van verwarmen in heel Europa beschikbaar komt. Het product is al verkrijgbaar in Nederland en België. Degree-n gaat de verdere uitrol nu versnellen naar Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland. Daarnaast zet het bedrijf een distributiekanaal op met installateurs van bestaande installatiebedrijven in water- en elektrotechniek.

Verwarmen via infraroodstralen
De verwarmingspanelen van Degree-n verwarmen, net als de zon, via infraroodstralen. Zo ervaar je een constante comfortabele temperatuur in een ruimte. Door het gebruik van zogenaamde Carbon Nano Tubes leveren de panelen veel warmte met weinig elektrisch vermogen en zijn ze niet aan slijtage onderhevig, aldus de ontwerpers. De verwarmingspanelen zijn op het bestaande stroomnet aan te sluiten waardoor ze gemakkelijk te installeren zijn. Een stopcontact is genoeg, een gasaansluiting voor deze verwarming is niet nodig. Ook hoeft de stoppenkast niet uitgebreid te worden met extra groepen. Door het platte ontwerp passen de onderhoudsvrije panelen in vrijwel elke ruimte. Vergeleken met conventionele cv's verbruiken de panelen flink minder energie, aldus de fabrikant.

Pilot bij grote woningbouwverenigingen
Degree-n draait momenteel een pilot met drie grote woningbouwverenigingen. Een van deze organisaties is Ymere in Amsterdam. Zodra de pilot succesvol is afgesloten, kan in één keer een groot aantal huurwoningen voorzien worden van elektrische infraroodverwarming waardoor de noodzaak voor een gasaansluiting verdwijnt.

  • april 1, 2019
  • 121 views
Warm water als ‘simpel product’ bij warmtenetten”

Marnix Norder, voorzitter van Aedes, landelijke vereniging van woningcorporaties, wil dat woningcorporaties bij aansluiting op een warmtenet simpelweg een product kunnen afnemen. “Gewoon warm water met daarbij een prijs. Het zou erg helpen als er voor iedere wijk die aangesloten wordt op het warmtenet niet drie jaar lang onderhandeld hoeft te worden, maar er modelcontracten komen. Een afvinklijstje waardoor het eenduidig wordt. Dat kan echt helpen om te versnellen en om kosten te besparen voor zowel corporaties als voor eigenaren van warmtenetten.”

Norder onderstreept dat woningcorporaties een grote rol spelen bij de energietransitie. Echter geeft hij ook aan dat het voor hen steeds moeilijker wordt gemaakt om daarin te investeren vanwege de toenemende heffingen die het Rijk hen oplegt. Hieruit kan geconcludeerd worden dat tot de overheid dit spanningsveld voor woningcorporaties wegneemt, de markt op deze realiteit zal moeten inspelen om de energietransitie te versnellen. Hoe? Door oplossingen aan te bieden welke aansluiten op de behoeftes van woningcorporaties. Versimpeling staat hierbij centraal, kijkend naar de suggesties van Norder om warmte af te nemen als product en te werken met modelcontracten voor aansluitingen.

Norder: “Ik vind het niet logisch dat risico's van de aanleg van warmtenetten bij woningcorporaties gelegd worden. Eigenaren van warmtenetten zijn de leverancier, leg daar dan ook de financiële risico's, of vanwege het grote belang om snel te verduurzamen, desnoods bij het Rijk. En bovendien denk ik dat warmtenetten gebaat zijn bij meer marktwerking.”

Het volledige interview met Marnix Norder is hier te lezen

  • maart 28, 2019
  • 137 views
“Opschalen verduurzaming huurwoningen komt niet van de grond”

 Zo’n 200.000 huurwoningen van woningcorporaties kunnen binnen drie jaar worden aangesloten op een bestaand warmtenet, blijkt uit een inventarisatie van Aedes. Dat is financieel haalbaar bij een aanpak op grote schaal. Dan kan het tarief van warmtebedrijven namelijk dalen, zo is afgesproken. “Maar voorlopig maken ze dat niet waar”, zegt Aedes-voorzitter Marnix Norder.

Het project de Startmotor is opgezet om de verduurzaming van Nederlandse huizen op te schalen en te versnellen. Aanpak is om telkens tegelijkertijd een groot aantal huizen in een wijk aan te sluiten op een warmtenet. Warmteaanbieders hebben toegezegd dat de prijs aanzienlijk kan zakken als dat planmatig gebeurt. Door een lager tarief worden de projecten financieel haalbaar, waarbij ook de overheid een bijdrage levert. Uitgangspunt is dat de woonlasten voor huurders niet hoger worden zodat de verduurzaming niet op kosten gaat van mensen met de laagste inkomens.

“Aanbod prijsdaling onvoldoende”
Inmiddels heeft Aedes met corporaties en warmtebedrijven een landelijke inventarisatie gemaakt van 200.000 kansrijke sociale huurwoningen. Dat is een verdubbeling van de ambitie van 100.000 in de komende drie jaar. Marnix Norder is echter niet te spreken over het aanbod van de warmtebedrijven: “Voorlopig is het absoluut onvoldoende voor de overstap van gas naar warmte. Er komen allerlei extra randvoorwaarden op tafel.” Hij verbaast zich over het gebrek aan transparantie: “Wat wordt verrekend in de aansluitkosten, hoe komt het tarief tot stand? Ik snap het dat warmtenetten rendementen moeten maken, maar de afspraak was prijsdaling op basis van grote aantallen en een slimme bundeling van de vraag.”

“Landelijke afspraken nodig”
Norder: “Woningcorporaties zitten al lang aan tafel zonder resultaat. De lokale situatie en de rol van de gemeente speelt natuurlijk mee. Maar er moet een landelijk kader komen voor de bijdrage van warmtebedrijven. Zowel voor de aansluitkosten en de gebruikerstarieven als voor de dienstverlening en de verduurzaming van de warmtebron.”
“We zijn een commitment aangegaan: corporaties investeren, de overheid betaalt mee. Ik doe een beroep op warmtebedrijven om hun bijdrage te leveren. De Startmotor is meer dan een project op zich, het moet de verduurzaming van alle Nederlandse woningen aanjagen. Die kans mogen we niet missen.”